Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
17de Jaarg.
Donderdag 1 Februari 1894.
No. 4803.
bureau ^otexztxaat 39.
ratie.
b
i 11 e t o n.
>I00R1) IN HET BOSCH.
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT
PRIJS VAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nommers
f 1.50
- 2.—
- 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
den "^a')rie'cs^0^e> onder redactie van
Ogende" a'!tl£l Van Mark8n' leZen Wij het
Nieuwe Banen.
jaar geleden heb ik in De
Verhgj j S °de aan de concurrentie in de nij-
^Üne' h66116 ree'is artikelen gewijd, waarop
als het eschou-wingen van den laatsten tijd
kimn„ toen reeds beloofde vervolg
jnnen gelden. 8
Schrp.!'6' 'aatste van die reeks artikelen
«et ik
geru^ kleinen allengs het veld zullen
overla hebben en aan de grooten geen
enkejgSt tneer kunnen doen, dan zullen deze
elkajj" ''Unne gansche strijdkracht tegen
hun ^er wenden, dan zullen de sterken op
de st e,Urt het onderspit delven tegenover
ten h 1 eten' totdat eindelijk ook dezen moe-
j,piat'°en Voor den allersterkste.
SchaD •Z0U ^et eindwoord zijn van de maat-
^Mit lnd'en tegenover de persoonlijke
g°e(j r Yan den sterke, niet dikwijls met
2Wakk^VOlg de vereen'ode krachten van de
dezen 618,1 k°nden gesteld worden. Ook van
DetnenVOr.m Vatl den striJd 0:n het bestaan
Wechj. WlJ overal verschijnselen waar. De
katro'6 vereenigen zich tegenover de
fabri I"8' de bakkers tegenover de brood-
per 6 en' de neringdoenden tegen de coö-
Uri,
■'ijd^ 'S en k'ijft ook in dezen vorm
v^n a ln ^ezen vorm blijft het recht
den
,0vent
§epraai iC"
1aar Worde bevochten, ook de overwin-
ve(<} f eert zelden ongedeerd van het slag-
sterkste of van de sterksten, den
"Oon voeren. Aan welke zijde de ze-
teru
'•"ok ^n zoo er ook al niet onafge-
*rede Str,jd wordt gevoerd, de gewapende
t\vai.e Vor<iert van alle partijen onafgebroken
die 2 ||J"ers' overmatige krachtsinspanning,
S de sterksten doen zuchten en ten
6Ste a"en dreigen uit te putten.
at al krachten worden in dien alge-
Naar het Fransch van
Raoul de Navery.
25)
T
ifl8evioo. k®gon zij, als door een plotselinge
*hes ,6' het stuk zwart laken met haar
zi;S.te tornen; toen dit gedaan was,
het I een stub o'1 bet buis ontbrak,
bijhna?je st°f, dat zij in de hand hield,
a1der udende, bemerkte zij, dat dit en geen
1 T0er bet kleedingstuk was gescheurd.
l Z*J het stuk stof weder in het zakje
V ^en baar handen.
Vr-
meenen strijd verspild Wat al maatschap
pelijke tijd en rijkdom gaan er door verlo
ren Wat al booze hartstochten worden er
bij allen, die er aan deelnemen en wie
kan er zich aan onttrekken door
wekt en gevoed
»Moet dat altijd zoo blijven
»Is de samenwerking voor het bestaan in
de maatschappij slechts het ijdele droom
beeld van den dweper, die de natuurwet
van den strijd om het bestaan miskent, een
hersenschim waarvoor de man van de nuch
tere werkelijkheid te recht meelijdend de
schouders ophaalt?"
Er dagen hoe langer, zoo meer verschijn
selen op, die voedsel geven aan het geloof
en het vertrouwen van den »dweper", dat
zijn droombeeld eenmaal zal blijken niet
ijdel te zijn geweest. In alle denkende
hoofden en voelende harten wordt meer en
meer het bewustzijn levendig, dat het zoo
niet blijven kan, niet blijven zal. Samen
werking voor het bestaan, in de plaats van
strijd om het bestaan. Zoo moet het wezen
zoo zal het worden.
