Dagblad voor Schiedam en Omstreken. 18de Jaarg. Zondag 17 Februari 1895. No. 5120. eau *g$oier&tvaat 50. EERSTE blad. fe de kaken des doods. Parijsche Kroniek. e u i 11 e ion. W. Harrison Black. PRIJS VAN DIT BLAD: ^oor Schiedam per 3 maanden1.50 franco per post door geheel Nederland - 2. Afzonderlijke Nommers0.05 PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 16 regelsf q.60 Elke gewone regel meer0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. Er gaan Z'jn bier van die dagen dat men zoude lijk 8el°oven er een soort van aansteke- ^aard Waan"n over de groote stad waait, klap °°r een Sedeelte der bewoners eens- er aangetast wordt, terwijl het andere •Ren k'8 Va" verschoond blijft- Dan kaH (iisli ,net recht de Parijzenaars in twee ken nC^e k'assen van Franschen rangschik- (jor e dollen of naar oproer en geweld en ®nden> en de bezadigden of zwijgende Zelde 1U|'S ^'jvende bevolking. Nog maar litk 'e^ 'k dit contrast zoo sprekend zien Het"6'1 ^an °P Z°ndaS den Februari. bad6, ^racb^ge, doch scherp koude weder, Wejn-ln den v°ormiddag maar betrekkelijk en 'f Menschep naar de Champs Elysées steri 111 IS8ende straten gelokt om den laat- graf .niaarscbalk van Frankrijk naar zijn Es 1 ln de Invalide te zien brengen. Op de den anade kon ik gemakkelijk over de hoof den Pt toescb°uwers heen den schitteren- bes h d.KStoet aanschouwen, waarvan u de door r?"!V'n® reeds gelezer. hebt en welke 'ndrnk'-l11 hecht militair karakter des te meer k,Jr, 'naakte. De door de zon beschenen assen der cavalerie met de rijke unifor med ^eneraa's en hoofdofficieren flik- ^,aaen 200 levendig op dit enorme plein, genh°vier sneeuw a's een voor de gele dat h' Passend lijkkleed geworpen had, opl 6t '"derdaad een zeldzaam schouwspel Uit j e' treurmuziek klonk weemoedig de o6. verte» terwijl de kanonschoten, aan nen ?lne"kaai gelost, de lucht deden dreu nt ,.e eerbiedige stilte verbrekende, welke 'J deze plechtigheid bijzonder opviel, inget^ ''et b'er in den voormiddag alles n0ord°1e-n' ernstig en ordelievend, in het hren i' ^edee'te der stad zoude het eenige lort ater 0r ^e^ee' anders uitzien. Roche- e Pamflettist, de spotter, die nooit en nachtelijk avontuur te Benares) Naar het Engelsch van 3) trokUrjnataiier£P Ien °°genb,ik weg, en ik aan tl- „a ij 1 Paar kleedingstukken eik f" 6 mH alles behalve op mijn de onheil n jZ ,^st gesproken. Ik kon Wen w! !i I blikken maar niet ver- U lkndlen namiddag op straat destiids t« r6"' Eur°peanen stonden Ik Benares een kwaden reuk. st°nden nn °P k'°k- De w«zers begon t« P UUr "a midde™acht. Ik Het raadseWhT8!"' wat..miJ te doen stond. Has ^adselachtigst vond ik het, dat Baboo a niet verscheen. een droppel bloed voor zijn vaderland ver goot, en de Parijzenaars slechts ellende en wanorde berokkende en altijd kwaad deed, in welken zin men dit ook nemen wil, stof felijk of zedelijk, kwam uit zijn ballingschap terug en deed zijn blijden intocht in zijn goede stad Parijs, toegejuicht door duizen den schreeuwers met echte schooiers tronies, allerhande gedeclasseerden en aanstaande candidaten voor den gemeenteraad, en die niets liever zouden willen dan eene tweede voorstelling der Commune te geven, de Commune, dat tijdperk van bespottelijke en tegelijkertijd schrikwekkende woestheid, dat soort van bloedige carnaval met zijn groote mannen en geïmproviseerde generaals, zoo als men die alleen op een bal masqué ontmoet. En wat waren de daden dier in helden verkleeden lafaarts? Zij stalen, moord den, staken de openbare gebouwen in brand, hielden onschuldige gijzelaars gevangen om ze laaghartig te fusilleeren, vervolgde de waardigste priesters als wilde dieren, ver anderde de kerken in stapelplaatsen van krijgs- en levensbehoeften of in vergader zalen