lord Cromer (den Britschen gezant) handelde,
doet hopen, dat de les, welke de gebeurte
nissen van Januari hem hebben gegeven,
niet vergeten is".
Naar de Times uit Montevideo verneemt,
heeft de leider van den opstand in Brazilië,
Be Mello, zich Maandag met wat hem van
zijn schepen overgebleven was en 1200 man
aan de Argentijnsche overheid overgegeven,
op voorwaarde dat zij als politieke vluchte
lingen beschouwd en niet uitgeleverd zullen
worden. De Mello werd daartoe door gebrek
aan ammunitie en kolen gedwongen. Inmid
dels is er niet zekers bekend omtrent het
leger van den generaal der opstandelingen
Saraïva, hetwelk naar Rio Grande is op
gerukt.
Stads- en Gewestelijk Nieuws.
Schiedam, 19 April 1894.
Met leedwezen vernemen wij, dat de heer
J. B. Nolet, oud-wethouder dezer gemeente,
sedert eenige dagen ernstig ongesteld is.
Be toestand van den waardigen zieke doet,
ook vooral met het oog op zijn ruim88-jarigen
leeftijd, het ergste vreezen, zoodat hem de
laatste HH. Sacramenten zijn toegediend.
Woensdag-avond gaf de Symphonie-Ver-
eeniging eene uitvoering met medewerking
van mejuffrouw Amanda Eberle en den heer
Eug. Stokvis, beiden van Rotterdam.
De Serenade van Scharwenka, een schoon
werk met zeer veel variaties, werd vrij goed
gespeeld, en alhoewel wel wat zwaar voor
liefhebbers, werden de zeer vele dissonanten
daarin voorkomende en de velen niet in het
werk vermeld, vrij goed overmeesterd.
Beter beviel ons het nederige doch liefelijke
Andante van Joh. Berghout; het comische
entr' acte j> Mignon" van A. Thomas voldeed
goed. Tot slot werd gespeeld Ouverture
•tRosamundé" van Fr. Schubert. Daarin deed
het orkest zich in zijn volle kracht hooren.
Mejuffrouw Amande Eberle zong in de
eerste aldeeling Spielmanslied van Nicolai,
Wiegelied van Jan Marks en Een liedje-van
G. Mann. In de tweede afdeeling werden In der
Kirche van v. Perger, Wenn du ein herz ge-
funden van Visser en Slapedoe van Fagel
door haar ten gehoore gebracht.
Begaafd met een degelijk alt-geluid, zong
zij met veel, wij zouden haast zeggen,
met al te veel gloed. Deze soliste toont
inderdaad over een groot register te be
schikken, en deed ons vooral in de zeer fijne
pianissimo's haar bijzonder talent kennen.
De heer Stokvis droeg voor Andacht en
Herbstblume (uit de Suite sim walde") van
Popper, en Arlequin (maskenballscene) van
denzelfden componist. In de tweede afdeeling
werden Romance van üavidoft en Sur le lac"
van Godard door hem voorgedragen. Daar
van bevielen ons Romance en Herbstblume
wel het best. Ais cellist is hij voor ons
geen vreemdeling en hadden wij meermalen
het genoegen, evenals gisteravond, van zijn
voordracht te genieten.
De piano-begeleiding was in vertrouwde
handen; de heer Jan Berghout vervulde zijne
eigenaardige taak met blijkbare toewijding.
Het geheel heeft ons zeer bevredigd een
woord van lof mag den degelijken en talent-
vollen directeur der Symphonie-Vereeniging,
den heer Julius Egener, niet worden ont
houden.
De voorbereidende werkzaamheden voor
de electrische verlichting te Rotterdam
vorderen in die mate, dat de kabels reeds
op verscheidene plaatsen zijn gelegd.
Dinsdag-middag werd ten Raadhuize in
het openbaar een tweede Accumulatoren
station van de Coolvest, hoek Leeuwenlaan,
aanbesteed ten behoeve dezer verlichting
en krachtsoverbrenging. Voor dit werk wa
ren ingeleverd 18 biljeten. Laagste inschrij
ver was de heer Paulus Hofman te Kralin
gen ad f 33.200, aan wien dit werk is gegund.
