Evenals de Times een paar dagen ge leden, heeft thans de Globe een artikel over den toestand in Zuid-Afrika. En evenmin als de Times, verheelt dit conservatieve blad zijn ontevredenheid over het laksche optreden der Engelsche tegen de in opstand gekomen Matabelen. Geducht vaart het uit tegen sir Hercules Robinson wegens diens raad, dat voorloopig over genoeg manschap pen kan worden beschikt en dat versterking der garnizoenen van de Kaap en Natal overbodig is. De staatsman, die zijn lands lieden te Johannesburg den raad heeft gegeven de wapenen neer te leggen, ten einde het leven van Jameson te redden de staatsman, die om Kruger's ijdelheid te streelen, Jameson's manschappen naar En geland zond, mag in het gewone dagelijksche leven een achtbaar persoon zijn, maar hij is niet de man, die de Britsche regeering van raad kan dienen in zulk een moeilijke en ingewikkelde crisis. De opstand in Matabelenland blijkt nog volstrekt niet bedwongen te zijn. Volgens een Reuter-telegram uit Boeloewajo van 42 dezer werd een kolonne, sterk 130 man, onder bevel van kapitein Brandop ongeveer 28 mijlen van Boeloewajo hevig aangevallen en daarna omsingeld door een grooten troep Matabelen. De Engelsche troepen verschoten al hun ammunitie, doch wisten zich door den vijand heen te slaan. Spoedig daarna werd versterking ontvangen. Kapitein Brand had 15 gesneuvelden en 16 gewonden. De opstand breidt zich steeds meer uit. De toestand wordt bij den dag ernstiger. Stads- en Gewestelijk Nieuws. Schiedam, 13 April 1896. Bij zijne gewone inspectie werd Zondag ochtend door den havenmeester ontdekt, dat op de rivier de Maas boei no. 1 blijkbaar in den voorafgaanden nacht was aangevaren. Daar de boei in zinkenden toestand ver keerde, is hij kort daarop verwijderd. Gedurende de afgeloopen week zijn den Nieuwen Watei weg ingekomen 112 schepen, waarvan 5 zeilschepen, hiervan waren be stemd voor Rotterdam 109, voor Schiedam 1, voor Ylaardingen 1 en voor Maassluis 1. In hetzelfde tijdperk van 1895 kwamen binnen 104 schepen, waarvan 6 zeilschepen hiervan waren bestemd voor Rotterdam 103. Voor het examen in nuttige handwerken is Vrijdag 11. te Maastricht geslaagd onze stadgenoote Mej. A. M. Vredenbregt, leerling van de normaalschool der Eerw. Zusters Dominicanessen te Reuver. Hoewel de werkstaking der ertswerkers te Rotterdam, na de maatregelen door de firma Wm. H. Müller Co. genomen, als geëindigd kan worden beschouwd, schijnt men toch nog steeds voor ongeregeldheden beducht te zijn. Voor het kantoor van genoemde firma stonden Zaterdag nog twee politie-agenten geposteerd, terwijl ook aan de Katendrecht- sche haven politie geposteerd blijft. Te Rotterdam worden pogingen aange wend om het Nederlandsch-Belgisch Zouaven comité met de Rotterdamsche afdeeling van den Algemeenen Nederlandschen Zou- avenbond tot éene corporatie te vereeni- gen. Het Nederlandsch-Belgisch Zouavenco- mité zal op Zondag 26 April aanst., des avonds ten 8 ure, in de groote zaal der sociëteit »Harmonie" te Rotterdam, zijne gewone jaarlijksche feestviering houden. Een bedelaar te Rotterdam, die Zaterdag bij een zijner begunstigers aan de Hoogstraat aldaar de gewone wekelijksche gift kwam ontvangen, had het ongeluk dat hem een zakje met vijf rijksdaalders ontviel, welks inhoud over den grond rolde. Den klant werd onmiddellijk de wekelijksche beurt opgezegd. Ook te Charlois is brongas gevonden uit een geboorde welput bij den broodbakker W. Hordijk. Aan deskundigen wordt opge dragen te onderzoeken of dit gas te ge bruiken is. De werkman die de vorige week aan den Verversdijk te Delft door een vallend stuk puin getroffen, is