Dagblad voor Schiedam en Omstreken. Schildwacht. Zaterdag 22 Juni 1895. No. 5222. ■j^utreatt ~5§ofersft*aaf 50. Jaar£. ah> »»tS n?'6, °aat k»te"' leunieton; PRIJS TAN DIT BLAD: f 0°r i5c!lleaam per 3 maanden1.50 lanco per post door geheei Nederland - 2. onaerüjke Nommers0.05 PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 16 regelsf 0.60 Elke srewone regel meer. 0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. ^kGEMEEK OVERZICHT. De o 2d Juni 95, Eer- Van hetNoord-°ostzeekanaal. Sisteren de nleei schouwspel bood Noord-OostzPpt.'g?,°pening van het nieuwe t0chtend passé a^aa wart vo°r vier gisteren Zer en de 6 ^0^enz°dern met den ^estersluis tPr'"Sen de {eestelijk versierde °era's ste^r,6 rUnsbuttel- Donderende Personen aan h °P U'1 de ve'e honderden taire vereeli" °eV6r' °nder welke mili" ^'"taire muzf i°en Gn sch°olkinderen. De *ede de menSPeelde het volkslied waar- °P het dek strT a 1"stemde de Keizer, die o1lenzollern rrr- I UUr verbrak de 6n 9 Ouitsche u d°or 14 buitenlandsche KesPannen den °ver het Kanaal '"ajestueuze vaart'60 begon de 7;d-0astzeekanaarr aWUS gC°pende f °''te maar de ^amgedrongen den te HamK dmkke feestelijk- aar> de iV ft /-.,Urg zo° wordt uit Kiel lk' «pening Sf h»d eigen- uudig p]aatg ,.bet kanaal tamelijk een- S'ooter. z0 was over een zoovéél en wegens de ÉP'ooter ti' i S' Z'd Was ove 0fflcieei6 J0;eU;re Verdeeld en wegens Te 'e!velend Pr?gSVaart door het kanaal e Sasten aan .errnoe'end, ten minste voor nemQ«j n °°ord der ga®ten aan moeiend, ten minste voor SLTV"'" Oe vaart deel- Veizer van de T' Brunsbüttel was de 'rd van de a^seia^er overgestapt aan vijf uur JJ Statlger Hohenzollern, en ';d|'ukwekkend [enm0rgen zette zich het nP het Punt 6 SChip in beweging, "tnsbüttel onlJTu' de b'nnenhaven van jeglnt, werd de eigen'Üke kanaal 6 0verige wereld'611^ waterweg nog van ,l een zwart-w tSym llStlScb af8esloten 611 eenen oever ~r°°d zidden k°ord, van 'ea- Langzaaiïl den anderen gespan- ^schilderde k °°mde hetgroote' sneeuw- i) vnanhp laatst6van NUde' t°mheve herfstdag, twee1^ was ili vnitm 187°- Het beleg kanonnmaanden ga"gu Sedert ruim baar de on^einl! baJone"en en ^ereM Van alle ver-Tge Stad en sneden haar j' e" rook- In t6er ,met de bu'ten- de 6n nacht. kruitdamp vervulden deS bat wijihut van V61! boulevard Mazas de k ere volksklas Rameau, waar SCh«™i»g "n lCh ™«»melde; o„<l„ van'.'i6*1 dat vaak bezn f"nen van hoogeren herd., aagste soort On a Werd door sujetten Ct!g Was de gel'a»k kouden Novem- doch "^"'gte van° ^,mer.gevu|d door eene Uit kvrneer dan de rar,g en stand> kriJgslieden gr°otste helft bestond rookwolken stootend uit de twee zwavelgele schoorsteenenen, en, als een olifant een draadje, doorsneed het 't zijden koord. Hoera geroep, het hijschen van vlaggen, het ge bulder der kanonnen, kondigden hetoogen- biik aan, waarop dit geschiedde. En nu gingen achter elkaar al de aan de vaart deelnemende schepen der verschillende zee varende natiën het kanaal binnen, in het gevolg van de Hohenzollern, die als een reus achtige zwaan vooraan gleed. Zoover het kanaal door bewoonde streken loopt, waren de landlieden uit den omtrek toegestroomd om van de kruinen der kanaaldijken het schouwspel gade te slaanmaar in de woeste moerassige streek was het een zeer eenzame tocht. Te half één stoomde de Hohenzollern uit de groote sluis bij Holtenau de Kieler Bocht in. Onmiddellijk werden aan alle kanten op het daar wachtende eskader ter begroe ting de vlaggen geheschen en een verschrik kelijk kanonnengebulder brak los als een krijgshaftig vreugdegehuil der volkeren nu het feil volbracht was. Om het kwartier kwam nu telkens een der schepen van het openirigssmaldeel uit den sluismond te voor schijn (want de geheele tocht geschiedde uit voorzichtigheid zeer langzaam), waarna