Cuba schijn derhalve nog even ongunstig voor de Spanjaarden te blijven. In de vergadering door de Kamer van afgevaardigden in België gisteren gehouden, werd de beraadslaging over het voorstel der sociaal-democraten die verlangden dat het wetsontwerp tot reorganisatie der.strijd krachten onmiddellijk bij de Kamer zou worden ingediend, voortgezet. Daarbij kwam het tot een heftige woordenwisseling tusschen den minister van oorlog, generaal Brassine, en den socialistischen afgevaardigde Defnet Dientengevolge werden door beide partijen getuigen aangewezen. Na een conferentie der getuigen werd echter de zaak in der minne bijgelegd. De woordenwisseling, die bijna tot een duel zou geleid hebben, was de volgende. De socialist Defnet zeide »Ik zie in de come- die, die door de rechterzijde wordt gespeeld, eenige overeenkomst met de Fourberiesde Scapin. Ook hier is iemand, die ter wille van zijn meester een schop krijgt tegen zijne der rière, en die persoon is de minister van oorlog." Generaal Brassine antwoordde C'est une insolence. »En de meester voegde de socialist er nog bij is de heer Woeste". In dezen trant zette de socialistische afgevaar digde het betoog voort, totdat generaal Brassine uitriep: »lk verbied u aldus te spreken." »Gij zijt niet in de kazerne, generaal" riep toen de socialist Van de Velde en Defnet zijne rede voortzettende, zeide: Ik ben hier krachtens het mandaat, mij door de kiezers gegeven, hetgeen niet van iedereen kan gezegd worden. Indien gij niet wilt, dat men den spot drijft met uwe ontwerpen, begin dan met u zeiven niet tot de riseée te maken van de leden van uw eigen partij.) De naamdag van den Czaar aller Russen (St. Nicolaas, volgens de Russische tijdre kening gisteren gevierd) is ook in Oosten rijk herdacht. Keizer Frans Jozef gaf een diner ten hove, waarbij ook de Russische gezant, graaf Kapnist, aanwezig was. De Keizer stelde een dronk in op het welzijn van den Czaar. De strijd in de Kamer van afgevaardigden in Italië over de koloniale kwestie ge voerd, is nog niet beslist. De minister-pre sident Crispi riep de Kamerleden, die tot de regeerings-meerderheid behooren, tot eene vergadering bijeen. Aanwezig waren 181 afgevaardigden, benevens alle ministers. De minister-president hield eene redevoering, waarin hij de uitdrukkelijke verklaring aflegde, dat de Italianen in de eerste plaats verplicht zijn in Abessinië het grondgebied, hetwelk zij ten gevolge van de nederlaag bij Amba-Alagi moesten ontruimen, te her overen. »Wat er verder zal gebeuren" zeide de heer Crispi vzal later worden uitgemaakt." De regeerings-bladen blijven vertrouwen, dat de meerderheid in de Kamer den heer Crispi ook bij deze kwestie zal steuneD. komstig is, in zijne verklaring geheel alleen. Niemand is er, die tot nog toe zijne ver- kiaring bevestigd heeft. Zijn er personen, die de juistheid van het verhaal met den handwagen naar waarheid kunnen beves tigen, zij zouden met verklaringen te geven aan justitie en politie een dienst doen. "Van Berkel en zijne gevangen genomen schoonzuster blijven ontkennen aan den moord medeplichtig te zijn. Ook gisteren zijn weder verschillende lieden, waaronder familieleden, gehoord. Het dreggen door de politie eergisteren in den Boezem en aan de Slaakkade, ge schiedde op uitdrukkelijk verzoek van den rechter van instructie. Heden werd het dreggen, dat vermoedelijk van daag afloopt, in de Kolk en het einde van den Boezem bij den Oostzeedijk voortgezet. Uit Rotterdam schrijft men aan de lel. Willem van Berkel is uiterst omzichtig in het beantwoorden der hem gestelde vragen. Meermalen wilden de ambtenaren der justitie en politie hem voor een tweede maal een verhoor doen ondergaan ten einde te kunnen beoordeelen of hij dezelfde mede- deelingen doet. Wanneer