aan de gevolgen zijner verwonding overleden. Yereeniging tegen Bedelarij. Damescomité tegen armoede. I. Aan het jaarsverslag der vereeniging tegen bedelarij, dat dezer dagen in druk is ver schenen is als bijlage toegevoegd het jaars verslag van het dames-comité tegen armoede over het jaar 1893. Het is van den volgenden inhoud Een jaar van werkzaamheid is voor het Dames-Comité tegen armoede verloopen, en wacht hun, die belangstellen in toestand en werkzaamheden van dat comité, wederom daarvan verslag. In de eerste plaats zij vermeldt, dat het bestuur is samengesteld als volgt Mevr. Visser—Sonneveld, alg. presidente. Mevr. Van der WeerdVan Gerrevink, alg. secretaresse. Mej. S. Rijnbende, penningmeesteres. Verder als wijkpresidentenmevr. Van der MostRitter, mej. S. N. A. Schieveen, mej. J. M. Aaltsz, mej. C. Hoek, mevr. Gouka—Gips, mej. S. Rijnbende, mej. Van Lissa(sedert vertrokken) en mej. A. Knappert. Voor enkele wijkdames, die het comité verlieten, traden anderen toezoodat het getal ongeveer standvastig bleef. Op uit0 December bedroeg het aantal medewer kers 33. De bijgevoegde rekening van de penning meesteres geeft inlichtingen omtrent den toestand onzer geldmiddelen. Met het doel, om zooveel mogelijk de kwade gevolgen van ziekte en tegenspoed te keeren, zedelijke gebreken tegen te gaan enz., werden in de verschillende wijken 60 gezinnen bezocht. Om een overzicht van onzen arbeid te geven, willen wij deze naar hun aard splitsen en iets uit de practijk mededeelen. Wegens ziekte werd 21-maal onze hulp ingeroepen. Versterkende middelen en andere steun in bijkomende droevige omstandighe den voorkwamen gelukkig menigmaal alge heel verval. Voorbeelden. Fol. 80 (van 't register). ïEen gunstig bekend gezin, waar man, vrouw en 4 van de 6 kinderen ziek zijn en door gemis aan verdiensten aan alles gebrek is. Het Comité verschafte levensmiddelen en versterkend voedsel, armbestuur en particulieren werkte mede. Man en kinderen herstelde betrek kelijk spoedig, doch de vrouw bleet nog lang sukkelenten slotte herstelde zij ook. Met de opbrengst van twee varkentjes, vóór de misère aangeschaft en die door onze be moeiingen konden behouden worden, werd schuld afgedaan. Het door onze bemiddeling intusschen schoongemaakte huisje de vrouw was maanden bedlegerig geweest wordt thans knap gehouden. Het Comité heeft de bezoeken kunnen staken." Fol. 91. »Een goed gezin, waar 't weekloon niet toereikend is voor bijzondere uitgaven. Aan een kreupel zoontje, dat veel geleden heeft, zijn schoenen gegeven, die naar de voeten moesten worden gemaakt." Fol. 93 »Een gezin met 6 kinderen, dat met overleg kan rondkomen. De vrouw doet echter een val en bekomt eene zoo hevige wonde, dat bloedverlies haar leven in gevaar brengt. Alleen versterkend voedsel in ruimte mate en rust kunnen haar redden. Voor het eerste was het weekloon niet toereikend. Wij verstrekten dit tot de vrouw gered was." Door kleine voorschotten steunde het Comité 4 gezinnen. Bij alle zonder uitzon dering werkte het voorschot gunstig. In éen gezin bracht het zelfs gunstig veran dering in den gemoedsaard van man en kin deren de eerste werd minder onverschillig, de laatsten werden veel vriendelijker. Een voorbeeld uit de vier volgt hier. Fol. 29. »Het gezin, ordelijk en zindelijk, was door werkloosheid van den man, die sjouwer is zeer achteruitgegaan, zoodat er geen geld was voor de begrafenis van een kindje. Het Comité droeg daartoe bij. De man kreeg opnieuw werk, doch het gezin ging gebukt onder schulden aan bakker, krui denier enz. Deze werden door het Comité als voorschot betaald, en de vrouw betaal de zooveel mogelijk iedere week terug. Wel was de toestand niet altijd rooskleurig, maar 't gezin ging toch vooruit, en nu is de schuld afgedaan, terwijl de moed en het eergevoel zijn bewaard gebleven." 