<""V
O'
binnenland-
ALGEMEEN OVERZICHT.
Stads- en Gewestelijk Nieuws.
m
iHO
op
28 Juni '95.
De beraadslaging over de voorloopige
credieten voor den Congo werd gisteren in
de Kamer van afgevaardigden te Brussel
voortgezet. In het begin van de Kamerver
gadering maakte de premier De Bariet de
leden opmerkzaam, dat het noodzakelijk was
nog in deze zitting te beslissen over de
voorloopige maatregelen voor den Congo.
De Senaat was tegen den volgenden dag
bijeengeroepen om het ontwerp te behan
delen, want de wet moet vóór den ln Juli
zijn afgekondigd.
De radicaal Fléchet kwam tegen deze
haastige behandeling op. Als de meerderheid
zoo slaafs is het debat te onderdrukken,
zal de linkerzij de vergadering verlaten.
Abbé Daens, christelijk-democraat, achtte
splitsing van het ontwerp mogelijk. De
schuldvordering van Brown de Tiège moest
voldaan wordenmaar de spoorweg kon
eenige dagen wachten. Woeste, de aanvoer
der van de rechterzij, ondersteunde de motie
van De Burlet om twee redenen de aan
neming van de voorloopige maatregelen
brengt volgens hem mee onbepaald uitstel
van de inlijving, en de Senaat moest even
goed als de Kamer over twee dagen kunnen
beschikken om het ontwerp te onderzoeken.
Beernaert, de voorzitter, stelde vast, dat er
geen geregeld voorstel is gedaan. De Burlet
verklaarde, dat zijne bedoeling eenvoudig
was de Kamer in te lichten over de voor
nemens der regeering. De socialist Van de
Velde bestreed hevig de voorloopige maat
regelen en brandmerkte de persoonlijke
Staatkunde des Konings.
Te midden van zeer heftige scènes door
de socialisten veroorzaakt, werd de beraad
slaging ten einde gebracht. Voor de stemming
verlieten de socialisten de zaal. De Kamer
nam met 171 tegen 16 stemmen en 8
blanco's het voorstel aan om Browne de
Tiège zijne vordering terug te betalen, en
keurde daarna met 66 tegen 15 stemmen
en 7 blanco's de hypotheek goed, welke op
den Congo-spoorweg zal worden gevestigd.
In het Lagerhuis te Londen verklaarde
gisteren-avond lord Salisbury, de premier
van het Tory-kabinet, dat nu het bestuur
heeft aanvaard, den tijd nog niet gekomen
te achten om de door de regeering te volgen
politiek uiteen te zetten. Voorshands is de
politiek, het Parlement zoo spoedig mogelijk
te ontbinden. Ik hoop, zeide de lord, dat
dit den 8n of den 9n Juli kan geschieden.
Wij zullen trachten de beslissing van de
kiezers te verhaasten, welke alleen in staat
is de lijnen aan te geven, waarlangs de
politiek zich zal moeten bewegen. Lord
Rosebery voerde aan, dat, terwijl de afge
treden regeering bereid was hare politiek
aan het oordeel der kiezers te onderwerpen,
aan dezen door de nieuwe regeering ten
aanzien van hare politiek slechts een stuk
blank papier wordt voorgelegd. Lord Rose
bery vroeg verder eene verklaring van het
ongewone verzoek aan den afgetreden mi-
III.
Schipbreuk en gevangenschap.
Het was op een Zaterdagavond dat wij
voor de stad Hongkong kwamen. Deze stad
ligt zeer fraai tegen een berghelling, en
toen in het donker overal de lichten flik
kerden, bood het geheel ons een prachtig
schouwspel aan. Op het water dreven tal-
looze jonken, waarop een heidensch leven
werd gemaakt, veroorzaakt door het slaan
op een soort van koperen ketels. Wat dit
beduidde, kon ik niet te weten komen. Den
volgenden morgen, Zondags, mochten wij
naar den wal, waarvan gretig gebruik werd
gemaakt. Met groote nieuwsgierigheid werd
al het vreemde bezichtigd, dat zich hier
vertoonde aan onze blikken. Curieus was
onder anderen de begralenis van een oude
vrouw. Twee Chineezen droegen op hun
schouders aan een stok de kist, welke met
een touw aan den stok was opgehangen.
