het kwam van de groene tafel. De minister
ontkende ten stelligste, dat de bepaling de
kleine bakkers schaadde (Bravo's links).
De kieswet is in Oostenrijk nog steeds
het groote feit van den dag. Het voorstel
van de minderheid in het Huis van afge
vaardigden, ten doel hebbend om het alge
meen kiesrecht aan te nemen, als basis
voor de discussie over het wetsontwerp tot
hervorming van het kiesrecht, is verworpen
met 174 tegen 61 stemmen. Met groote
meerderheid werd daarna besloten over te
gaan tot de behandeling der artikelen van
het regeeringsontwerp.
Vorst Ferdinand van Bulgarije is in
Rusland met de meeste eer ontvangen. Hij
is geheel behandeld als een vorst, die zijn
rijk mag beschouwen als zijn «vaderlijk
erfdeel". Wel is beweerd dat hij aan de
Russische regeering nog meer concessies
zal moeten doen dan hij reeds gedaan heeft,
doch voorloopig kan hij tevreden zijn. De
vorst bevindt zich thans te Parijs. Ook daar
zal hij met de noodige eerbewijzen ontvan
gen worden, zoodat hij in Frankrijks hoofdstad
zich geheel kan gedragen als de vorst bij
de «Gratie Gods."
Dit mag voor hem zelf een groote vol
doening zijn zegt de Tel. het valt
echter te betwijfelen of de heerschers der
andere Staten, wier heerschappij over ge
gaan is van zoon op zoon, gedurende jaren
en jaren, veel sympathie zullen gevoelen
voor een vorst, die getoond heeft het bezit
van een troon boven alles te achten en
daar voor zelfs zijn waardigheid als man veil
te hebben. Onder het tegenwoordige geslacht
zal vorst Ferdinand dan ook moeilijk kun
nen beschouwd worden als een man uit éen
stuk, die eerbied afdwingt door zijn ferm,
zijn krachtig optreden. Men zal eerder de
schouders optrekken voor hem die zoo be
lust is op aardsche grootheid.
De Engelschen maken niet veel vorderin
gen in Egypte. Na de eerste schermutse
lingen hoort men niet veel meer van over
winningen. Alleen wordt verzekerd dat
voort gegaan wordt met het aanleggen van
een spoorweglijn en dat er oneenigheid is
ontstaan onder de lijfwacht van den Khalifa,
welke voor de helft uit negers, voor de
andere helft uit Arabieren bestaat. Deze
beide helften, zegt de berichtgever, zijn met
elkaar in botsing gekomen. Aan dit bericht
is zeker niet veel waarde te hechten. Het
schijnt toch ondanks de laatste overwinning
op de Derwisjen niet zoo te gaan als ge-
wenscht was. Dit toch is af te leiden uit
het bericht dat sir Herbert Kitchener als
bevelhebber der expeditie naar Dongola zal
worden vervangen.
Stads- en Gewestelijk Nieuws.
Schiedam, 24 April 1896.
Bij Burgemeester en Wethouders van
Schiedam is ingekomen een verzoek van
den heer R. A. de Kroes Wzn. te Over-
schie, om vergunning tot uitbreiding
zijner b r a n d e r ij, staande alhier aan den
Noordvestsingel no 121, kadaster sectie H
no 107, met een stoomwerktuig van 2 paarden
kracht en ketel met een verwarmingopper
vlak van 2 M3.
Gelegenheid tot het inbrengen van be
zwaren tegen het toestaan van dit verzoek
zal op Donderdag den 7n Mei aanst., des
namiddags ten 2 ure, ten raadhuize worden
gegeven, terwijl drie dagen voor genoemd
tijdstip van de schrifturen die ter zake
mochten zijn ingekomen, kennis kan worden
genomen.
De Raad dezer gemeente is tegen Dins
dag 28 April aanst., des namiddags ten 2
ure in openbare vergadering bijeengeroepen.
De agenda der alsdan te behandelen
onderwerpen zullen wij in het volgend
nummer mededeelen.
In de Woensdag voortgezette vergadering
van den gemeenteraad van Rotterdam is het
voorstel van B. en W. tot aanneming van
•do bij Kon, Besluit verleende verguning voor
den aanleg en de exploitatie van een tele
foonnet zonder discussie aangenomen.