hij echter niet zeker is van zijn gedane antwoorden, zegt hij leukweg, dat hij vergeten is, wat hij voor eenigen tijd gezegd heeft. Het verhoor en onderzoek is daardoor allesbehalve ge makkelijk en vereischt van de ondervragers »Jobs geduld". Uit Delft wordt aan de N. R. Ct. ge schreven Naar aanleiding van een verzoek van de heeren M. Zaaijer en C. Kurpershoek te Rotterdam aan den gemeenteraad, betref fende stratenaanleg op hun bouwterrein aan der. Westersingel onder de gemeente Hof van Delft, is door Burg. en Weth. voorge steld over te gaan tot eene ruiling van grond, en door de gemeente ten koste der adressanten in de aangelegde straten vol doende hoofdleidingen voor gas en duinwa ter te doen aanleggen, waarvoor eene waarborgsom van f 6000 moet worden ge stort, terwijl voorts voor iederen te plaatsen lantaarn f 40 moet worden betaald. Het voorstel houdt verder nog in al wij zend te beschikken op het verzoek om terugbetaling der kosten van aanleg van gas- en water leiding bij een mogelijke vereeniging van Hof van Delft met Delft, en geen verbintenis aan te gaan tot het overnemen der aan te leggen straten. Tengevolge van het stormweder gedurende de jongste dagen is het pleisterwerk aan den ouden kerktoren te Delft op enkele plaatsen losgeraakt. Men is met de herstel ling aangevangen. Ter voorkoming van ongelukken is een zeil voor den toren ge spannen, terwijl de omtrek door de politie is afgezet. Bovendien wijst de roode vlag aan de spits op het dreigende gevaar van het nedervallende puin. DCrt.) Stads- en Gewestelijk Nieuws. Schiedam, 19 December 1895. Gisteren-middag is alhier in de nieuwe haven van de firma Van Deventer Co. in het Zuidergors aangekomen de stoomboot A. W. Kafemann, beladen met balken voor de firma F. W. van der Eist Co. alhier. De balken zijn aldaar gelost, waar zij ge durende den winter zullen geborgen worden. Door den vleeschhouwer en koopman D. A. de H., thans gedetineerd in het huis van bewaring aan de Korte Hoogstraat te Rotterdam, is hooger beroep aangeteekend tegen het vonnis, waarbij hij den 7n Decem ber 11. door de rechtbank te Rotterdam ter zake van diefstal van vee uit de weide, veroordeeld werd tot vier jaar gevangenis straf. (-R- at.) De Moord te Rotterdam. De IV. R. Ct. meldt in dato 18 dezer het volgende Naar wij vernemen, staat de man, van wien het verhaal met den handwagen af- BINNENL AND. TWEEDE KAMER. Zitting van Woensdag 18 December. Besloten wordt na afloop der begrootings- debatteri de conversie-wet te behandelen en desnoodig, Zaterdag a.s. en Maandag, Maandag-avond en Dinsdag van de volgende week te vergaderen. Oorlog. Bij het algemeen debat over dit hoofd stuk der staatsbegrooting, besprak de heer Smeenge het nadeel van het dragen van wapenen door militairen buiten diensttijd, hetwelk tot betreurenswaardige tooneelen aanleiding geett. De heer Truyen klaagde over het te lang in dienst houden der milliciens, die daardoor te lang verdiensten derven en hun vak verleeren. Eene schadeloosstelling ware billijk. De heer De Ras, den minister steu nende in zijn voornemens tot sommige wet tige hervormingen o.a. het bereden ma ken van de intendance, toonde de voor- deelen aan van algeheele afscheiding tus schen de bereden en de vesting-artillerie. Uitvoerig besprak hij de bekende kwestie- Seret (niet bevordering van dat Kamerlic in zijn militairen rang) daarbij betooger.de dat de wet, door het stellen van afzonderlijke bepalingen, juist waarborgen heeft willen geven voor bevordering aan de officieren- Kamerleden. Hij wraakte 't dat de minister thans beslist weigert eene regeling te ont werpen, zoodat de Kamer hem waarschijn lijk duidelijk haar wensch op dit punt zal moeten kenbaar maken. Hij betreurde het, dat een zoo bekwaam en energiek