Het vermoeden, dat met de ontvreemde
roeiboot van schipper Van der Linden te
Rotterdam gestolen tarwe zou vervoerd zijn,
is bewaarheid, en uit de bekentenis van de
drie aangehoudenen is gebleken dat zij, na
eene gemaakte afspraak, in den nacht van
Zaterdag op Zondag jl. uit een te Rotterdam op
stroom liggend Rijnschip, dat op het punt
was van naar Duitschland te vertrekken,
hebben gestolen 11 hectoliter tarwe. Met
die tarwe roeiden zij naar Nieuw-Lekker-
land, waar zij ze aan twee hun bekende
kooplieden voor f36 verkochten. Een dezer
kooplieden heeft hun vooraf gelegenheid ge
geven bij een hem bekend man, te Rotterdam
woonachtig, zakken te huren. Het ontvreemde
is te Nieuw Lekkerland in beslag genomen.
(IV. R. Gt.)
Gisteren ochtend omstreeks 9 ure is de
melkverkooper v. d. B. uit Vl.-Ambacht op
den Maassluischen dijk te Vlaardingen ter
hoogte van den heer Moerman, willende
uitwijken voor een hem passeerende wagen
met paard, met zijn met melk en eieren
beladen kar, van de aldaar nog al sterke
helling en trapjes, gevallen, waarbij melk
en eieren verloren gingen en hij zelf ook
eene kwetsure bekwam.
De Maassl. Crt. schrijft
Zondagmorgen werd onze gemeente uit
hare rust opgeschrikt door zware knallen,
waardoor de vensterglazen in hunne spon
ningen rinkelden't was dikwerf alsof een
monitor zijn zwaarste stukken afvuurde,
't Bleek der toegestroomde menigte alras,
dat door de genie het restant van de, door
de politie in de smederij van de Berging
maatschappij in beslag genomen, ontplof
fingsmiddelen werd onschadelijk gemaakt.
Was eerst het plan dit restant te vervoeren
naar de pyrotechnische inrichting te Delft,
bij later inzien bleek de vernietiging daar
niet naar behooren te kunnen geschieden
en werd, door het ministerie van Oorlog,
de luitenant Forbes te Utrecht, aangewezen,
om met den meesten spoed tot de vernie-
tiging over te gaan. Met het oog op het
enorme gevaar voor de scheepvaart werd
daarom over het bezwaar heengestapt, dat
de Zondag voor dergelijk werk een minder
gewenschte dag is. Omstreeks 6 uur in
den morgen met het werk begonnen was
men daarmede 's middags te 2 uur klaar.
Nu men van nabij kon zien welk een ont
zettende kracht in die oogenschijnlijk nie
tige hulzen verborgen was, dacht iedereen
met huivering aan het onbeschrijfelijke ge
vaar, waaraan onze gemeente oproekelooze
wijze is blootgesteld geweest. Technici
verklaren toch, dat de grondtrillingen, ver
oorzaakt door de voorbijrijdende treinen,
aanleiding hadden kunnen zijn voor eene
ontploffing. Niet alleen dus voor de veilig
heid onzer gemeente, maar ook voor die
van het spoorwegverkeer is het te hopen,
dat de autoriteiten zoodanig zullen optreden,
dat dergelijke practijken in de toekomst
onmogelijk zijn.
Naar wij nog vernemen wordt door de
ambtenaren der belastingen onderzocht, in
hoeverre met dit dynamiet eventueel ver
schuldigde rechten ontdoken zijn.
Hoe geheel overbodig het is dergelijke
ontploffingsmiddelen in voorraad te hebben
begrijpt men, als men weet, dat op de Rob-
beplaat, nabij Rotterdam, door de firma
Rietschoten Houwens een magazijn ervan
gehouden wordt, waaruit berging-maat
schappijen en ook de marine het benoodigde
betrekt.
In het vorige bericht omtrent de ontplof
bare stoffen, stond boniet, dit moet zijn
foniet.