Tevens werd het ontwerp eener veror
dening op het beheer van de telefoondienst,
gelijk door de commissie voor de telefoon
dienst aan den gemeenteraad is aangeboden,
bij acclamatie goedgekeurd.
Het voorstel tot hernieuwde vaststelling
der verordeningen op de heffing en invordering
eener plaatselijke directe belasting naar het
inkomen, werd met 24 tegen 10 stemmen
ongewijzigd aangenomen, na verwerping van
een amendement der heeren Ebeling, Van
Raalte c. s.
Te Rotterdam zal van wege der gemeente
gasfabrieken eene proef genomen worden
met het plaatsen van muntgasmeters.
In het afgeloopen jaar hadden te Rotter
dam plaats 58 uitslaande branden, 184 bin
nenbranden, en 129 schoorsteenbranden.
Geassureerd waren tegen brandschade 297
personen bij wie brand plaats had, terwijl
met 75 lieden zulks niet het geval was.
De totale schade, door deze branden ver
oorzaakt, bedroeg in ronde cijfers f 294,000.
Men schrijft uit Rotterdam aan het
Utr. Dbl.
De nieuwe bootwerkersbond, die onder
socialistische leiding staat, geeft ook een
eigen weekblad uit, onder den titel de Boot
werker. In dit blad wordt gezegd«Wij
staan aan den vooravond van de toepassing
der nieuwste machineriën in ons bedrijf,
die het grootste gedeelte van uwe kame
raden op straat zullen zetten, dat wil zeg
gen u met vrouw en kinderen tot den
hongersdood doemen."
Aldus ruit men de lieden opDe leiders
weten zeer goed, dat juist aan het gebruik
maken van verbeterde hulpmiddelen (machine
rieën) bij den arbeid in onze havens voor
een groot deel de bloei van handel en scheep
vaart te danken is. Wat meer is, zij weten,
dat het lossen en overladen van erts en
steenkolen. om alleen daarvan te spreken
bijna eene onmogelijkheid zou wezen,
wanneer de menschelijke arbeid daarbij niet
door vernuftig uitgedachte werktuigen on
dersteund werd.
Het is geheel onjuist dat de «nieuwe
machinerieën alleen ten voordeele zouden
komen van de gemeente en de cargadoors,
zooals in het weekblad der bootwerkers
beweerd wordt. De gemeente heeft zich de
groote geldelijke offers om ze zich aan te
schaffen getroost in het belang van handel
en scheepvaart; in het verhuren van kranen
en beweegkracht vindt zij een matige rente
van het uitgeschoten kapitaal. En voor de
cargadoors ligt het voordeel hierin dat Rotter
dam door van de nieuwste vindingen der
techniek gebruik te maken, des te beterde
concurrentie met andere havens kan vol
houden. Maar dit is een voordeel, waarin
de werklieden deelen, want wat zou ervan
die 5000 bootwerkers en hunne gezinnen
worden, wanneer handel en scheepvaart
verliepen
Het detachement van de koloniale reserve,
hetwelk Zaterdag van Rotterdam per stoom
schip Gedeh naar Oost-Indië vertrekt onder
bevel van den kapitein der infanterie O.-I.
leger A. G. L. Pilger komt te 10.9 uur
voorm. (spoorlijd) aan het station Maas
te Rotterdam aan. Het muziekkorps van
de Kon. Scherpschutters zal ter verwelko
ming op het perron aanwezig zijn.
De «gouden ploeg" te Rotterdam.
Uit de veihooren van de aangehoudenen
zijnde een jonkman van 18 jaar, een
van 17 jaar, een van 25 jaar en een van
18 jaar bleek, dat deze lieden, met ver
moedelijk nog meer, onder den naam «De
gouden ploeg", een compagnieschap ge
vormd hadden, ten doel hebbende het stelen
en rooven van goederen, voornamelijk van
den wal en aan boord van schepen. Om het
vervoer van groote vrachten, als balen manu
facturen en gevulde vaten, gemakkelijk te
maken, werd gebruik gemaakt van onbe
heerd staande handwagens of roeibootjes.