Bijtende ironie, of onnoozele onwetend
heid zal men geneigd zijn te vragen. »Hoe
durft gij te spreken van een economischen
wereldvrede in een tijd, waarin wij niets
om ons heen zien als de meest verbitterde
strijd
Juist -die uiterste verbittering voert den
strijd tot het ongerijmde. Of liever, wat
wij aanschouwen zijn nog slechts schermut
selingen, voorpostgevechten, maar de toe
rustingen van alle kanten, op elk gebied
zijn zoo ontzagwekkend, dat niemand den
beslissenden slag aandurft, zoo uitputtend,
dat ook de zich het sterkst gevoelenden,
naar verademing hijgen, het voortdurend op
de bres staan is zoo afmattend, dat allen
hoe langer zoo meer neigen tot wapenstil
stand, en peinzen over de voordeelen, en
zinnen op de voorwaarden van een eerlijke
vrede.
Men tast, men zoekt. Toch nemen die
verschijnselen op verschillend gebied meer
en meer vasten vorm aan.
Ziedaar een groep fabrikanten van een
zelfde artikel. Gedurende eenige jaren wer
den er goede zaken gemaakt. A. verdiende
geld als water, B. had spoedig zijn koetjes
op 't drooge. De een voor, de ander na
breidde zijn productie uitnieuwe fabrieken
verrezen, zonder regel, zonder rekenen, in
volslagen economische anarchie.De onderlinge
concurrentie heeft de prijzen doen dalen tot
een punt, waarop zelfs voor den best toe
geruste nauwelijks eenige winst overblijft.
De kleine fabrikanten kunnen hunne onkos
ten niet dekkende een na den ander
delft het onderspit. »Straks de beurt
aan ons," treuren reeds de middelmati-
gen. »En dan wellicht wij," voorzien
reeds de grooteren. »En inmiddels ver
dienen wij nauwelijks het brood," kla
gen de grootsten. Men steekt de hoof
den bijeen. Er is overproductie, heet het
en men besluit de productie te beperken.
Maar de prijzen worden niet beter. X heeft
een klant van Y te Amsterdam door lagere
prijzen verlokt en Y heeft een klant van X
te Rotterdam door nog lager aanbiedingen
naar zich toegehaald. Nieuwe vergade
ring tot vaststelling van een algemeenen
minimumprijs. Nauwelijks is men het
eens, of daar komen de Belgen de markt
bederven. Leer om leer, en de Belgische
consumenten ontvangen uit Hohandsche hand
in spotprijzen de zegeningen der vrije con
currentie. Samenkomst met de »Vlaamsche
broeders": »iaat ons elkander weêrkeerig
met rust laten; gij in België, dan blijven
wij in Holland": aldus besloten. Maar
daar komt het gehaspel over de vastgestelde
overeenkomsten in het binnenlandMuller,
die meer navraag van zijn klanten kreeg,
heeft stillekens de bepaalde productie over
schreden; Meijer heeft een korting van
zijne rekeningen gegevenfactuur, wissel,
alles prompt in orde, maar 10 percent »voor
contant" terugbetaald »uit het handje'';
J^ht, ,ler)d, zeide zij tot den grijsaard, zoo
t? gij at-- deze alleen haar kon verstaan,
|e§even zegt wie u uw wambuis heeft
r°Uvv i' (ian zal ik u niet alleen bij de
i ar ij^ renSen, die Fido zal genezen, maar
r' Uw Za' u> zooveel in mijn vermogen is,
-- \j(, ^ede bijstaan.
6 S'jjsa" ^iet mÜ gegeven, antwoordde
atd. Er zijn brave menschen in de
wereld, zeer brave menschen. Ik was in een
klein dorpje.
Hoe heet het? vroeg de arbeidster.
Wacht.., Fouillenbois juist,Fouillen-
bois. De avond viel, ik had honger, mijn
hond scheen moede. Ik ging door de dorps
straat, toen ik een klein meisje hoorde
roepen
Ovader 1 een blinde met een hond
Vindt gij goed, dat ik doe als in den tijd,
toen moeder leefde, en den arrne mijn eten
geef? Ik hoorde een kus weerklinken, daarna
een vriendelijke stem zeggen Deel ons maal
en slaap bij ons. Het kind nam mij bij de
hand, en ik ging binnen.
Ga zitten, zeide mijn gastheer; Blon
dine houdt zich bezig met het bereiden van
het eten... Zij telt eerst tien jaren, en reeds
werkt zij als een ware huishoudsterzij
heeft geheel alleen de soep klaar gemaakt.
Mijn Blondine is een groote zegen.
Ik zag het kleine meisje niet. doch hoorde
haar zachtjes gaan en komen.