Niemand volgde den sstoet". Terwijl wij
daar zoo stonden te kijken, brak plotseling
het touw waaraan de kist hing, en deze,
van zeer slecht maaksel zijnde, viel op de
straat uit elkaar. Toen zagen wij het lijk
en bemerkten dat het van eene vrouw was.
nister van oorlog, Campbell Bannerman,
gedaan, om de zegels van zijn ambt Dinsdag
11. reeds af te geven. Hierop antwoordde
lord Salisbury, dat de oppositie met het
vragen eener politieke verklaring van de
regeering wachten moet tot het ministerie
geheel zal zijn samengesteld. Wat de vraag
betreffende den heer Campbell Bannermanri
betreft, lord Salisbury heeft dezen alleen
gevraagd of het hem, in het belang van
den openbaren dienst, voegen zoude de
zegels van zijn ambt spoedig af te geven,
Hierbij bestond geene bedoeling om Camp
bell Bannerman te beleedigen. Lord Rosebery
aanvaardde deze verontschuldiging.
Bij de beraadslaging in de Kamer van
afgevaardigden te Parijs over de credieten
voor de expeditie Monteil, heeft de gewezen
minister van koloniën, Delcasse, de uitrus
ting van die expeditie verdedigd. Verschei
dene afgevaardigden verweten Delcasse, voor
Monteil te hebben doen dienen zekere cre
dieten, toegestaan voor Oebanghi. Chautemps,
de minister, verzocht dat men de credieten
zou toestaan, omdat men zijne handteeke-
ning moet honoreeren. Werden de credieten
niet goedgekeurd, dan zou de regeering toch
een nieuwe aanvraag moeten indienen. De
Kamer heeft moeite gehad om met deze
zaak tot een eind te komen. Eerst heeft
zij met groote meerderheid aangenomen het
voorstel van Le Herissé om aan te houden
de beslissing over de nieuwe credieten, voor
zoover zij betrekking hebben op Soedan en
de Ivoorkust. Vervolgens werd met slechts
103 stemmen vóór Wet voorstel verworpen
tot benoeming eener enquête-commissie en
ten slotte met 322 tegen 3 stemmen de
motie aangenomen, de verklaringen der re
geering goedkeurende. T wee-honderd-vijftig
leden hebben zich dus van stemming ont
houden, waarschijnlijk onder den indruk der
redevoering van Delcasse, die het terugroe
pen van den kolonel Monteil in de hoogste
mate afkeurenswaardig noemde. Cochery
en Doumer, uit naam der begrotingscom
missie, hebben in harde bewoordingen de
feiten en onregelmatigheden gegispt, welke
de indiening dezer aanvullingsbegrooting
noodig hebben gemaakt. Doumer verzekerde
bijna het woord schandalig te kunnen bezigen.
Aan de Times wordt uit Const.uitinopel
gemeld, dat de stand van zaken in Macedonië
stellig ernstig is, ofschoon alle pogingen
worden aangewend om het nieuws van daar
te onderscheppen. De Macedonische partij
in Bulgarije heeft de gruwelen in de grens
districten gepleegd, overdreven, om ze te
kunnen gebruiken als een wapen tegen de
regeering. Niettemin schijnt het vast te staan,
dat op sommige plaatsen ernstige onlusten
zijn geweest en dat daar veel anarchie
heerscht. Het versterken van de Ottomaan-
sche troepen daar schijnt ook zeker, ondanks
de daarmee in strijd zijnde betuiging van
het Macedonische comité te Sofia, dat de
agenten van het comité heimelijk Macedonië
binnen zijn geslopen; groote voorraden ammu
nitie en wapenen meevoerende. De positie
van den grootvizier Said Pacha schijnt
Dit was een akelig gezicht en de lust ver
ging ons om er nog verder naar te zien.
De straten der stad waren zeer goed aan
gelegd en door het heerlijke groen dat zich
overal vertoonde, boden zij een schoonen
aanblik.
Wij bleven niet lang te Hongkong nadat
de kolen gelost waren, gingen wij weer
spoedig onder zeil met bestemming naar
Swatow, eveneens in China. Wij waren
echter nog geen dag onderweg, toen ons
des avonds omstreeks elf ure een hevige
storm overviel. Moedig kampte onze beman
ning tegen de opgezette elementen, maar
ons schip werd deerlijk gehavend en luis
terde ten slotte niet meer naar het roer.