De gestolen goederen kwamen meerendeels
terecht in het huis van een bekenden op-
kooper van gestolen goed, in een steeg op
den Schiedamschendijk. Bij een gerechtelijk
onderzoek aldaar, in tegenwoordigheid van
een substituut-officier Van justitie en een
rechtercommissaris, werden in een hok,
onder een trap aangebracht, eenige goede
ren en houtwerk gevonden, van de gepleegde
diefstallen afkomstig of daarop betrekking
hebbende. Zij werden in beslag genomen.
Twee der leden van «De gouden ploeg"
(de minst schuldigen) zijn voorloopig op
vrije voeten gelaten.
Atjeh en Onderhoorigheden, maar van
eenige vriendschappelijke verstandhouding
tusschen de Atjehers en de onafhankelijke
Bataks is ons niets bekend.
Intusschen valt het zeer te betreuren,
dat terwijl voor Atjeh beslag wordt gelegd
op al de beschikbare militaire krachten tot
het tegengaan van de onlusten in het Batak-
sche ook troepen moeten worden afgezonderd.
BINNENLAND.
Stemmen van werlleden.
In het gewijzigd ontwerp der kieswet heeft
de minister van binnenl. zaken het voor
schrift gehandhaafd, dat aan kiesgerechtigde
arbeiders in fabrieken of werkplaatsen bij
elke verkiezing ten minste gedurende 2 uren,
tusschen 8 en 5 uur, gelegenheid moet
worden gegeven tot de keuze mede te wer
ken èn dat gedurende 2 werkdagen vóór
en op den dag van de verkiezing een lijst,
vermeldende die uren voor elk of voor allen
of voor groepen, moet worden opgehangen.
Deze bepaling, zegt de Minister in de
memorie van antwoord, moge niet in alle
gevallen doeltreffend zijn en geen algemeene
en volledige vrijheid tot uitoefening der
kiesbevoegdheid waarborgen, haar practisch
nut kan niet worden ontkend. De wetgever
tracht door dit voorschrift die vrijheid te
verzekeren, voor zoover hij daartoe bij
machte is.
In het Kamerverslag was het denkbeeld
geopperd, voor het tijdverlies van staats
wege vergoeding te geven. Dit acht de
Minister niet te rijmen met de beginselen
waarop de uitoefening van het kiesrecht
steunt, en het heeft dan ook, voor zoover
hem bekend is, nergens ingang gevonden.
Geheel onverdedigbaar ware het. alleen aan
«werklieden zulk een toelage toe te kennen.
Uitbreiding der bepaling tot personen
niet in fabrieken of werkplaatsen, werk
zaam, is niet opgenomen, omdat de naleving
moeilijk te controleeren zou wezen.
De beide vrije uren moeten achtereenvol
gend zijn, zooals blijkens de toelichting in het
artikel wordt ingevoegd, ofschoon wij die
bijvoeging in de nota van wijzigingen niet
hebben kunnen vinden. De Minister zegt dat
onder drie uren «natuurlijk" ook de schaf-
tijd begrepen mag zijn. Deze toch staat
niet officieel vast, zoodat de wetgever dien
bezwaarlijk in zijn rekening kan betrekken.
De Minister acht overigens de tijdruimte
van 2 uren voldoende, ook al wordt de
schaftijd mede gerekend.
Voor de begrippen arbeid en fabriek wordt
naar de omschrijving in de Veiligheidswet
verwezen.
De commissie, te Breda gevormd tot het
plaatsen van een borstbeeld van den op
Lombok gesneuvelden generaal-majoor Van
Ham, in den gevel van het huis, alwaar hij
geboren werd, ontving namens H.H. M.M.
de Koninginnen tot dat doel een vorstelijke
gift.
Atjeh.
Naar aanleiding van de jongste telegram
men over Atjeh ontvangen, zegt het Hbl.
Het Zondag 11. door ons ontvangen telegram
maakte melding van de vorming eener bri
gade met geheime opdracht. Uit het heden
ontvangen telegram blijkt, dat zij haar
bestemming over zee moet volgen.
Generaal Vetter wacht blijkbaar om aan
vallend op te treden, tot hij over een uit
gebreide legermacht kan beschikken. Weder
heeft hij, zooals men uit het regeerings-
telegram ziet een aanzienlijke versterking
aangevraagd en de regeering zal zoo spoedig
mogelijk aan zijn verzoek gevolg geven.