lid der volksvertegenwoordiging als de heer Seret, die bij de behandeling van tal van militaire zaken in de Kamer de meest doorslaande bewijzen van bekwaamheid heeft gegeven, juist het eerste slachtoffer moet zijn van 's ministers wispelturigheid (die spreker in het licht had gesteld) in zake bevordering. Ook besprak hij de geweren-zaak en criti- ceerde daarbij 's ministers houding als niet- sympathiek voor de Nederlandsche nijverheid en berekende dat de Nederlandsche fabriek te Maastricht binnen ruim twee jaar de benoodigde geweren, ook die voor de Marine had kunnen afleveren. De heer V e e g e n s kwam in verband met de kwestie-Seret op tegen de beper kende uitlegging van den Minister van Oorlog van de wet regelende de bevordering van officieren, die op non-activiteit zijn wegens hun Kamerlidmaatschap, met welke uitlegging overigens 's ministers latere han delingen in strijd zijn. De heer Heemskerk besprak, na het vloeken in het leger te hebben veroordeeld, uitvoerig de kwestieSeret, volgens hem de kwestie Snijders, en betoogde, dat de Minister in flagranten strijd met de bevor- deringswet handelde door den heer Seret niet te bevorderen wegens zijn Kamerlid maatschap, toonende de spreker aan, dat de minister den heer Seret vroeger zelf geschikt heeft verklaard door zijn militaire kennis te prijzen. Op grond zijner non activiteit mocht hij niet gepasseerd worden, 's Ministers houding wordt nog verergerd door de bevordering van andere officieren- Kamerleden. Door die ongelijke beoordeeling ondermijnde de regeering haar gezag. De heer Rutgers bestreed 's ministers bezuinigings-politiek, ten opzichte der Am- sterdamsche stelling, in strijd met het advies van het technisch defensie-comité. De heer Sanders keurde 's ministers voornemen ten aanzien van de afwerking van het kleine plan voor de stelling- Amsterdam goed en achtte de kracht onzer verdediging meer gelegen in een grensleger. Ook de heeren Guyot en De Beau fort bespraken de kwestie—Seret. De heer Staalman keurde het hooge budget van oorlog af. Hij acht het een krankzinning denkbeeld om 24 millioen te geven voor de verdediging van het land, voor het leger welks optreden zelfs onwaar schijnlijk is en waarvan zelfs de meest ver stokte generaal niet zal durven verklaren, dat het in staat is onze onafhankelijkheid te verdedigen. De Minister van Oorlog beant woordde de verschillende sprekers. Het is zijne bedoeling niet met de groote mogend heden mede te gaan. Hij blijft enkel bedacht op de verdediging van onze neutraliteit. Met de verbeteringen in het leven van den soldaat zal geleidelijk worden voortgegaan. De Minister zou in de avondvergadering zijn rede voortzetten. Avondzitting van Woensdag 18 December. De Minister van Oorlog, zijne rede voortzettende, betoogde, dat hij in de ge- werenkwestie de uiterste concessie heeft betracht, zelfs nadat het aanbod reeds was ingetrokken, heeft hij nog opgave gevraagd van het uiterste getal dat dagelijks kon geleverd worden, maar dat kon de aanbieder toen niet meer zeggen, want hij had reeds aan het consortum geschreven. Ten opzichte van de kwestie Seret zeide de Minister, dat hij verplicht is jegens officieren, leden der Kamer dezelfde regelen te volgen, die voor alle officieren gelden en naar de eischen van den dienst en het belang van het leger te handelen. De heer Rutgers van Rozenburg antwoordde den heer FarncombeSan- d e r s met betrekking tot de uitvoering der vestingwet en bleet het afkeuren, dat de Minister zuinigheidshalve zich met onvol doende werken wilde tevreden stellen. De heer V e e g e n s, terugkomende op de kwestie Seret, meende, dat de geschie denis der wet van 1851 tegen 's ministers stelling pleit en voor sprekers stelling. Hij blijft van oordeel dat de wet door