Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
eerste blad.
18de Jaarg.
Zondag 10 Februari 1895.
No. 5114.
uveaxx *g$otev$tvaat 50.
Europa's ontwapening.
De Doodkistenmaker.
PRIJS VAN DIT BLAI):
Voor Schiedam per 3 maanden1.50
Franco per post door geheel Nederland - 2.
Afzonderlijke Nommers- 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
Varen vrede heeft Europa nu reeds vijf
twintig jaren lang niet meer gekend
e oorlog van 1870 en vooral het vredes-
Contract na dien oorlog, had geenszins het
§ewone verloop van vroegere oorlogen en
Vrodescontracten, neen, juist, nadat de laatste
°Verwinnende Duitscher in Mei 1871 Frank-
Hjks bodem had verlaten, stond het meer
an °°it bij de Franschen vast het geledene
»r°eg 0f jaat zeventJubbel te vergelden.
ruisen of liever Duitschland (want de
ondstaten werden voor goed allen ot-
defensief vereenigd in het nieuwe Duitsche
Verrijk,) Duitschland kon na den vrede
^an Frankfort zoodoende niets anders doen
I an altoos gereed zijn. Wel verre van zijne
8ers na den krijg te kunnen wegzenden,
berden er te Berlijn telken jare nieuwe
^'llioenen aan de Kamers gevraagd, om nog
alto°s meerdere regimenten te vormen;
'timers, ook Frankrijk had na de les van
en oorlog, heel zijn leger gerestaureerd en
a"e zijne regimenten uitgebreid. Meer nog,
tankrijk vond weldra gevoelens van vriend
schap bij eenen anderen buur van Duitsch-
and, bij den Rus. Dit bracht van zelf te weeg,
at de Rus als minder aangename
uur van Duitschland ook opnieuw
®gon te waken tegen den Pruis en dat
'J zijne legers aanvullen en oefenen ging.
^"geland nu, aldus Ruslands krijgsrus
tingen ziende, had er belang bij, om in
aet Oosten waar de Rus altoos voort-
maarts dringen wil zijn invloed en over
dacht, zoowel langs het Egyptisch gebied
a's in het Zuiden van Azië, en vooral ook
angs de eilanden der Middellandsche Zee
le handhaven. Engeland breidde dus ook
J'jne vloten en legers uit. Eindelijk weet
talie zeer goed, dat het zijn annexatieën
pauselijke staten het meeste te danken
eeft aan de machteloosheid van Frankrijk
en het zocht dus met Pruisen en met Oos
tenrijk, hetwelk omdat het in zich zeiven
reeds zoo verdeeld is, noch met Frankrijk
noch met Duitschland in oorlog wil komen,
een bondgenootschap, ten einde deze drie
voudige bond den vrede blijve handhaven.
Deze, en nog meer andere redenen, heb
ben zoodoende de Mogendheden er toe ge
bracht, om zich allen tot de tanden te
wapenenieder jaar worden opnieuw wet
ten ingediend, welke öf wel meerdere man
schappen, óf wel meerdere millioenen voor
kleeding, nieuw-uitgevonden wapenen, sche
pen, vestingbouw enz. van het volk vragen.
Om een staaltje te geven, hoe alles tegen
woordig op voet van gewapenden vrede is
ingericht, diene de herinnering aan hetgeen
onlangs te Metz na het aftreden van president
Casimir-Périer is gebeurd. Duitschlands
keizer was toen voor onverwachte manites-
tatieën van Frankrijks zijde bevreesd.
Welnu, hij telegrafeert des nachts naar den
commandant van de Duitsche vesting Metz,
en den volgenden morgen hebben niet min
der dan 40.000 soldaten aan de grenzen
van Frankrijk gestaan. Gelukkig konden
deze troepen spoedig, na de keuze van
den nieuwen president, teruggaan, maar
iedereen begrijpt, hoe bij zulken voortdu-
renden stand van zaken, alle volkeren moe
ten gaan kwijnen, dewijl alle schatten en
tamiliën des lands enkel gaan dienen, om
in de armen van den alles verslinden Mars
penningen en zonen neer te leggen.