der clubs van leegloopers en niets doeners. In plaats van gebeden en godvruchtige gezangen weerklonken er de gruwelijkste godslasteringen, terwijl dronkaards en lichte vrouwen de altaren ontheiligden. Het was de brutale regeering der bandeloosheid, het delirium tremens eener door dolzinnige uto- piën benevelde politieke partij, waarbij zich een bende gemeene dieven, losgelaten gevan genen, schurken, aanranders, in een woord, het schuim eener groote wereldstad na eene maandenlange belegering, gevoegd had. Al die bandieten wachtten op het oogen- blik om Frankrijk naar de keel te vliegen, het te verwurgen en op hun beurt de meesters te zijn. De gelegenheid was daar, en zij hebben er toen maar al te lang ge bruik van gemaakt. Gelukkig dat na die noodlottige dagen de nationale garde voor goed is afgeschaft, Middelerwijl was het rumoer tot een waren orkaan gestegen. De geheele straat scheen opgevuld met muiters te zijn. «Maak den schurk van kant 1 Laat ons zijn huis in brand steken 1 Weg met den belager van ons ge loot!" Nu begreep ik den staat van zaken vol komen goed, en stemde de gedachte aan mijn gevaarlijken toestand mij alles behalve plezierig. Een oogenblik kon ik uit eene opeenvolging van zware slagen, bekroond door een schrikwekkend gekraak en een plotselinge uitbarsting van juichkreten dui delijk opmaken, dat de hoofdingang van het huis met geweld geopend was. Uitroepen van woede en angst, en de onmiskenbare geluiden van een strijd op leven en dood, baanden zich langs de trappen een weg naar boven. Ik besloot eene poging te doen om te ontsnappen, als dit nog mogelijk mocht zijn. Er was geen tijd meer om schoenen of' een jas aan te trekken. Ik pakte dus mijn geld en mijne papieren bijeen, en stopte alles in mijne broekzakken. Daarop snelde ik naar het raam en wierp een blik naar buiten. Helaas 1 het binnen plein wemelde van donkere gedaanten. De want met die gewapende burgers op hun hand konden de onruststokers maar al te ge makkelijk een strijd beginnen en de regee ring dwarsboomen. Dit is thans, zoolang het leger niet socialistisch wordt, bepaald onmogelijk, en zij die eene geweldige ver andering van zaken binnen een kort ver schiet onvermijdelijk gelooven, verhezen daarbij te veel uit het oog, dat de om standigheden voornamenlijk de Commune van 1871 deden geboren worden, en dat zonder de nationale garde, met hare ge weren en kanonnen, die gruwelen nooit had den kunnen plaats grijpen of in een paar dagen waren onderdrukt geworden. Die oploopen, zooals Zondag, mogen er soms dreigend uitzien en door de duizenden nieuwsgierigen aangevuld als de uiting van den volksgeest en gunst, dienst doen, de meeste Parijzenaars kennen die manoeuvres en halen er of de schouders bij op of lachen er om. Iu alle gevallen verdienen zij niet ernstig te worden opgenomen. Aan de Kamerdebatten van Maandag 11 dezer over de begrooting van onderwijs hebben verschillende bekende sprekers, zoo als Mgr. d'Hulst, de heer Jaurès en de abbé Lemire deelgenomen. De lange rede van Mgr. d'Hulst, was inderdaad schoon te noemen en zijne peroratie allerwelsprekendst. Hjj had aan den minister verzocht om in den hoogen raad van het openbaar onder wijs ook een lid van het vrije onderwijs zitting te verleenen en in de reglementen voor de toelating tot de hooger onderwijs- examens wijziging te willen brengen. «Het is de eerste maal, zoo besloot hij, »dat ik deze belangrijke kwestie voor U «kan bepleiten. Mijn hoop om mijne bil- «lijke eischen ingang te doen vinden is op juwe gevoelens van rechtvaardigheid ge- «grond. En zoo er onder u zijn die bewe- «ren dat de wetenschap het godsdienstig «geloof zal vernietigen, dat die dan vooral »ons het leven niet onmogelijk maken, zeker éenige kans van