den minister niet behoorlijk is nageleefd. De heer De Ras kwam terug op zijn bezwaren met betrekking tot de geweren. De schrijvers kenden geen voorwaarden bij de behandeling der wet was ook geen sprake van levering voor de koloniën. Hij blijft volhouden dat de minister tot 10 Augustus 1895 bleef vasthouden aan den in eisch, dat meer dan 19 moesten geleverd worden. besprf-.r, De heer H e e m s k e 1 pens U'Hcht bijzonder de kwestie—toe'e,,'niet °P^ jgpZ' willekeur had de Ministe i;tiekeP' Het betrof hier niet eene p reCbt lb' ver kwestie, maar de vraag wa jn jeder Minister is tekort geschote W dediging van zijn gedragslij j e i jje De heer F a r n c o m b e gutg®s' antwoordde nader den verk®er reeds sprekers bedoeling gehee rzijtlÊ1 begrepen. Hij verwees hem verleden jaar gehouden re< zich ook nu had gedragen- tel-ug van De heer Truyen door hem gewenschte sctiau bi) d« 0 0rL°>- n de aigemeene oeraau^YT„treen Bij art. 6 (intendance) be- p0in -je- ouders van miliciens. Nadat de Minister v a tvVooi' verschillende sprekers had o n ge- eei' den de algemeene beraadsla^^e(j de jSsi® DeRas het amendement van ¥grnd (6r van Rapporteurs om den P®® i;ng n" ren met f 4000, met de bei yao intendanten. De Minister van -lol dat de aanneming van het a Je groote leegte zou brengen organisatie van de minister op verlangen der bezwaar voor meerdere gebracht in intendance^,. uitg «JP het 'ken' Nadat de heer S m e e n g0pmer „y®1'' ment verdedigd had, daarbij dat de Minister den maatreg ge® mijdelijk noodzakelijk had g het amendement aangenomen y# 40 stemmen. .,;trnstlrfe Bij art. 15 (kleeding en belo" jj&d1 onderofficieren en soldaten) je jjiig Minister naar aanleiding je ber van den heer Tydeman, rlj3 d®r het tegoed op het kleedingsm v0,nb®r 1UJ officieren telken jare met 1F uitbetaald, was ingetrokken, ^e\ü zou overwegen wat hij in onderofficieren zou kunnen ,jervVi'< Bij art. 20 (oefening en g n b^ sprak de heer Van V 1 ij ,ïl. van het reservekader en bev en uitbreiding der nasporingen zake onze krijgsgeschiedenis- pö Minister nam gaa De 5 e" sprekers wenschen. d 1 Bij art. 23 lichtte de heer b voerig toe het amendemen oe*ypJ vijf andere leden voorgesteld, gtfyd voor de remonte van 1247-5 jen arl) te verhoogen in het belang va teu), .yUV van inlandschepaarden(fokhenfe j^p'., li niet alleen het belang van ai;te' maar ook dat van hare natio trokken. jje' Na eenige bespreking w r„et mentTydens aangenomen g 27 stemmen. ^raads'^ Bij art. 28 werd de bc heden-ochtend 11 ure verdaaD De Staatscourant van 1^ .the "''i O1'1' het plan der 351ste Nederlan s p® loterij van f 1,036,000. Zij loten, uit 10,500 prijzen en d®'\' collecte wordt ten kantore v^0fir teur der Staatsloterij, den ^0pei' Goudoever, te 's-Gravenhag®, o Pe^,JW Febr. en gesloten op 1 Mei king begint op 9 Maart en slul 30 Mei V. Op nagenoeg eenzeltde ^°e' ken bij de Rijksbelastingen de klerken bij de rechterlij zakelijk om te streven naar sturen. Zij hebben een Bond - vo° fjjSUi ging van hun positie, dat z'J bteP**' ft meer dcor de rechterlijke a ,ep, «oT\0of( door den Staat aangesteld rijksambtenaren te zijn en i van die positie te deelen. ,r De Courrier Bruxelles, het ^er Maasbode vermeldende, een comité wordt gevormd voor het proportioneel kiesi'6®^ aan de mededeeling toe, Katholieke Kamerleden ei' ei)t Kieswetsontwerp een amen ki stellen strekkende tot 'r>v® gO evenredige vertegenwoordig1 j e"'- Hier te lande is het b®rL0oyi dat de heer Hijmans van .nn treW®'®" ,<f mel eb u e nas net aiueiiuc'.iAv,"- ren mei. 1 'tuuu, met te gaan tot het bereden ma O 0 r jaiu®"' «r® UKS m 1 U 1 l C 1 10 UU. to' nffïi-iorAn tolly An l'nrp met 1 iis' „il' stti s li'1' 1 Ï\V (i1" j-icb''

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1895 | | pagina 2