Toen het eten gereed was, bracht zij de
soep op tafel, vulde een schaal en zette
die bij Fido op den grond.Eet, zeide
zij, gij zijt een goed dier, de menschen
moeten van u houden. Ik bracht den avond
door bij den kleermaker en zijn dochter;
ik sliep in de kamer van zijn vrouw, die hij
verloren had en over wie hij met warme
vereering sprak. Bij het krieken van den
dag stond ik op, maar niet vroeg genoeg
om Blondine voor te zijn. Het was in he°t
laatst van Septemberde nachten begonnen
frisch te worden; ziende dat ik van koude
beefde in mijn dunne linnen kiel, wierp zij
een groot blok hout op het vuur, en zich
toen tot haar vader keerende, die reeds
zat te werken
Vader, zeide zij, de arme blinde lijdt
koudede winter begint te komen, als
ik hem eens het roode wambuis gaf, ge
weet wel.Blondine werd voor haar goe
den raad wederom met een kus beloond.
Toen ik opstond om heen te gaan, gaf dé
kleermaker met dit kleedingstuk. Ik dankte
duizend maal (ten braven man, kuste Blon
dine en verliet? Fouillenbois. Dat is nu acht
maanden geleden.
Acht maanden, herhaalde de arbeid
ster. Wilt gij met mij teruggaan naar
Fouillenbois
Gaarne, maar.
Gij hebt misschien het geheim van
geheel mijn leven in uw handen.
Dewit heeft de spaarpot van de kinderen
zijner klanten bedacht, en Dezwart de hand
van den meesterknecht gestoptKrom heeft
franco geleverd waar »niet franco" was
overeengekomen en Dwars heeft zakken van
11 kilo voor 10 kilo gewogen. Verwijten
van alle kanten, wederzijds. Verscherpte,
juister omschreven bepalingen worden ge
maakt, met boeten voor overtredingen.
t Mag niet baten, altyd weef deze of gene
slimmert, minder nauwgezet van geweten,
door de mazen der overeenkomst heen te
sluipen. Het eenige afdoende redmiddel
gezamenlijke verkoop, wordt aangenomen.
Ailen leveren, ieder de bepaalde hoeveel
heid tot bepaalden prijs, verschillend naar
kwaliteit, aan het centraal-depót of maga
zijn, dat onder beheer van een gekozen
bestuur, uitsluitend het artikel over het
geheele land verkoopt en aflevert, en winst
of verlies pondspondsgewijze verdeelt.
Tevreden over de uitkomsten dezer coö
peratie gaat men straks nog verder
van gezamenhjken verkoop komt het
tot een gezamenlijken inkoop voor gemeen
schappelijke rekening worden laboratoriën
en proefstations opgericht, door uitzending
van bekwame, energieke mannen afzet in
den vreemde, in verre gewesten gezocht en
verkregenaltemaal maatregelen, die de
krachten van eiken enkele te boven gaan,
en aan allen, aan het geheele bedrijf ten
goede komen. Eindelijk de laatste stap
de oplossing van al de verschillende kleinere
en grootere ondernemingen in één groote
vennootschap met centrale leidingde Ver-
eenigde Staten der Nijverheid.
In korte woorden deze coöperatieve be
weging samenvattende, kunnen wij de op
eenvolgende toestanden aldus schetsen
regeling der productie
regeling der prijzen
regeling van productie en prijzen;
regeling van productie en prijzen bij centrale
leiding van den verkoop
regeling van productie en prijzen centrale
Het jonge meisje stond op, sprak zacht
enkele woorden met Claudine en kwam
toen bij den blinde terug; zij legde den
hond in haar voorschoot, nam toen den
giijsaaid bij de hand en volgde met hem
den volgeladen wagen, die reeds op we<*
was naar de schuur.
Op het land, maar vooral in den oogst
tijd. is men zeer gastvrij. Mathurin, de
eigenaar van de hoeve, ontving den blinde
dus hartelijk. Na het eten haalde hij uit
de kast een zak geld.
Kinderen, zeide hij, het graan is bin
nen de aren zijn vol en zwaarik zal u
allen betalen, u dankende voor uw goede
diensten; als gij wilt en kunt, dan behoud
ik u voor het dorschen en zelfs voor den
hooitijd.
Ieder der arbeiders kwam nader om zijn
loon te ontvangen.
Toen de betaling was afgeloopen, liet
Mathurin twee kruiken appelwijn brengen,
om die op hun aller gezondheid te ledigen.
Een enkele dronk niet; het was het
jonge meisje, dat het eerst den grijsaard
was te hulp gekomen.
(Wordt vervolgd.)