Blijkbaar heeft zij daarvoor de zes booten
van de Kon. Paketvaart gehuurd, welke in
een onzer telegrammen van gisteren werden
genoemd.
De onlusten bij de Bataks uitgebroken,
staan zeer waarschijnlijk niet in verband
met de gebeurtenissen op Atjeh. De Batak-
landen grenzen wel aan het gouvernement
De Koninginnen te Amsterdam.
Gisteren-ochtend werd audiëntie verleend
aan particuliere personen, waarvan velen
gebruik maakten, hoewel het lang niet zoo
druk was als den vorigen dag.
De jonge Koningin zat weer voor het
zijraam aan den Dam en op het plein zelf
bleef het den heelen ochtend druk. Vooral
tegen twaalven, toen de wacht werd afge
lost, stroomde een massa publiek naar het
paleis om van het militaire schouwspel te
genieten.
Tegen ongeveer half 3 reden de Konin
ginnen naar de Ruyterkade om op een stoom
boot van den havenstoombootdienst het
voorgenomen watertochtje te ondernemen.
De kleine stoomboot, met groen en bloemen
versierd en keurig gemeubileerd, bood op
het achterdek een gezellig zitje. Nadat Haar
door twee dochtertjes van den heer Zur
Muhlen, directeur van den havenstoomboot
dienst, bonquetten waren aangeboden, kwa
men de Koninginnen even over half drie
aan boord. De Koningin was gekleed in
een groen zijden japon, waarover zij een
grijzen mantel droeg; zij had een witten
hoed op. De Regentes was in 't zwart.
Behalve de directeur van den haven
stoombootdienst, de dok- en de havenmeester
waren ook de wethouders aan boord. Vóór
de koninklijke boot voer de boot der haven
politie, waarop de commissaris van politie
zich bevondop eenigen afstand achter de
boot der Koninginnen volgde de persboot.
De harde wind maakte het Y zeer leven
dig. Vele zeilbooten bewogen zich op het
water, dat onder de telkens doorbrekende
zon allerlei fraaie tinten aannam. Van de
schepen langs de De Ruyter en Handelskade
werd de boot telkens toegejuicht. De Ko
ninginnen onderhielden zich tijdens den tocht
met de wethouders, inlichtingen vragend
over de verschillende handelsinrichtingen.
Bij het Koninginnedok werden de Ko
ninginnen door de aanwezige werklieden
luide toegejuicht. In het Oosterdok werd
als gewoonlijk op de Wassenaar en op het
wachtschip geparadeerd door de jongens
de muziek speelde de vaderlandsche liederen.
Langs de Prins Hendrikkade en het verdere
stadsgedeelte stroomde een groote men-
schenmassa mee, die telkens de Koningin
zeer toejuichte.
De vaart door de stad, waar op sommige
plaatsen door opgestelde schoolkinderen werd
gezongen, was zeer aardigvan den wal af
juichte de menigte en van uit de ramen der
huizen wuifde men met zakdoeken. De
tocht werd een heel eind den Amstel op
voortgezet, hoewel het tamelijk frisch was.
Op de hoogte van den watertoren werd
gekeerd en stoomde men terug.
Op de Sarpathikade was voor de aanleg
plaats een versierde steiger gemaakt, waar
de rijtuigen wachtten. Hier voegde zich de
burgemeester weer bij den stoet en langs
den kortsten weg werd naar het paleis
gereden. Om half vijf was men weer op
den Dam.
Ten paleize werd gisteren-avond de ge
bruikelijke raout gegeven, waarvoor allen
die ter audiëntie waren geweest, eene uit-
noodiging hadden ontvangen. Zij werd ge
houden in de gewone zalen, die evenals
verleden jaar zeer vol waren.
Deze raout onderscheidde zich daardoor
van de vroegere, dat er meer dames waren
en dat zij vooral door vele jonge dames
werd bijgewoond. Overigens waren er tal
van civiele en militaire autoriteiten en werd
o. a. generaal Van der Heijden onder de
aanwezigen opgemerkt.
Om half tien verscheen de Koningin-
Regentes. Zij was gekleed in een donker-