Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
West ?an to Pans.
B. ANGELA.
"gSureatt ^Sofersfraaf 50.
l8de Jaars*.
Dinsdag 15 October 1895.
No. 5317.
Irmè
c_5
itetós
h,
I
i
cutiieton.
'S
ALGEMEEN OVERZICHT.
(Slot volgt.)
ei
PRIJS TAN DIT BLAD:
pr r Schiedam per 3 maanden
anc° per p0gt (jQOr gg^ggj >;ecierland
z°naer!ijite Nommers
f 1.50
o
- 0.05
ritIJS DEII ADYERTENTIËN:
Van 16 regelsf 0-60
Elke gewone regel meerO.'IO
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
en heer kardinaal M. Ram-
P° ht del Tindaro, onzen Secre-
xri* van Staat.
D 'V kardinaal,
iti '4atste °ne P0''''eke betoogingen, wel-
stfat 6cdl00s nauw zijn weggestorven
r'2'6t| e^en der stad, nopen Ons te dien
1 Zoo2e "'°e w°orden tot u te richten,
;xiror om .uitins te geven aan de
'o\^ fe'tZ6r Z'6'' maar om ket gew'cat
1 te doen uitkomen en de be-
16 eraan ten grondslag liggen
biet
dr
Q8en,
\Vi "ucht k neiweiK zens in uuor
te W°"en gemoederen pleegt be-
eeH»0 bven, konden hopen ten minste
SCO OOnkl.J
i0ll. X n eraan ten grondslag liggen.
'eil "d® m t uS dacht' dat WiJ' rekeninS
L het 6 et Sevoe' van menschelijk-
rtst°cht k >ne'Ükbeid, hetwelk zelfs in door
1 oewn„...
bet
eerbied voor Onzen hoogen
4^ bier/'']66' geschiedde op ruwe wijze
liii.X e dingen gedreven, zoo zelts,
Qftder 0r»7A rmn-nn zl r» vai'hoof.
'8 deed °ndel ®nze oogen de verheer-
>Voj' P'aats vinden van de Italiaan-
V° revolut vinden van de Italiaan-
n°vin» U 16 en van de daaruit volgende
°°r n an der. Heiligen Stoel.
pef>er8even S ^enat^e gewoon te lijden en
aa^aan de beleediging, Onzen
If, "1' ter "gedaan, voorbij, te meer wijl
ea. verzarht;
'«M '6r Ve,™"' voorDlJ' te meer WIJ'
?0o de li fa° o van bet Ons berokkend
Vol,.. 6 de der katholieke natiën zich
ki
H'dio
zagen betoonen en Italië
g>tetl J" u'tmunten door edelmoedige
..j Zeer k°stbare betuigingen van
li
at 0
H^8cbtisv, °ntroert en Ons bedroeft, 'tis
d aan de beleediging der rech-
b- Apostolischen Stoel bijgezet,
are gezindheid om een strijd,
^i'eke n'6lïland de heillooze gevolgen
«s^ nen, te doen voortduren, in
plaats van een poging tot beëindiging er
van te beproeven.
De zwaarte der euveldaad, reeds uit haar-
zelve voor ieder duidelijk, wordt in nog
helderder licht gesteld door de bekentenis
sen van degenen die haar hebben gepleegd,
en van hen die haar hebben verheerlijkt.
Door de gebeurtenis van 1870 gelijk
men het gezien heeft te vieren, stelden
zij zich vóór alles ten doel, zich de vruchten
te verzekeren van hun overweldiging en aan
Italië en de wereld te verstaan te geven,
dat de Paus, zoover dit van hen afhangt,
zich voortaan zal moeten schikken in Zijn
gevangenschap, zonder hoop daaruit ooit te
worden bevrijd.
Dit is niet alles. Zij hebben bovendien
een schrede te meer willen doen in de
richting van een ideaal, dat in zijn diepste
wezen eiken godsdienst vijandig tegenover
staat. Inderdaad, het laatste doel van de
overweldiging van Rome Wij zeggen
niet in de meening van al degenen die
ertoe meewerkten, maar wel in de plannen
der sectarissen, die er de voornaamste drij
vers toe waren, is niet of ten minste
niet geheel en al bereikt door het voltrek
ken der politieke eenheid. Neen, die daad
van geweld, welke in de geschiedenis nauwe
lijks haar wedergade vindt, moest volgens
de besluiten'der secte dienen ais middelen
een voorspel tot nog verfoeilijker werk der
duisternis. Strekte men de hand uit, om
de muren van het stoffelijk Rome te doen
vallen, het was teneinde beter bres te kun
nen schieten in de hoogepriesterlijke stad
en teneinde van nabij de geestelijke macht
van den Paus te bestoken, begon men met
de aardsche omwalling neer te slaan.