12 gezinnen werden tijdelijk gesteund, om ze voor achteruitgang te behoeden. {Slot volgt.) BINNENLAND. De Minister van Koloniën heeft naar aanleiding van het verslag der Tweede Ka mer over de vaststelling van het slot der Surinaamsche rekening over 1892 meege deeld, dat het personeel, op grond van de uitkomsten over 1892 op hetzelfde cijfer geraamd is als voor 1891. Evenzoo is de accijns op het binnenlandsch gedistilleerd f9000 hooger geraamd dan voor 1891 is uitgetrokken, omdat de uitkomsten over 1890 recht gaven een hoogere opbrengst te verwachten. De kleine verschillen bij de uitbetaling van pensioenen zijn werkelijk een gevolg van minder nauwkeurige administratie. Aan den gouverneur van Suriname is verzocht de noodige bevelen te geven, opdat die fouten voortaan worden vermeden. Door den Minister van Koloniën is bij de Tweede Kamer ingediend een ontwerp tot regeling van de mijn-ontginningen in Ned.- Indië Het is in hoofdzaak het ontwerp der vorige regeering, maar gewijzigd. Een der naaste familieleden van den op Atjeh gesneuvelden kapitein F. P. A. Geluk deelt aan De Avondpost mede, dat de door het Hbl. vermelde bijzonderheid, dat hij twee nog schoolgaande zoons zou achterla ten, op een misverstand berust. Hij laat geen kinderen na en had gehoopt over twee jaren met pensioen naar Neder land terug te keeren. Zooals men weet, is bij het verzet op Lombok een der zoons van generaal van der Heijden gesneuveld. Een andere zoon van den Generaal, de le luit. Eduard van der Heijden, die ook den veldtocht op Lombok meemaakte en daarna tot adj. bij het 7e batal. inf. te Magelang werd benoemd, bevindt zich thans op weg naar Atjeh. Moge hij daar voorde vijandelijke kogels behoed blijven Hoe Atjeh te onderwerpen? In 1874 werd Atjeh bezocht door den correspondent van de Times, die als resul taat van zijn waarnemingen o. a. schreef »De Atjehers zijn geen volk, om zich tot onderwerping te laten dwingen door kleine tuchtigingen, hoe vaak ook herhaald. Zelfs ben ik er niet zeker van dat merkbare vorderingen van den kant der Nederlanders den strijd zouden doen eindigen. Intusschen, een reeks van gevoelige en snel opeenvol gende nederlagen, samengaande met een totale verwoesting van een groote uitge strektheid lands, en met 't onderhouden van een voldoende blokkade langs de kust, zou onvermijdelijk een bezoek om vredes voorwaarden ten gevolge hebben, waaruit eventueel een duurzame vrede zal kunnen voortvloeien. Dit is een wreedaardig program, doch. men moet hier rekening houden met 't karakter van zijn vijand, liever dan met aangenomen gebruiken van oorlogvoeren. Een vijand zooals de Atjehers hebben de Hollanders tot dusver bij hun worstelingen met de verschillende eilanders dezer zeeën niet ontmoet. Het is een ras, dat een groo ten moed en een schier ongeëvenaarde vastberadenheid bezit, willig om liever te sterven dan te bukken, zelfs onder de meest hopelooze omstandigheden Men kan dezen brief, met de daaraan vastgeknoopte beschouwingen van de Times zelve, vinden in het Tijdschrift voor Nederl.