Verwondert vraagt menigeen te Maassluis
zich af hoe 't mogelijk is zoo roekeloos eene
gemeente aan zulk een groot gevaar bloot
te stellen door het opslaan van ontplof
fingsmiddelen in de smederij der Berging-
Maatschappij aldaar, en als eenige veront
schuldiging daarvoor geldt, dat het meermalen
wordt opgemerkt, dat menschen, die door den
aard van hun beroep of betrekking dagelijks
omgaan met in hooge mate gevaarlijke voor
werpen of stoffen, daarmede zóó vertrouwd
geraken, dat zij het gevaar niet meer op
merken. Een treffend bewijs daarvoor is
zeker, dat voor eenigen tijd een bediende
van de Berging Maatschappij veroordeeld
werd tot een boete van f 50, omdat hij met
een kistje dynamiet gereisd was per spoor
van Rotterdam naar Vlissingen, aldaar over
nachtte in een hotel, steeds voorzien van
zijn gevaarlijke bagage, en daarmede, per
passagiersboot, naar Terneuzen vertrok waar
het dynamiet gebruikt werd voor het op
ruimen van een wrak.
Voor de betrekking van gemeente-veld
wachter te Schipluiden hebben zich bij den
Burgemeester niet minder dan 45 sollicitan
ten aangemeld.
Tot hoofdingeland van het hoogheemraad
schap Delfland is gekozen de heer P. M. G.
von Fisenne te Rijswijk met 420 stemmen,
tegen 353 op den heer D. C. Lans te Delft.
Een belangrijk raadsdebat.
De behandeling van het adres van mevr.
de Wed. H. Plant om afstand van grond
aan het Westerhavenhoofd gat in de raads
zitting op eergisteren stof tot uitvoerige
bespreking.
Op den heer mr. Poortman had het inge
komen rapport den indruk gemaakt eener
vluchtige behandeling dezer gewichtige zaak.
Hij kon zich met de aangevoerde argumen
ten der fabricage niet vereenigen. Ten
eerste wist hij niet wat ze op het oog had
met eene spoorwegverbinding aan het Wes
terhavenhoofd, waaromtrent ons niets bepaald
werd aangewezen, maar ten andere begreep hij
niet, waar voor een weg of straat als brand-
pad noodig zou zijnhet kwam hem
onnoodig voor, een straat of weg van 10
meter te maken op zoo geringen afstand
van den bestaande weg. Spr. meende dat
het besluit te adviseeren tot afwijzing reeds
bij de fabricage vaststond, en dat zij daarna
redenen gezocht heeft om haar afwijzend
advies te argumenteeren. Geheel in strijd
met een vorig besluit ten opzichte der firma
Van Deventer genomen, schijnt men nu
eene bestaande industrie moeilijkheden in
den weg te willen leggen in plaats van haar
te bevorderen.
De heer Visser, wethouder van fabricage,
antwoordde den heer Poortman, dat het
plan bestond, de ontworpen spoorlijn aan
het Oosterhavenhoofd, waarover het gemeen
tebestuur in correspondentie is mef den Mi
nister van Waterstaat, te verlengen tot aan
de Westerhaven. Die lijn zou dan over den
Maasdijk moeten worden gelegd. Verder
had de commissie van fabricage op het oog
den aanleg van een brandpad. De ongeluk
kige toestand van het bestaande brandpad
maakt dezen aanleg tot eene dringende
noodzakelijkheid.
De heer Poortman repliceerde, dat het
onmogelijk is, van den Maasdijk het be
staande brandpad te bereiken, dat is onwaar.
Op heftigen toon voer de heer Visser daar
tegen aan, dat hij hier gaarne in extenso
zou expliceeren, maar nu hem in deze ver
gadering voor de voeten wordt geworpen
ïdat is onwaar", zal hij niet meer antwoorden.
Men zou wel huiverig worden met den heer
Visser in debat te treden merkte de heer
Dom op want als men hem tegenspreekt,
antwoordt hij niet meer. Desondanks was ook
hij van meening, dat het onmogelijk is bij hoo-
gen vloed droogvoets van het Havenhoofd
naar het Brandpad te komen. Het is ge
beurd, dat bij stormvloed de aanlegplaats
der stoombooten geheel onder water stond.
De ontworpen spoorwegverlenging ontmoet
een ontzettend groot bezwaar in de om
standigheid, dat in den mond der haven een
spoorbrug zou moeten gemaakt worden,
waar tegen de booten zouden aanvaren. Op
dien grond achtte hij de besproken spoor
wegverlenging zeer onwaarschijnlijk en had
dus dit argument der fabr. voor hem geen
waarde. Door de groote kosten die de
grondsafstand aan de firma Van Deventer
ons zal veroorzaken, genieten wij eigenlijk
voor de 7 bunders slechts f9000, de firma
Plant heeft f 3500 p. b. geboden het is voor
haar een zaak van groot belang, dat zij het
Balkengat behoudt. Spr. achtte dit het beste
middel om een industrie hier te houden,
die ons, behalve de 11550 huur, ook voor
deel bezorgt in het havengeld voor de hout
schepen. Hij zou daarom het voorstel van
B. en W. in tweeën willen splitsen en wel
het Balkengat, maar niet het terrein der
houtloodsen willen verkoopen.
