Dagblad voor Schiedam en Omstreken. '"ilc Jaarg. Dinsdag 21 Januari 1896. No. 5396. bureau "g$oter$tvaat 50. Zjjn reddende Engel, ^GEMEEN overzicht. Feuill e ton. Mrs Lamaitre fils, PRIJS TAN DIT BLAD: ^oor Schiedam per 3 maanden Franco per post door geheel Nederland Afzonderlijke Nommers f 4.50 .o - 0.05 PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 16 regels0.60 Elke gewone regel meer- 0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. 20 Jan. '96. ®t Zilveren Jubilee in Duitschlnnd. inet bijzondere opgewektheid is Zaterdag s^i^hland het zilveren jubilee der her- k0 6 rijkseenheid gevierd. Evenals Beieren's Va^"nS Lodewijk II (7 Dec. 1870) de eerste i alle Duitsche vorsten was, die aan rung- Wilhelm I te Versailles verzocht de he Z,er''j'ie waardigheid te aanvaarden, zoo vatï *bans Luitpold, de prins-regent Rel ^e'eren' ^en Keizer een telegrafischen ll«wensch gezonden bij het jubelfeest van F^-ijk, ïdat naar binnen éen en naar Ultsn hecht en geacht is, en door de Voor- ^etl'gheid verder bewaard moge worden." e Keizer dankte van ganscher harte voor ^en van zooveel trouw getuigenden geluk- iIb*r'Sc'1 en voegde er bij»De bond, die duitsche stammen en de Duitsche vorsten -en-twintig jaren nauw omsloot, zal zich ^'et Gods hulp ook in de toekomst vast en 'lverbreekbaar toonen." eene proclamatie des Keizers wordt jjgezegd aan de Voorzienigheid, die zegen op het Rijk heeft laten rusten Q gewezen op het behoud var, den vrede, A 'ie ongestoorde ontwikkeling van's Rijks I hellingen. In het vaste vertrouwen op de ei<Üng van den grooten Keizer en van zijn ^adgevers, onder vindingrijke staatslieden, °°ral van Bismarck, is de werkkracht der ^e in dienst van den gemeenschappelijken rbeid gesteld. Evenals de Keizer zelf de pofte doet, het voorbeeld van zijn groot eer na te streven, spoort hij alle standen 6r natie aan tot het ter zijde stellen van ^belangen, opdat zij het oog gevestigd bleu houden op de welvaart van het Rijk, tiet Duitsche toewijding het algemeen *ng dienen. Dan zal de zegen des Hemels ontbreken, en het Rijk zal, wel verre I r' een gevaar te zijn voor andere staten, br evenals nu een hechte steun blijven Q°r den vrede. Dat geve God Een buitengewoon nummer van de Reichs anzeiger maakte een amnestiebesluit open baar ten gunste van burgerlijke en militaire veroordeelden. Daarenboven heeft de Keizer een groot aantal personen die wegens majesteitsschennis of beleedigingen van leden van het Koninklijk huis veroordeeld waren, begenadigd. De Reichsanzeiger maakt voorts een oorkonde openbaar waarbij een Pruisische Willemsorde wordt ingesteld voor mannen, vrouwen en meisjes die zich zeer verdienstelijk gemaakt hebben bij het be vorderen der welvaart of de veredeling van het volk, vooral op maatschappelijk gebied, in den zin van de opwekking die daartoe van Willem I uitging. De orde is reeds verleend aan de Keizerin, aan keizerin Friedrich, de groothertogin van Baden en de groothertogin van Saksen; onder de andere personen aan wie de orde geschonken werd, bevinden zich prins Bismarck en de ministers Miquel en Berlepsch. De Keizer betuigde in een hartelijk eigenhandig schrijven aan prins Bismarck zijn dank voor den onvergetelijken arbeid, door hem ver richt voor Keizer en Rijk. De feestelijkheid in het koninklijk paleis te Berlijn is overeenkomstig het programma algeloopen. De standbeelden van Willem den Groote en van Frederik den Derde, waren met kransen versierd. De keizerlijke familie was geheel voltallig, ook vijf zoontjes van den Keizer, die ter zijde van hun in rouw gekleede grootmoeder Keizerin Frie drich en de Keizerin zelf, die in groene zijde was gekleed, een plaats hadden ge kregen. Tusschen de golvende kleurenzee der bonte uniformen van militairen en hof- dignitarissen, bewogen zich de in zwarte rok verschenen eerwaardige grijsaards. Er