Toen zij den meester kwamen spelen
over het "Romeinsche volk, over dat volk,
't welk tot het laatste oogenblik zijn Souve-
rein getrouw bleef en krachtig weerstand
bleef bieden aan machtige en onophoude
lijke verleidingen van buitenaf, voedden
zij het wel overwogen plan, de bevoor-
rechte stad van aard te doen veranderen,
haar te vervormen, haar weder heidensch
to maken, wat men in hun taal noemde
een derde Rome te doen geboren worden,
van waar als uit een middelpunt een nieuwe,
een derde beschaving zou uitstralen.
Inderdaad, niets werd noch wordt ge
spaard om dat noodlottige plan te ver
wezenlijken. Reeds vijf-en-twintig jaren lang
ziet Rome de tegenstanders van christen
instellingen en leering aan den arbeid op
een terrein, waarop zij onbeperkte meesters
zijn. Het ziet de meest verderflijke leeringen
verspreidden Persoon en de bediening
van Gods Plaatsbekleeder straffeloos ge
minacht de vrijdenkerij gesteld tegenover
het katholieke dogma den zetel der vrij
metselarij tegenover den Stoel van Petrus.
En juist aan dit rampzalig samenstel van
denkbeelden en feiten heeft men onlangs
een schijn van recht willen geven, door er
het stempel op te drukken van een nieuwe
wet en door het te verheerlijken door ru
moerige betoogingen, openlijk geleid door de
aan God vijandige secte. Moet dit de triomt
heeten der Italiaansche zaak Is het
niet veeleer het ten troon stijgen der
goddeloosheid
De gerechtigheid is verzekerd van de
eind-overwinning, evenzeer als Rome van de
onveranderlijkheid der grootsche bestem
ming, aan die stad geschonken. Maar in-
tusschen wordt de eerstgenoemde onder den
voet getreden, en de laatstgenoemde wordt
tegengewerkt door de samenzwering der
slechte genootschappen en de dwaasheid
dergenen die ze begunstigen.
En wat voordeel heeft de natie daarbij
De verovering van Rome werd den Italianen
aangekondigd als de morgenstond des ge-
luks en een onderpand van toekomstige
welvaart. Wij zullen niet nagaan, of de
uitkomsten aan de beloften hebben beant
woord, wat betreft den stoffelijken vooruit
gang. Maar zeker is het, dat deze volkomen
overwinning Italië onder zedelijk opzicht
verdeeld heeft, in plaats van het tot eenheid
te brengen. Het is een feit, dat gedurende
al dien tijd de begeerlijkheden van allerlei
aard driester op den voorgrond zijn getreden,
dat als noodzakelijk gevolg daarvan
het zedenbederf en de verzwakking van het
godsdienstig geloof zich hebben uitgestrekt
tot het terrein van het publieke recht, dat
de overtredingen der menschelijke en god
delijke wetten meer en meer zijn toege
nomen dat men in tal en in kracht heeft
zien toenemen de partijen van het uiterste
en de scharen, die gezworen hebben de
maatschappelijke en zedelijke orde te ver
woesten tot in haar diepste grondslagen.
Slot volgt.)
t) 0
tó, nochatzichtelijks 'iad Maria nooit
iCk V,ern m°ge,«k gehouden. Vol
i'H S' Haar ,-Z1l een k"k °P arme
y "erstelde zich spoedig en
°ver lrn°nade om het de onge-
4 zij het Ke!,ken- Tot driemail toe
jaj zij 7 »e|*en. lot driemaal toe
J tern,,maar ook driemaal
IW^erzin V zegepraalde echter over
SwXiei'd ar W1' was sterker dan hare
ikheid j"161 k'°ekmoedige vast-
vJXvolu i zü de zieke en sPrak
P ^finlr stem
^UistsT?"1S,jdat. zal u £oed doen.
n'-X wt= Slas op den bodem
V antwoord.
'rlrnlij,] ?'aat gij mij vroeg Maria,
goed "'f1 ve«™en, ik meen het
met u, kom, drink eens.
De vriendelijke woorden, de liefdevolle
toon stemden de ongelukkige tot kalmte.
Deze vestigde haren blik op de vreemde
verpleegster en liet zich een tweede glas
overreiken. Toen zij daarop rustig was ge
worden, nam Maria op den stoel naast haar
plaats en de gebeurtenissen van den avond
togen voor de oogen haars geestes voorbij.