De heer Visser hield vol, dat het wel
mogelijk zou zijn van het Hoofd droogvoets
over den Maasdijk te komen Der firma Van
Deventer was de verplichting opgelegd een
brug te maken, waardoormen bij stormvloed
van het plein bij de aanlegplaats der stoom
booten zou kunnen komen op den grond
dien men nu aan Plant zou afstaan Tegen
over de opmerking van den heer Dom dat
de aanlegplaats zelf overstroomd werd, deelde
hij mede, dat ze met geringe moeite boven
stormvloed was te brengen.
Tegenover het beweren van den heer
Poortman, dat de fabr. naar argumenten
had gezocht, meende de wethouder Den
Breems een woord van protest te moeten
uitbrengen. Het had den schfjn alsof men
de bestaande industrie belemmeringen ging
veroorzaken tegenover de faciliteiten der
komende industrie verleend. Niemand meer
dan adressante heeft de milde beschikking
van het gemeentebestuur ondervonden. Het
werd haar toegestaan behalve den grond dien
zij in huur heeft, ruimschoots van den ge
meentegrond gebruik te maken door de
aangevoerde deelen tot zelfs hoog achter de
lantaarn op den wal op te stapelen. Niet
iedere gemeente kan zulk een balkengat
bij stroomend water aanbieden. Hier is vóór
alles met het belang der gemeente rekening
gehouden. Sprekers eigen persoonlijk belang
is, dat die industrie hier blijft, maar voor
alles moet hier het belang der gemeente
gaan.
De heer Poortman bleef in de oppositie.
Hij meende, dat de fabr. totaal getailleerd
heeft in het zoeken naar redenen om haar
afwijzend advies te argumenteerenden
raadsleden is van eene spoorwegverlenging
niets bekend. Men vergete niet, dat het
uitdiepen van het Balkengat en de verplich
ting om het weer in den vorigen staat op
te leveren, de huur voor de firma Plant
aanmerkelijk verhoogt.
De heer Loncq meende zijn stem tegen
het voorstel—Dom, om alleen het Balken
gat te verkoopen, te moeten motiveeren.
Door dien verkoop zouden wij ons den toe
gang naar de daarachter gelegen grienden,
die wij ons bij den overdracht aan de firma
Van Deventer hebben voorbehouden, geheel
afsnijden.
Met dit gevoelen vereenigden zich geheel
de wethouders Den Breems en Maas. Vooral
de laatste betoogde, dat, wanneer wij onze
beteekenis als »oeverstaat" niet willen verlie
zen, wij het terrein van het Balkengat moe
ten behouden de zaak is, een toegangsweg
in de richting van het Spuikanaal te be
houden. Komen er nieuwe industrieën, dan
zullen wij hun, desverlangd, aan de zuidzijde
een toegang moeten openen. Ook tegenover
het beweren van den heer Poortman, dat
het Balkengat stuit aan de eene zijde op
de panden aan de Hoofdstraat en aan de
andere zijde grenst aan de terreinen der
firma Van Deventer, hield de heer Maas
vol, dat wij het Balkengat niet kunnen af
staan, en de andere terreinen welover het
voorstel van B. en W. moet in eens gestemd
worden; hij ontried dus de splitsing door
den heer Dom voorgesteld.
Het voorstel—Dom, in stemming gebracht,
werd verworpen met 4 tegen 15 stemmen.
Daarna werd het voorstel van B. en W.,
om op het verzoek van mevr. wed. H. Plant
afwijzend te beschikken, met 17 tegen 2
stemmen, de heeren Prins en Poortman,
aangenomen.
Wij verheugen ons over de gevallen be
slissing, omdat daardoor de gemeente, nu
het beste gedeelte van de Plaat in particu
liere handen is overgegaan, althans de be
schikking over een niet onbeduidend gedeelte
grond aan de Maas heeft behouden.