ontsnapping was mij af gesneden. Ik keerde in de kamer terug, vast be sloten om mijn leven zoo duur mogelijk te verkoopen. Ik had geen wapenen bij mij, maar aan den muur hingen een Oostersch schild en twee spiesen, met dikke eiken houten stelen. Ik rukte ze van den wand af en vloog er mee naar de deur. Nog eer ik er vlak bij was, kwam er een gedaante om den hoek van het gordijn gluren en scheelde het niet veel, of ik had Gunpat aan mijn speer geregen. «De sahib moet vechten," riep hij uit. «Baboo Das is gevlucht, en de opstande lingen zijn beneden in 't huis en overal. Zij hebben reeds een paar bedienden gedood, en nu gaan zij zoeken naar mijn meester, dien zij een doodelijken haat toedragen. Zij denken, dat hij hier in huis is. En zij zullen u ook dooden, sahib, als zij u vin den." »Wat zullen wij doen 7" vroeg ik. »Is er nog een middel om te ontsnappen 7" «Neen sahib. Wij moeten meubelen tegen de deur zetten, en vechten. De polite en de soldaten zullen nu wel in aantocht zijn." «Maar de muiters zullen zoo'n kleine zij zijn, van toch spoedig de vol- «doening te zullen smaken oris te zien «sterven. Doch ons door reglementen te «dooden is nog de «Hoogeschool, noch het «Parlement noch Frankrijk waardig. Gij «zoudt daardoor den schijn op U laden van «bang voor ons te zijn, en die eer is te «groot dan dat wij haar zouden verdiend «hebben. Deze snedige fijne zetten werden door de rechterzijde natuurlijk levendig toegejuicht. De heer Jaurès sprak daarop over alles en nog meer, en vooral over een hoogere moraal, welke de onderwijzer dan eerst aan de jeugd zal kunnen leeren, wanneer hij de vrijheid zal verkregen hebben de nieuwe sociale orde te mogen voorbereiden. De abbé Lemire, de aanvallen tegen den godsdienst van Jaurès beantwoordende, zeide zeer juist: «Ik zoude aan den heer Jaurès «willen vragen, wat er, indien alles wat hij «hekelt van de prachtige phrases welke hij «gebruikte ontdaan zijnde, van zijn systeem «kan worden toegepast, en waartoe die «bezemvegen dienen om al het bestaande, «den godsdienst, het eigendom en de wetten «op te ruimen? «Wanneer u, zooals de Katholieke Kerk, «achttien eeuwen achter uwe leerstellingen «zult hebben, dan eerst kunt U figuur gaan «maken. Het Katholicisme, de Kerk, hebben «die proef doorstaan en zijn beter dan de «hedendaagsche leeringen welke men zoo «hoog ophemelt. Hunne aan het menschdom «bewezene weldaden kunnen daarvan ge- Huigen." Deze woorden werden in de Kamer door verschillende bewegingen ontvangen en leveren het sprekendst bewijs dat van dit Parlement geen krachtige afdoende bestrij ding der sociale utopiën te verwachten is. De winter, hoewel laat begonnen, doet bijna niet voor die van het jaar 1879 onder. Evenals toen zag ik gisteren de Seine voor Parijs dicht gevroren en rijdt men al weken dreumes als jij bent geen kwaad doen," zeide ik, vol bewondering voor den moed van den knaap. «Ga dus heen, terwijl je het nog doen kunt, Gunpat I" «Neen I" gat hij mij kalm ten antwoord «het is mijn plicht bij den Sahib ie blijven. Ik ga niet heen I" Er was niet veel tijd tot redeneeren, want reeds snelden de bloeddorstige schavuiten de trap op, al schreeuwend en gillend. De deur bezat slechts een zwakker, grendel aan den binnenkant; maar gelukkigwaren de meubelen der slaapkamer van sterk en massief hout. Gunpat scheen volkomen goed te begrij pen, wat er gedaan moest worden. Hij hielp mij zoo goed als zijne krachten het toe lieten, en nauwelijks was de barricade gereed, of het gepeupel drong de gang in. «De afvallige is gevangen!" brulden zij, toen zij de gesloten deur zagen. «Kom er uit, Sita Ram 1 en onderwerp u aan uw lot 1" (Slot volgt.) NIEUWE

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1895 | | pagina 1