waren ongeveer honderd oud-leden van den eersten Duitschen Rijksdag en de presiden ten der tegenwoordige vertegenwoordiging. Omgeven door sierlijk gekleede pages, van goud blinkende hofmaarschalken, met de sporen rammelende hooge officieren, ge- NOVELLE door M. F. T. li) 0 Wezenloos stond hij daar. Hoe koud en ijn erschillig was die brief niet Als waan- Üo» ?reeP hij zich in zijn gekrulden haar lij zijne donkere oogen stonden woest h0t 0tn> hij was in zijn houding, een wan- itjP'S mensch. Eenige minuten bleef hij in toestand volharden honderden gedach- ttiHdoorkruisten zijn breinmadame Dolyce, hia-A100 Darfield en nog een half dozijn hole's meer speelden krijgertje in zijn ,en het nuchter gelaat van monsieur Vvti|pG°is Discours, waarover een ander Ij^'^ht in een schaterlach zou zijn uitge- 6n' wahkerde zijn woede des te meer A"en waren zonder onderscheid de 'd van zijn ongeluk, behalve hij, maar dit alles nam niet weg, dat de omstandig heden voor zijn schuld pleitten en hij inder daad een monster was. Om zijn geweten te zuiveren, zou er iets anders noodig zijn, dan andere menschen zijn schuld aan te wrijven. Zijn vrouw overtuigde hem van zijn slecht gedrag en toch, niettegenstaande dat, was hij vast besloten, de toegeworpen handschoen op te nemen en niet naar haar te luisteren, anders zou men hem immers verwijten, dat zijn echtgenoote, hem de wetten stelde? Zoo dacht Honoré, toen de pendule drie zilveren tonen liet hooren en hem uit zijn droomerijen opschrikte. Juist op datzelfde oogenbiik, merkte hij den tweeden brief weer ophaastig greep hij er naar. 't Was een onbekende hand, hij brak hem open en met verwonderden blik, keek hij op 't open geslagen vel papier, daar stond: Mijnheer de Baron, In de hoop dat U het ons niet ten kwade zult duiden, vermeten wij ons U te melden, 1 dat madame Darfield, ons gisteren, eene j schuldbekentenis te uwen laste heeft aan geboden ten bedrage van fres. 5000wes halve wij U beleefd uitnoodigen, die som volgd door een menigte stuk geschoten oude Pruisische regimentsvaandels en door de reusachtige figuren van de mannen der Potsdammer garde met hun ouderwetsche zilveren helmen op, verscheen de Keizer in een buitengewoon prachtgewaad. Hij droeg over de witte kurassiersunfform met den zilveren adelaarshelm een grooten bloed- rooden zijden mantel, als hoofd van de Orde van den Zwarten Adelaar. In zijne nabijheid waren andere ridders dier orde, eveneens in de glanzende zijden scharlaken mantels. Op een kussen van goud brokaat werd de kroonorde, de schepter en de rijks appel voor den Keizer uitgedragen, met de beide handen hield de minister van oorlog het groote rijkszwaard ontbloot voor hem op, terwijl over zijn hoofd de rijksbanier werd gehouden. Toen de Keizer op de bovenste trede van den troon stond, dook als een kleine, oude vriendelijke kabouter de rijkskanselier Von Hohenlohe op, die een purper boek met den gouden rijksadelaar versierd, den Keizer overhandigde. In dit boek stond de troonrede die de Keizer vlug met een scherpe heldere stem voorlas. De eerste levendige toejuiching brak los, toen de naam van Bismarck ge noemd werd en zij herhaalde zich bij alle plaatsen, waar gesproken werd van onafhan- lijkheid en vredelievende gezindheid. Groote verrassing bracht vooral de geïmproviseerde scène teweeg toen, nadat de voorlezing der troonrede was geëindigd, de Keizer de hand uitreikte naar het dichtst bij hem opgehouden stukgeschoten vaandel van het eerste garde regiment en den vinger op het doek leggend met zichtbare ontroering en een stem waarin geestdrift klonk, de woorden zeide Op dit veldteeken, dat een roemvolle geschiedenis van twee eeuwen vertegenwoordigt, vernieuw ik de gelofte, voor de eer van het volk en van het land naar binnen en buiten in te staan één rijk, één volk, één God. Op dit oogenbiik schoof de geheele