Dit was ons ongeluk. Binnen een halt uur
zaten wij op het strand, en daar het aarde
donker was en de storm steeds bleef woe
den, kon men zich het hachelijke van onzen
toestand denken. In de hoop om hulp en
redding wachtten wij met ongeduld het
daglicht af, doch in plaats van hulp bracht
dit ons slechts grooter ramp. Reeds vroeg
in den morgen kwamen een aantal prauwen
op ons at, waarin geen vrienden of helpers,
maar integendeel booze vijanden zaten het
waren Chineesche roovers, die ons allen
neteliger dan ooit: zijn vijanden in de
omgeving van den Sultan kuipen steeds meer
en de uitvoering 'van zijn program lijkt
onmogelijk. Het is waarschijnlijk dat hij
spoedig vallen zal.
De bijeenkomst der Oostenrijksche en
Hongaarsche delegaties te Weeneu is ge
sloten. In beide delegaties werden door de
voorzitters, prins Lobkowitz en graaf An-
drassy, redevoeringen gehouden, waarin zij
hun tevredenheid betuigden over de aanne
ming van de gemeenschappelijke begrooting
van beide Staten der Oostenrijksch Hon
gaarsche monarchie, en tevens wezen op den
gunstigen indruk dien keizer Frans Jozefs
vredelievende verklaringen in geheel Europa
hadden gemaakt. Na de gebruikelijke dank
betuigingen gingen de gedelegeerden met
een Iioch voor den keizer in de Oostenrijksche
en een Eljen in de Hongaarsche delegatie
uiteen.
De berichten uit Cuba luiden niet gunstig
voor de Spanjaarden. Nu weer wordt uit
Madrid gemeld, dat een detachement der
regeeringstroepen in de provincie Santiago
door de opstandelingen is uiteengejaagd. De
officier die het detachement commandeerde,
zal voor den krijgsraad terechtstaan.
Schiedam, 28 Juni 1895.
Burgemeester en Wethouders van Schie
dam brengen, ingevolge art. 5 der wet tot
regeling van den kleinhandel in sterken drank
en tot beteugeling van openbare dronkenschap
ter openbare kennis, dat bij hen een ver
zoekschrift is ingekomen van J. G. H o s-
m a n om vergunning tot verkoop van sterken
drank in het klein, voor het huis staande
aan de Verbrande Erven no. 6.
Burgemeester en Wethouders van Schie
dam roepen op de milicien verlofgangers
Van de lichting 1892
Quirinus van Dijke, plaatsvervanger
voor Adrianus Bouman, loteling der gemeente
Nieuwenhoorn, behoorende tot het 2e Reg.
Veld-Artillerie.
Van de lichting 1893
Arie Groenendaal, loteling der ge
meente, behoorende tot het 4 Reg. Infanterie,
om op Vrijdag den 22en Juli e. k., des
voormiddags ten '10 ure, in uniform gekleed
en voorzien van alle Kleeding- en Uitrusting
stukken, van zakboekje en verlofpas in het
Beursgebouw to Rotterdam te verschijnen,
ten einde aldaar door den Heer Militie-
Commissaris in het 2e district van Zuid
Holland nader te worden onderzocht. Voorts
worden zij herinnerd aan de strafbepalingen
van Art. 144 der Militie wet, dat zij, bij niet
verschijning of niet voorzien zijn van hunne
Kleeding- of Uitrustingstukken hun met groot
verlof medegegeven, onder de wapenen wor
den geroepen en van drie tot zes maanden
in dienst gehouden.
De Schiedamsche processie naar Kevelaar
is gisterenavond zeven ure hier terugge-
zonder veel omslag gevangen namen en
zich meester maakten van alles wat aan
boord was. Daar tegenweer ons het leven
had kunnen kosten, volgden wij onze vijan
den zoo gedwee mogelijk. Zij voerden ons
vervolgens naar den wal, waar wij werden
opgesloten in een schuur, die door schild
wachten werd bewaakt. Daar zaten wij dus
als gevangenen, niet wetend welk lot ons
te wachten stond. Zelfs de bootmansmaat,
anders spoedig geneigd om alles wat lucht
hartig op te nemen, zal met het hoofd in de
handen moedeloos daar neer. Des middags
bracht men ons gesmoorde rijst te eten die
wij maar met de handen in den mond
moesten brengen, want met de stokjes welke
men er bij gaf en waarmee de Chineezen
eten, konden wij natuurlijk niet te recht.
De roovers hadden verder de vriendelijkheid,
ons bijna al de kleeren van het lijf te rukken,
zoodat ons zoo goed als niets overbleef. Jk
moet bekennen, dat het mij onder deze
omstandigheden niet prettig te moede was.