Naast de oorzaken echter, die wij zooeven
als oorsprong dezer Europeesche bezoeking
hebben herdacht, dient nu echter nog een
diepere oorzaak aangewezen. Waarom
zoo vroeg jl. jaar reeds de Civilta Cattolica
waarom is er geen rust meer in de wereld
En het antwoord luidde: non est pax impiis,
er is geen vrede voor de goddeloozen, de
zonden der volkeren hebben deze straffe
Gods neergeroepen, miseros facit populos
peccatum.
Europa bezit dus geen vrede meer, omdat
de aanzienlijksten van Europa, omdat het
Feuilleton.
7) (Slot.)
Bij dit gezicht vingen alle dooden een
akelig geschreeuw aan, en zij scholden den
armen Prokoroff, hem vragende of het zijne
gewoonte was, om die lieden, die hij te
jtuddernacht uitnoodigde om bij hem te
*omen soupeeren, met vuistslagen te ont
vangen en te verbrijzelen zoo als hij ge
daan had.
Hunne kreten werden zoo verschrikkelijk,
hunne houding tegenover hem zoo dreigend,
dat de arme Adriaan, wiens krachten uit
geput waren, op de scherven van het ge
beente van den oud soldaat der garde°in
2wyrn viel.
Zijne bedwelming was zoo hevig, dat zij
aanhield tol den volgenden morgen twaalf
uren.
Toen hij de oogen opende, lag hij in
zijn bed en zijn knecht was bezig met de
Samovar.
Hoewel Adriaan de oogen open had en
er behalve zijn knecht niemand in de Kamer
was, begon hij te rillen en te beven, bij
de gedachte aan de koopvrouw Troukina,
den brigadier en den soldaat van de garde,
Kourilkine.
Dit was oorzaak, dat hij geen woord kon
uitbrengen en geduldig afwachtte dat Alexis,
zijn knecht, hem zou toespreken.
Deze bemerkte, toen hij zich omkeerde,
dat zijn meester de oogen geopend had.
»God zij dank! riep hij uit, ik dacht dat
i gij niet meer zoudt ontwaken, Adriaan Pro-
koroffweet gij dat het reeds twaalf uur is.
j «Straks is de Boudschnik Yourko hier I
geweest om er u aan te herinneren dat
j het heden zijn feest is, maar ik heb hem
gezegd dat ik U niet wakker kon krijgen."
regeerende, diplomatieke, wettelijke, otficieele
Europa zich aan de goddeloosheid heeft
overgegeven, en groote volksscharen heeft
medegesleept in wanorde en geloofsafval.
In deze buitensporigheid, die vele buiten
sporigheden insluit, zien de Christen-den
kers de meest algemeene en meest voor
de hand liggende oorzaak van Europa's
tegenwoordigen toestand.
De strijd vooral, der Katholieke kerk aan
gedaan, voornamelijk in Duitschland tot op den
huidigen dag, die strijd, hetzij rechtstreeks
gevoerd, hetzij toegelaten, is onder die
bovengenoemde goddeloosheid misschien wel
de eerste misdaad van Europa. In dit laatste
tijdperk der eeuw, die zoo roemt op vrijheid,
zien wij juist het afkeerwekkende schouw
spel, dat, terwijl aan alle deugnieten, rust
verstoorders en slechte godloochenaars aller
lei staatsbescherming wordt verleend, hier de
goederen der Katholieke Kerk worden gese
culariseerd, daar hare congregatieën of
orden worden verbannen, ginds de persoon
zelfs harer priesters van zijn bediening
beroofd en over de grenzen gezet wordt,
onder het belachelijk vertoon, dat hij een
Jesuiet en dus een staatsgevaarlijke is. En
eindelijk jaar-in jaar-uit duldt heel Europa
de berooving des Pausen en wordt de for-
meele scheiding tusschen kerk en staat
als hooge staatsmanswijsheid gevierd.
Wegens den opstand der regeerders tegen
God zijn de geeselen des oorlogs over Europa
gekomen.
En hieruit volgt de praktische conclusie,
dat hoe loffelijk alle vredebonden zijn
te noemen de groote hulp Gods tegen
de vreeselijke wapeningen zal moeten ver
worven worden door bekeeringen der har
ten. Eenerzijds is dit eene bedroevende
conclusie, want op het eerste gezicht schijnt
er niet veel kans op een bekeering der
schurken, die bijv. Frankrijks overheden
vormen, of der papenhaters, die in Duitsch
lands regeeringscollegieën vaak den hoogsten
toon voeren. Maar deze droefenis schijnt
alleen op het eerste gezicht aanwezig.