verzameling menschen als een golf in de richting van ten onzen kantore te voldoen. Daar het in uw eigen belang en in dat van uwen goeden naam is, hieraan gevolg te geven, zoo raden wij U binnen twee maal vier-en-twintig uren na dato, te betalen anders zal een voor U nadeelig proces het gevolg worden en uw goeden naam voor altijd geschand vlekt zijn. Met achting teekenen wij ons procureurs. Zoo loopen de gootjes als't regent, mijn heer de baron, loon naar werken. Franc Discours. Bij het lezen der laatste zinsnede, welke door het jongmensch dat de baron eenige uren van te voren, een welverdiend pak slaag gegeven had onderteekend was, werd Honoré vuurrood. Dat was het jongmensch, dat zich altijd zoo schaamteloos tegenover hem aanstelde, een procureursklerk en nu was hem ook duidelijk, waarom madame Darfield altijd zooveel met hem op had. Hij was het klaarblijkelijk geweest, die hem in liet Darfieldsalon den toegang naar buiten had afgesneden, met welk oogmerk, kon hij nog niet goed raden, en nu had den troon losbrekend in groot gejuich. Hier mede was de officieele feestelijkheid ten einde. Aan den feestelijken maaltijd in den koninklijk paleis heeft de Keizer een toost uit gebracht, waarin hij er op wees hoe het Duitsche rijk een wereldrijk is geworden, en hij sprak vervolgens aldus »Op u, mijne heeren, rust de ernstige plicht mij te helpen om dit grootere Duitsche rijk ook vast aan ons eigen vaderland te verbinden. De gelofte, heden middag voor u afgelegd, kan alleen dan waarheid worden, wanneer uw door eendracht en vaderlandsliefde bezielde steun mij ten volle wordt geschonken. Met dezen wensch, dat gij met volle instemming mij zult helpen om mijn plicht te doen, niet alleen tegenover mijn landgenooten hier, maar ook tegenover de vele duizenden land genooten in het buitenland dat wil zeggen, dat ik hen beschermen kan wanneer het moet, en met de opwekking die tot ons allen komtswat gij geërfd hebt van uwe vaderen, verwerf het om het te bezitten" wijd ik mijn glas aan ons geliefd Duitsch vaderland, en roep ik uit: »het Duitsche rijk hoch, hoch en nogmaals hoch Ook buiten de muren van het koninklijk paleis werd het rijksjubilee op bijzondere wijze herdacht. De dagbladen begroeten het jubilee met beschouwingen die zich vast knoopte aan de keizerproclamatie teVersailles. Talrijke feestelijkheden hadden in den loop van den dag plaats, vooral in de scholen en technische instituten, in de universiteit enz. In het Raadhuis hield de eerste burgemeester Zelle de feestrede. De stad was overal in feestdos. Voor zoover het feest in de open lucht moest gevierd worden, seinde de Ber- lijnsche correspondent der ZV. R. Ct. is het totaal mislukt tengevolge van het slechte weer en de ongeloofelijk strenge maatregelen door de politie ter afzetting van de straten in de buurt van het paleis en het park genomen. De steeds aanhoudende regen en dikke neve len hulden de geheele stad als in een groo ten grauwen natten zak. Van de plaats Discours de onbeschaamdheid onder een sommatie, die het daglicht schuwde en dat wist genoemd heer zeer goed zulk een voor deu baron tergende uitdrukking te schrijven. Het was meer dan Honoré kon verdragen. ïBetalenbromde hij, sdie schurken en ze zijn gevaarlijk ook. Ik moet betalen, dat weet ik, maar Discours zal er van lusten, die ellendeling Wat zal ik nu aanvangen Er moet gehandeld worden, anders is het te laat Plotseling schoot hem dat met bloed- bevlekt moordtuig te binnen en kwam hem dien warboel in den corridor, weer voor den geest. Hoe moest hij zulks verklaren? In zulk een toestand als zijn huis zich be vond, toen hij er in trad, kon zijn vrouw, zijn Adèle, het onmogelijk hebben verlaten dat stond vast. Doch hoe kwam bet dan in zulk een toestand? Wordt vervolgd II n

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1896 | | pagina 1