Mijn wensch, om wat van de wereld te zien,
werd al te kwistig vervuld, want dergelijke
avonturen had ik er wezenlijk niet bij be
doeld
Wordt vervolgd.)
keerd. De pelgrims bevonden zich 'n-r^)ee"
welstand t en verklaarden|over t'a°.
een genoeglijke reis te hebben geA h'
In de bijkerk aan den Singel
de terugkomst der processie een P ^i
Lof gecelebreerd, waaronder door
eerw. pater Huysrnans een opwekken r,l
tot besluit der bedevaart den pelgrl
toegesproken.
i-e
Heden-ochtend omstreeks negen ^ge-
den Schiedams ingezetenen °Pn'eU jüi
schrikt door het onheilspellend J
van
3»
uil'
brandklok. Het bleek spoedig
waarschijnlijk door het ontploften
meel, brand ontstaan was in (4e"
korenmolen «Nederland" aan de
Haven. Zoodra de vlam zich vC je'1
ef'
ef
L- n1'
de, werden door het personeel
molen pogingen tot blusschen aal,e>
Het bleek echter weidra onmog
het water uit de leiding het v
element te keeren. Zóo snel verS!'jen
zich de vlammen, dat de wer'i'l^Ij ve'|
allerijl het brandend perceel moeS^gcr
latende machinist wist echter i
te
levensgevaar, het vuur uit den
halen en den stoom uit te laten-
uitlaten van den stoom werd zulk
2»
weldige kracht ontwikkeld, dat aaf
van de Nieuwe Haven een paar
den grond zijn geslagen.
te"
Nadat een aantal spuiten op
des onheils waren verschenen,
stroom van water over het brandend
uitgestort. Het bleek echter weldra
lijk het pand te behouden. De v n gV
:ddef' J
breidden zich in weinige oogenbb
het geheele gebouw uit en woe1
zulk een ongekende hevigheid,
uur tijds het pand in een ruïne
keerd. Gelukkig zijn er geen PeI~
ongevallen te betreuren, terwijl no=U.
boeken uit het kantoor en eene pa' 'J|
uit de daarvoor bestemde bergP wk
rvp J(> ,1
veiligheid kon worden gebracht. u fit
met den geheelen inhoud, waaroi
id""
w 'rt$$
80 last graan of meel, is °veI'IfeA.||e»
prooi der vlammen geworden-
bij den heer K. J. van Erpecu®
Rotterdamsche Beurspolis verzeke'
1 if
De heer H. J. P. Textor alhie" 1 f
(jeu ,|ii
medewerking verleenen bij het
Juli aanst. door het Berlijnsche D°'
de Luthersche kerk te
concert.
s-Hage
te
W
De veelbesproken verordenin
havengeld en op het doorvaar^' Ool
tr
ui
Delft, welke de gemeenteraad op
ging van den minister van binner'
zaken heeft gewijzigd, zijn tha"= 0
keurd, doch, naar men mededee
voor de jaren 1895 en 1896.
TWEEDE KAMER- -
o 7 F1
Zitting van Donderdag s„erf er
Bij de behandeling van het on^t$0tet
instelling van een derde kantonge"e u"
dam stulde de heer A. Sffli' Afftdjjp
dement voor om het kantongerecht'
kerk te behouden, in het belang ^te",'^
bewoners van verschillende gern?ic,je 5
De heer De Kanter verde o
het amendement. e d"9 F
De Ministe van J u s 111 t u" fdl
tegen achtte het amendement mi
raden, omdat daardoor half IJselna jrjj
ingedeeld bij Rotterdam, en du"' i(l, i"S f
van het platteland worden miske'
met de eigen vlag, op 12 Maa p,ii ju
heer Smit ontplooid. Het behoud e
kerk als kantongerecht is °nn0.j,tva9'j/'!
uitgaven daarvoor zijn niet reC
Het amendement—S in i t is a a o et
met 40 tegen 27 stemmen, z?°r.
tongerecht Ridderkerk behoud® jg
Het gegeele gewijzigde
genomen met 48 tegen 21 q v" -jJ
r,-- i .1J.i:-Uafadt" M
Bij de behandeling van het a° iK.f.
heer Meijer over de afwyzl jji J,
verzoek om als vast leeraar bij jroflfL
Academie te worden aangestel
heeren Kerdijk, Beelaerts en f^ tl)
den minister aan om de 4 jarei