Immers en dit is de blijde zijde onzer
conclusie waar vrome menschen baden,
De doodkistenmaker deed zich geweld aan.
«En hoe is de begrafenis gegaan
«Welke begrafenis
«Van Troukina, de koopvrouw, gij weet
wel."
«Wat antwoordde Alexis, is dat mensch
eindelijk gestorven?
«Hoe heb ik het nu, vroeg Prokoroff, en
gij hebt mij gisteren geholpen om alles
voor de begrafenis gereed te maken,
«Maar waarvan spreekt gij toch, heer,
hebt gij dan uw verstand verloren. Gis
teren zijt gij niet naar eene begrafenis,
maar wel naar eene bruiloft geweest, waar
van gij zoo schromelijk dronken zijt terug
gekeerd, dat gij allerlei dwaze taal hebt
gesproken en van uw tehuiskomst af tot
nu toe in zoo diepen slaap hebt gelegen,
dat ik dacht dat gij niet meer zoudt ont
waken.
«Is dat werkelijk waar riep Adriaan
opspringende.
»Zoo zeker waar als daar de klok twaalf
uur slaat."
ja, waar desnoods een enkel vroom mensch
goed bad voor de bekeering van anderen,
daar heeft God vaak onverwacht mirakelen
Zijner goedheid gedaan. O! men biddedus
nog eens voor Europa, bijzonder voor Frank
rijk! Van oudsher heeft dat Frankrijk
zoo groote dingen voor Gods eere onder
nomen. P. M. BOTS, pr.
ALGEMEEN OVERZICHT.
9 Februari '95.
Blijkens berichten uit Brussel is gisteren
in de Kamer van afgevaardigden aldaar de
zaak van den Congo ter sprake gebracht.
De tribunes der Kamer waren stampvol. De
minister van buitenlandsche zaken, graaf
de Mérode-Westerloo, vond een aandachtig
gehoor voor zijne mededeeling, dat hij bin
nenkort bij het bureau van de Kamer zal
indienen een ontwerp, waarbij goedkeuring
wordt gehecht aan de overeenkomst, den
9n Januari gesloten tusschen België en den
Onafhankelijken Congo-Staat en eene rege
ling vastgesteld van de voorwaarden van
naasting van het grondgebied van den Congo-
Staat. Daarbij zal worden gevoegd eene
uiteenzetting van de beweegredenen, ver
deeld in drie hoofdstukkende toestand
van het Congo-gebied uit een internationaal
oogpunt zal er in worden toegelicht, de
hulpmiddelen van den Congo-Staat opge
noemd en de financieele toestand vastgesteld.
Akten en documenten die de Kamer op de
hoogte kunnen brengen, zullen eveneens
worden ingediend. De minister achtte het
onmogelijk, onmiddellijk in discussie te tre
den over het vraagstuk, en stelde voor te
wachten tot de stukken zijn ingediend.
Nadat de Regeering aldus hare gedachten
over het aanhangige vraagstuk had uiteen
gezet stond Lorand er op onmiddellijk zijne
interpellatie te houden. Hij verweet aan de
Regeering dat zij verklaringen aflegde in
de geheime bijeenkomst der rechterzijde.
Daarop vroeg hij waarom zij de overneming
van den Congo-staat vóór 1900 voorstelt en
herinnert haar aan de verplichtingen die zij
te dezen aanzien op zich heeft genomen. Wjj
Prokoroff luisterde naar de slagen der
klok en eerst toen de laatste slag was weg
gestorven, scheen hij overtuigd.
«Welnu dan, hernam hij, uit zijn bed
springende en zijn kamerrok aantrekkende,
welke Alexis hem toereikte, ga dan mijne
dochters waarschuwer., dat ik dadelijk be
neden kom
Maar hoezeer hij ook overtuigd mocht
zijn, niet zoodra had de knecht de kamer
verlaten of hij wischte zich met een doek
het voorhoofd af, en zeide tot zich zeiven
«Het kan zijn hoe het wil, maar zeker
is het, dat ik nimmer meer zal drinken op
de gezondheid mijner klanten."
NIEUWE SCHIEOAMSGHE COURANT
Maart-aflevering,