Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
eerste blad.
17de Jaarg.
Zondag 16 September 1894.
No. 4992.
bureau ^>oicrx>ixaat 50.
®et Masker des Konings.
PRIJS VAN DIT BLAD:
^oor Schiedam per 3 maanden
franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nommers
f 1.50
- 2.—
- 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
vat) eenige dagen bepleitten wij op grond
tt!°0 et toenemend aantal moorden en
herst ,aans'aaen de noodzakelijkheid van het
hoe 6 ^6r doodstraf. Wij wezen er op
die ef0r e rn'sP'aatste ziekelijke philantropie
Wer a s^tiwelijke misdadigers tot het voor-
d'gde aier ^este zorSen koos, der belee-
hatl(j rnenschheid het eenige wapen uit de
teg6n a<' oeslagen, wat haar nog eenigszins
Vallen ''6n 'aSen moordzucht van diep ge-
ip j VVf-'zens beschermen konwij stelden
d°od$6' dat door de afschaffing der
en Saf de evenredigheid tusschen misdaad
*o0ai,raf.Was verbroken; de gruweldaden,
\v0rfjS W'J die in den laatsten tijd beleven,
kej-kg6" tocb oiet uitgeboet door levenslange
t°6.^rstrad' die dan nog dikwijls door de
Voi|e f,Sln" van het recht van gratie hare
dene °ePass'n& ntet vindt. Op onderschei-
Pkila ^dzen uit zich de moderne ziekelijke
dadit, l0^e te8eoover de afschuwelijke mis-
°eis, die wij in onzen tijd leeren kennen.
tvaa aai't zich niet alleen in de wijze,
§eva°^ *?en m'sdadigers het verblijf in de
g "f*8 zoo dragelijk mogelijk wordt
pp maar ook in den zucht om zoovele
lijk en' a's ^dwalingen van het mensche-
Vet'klarrStan(1V°°r niet toerekenbaar te
eckf uddrukking »niet toerekenbaar" is een
tien rao<iewo°rd geworden in onzen moder-
steidP lantroPische" tijd. üe N. II. Ct.
dit nog onlangs in het licht in een
Volg S?^reven artikel, waaraan wij hier het
der^er'! ontleenen. Onder de vele woor-
h6eft 16 tegenwoordig ieder in den mond
te v ,°m met een enkelen slag een toestand
var, (je n' eene verantwoordelijkheid zich
«^^^^kals te schuwen, eene moeilijkheid
euilieton.
2)
^°n ls ''et van u, mijn schat," zei mevrouw
eer z.,i ''^dorf en ik beloof u dat ik u alle
®aocht w a's ik door Z. M. tot een dans
vtfet .0l<*en uitgenoodigd."
aan0e Zi°U mÜ niets verwonderen, als het
°P de am" antwoordde Von Burgdorf
^iendeip? rts ingaande. »Verbeeld u, zóó
§,6sPrek k was de Koning, dat hij ook het
'ts V^v, °P mijn kostelijk neefje,
Jmia ^ydow.
V0p g*8 op-
,»Nu
ei§enliikJa- en lk bemerkte dat Z. M.
t°° b0o„ JeSens den vroolijken snaak niet
jVoninr, gestemd was, als het schijnt. De
eveling an n,i,et vergeten dat hij eens zijn
op te lossen, staat het woord «niet toere
kenbaar" boven aan. Het eerst werd het
uitgesproken in de rechtszalen, van daar
kwam het onder het groote publiek en nu
hoort men het zelfs in de kinderkamers.
Ieder beroemt er zich in meerdere of min
dere mate op ontoerekenbaar te zijn. Vroe
ger zou het een schade geweest zijn, zich
zelf niet te kunnen verantwoorden voor zijn
eigen woorden en eigen daden, tegenwoordig
is het eer. recht dat men voor zich-zelven
en anderen opeischt. Vroeger waren het
alleen idioten en krankzinnigen die men niet
toerekenbaar achtte, nu is het iedereen.
Elk mensch is een product zijner afstam
ming, zijne voorouders in den derden of
vierden, misschien zelfs tienden of twintigsten
^graad, van zijn bloedmenging, zijn gestel,
zijn zenuwen, zijn omgeving, zijn opvoeding,
de omstandigheden en vooral de maatschappij.
Niet toerekenbaar zijn de anarchisten, die
hun dynamiet bommen links en rechts heen
werpen en onder voorwendsel zich op de
maatschappij te wreken onschuldigen ver
moorden of verminken.