Welke tegenstellingen! In het huis van
haar oom vroolijk gejuich, dans, muziek en
heerlijke spijzen I hier een wanhopige, ster
vende vrouw; daar was zij de gevierde
koningin van het feest, de verkozen bruid
van een aanzienlijk jongeling, hier za,t zij
als verpleegster naast een ernstige zieke.
Van de balzaal naar het klooster en van
het klooster naar het sterfbed van deze
lijderes. Welk een tegenstellingMaar ook
welk een zielsgrootlieid, welk een wils
kracht
Genot, pracht, aanzien, eer, geluk en
genoegens had zij vaarwel gezegd en waarom
Om arm te worden, om te gehoorzamen,
om den lijdenden evenmensch te dienen
De lange, bange vreeswekkende nacht
was voorbij. De stralende morgenzon be
scheen de grauwe muren van het klooster.
Maria had het schelkoord niet in beweging
14 Oct. '95.
De toestand in de hoofdstad van Turkije
begint langzamerhand te verbeteren. Volgens
bericht uit Constantinopel zijn de dragomans
van de gezanten der zes grcote mogendhe
den er in geslaagd de Armeniërs die zich
in de christelijke kerken hadden verschanst
te bewegen huiswaarts te gaan, nadat de
pogingen daartoe aanvankelijk getaald had
den, om de koppigheid der Armeniërs die
allerlei belachelijke voorwaarden stelden
buiten het vrijgeleide, maar bijdraaiden,
toen de gezantschappen lieten verklaren,
dat die eischen oninwilligbaar waren, en
de Armeniërs de goedgunstigheid van de
groote mogendheden zouden verbeuren, bij
aldien zij aanhielden. De ontruiming van de
christelijke kerken geschiedde volkomen
ordelijk. Het bleek dat het gewicht van de
aanwezigheid van duizenden rondloerende
spionnen van de politie verzonnen was; of
anders waren ze verdwenen.
De tijding dat koning Carlos van Portugal
koning Humbert te Rome een bezoek zou
brengen, door de aanhangers van het Huis
van Savoy e in Italië met zooveel vreugde
vernomen, blijkt bezijden de waarheid te
gebrachthad zij de zware proef doorstaan
De overste kon zoo iets niet voor mogelijk
houden, want zij had Maria de verpleging
van die persoon opgedragen met het doe!
haar voor goed het verlangen te benemen
om in het klooster te gaan, in de zekere
verwachting, dat na weinige oogen blikken
zuster Francisca op haar moeieiijken post
zou moeten terugkeeren. Deze verwachting
was niet in vervulling gegaan.
De overste begaf zich naar de zieken
kamer, opende de deur en met een stralend
gelaat trad haar Maria te gemoet.
Eerwaarde moeder, riep zij verheugd,
de arme zieke is uit haar lijden verlost,
onder tranen van berouw en met het gebed
op de lippen is zij gestorven. Zie daar ligt
ze, ik heb ze reeds aangekleed.
Vol bewondering zag de overste het meisje
aan, tranen van ontroering blonken in hare
oogen en met bewogen stem sprak zij
Zulk een heldenmoed had ik niet ver
wacht. Gij zijt waardig den sluier te dragen.
Maria was overgelukkig. Zij zonk op hare
knieën om God te bedanken, dat hij haai
de kracht had geschonken om deze beproe
ving te doorstaan. Eindelijk had zij haar
doe! bereikt, eindelijk was haar lang ge-
wenscht verlangen in vervuiling gegaan.
Nauwelijks had de groote torenklok acht
uur geslagen of de heer en mevrouw Reiner
kwamen in het klooster. In den beginne
had men zicli de verdwijning van Maria niet
kunnen verklaren. Door geheel het huis, in
de zalen, in den tuin had men naar haar
gezocht, in de meening, dat zij door eene
plotselinge ongesteldheid was overvallen.
Het leest was verstoord, de «Polonaise"
bleet achterwege, vrijheer Van Bloemendaal
was ontroostbaar. Zoo dicht bij het doel en
nu deze onverwachte onverklaarbare ver
dwijning van de bruid.
De gasten vertrokken beurtelingsde oom
raasde, de tante weendemen begon te
vermoeden werwaarts zich het meisje had
begeven en in dat vermoeden had men zich
niet vergist.
Bevindt onze nicht zich hier in het
klooster, vroeg Reiner en zijn vrouw als
uit eenen mond.