het naar een ankerplaats te midden der reeds aanwezige vaartuigen werd gebracht. De Fransche kruiser Surcouf is niet aan gekomen, naar men zegt, omdat het schip op de beneden-Elbe aan den grond is geraakt, en niet spoedig genoeg mee kon. Nadat de Hohenzollern en de Reichsadler het kanaal goed en wel doorgevaren waren en nog een aantal kleinere schepen waren aangekomen, moest men tevergeefs en met toenemende spanning wachten op de groote Lloydboot Kaiser Wilhelm II, zoodat langza merhand het gerucht zich begon te ver spreiden, dat dit zeer diep gaande schip uit de vaargeul geraakt en ergens vastgeloopen was en daardoor den weg versperde voor de andere er achter komende oorlogssche- Aan eene der eikenhouten tafels tegen den muur, zaten twee der helden onzer vertelling aan eene andere tafel, eveneens tegen den muur geplaatst, zat een derde. Een der twee was sergeant der nationale garde, Jacques Carlien genaamd, zijn gezel was een korte dikke man, met bruin haar en zwaren baard. Hij zag er tamelijk morsig en slordig gekleed uit, en had zijn naam opgegeven als Pierre Derbois, geboortig uit de Ardennen. De derde man aan de andere tafel ge zeten, was kolonel de Brèze van de nationale garde, zoowel hij als de sergeant waren in uniform, en geen van beider mocht op een beter voorkomen trotsch gaan, dan de arme vreemdeling uit de Ardennen, deszelfs lom pen daargelaten. Pierre Derbois had zwarte kringen om zijne oogen, zijne trekken spra ken van pijn en ziekelijkheid, en een droge hoest onderbrak vaak zijne woorden. »'k Ging dadelijk onder dienst," zeide hij, »al.s die dienst onder dak verricht kon wor den en ik bevrijd was voor den ellendigen noordenwind. Maar wat kan ik uitzetten in de loopgraven of aan de wallen. Ge ziet zelf, dat ik het geen week zou uithouden." »Ja", antwoordde de sergeant, »ik zie pen. Werkelijk bleek later, dat de Kaiser Wilhelm II de officieele vaart door het Noord Oostzeekanaal een oogenhlik in de war had gebracht. Het schip raakte uit de vaargeul, maar kon toch gauw den tocht voortzetten. De feestelijkheden, waarmede de opening van het nieuwe Kanaal gepaard gaat, zullen nog deze geheele week voortduren. Aan den feestmaaltijd te Holtenau, in de feest zaal welke in den vorm van een oud oor logsschip is gebouwd, zullen heden elfhon derd gasten aanzitten. Voor de versiering der tafels worden o. a. zes duizend dozijn bloemen, waaronder 4000 rozen, gebruikt. De tafel waaraan de Keizer met de zijnen zal aanzitten, wordt geheel getooid met roode rozen. De Keizerin, die om voor haar overwegende redenen aan de feesten te Hamburg niet kon deelnemen, bevond zich gisteren in den kring harer familie aan boord van de Hohenzollern. De maatregel dat de Fransche schepen in de Kieler Bocht geankerd geen bezoeken mogen afleggen, noch ontvangen en even min aan land gaan, wordt streng gehand haafd. Zelfs de Fransche officieren gaan alleen aan land, als zij daartoe door den dienst gedwongen worden. Ook den Fran- schen journalisten wordt zonder uitzondering het bezoeken der Fransche oorlogsschepen geweigerd, waarover zij zich niet weinig ergeren. Woensdag waren de Fransche mariniers door de Duitsche zeesoldaten uit- genoodigd tot een feest in de open lucht; dit feest kon echter niet doorgaan, daar de Fransche opperbevelhebber bedankte, met de bijvoeging dat hij aan geen der Fransche zeelieden verlof mocht geven om van boord te gaan. Intusschen blijkt het, dat er toch tusschen de officieren van heide zeemachten plichtplegingen worden gewisseld. Nadat eergisteren aan boord van de Bayern ter eere van admiraal Ménard en de Fransche officieren een feestmaal was gehouden, waarbij de commandant der Bayern een duidelijk, dat ge het buiten niet zoudt uit houden. Me dunkt, dat de tering u vast aan den nek houdt." 