Niet toerekenbaar de dolleman, die zijn
woede koelt op een weerloos slachtoffer,
die waar zijn lage hartstocht tegenstand
ondervindt, het onbarmhartig neerschiet,
die vader, moeder vrouw of kinderen uit
hebzucht of zelfs uit gril verwurgt.
Niet toerekenbaar de zelfmoordenaars, die
uit teleurstelling, uit landerigheid, uit wan
hoop of schaamte zich van het leven be-
rooven.
Niet toerekenbaar de dief, die inbreekt,
steelt, rooft, niet toerekenbaar de oplichter,
de valsche munter, de bedrieger op groote
schaal, de schuldenmaker, de verkwister,
de gierigaard.
Niet toerekenbaar de huistyran, die zijn
vrouw sart, plaagt, wantrouwt, laat zwoegen
zonder haar ooit een woord van waardee
ring of erkenning toe te voegen, die zijn
kinderen door zijn ondragelijk humeur het
hart verbittert en het karakter bederft.
«Wat een edele, goede Koning!" riep
Julia uit.
»Z. M. vertelde mij," zoo ging de raads
heer voort, «dat de dienstrapporten over
Von Sydow uitstekend waren maar waarom
laat hij hem dan niet avar.ceeren
Een dienstknecht trad binnen en kondigde
aan
«Mijnheer de luitenant Von Earnbach
«Zeg mijnheer den luitenant, dat hij wel
kom is," antwoordde de raadsheer en Julia
naderend, zei hij«Gij moet den uitste
kenden jonkman met de welwillendheid ont
vangen, die hij verdientis Frits binnen
een jaar geen kaptein, dan moogt gij Von
Farnbachs hand niet afwijzen."
Julia werd bleek en zweeghaar oo^en
vulden zich met tranen.
Luitenant Von Farnbach trad de kamer
binnen. De jonkman was geen onaangename
verschijning, doch zijn gelaat droeg de sporen
van een nog al stormachtig leven en zijn
grijze oogen schouwden verdwaald.
«Vergeef mij als ik stoornis breng," sprak
de luitenant na de gewone plichtplegingen.
»Ik kom alleen, omdat ik bevreesd ben
dat de dames op het gemaskerde bal in
het operagebouw zullen wegblijven, een
Niet toerekenbaar de vrouw, die haar
huishouden verwaarloost, haar geld verpronkt,
haar man het huis hatelijk maakt door
knorrigheid en dwaze grillen.
Niet toerekenbaar de dronkaard die in
herbergen zijn leven doorbrengt en dan
klaagt over de slechte inrichting der maat
schappij, over onrechtvaardige verdrukking
van den arbeider, over werkeloosheid en
armoede.
Niet toerekenbaar de slaven hunner
schandelijke lusten, die ongeluk en oneer
om hen heen verspreiden, hun gezinnen
voor tijd en eeuwigheid ongelukkig maken,
hun nageslacht nog voor hun zonde laten
boeten.
Niet toerekenbaar de schrijver, die het
kwaad in al zijn naaktheid ten toon spreidt
en verheerlijkt, de deugd bespot, den gods
dienst belacht.
Niet toerekenbaar de ouders die hun kin
deren, verwennen, zich buigen voor hun wil,
hen niet leeren gehoorzamen en zich be-
heerschen, hen laten opgroeien voor galg
en rad.
Niet toerekenbaar de kinderen, die van
jongs af dreigen, dwingen, snoepen, liegen
stelen zelfs. De schuld van al die ontoe-
rekenbaren moet overal gezocht worden be
halve bij hen zelf.
En zoo heeft iedereen dadelijk een voor
wendsel pasklaar om zich van alle zonde
vrij te pleiten, om zich te vrij waren van
straf en schande; niets gemakkelijker dus
dan dat niet toerekenbaar! Men behoeft
niet te onderzoeken, niet te straffen, niet
bevreesd te zijn een schandmerk op iemand
te drukken, in landen waar de jury bestaat,
zijn de gezworenen dadelijk gereed deze
verontschuldiging aan te nemen.
Het ontslaat hen van de onaangename
verplichting een «schuldig" uit te spreken;
zij behoeven niet te vreezen voor hun eigen
geweten, dat hen verwijten kan een onrecht
vaardig of te goedertieren vonnis uitge
sproken te hebben, evenmin hebben zij
feest, dat schitterend belooft te zijn."
«Ik zal mijn dames er heen geleiden,"
antwoordde de raadsheer, «Z. M. zelf ver
langt er haar tegenwoordigheid."