- Indië, 1874, II, bl. 235 en vlg. En daarbij heeft de redactie van het Tijdschrift een beschouwing gevoegd, waarin zij generaal Van Swieten's handelwijze verdedigde. Uit een eigenhandig schrijven van den generaal Van Swieten, op de meening van den Times-correspondent betrekking heb bende, laten wij dit hier volgen, zonder eenig commentaar »Dat de correspondent van de Times in een paar dagen verblijf te Kotta Radja niet op ae hoogte van de afdoende omstandig heden is kunnen komen en ze ook niet van zijn berichtgevers heeft kunnen vernemen, die er even weinig mede bekend zijn, natuurlijk. Hij dwaalt dan ook niet weinig, als hij zegt dat de Atjeher van een ras i dat liever wil sterven dan te bukken, a^ hij daarmede bedoelt, dat de onderwerping niet verkregen zal worden en afstuiten za op de koppige hardnekkigheid van het volk- Ik weet beter wat van den Atjeher te wachten is dan de correspondent van de Times en zijn onkundige berichtgevers. Hfi is tot onderwerping zeer geneigd en zou daartoe reeds zijn overgegaan, als hij met door een partij en de hoop, dat wij he niet zullen volhouden, was teruggehouden- sHet zijn toch deze dikwerf domme, meest altijd weinig denkende officieren, meestal luitenants, die zich het recht aanmatigen, een helder begrip te hebben in dezen voor weinigen helderen toestand." De auditeur-militair bij den schuttersraad in Den Haag heeft een vervolging ingesteld tegen den schutter, die Dinsdag te paard en op klompen bij de oefening verscheen. Dinsdag is er eene buitengewone zitting van den schuttersraad ter behandeling dezer zaak. Uit 's-Gravenhage wordt ons gemeld De uitslag der gisteren in de afd. 's-Gra venhage van den Ned. R. K. Volksbond gehouden herstemming voor den Centralen Raad was, dat gekozen werden de heeren II. P. van Calsteren, met 89 D. van Andel, 114J. L. Coenen, 79A. v. d. Lans, 996 V. C. v. d. Waart, 84 stemmen. Verder bekwamen de heerenA. H. Bakker, 85W. A. C. Leurs, 65 M. Kok, 64 en W. Mooyman 72 stemmen. 't Was gisteren prijsuitdeeling voor de leerlingen der Teekenschool van den Ned. R. K. Volksbond. Fraaie prijzen, alle teeken behoeften, werden uitgereikt. De winter- cursus werd door ruim 90 leerlingen be zocht. De tentoonstelling der teekeningen lokte druk bezoek. Heden (Maandag) was het 50 jaar ge leden, dat de Eerw. Broeders in het R. K. Weeshuis hun zegenrijken arbeid in dat ge sticht aanvingen. Het feest werd op een voudige wijze gevierd. Naar aanleiding van het bericht in het Dagblad, dat de heer N. van der Sloot, in dienst der N. Afrik. Handelmaatschappij, een prooi geworden zou zijn van de kroko dillen, wordt gemeld, dat genoemde heer een bad nam in een zijtak van de Goko- rivier, district Zana, en door een onbekende oorzaak in de diepte verdween. In genoemde rivier worden, volgens geloofwaardige per sonen, geen krokodillen gevonden. Bij gelegenheid van het verblijf der Koninginnen in de hoofdstad op Donderdag 23 April zal een raout ten hove gegeven worden, en Vrijdag 24 April galavoorstelling in de Stadsschouwburg plaats hebben. De eerste steen voor het R- K. Zieken huis in de Parkstraat te Amsterdam zal 12 Mei met groote plechtigheid worden gelegd door Z. D. H. Mgr. Bottemanne, bisschop van Haarlem. De afdeeling Amsterdam van den »Ned. Barbiers- en Kappersbond" heeft besloten, voortaan bij een geval van besmettelijke ziekte ten huize van een klant, dezen niet meer aan huis te bedienen zoolang de ge neesheer niet verklaard heeft, dat de be smetting geweken is. Men schrijft aan het Hbl, uit Terschelling Vrijdag hebben de stoomschelpenzuigers Friesland en Tijd hun werkzaamheden op het wrak der Lutine hervat. Binnen dri0 uur had men het weder op één punt bloot gezogen en werden verschillende voorwerpen, als kogels, huidkoper, één Spaansche mat enz. bovengebracht. In den tijd van drie uur had men het tot een diepte van 30 voe gebracht, een bewijs van de kracht, waar mede genoemde booten kunnen werken.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1896 | | pagina 2