3>Ja(een hevige hoestbui), ja maar al te waar." »Maar kunt ge in het geheel wel dienst doen V' »Nu, ik geloof het niet. Maar ik zal oprecht' met u spreken. De wraak bezielt mij. Ik bevond mij te Sedan, en de Pruisen namen mij gevangen. Ik kon niet voort, kon ternauwernood staan, zij dreven mij met hunne bajonetten vooruit. En toen zij mij in een vuil kot gesmeten hadden en ik smeekte om eenig geneesmiddel om mijn hoest te bedaren, kreeg ik een schop en een flinke dosis verwenschingen. Toen zwoer ik bij mij-zelven, dat ik, zoodra ik gelegen heid vond, mij als vrijwilliger zou aanbieden, om een troep Duitsche gevangenen te be waken. Gij hebt die kerels in petto, niet waar »Ja, een heelen troep." »En hebt ge sterke knappe mannen, om ze te bewaken." »Ja, we hebben er," »Welnu, plaats mij daar. Ik zal dubbelen dienst doen, als ik het kan uithouden. Ik toost dronk op den Duitschen keizer, den president der Fransche republiek en het internationaal kameraadschap der marine, werd dat diner gisteren aan boord van de Iloche beantwoord. Admiraal Ménard dronk eveneens op den Duitschen keizer, den pre sident der Fransche republiek en het inter nationaal kameraadschap der marine. De Keizer heeft uit Holtenau een eigen handig schrijven gezonden aan den minister Von Bötticher, waarin hij dezen vol er kentelijkheid dank zegt voor zijne trouwe toewijding. Ten teeken mijner waardeering zegt de Keizer, zend ik u mijn borstbeeld in marmer, opdat bij het aanschouwen daarvan u steeds voor den geest moge slaan welke warme dankbetuiging ik jegens u gevoel wegens de diensten door u mij, mijnen grootvader en mijn vader bewezen. Naar men verneemt, zullen toch onge veer 60 journalisten en wel voor het meeren- deel geen Duitsche, aan de uitnoodiging der journalisten van Kopenhagen om de vrijhaven aldaar te bezoeken, gevolg geven. Van de Duitschers blijven de meesten, en met dezen een aantal der vreemde jour nalisten, er bij om naar Bremen en Lubeck te gaan, waarvoor zij eerder uitnoodigingen ontvangen hebben. Volgens de laatste berichten uit Chris- tiania was de heer Bonnevie bijna gereed met de samenstelling van een coalitie- Kabinet voor Noorwegen. Als ministers zouden optreden de voornaamste leiders der conservatieven en gematigd-liberalen, o. a. ook de heer Jacob Sverdrup. De radicalen waren in dit Kabinet niet vertegenwoordigd. Ten slotte echter viel deze combinatie, waar van toch geen heil was te verwachten, in duigen, zoodat de heer Bonnevie zich ge noodzaakt zag het hem door den Koning verleende mandaat neer te leggen. Voor- loopig zal derhalve het conservatieve kabinet- Stang aan het bewind blijven in afwachting van hetgeen verder bij dezen strijd ge schieden zal. kan zoo goed als iemand op schildwacht staan." Hier zag kolonel De Brèze, die het ge sprek had aangehoord om, en sprak tot den sergeant: «wij nemen dien man aan. Ik heb hem in »La Force" noodig." Bij het hooren van den naam dier be ruchte gevangenis, straalde een helder licht uit het oog van Pierre Derbois en hij ver borg spoedig zijn gelaat achter zijne beere- muts, om de aandoening te verbergen, die hij in zich voelde opwellen. De sergeant knikte en de kolonel richtte zich nu zelf tot den man. »Gij zijt met den krijgsdienst bekend, mijn vriend »Ja, kolonelik trad in dienst, toen ik twintig jaar oud was, en diende vier jaar. Ik zou nu bij Trochu zijn, hadden de Duit schers mij niet gepakt en vastgehouden, totdat ik ontsnapte." »Hoe zijt ge uit hunne gelederen ont snapt en in onze belegerde stad gekomen »Zij zagen mij niet. Ik kroop op een donkeren regenachtigen nacht tusschen hen. door." (Wordt vervolgd NIEUWE SCH E COURANT I li l ifnihl Hl I in I II I n i Bet Was.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1895 | | pagina 1