«En is het mij vergund freule Julia dien
avond tot cavalier te verstrekken vroeg
de luitenant onderdanig.
Julia wierp een smeekenden blik op haar
moeder, die dezen begreep en het antwoord
van haar gemaal voorkomend, antwoordde
mevrouw Von Burgdorf:
«Gij zijt zeer goed, mijnheer de luitenant,
doch ik denk dat luitenant Frits Von Sydow
de schoone gelegenheid niet zal laten voorbij
gaan - hij houdt zóó van dergelijke feesten
-en daar hij bovendien tot de aanver
wanten onzer familie behoort, zult gij het
wel verontschuldigen, wanneer wij hem.
De heer Von Fernbach zag spotachtig
naar de spreekster.
«Luitenant Von Sydow, hum, hum, voor hem
moet ik ongetwijfeld wijkende vraag is
echter of de heer Von Sydow op het bal
zal mogen komen.''
«En op welken grond?" vroeg de heer
Von Burgdorf.
«Omdat de heer Von -Sydow, helaas, het
geluk niet heeft te Berlijn in garnizoen te
reden om te vreezen voor de wraaknemin
gen van de vrienden der beschuldigden.
Zoodra immers het niet toerekenbaar is uit
gesproken, vervalt hunne verantwoordelijk
heid en daardoor ook hun recht op straf.
Maar het gemakkelijkste van alles is die
ontoerekenbaarheid voor de zoogenaamd
ontoerekenbaren zelf.
Verbeeld u eens, ik ben slecht gehumeurd,
niets en niemand kan mij van daag voldoen,
het eten is slecht gekookt, de kinderen
zijn lastig, mijne vrouw let niet op mijne
klachten, dat maakt mij altijd grimmiger,
onhebbelijkerals de kinderen daarentegen
huilen, mijne vrouw boos wordt, dan speel
ik nog de verongelijkte, het slachtoffer,
ik kan het immers niet helpen, dat ik kwaad
gehumeurd ben, dat komt voor uit mijn
gestel, uit een slechten nacht, uit uit
ja, misschien wel uit de oorlogszuchtige
natum van mijn bet-over-oud-grootpapa,
den Batavier of den Kat.
Een ander kan in geen winkel of bazar
komen zonder stilletjes iets weg te ka
pen, eindelijk wordt hij of zij betrapt, voor
den rechter gebracht, de verontschuldiging
ligt klaar kleptomanie, steelziekte.
Een ander genie doet allerlei dwaze, on
mogelijke dingen, leeft als een beest, maakt
schulden, bedriegt de menschen, hij is artiest
met een e, dat is nog heel iets anders
dan gewoon artist men moet hem alles
vergeven, omdat zijn hersens abnormaal
zijn; waren zij als die van een kruidenier,
hij zou onberispelijk leven, maar ook geen
mooi knappe werken voortbrengen.
En zoo gaat het voort, het leger der on
toerekenbaren wordt steeds grooter, de mode
helpt een handje mede, en als die eenmaal
een zaak wil vooruit helpen, kan men van
het succes verzekerd zijn. Maar waar blij
ven al die ontoerekenbaren Want eigenlijk
gezegd is het woord ontoerekenbaar toch
niets anders dan eene verzachte uitdruk
king voor iets, wat men in het dageiijksch
leven liever niet bij den naam noemt, maar
liggen. Kort geleden is een onherroepelijk
bevel des Konings verschenen, dat den offi
cieren der omliggende garnizoenen verbiedt,
zonder dringende noodzakelijkheid,'s avonds
in de residentie te komen. Ongenoegens
tusschen de Potsdamsche en plaatselijke
officieren zijn oorzaak van dezen verstan-
digen maatregel en ik betwijfel zeer," voegde
hij er bij, «dat men ten gunste van den
heer luitenant Von Sydow een uitzondering
zal maken."
«Gij schijnt geen vriend van onzen neef
te zijn antwoordde mevrouw vrij scherp.
Luitenant Von Farnbach werd verlegen.
«Ik heb er geen reden voor, na den streek
dien Von Sydow mij gespeeld heeft, toen
wij nog pages warenhij is hem echter
duur te staan gekomen."
«En wat heeft de overmoedige knaap u
gedaan vroeg de raadsheer. «Een slechte
streek kan het niet zijn, daarvoor is hij niet
in staatdoch een vroolijke sijs, is hij -
en het is goed dat men hem de vleugels
gekortwiekt heeft."
Wordt vervolgd.')
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT