Dagblad voor Schiedam en Omstreken. Se Louis d'Or. 19de Jaarg. Woensdag 1 Juli 1896. No. 5528. bureau *g$oter&ivaat 50. Feuilleton. PRIJS VAN DIT BLAD: Voor Schiedam per 3 maandenf 1.50 Franco per post door geheel Nederland -2.— Afzonderlijke Nommers- 0.05 PRIJS DER ADVERT ER TIJË N Van 16 regelsf 0.60 Elke gewone regel meer- 0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. ALGEMEEN OVERZICHT. 30 Juni '96. De vrijzinnigen en democraten in Duitsch- an houden met op, hun uiterste krachten in te spannen om de definitieve aanneming van het nieuw burgerlijk wetboek nog te verschuiven. Dinsdag-avond zal te München een groote meeting gehouden worden door de democratische vereeniging aldaar tegen de onmiddelijke afhandeling van het ont werp. De bekende dr. Quidde, die reeds eenige malen wegens majesteitsschennis veroordeeld is, zal op deze meeting een referaat houden over»De Rijksdag en het Burgerlijk Wetboek". Men is van plan, het verzoek tot den Rijksdag te richten om de derde lezing te verdagen tot den herfst. Practisch gevolg kan dit verzoek, als het gedaan wordt, evenwel bezwaarlijk hebben, daar juist heden, Dinsdag, de derde lezing reeds begint. Een ander maakt echter ^stemming" tegen de derde lezing. Het dikwijls voorspelde en aangekondigde onslag van den Pruisischen minister van koophandel Von Berlepsch, die kort voor Bismarcks terugtreden uit het openbaar leven op persoonlijk bezoek van den Keizer zich beschikbaar stelde, omdat zijn sociaal politieke denkbeelden niet met die van Bis marck overeenkwamen, is dan nu verleend. Volgens den Berlijnschen correspondent der N. R. Ct. heeft dit ontslag deze beteekenis, dat in de sociale politiek weer een lang zamer tempo zal worden genomen, en dat ook de sociaal-politieke strooming in de par tijen, uitgezonderd in het centrum, aanmer kelijk zwakker is geworden. De nieuwe minister van koophandel Brefeld is een zeer verdienstelijk hoofdambtenaar aan het mini sterie van openbare werken, maar als poli tiek persoon is hij tot nu toe weinig op den voorgrond gekomen. In de vergadering door het Lagerhuis in Engeland gisteren gehouden, legde de (Slot.) Toen kwam de jonge man, die van brave ouders afstamde, wiens naam in militaire kringen een zeer goeden klank had, die nooit tegen de eer gezondigd had, op een afschuwelijke gedachteeen waanzinnige begeerte greep hem aan. Met een blik in het rond verzekerde hij zich, dat hij alleen was in de stille gtraat, en even de knie buigend, voorzichtig de bevende hand uit stekend, stal hij den louis d'or uit het op den grond gevallen schoentje. Toen, zoo hard hij kon, loopende kwam hij in het speelhuis terug, vloog met een paar stap pen de trap op, stootte de deur van de overvolle zaal open, hoorde, juist toen hij binnenkwam, den eersten slag van twaalf op minister van koloniën, Chamberlain, de volgende verklaring af »De Chartered Company heeft mij kennis gegeven, dat Rhodes, Beit en Rutherford Harris hun ontslag hebben ingediend en dat het aangenomen is. «Als er nog meer troepen noodig zijn om den opstand in Masjonaland te dempen, dan zal het, naar ik vernomen heb, niet bijzonder wenschelijk zijn om daartoe Indische regimenten te gebruiken, want dat zou door de inboorlingen beschouwd worden als een bekentenis van zwakheid van den kant der blanken. Cordenough en sir Frederick Carrington zijn verwittigd, dat de Engelsche regeering bereid is alle versterkingen te zenden, die zij noodig mocht achten, maar zijn beiden van oordeel, dat voorshands het zenden jvan meer troepen niet noodzakelijk is. Wij stellen niettemin voor, het garnizoen van de Kaap op zijn volledige sterkte te handhaven, en zullen plaatsvervangers ver schaffen voor de troepen die naar het front gezonden zijn of kunnen worden. Met dat oogmerk heeft een bataljon fuseliers last gekregen zich morgen naar de Kaap te begeven." (Toejuichingen). De meerderheid der Engelsche bladen billijkt dat de Chartered Company het ontslag van Rhodes Beit en Harris heeft aangeno men, oogenschijnlijk onder goedkeuring van Chamberlain. In een hoofdartikel van de Times staat te lezen dat het betreurens waardig machtsmisbruik van Rhodes in 1895 aanleiding gaf tot rechtmatige klachten, en dat zijn verwijdering uit het bestuur van Chartered Company den stand van zaken vereenvoudigt en de pogingen tot verzoening zal bevorderen van degenen, die de gebeur tenissen van December en Januari zoo spoe dig mogelijk willen begraven, als voorbij gaande stoornissen. Het ontslaan van Rhodes moet beschouwd worden als een ernstig bewijs dat Engeland daartoe meewerkt, maar de waarde van het ontslag zelf is grootendeels van sentimenteelen aard. aan- de pendule en wierp het goudstuk op de groene tafel met den uitroep «Zeventien En plein 1" Zeventien won. Met één Streek van de hand schoof Robert de zes-en-dertig Louis op rood. Rood won. Hij liet de twee-en-zeventig goudstukken onaangeroerd liggen. Weer kwam rood uit. Hij herhaalde dit spelletje, tweedriemaal, altijd met hetzelfde geluk. Hij had thans een stapel goud en bankbiljetten voor zich, maar waagde telkens opnieuw. Alles ge lukte. Het was een ongehoorde veine, onbegrij pelijk. Het kleine ivoren balletje, dat in de roulette ronddraaide, scheen als gemagneti seerd, betooverd door de blikken van dien speler. Thans zette hij twee, driehonderd Louis te gelijk op, om, eenmaal die dolzin nige veine hebbend, alles terug te winnen, en bovendien het kapitaal dat hij van zijn vader geërfd en in enkele jaren verspild had, aldus zijn verloren fortuin te herstellen. In de haast om de speeltafel te bereiken, had hij zijn zwaren pels-vergeten uit te trekkenreeds waren de wijde zakken vol banknoten en rolletjes goudstukken, niet gezien Rhodes reeds onmachtig was geraakt om zijn grof wangedrag van 1895 te herhalen Gelijktijdig herinnert de Times dat de Chartered Company zelf het verzoek heeft gedaan om een onderzoek te doen nopens Jameson's rooftocht, een onderzoek dat thans eerstdaags verwezenlijkt lijkt te zullen worden door middel van een parlementaire commissie, aan te wijzen door den lord- kanselier en den speaker van 't Lagerhuis. Geen onpartijdiger rechtbank is denkbaar meent de Times. De Senaat in Spanje heeft goedgekeurd het wetsontwerp dat de getalsterkte van het leger bepaalt, het ontwerp betreffende de middelen tot betaling der Cubaansche schuld en dat waarin wordt vastgesteld de wijze om te komen aan de sommen voor den veldtocht op Cuba. Door de commissie is aangenomen het amendement der libe ralen betreffende den waarborg voor de inning der nieuwe fondsen ten behoeve van Cuba. Op het einde der maand Augustus zullen op twintig stoomschepen naar Cuba ge zonden worden 35190 infanteristen, 467 cavaleristen, 1280 artilleristen, 1690 genisten en bovendien verscheidene bataljons vrij willigers, totaal meer dan 40.000 man. In December zal een tweede bezending van 20.000 man naar Cuba volgen. De Kamer van afgevaardigden in Frank rijk behandelde gisteren de belastingher vorming. De heer Mageot, republikein, be streed de rente-belasting, de heer Ducos, liberaal-republikein verklaarde zich voor stander van de inkomstenbelasting. Bij de beraadslaging over de begrooting van buitenlandsche zaken in de vergadering door de Kamer van afgevaardigden in Italië gisteren gehouden, zeide Lucifero, dat de belangen van Italië en Engeland in de Middellandsche Zee gelijk zijn, terwijl de staatkunde van Frankrijk in strijd is met de Italiaansche belangen. Nasi sprak over het vraagstuk van Tunis en beweerde, dat wetende waar met al zijn winst te blijven, stopte hij ook de binnen- en buitenzakken van zijn jas vol, vestjeszakken, sigarenkoker, zakdoek, alles waar iets in geborgen kon worden. En intusschen speelde hij door en altijd won hij als een razende, dronken van geluk Hij wierp de louis bij handen vol op de groene tafel, op goed geluk af met een gebaar van zekerheid, of van minach ting. Alleen voelde hij in zijn hart gloeiend ijzer branden en hij dacht voortdurend aan het arme kind, dat in de sneeuw lag te slapen; het bedelaresje wat hij bestolen had. Zij is nog op dezelfde plaatsZeker, het kan niet andersStraks... Ja, zoodra het één uur slaat... ik zweer, ga ik van hier, ga ik haar halen, breng ik haar naar een logement, ik geef haar eene opvoeding, een bruidschatik zal haar liefhebben als mijne dochter, ik zal voor haar zorgen, al tijd.... Maar de pendule sloeg een uur, het werd kwartier over eenen, half twee, kwartier voor tweën... nog altijd zat Lucien aan die vervloekte tafel Eindelijk één minuut voor tweeën, stond Biserta een voortdürend gevaar voor Italië is, terwijl het beschermheerschap van Frank rijk over Tunis geen rechtswaarde bezit. Italië mag geen afstand doen van zijn rechten. Nasi stelde voor, een Europeesch congres bijeen te roepen om de kwesties te beslechten die alle mogendheden met Tunis hebben. Hij voegde er bij, dat het gerucht de ronde doet, als zou Frankrijk troepen opeenhoopen bij het eiland Djerba en spoorde de regeering aan, niet te ver geten wat Frankrijk in Abessinië heeft gedaan. De samenkomst van vorst Nicolaas van Montenegro met koning Alexander van Servië, welke Zondag in de hoofdstad van Servië heeft plaats gehad, trekt nogal de aandacht, wijl men er een nauwere aaneen sluiting der Balkanstaten en naar het ge rucht verluidt de voorbode van een echt verbintenis van den koning van Servië met een dochter van den vorst van Montenegro in gelieft te zien. Aan het galadiner bracht Zondag-avond koning Alexander een dronk uit op zijn gast, vorst Nicolaas van Montenegro. Deze antwoordde met een lange redevoering. Het oude koninkrijk Servie, zeide hij, gaat ten onder tengevolge van tweedracht. Onze plicht is thans, het Servische volk in goede eendracht te besturen. Geheel Servie zal van dien dag af aan met ons zijn. Ons volk streeft enkel naar zijn behoud. Alle natiën die den voortuitgang lief hebben en die hun eenheid hebben erlangd, zijn ver plicht oen goedgunstige ontvangst te bie den aan onze pogingen die nieuwe kracht hebben geput uit de instemming van onze broederen in 't noorden en uit de vriend schap met onze Bulgaarsche broederen, en andere volkeren waarmede ons banden van godsdienst en bloedverwantschap verbinden. In zake den toestand op Creta wordt gemeld, dat de Porte zich vereenigd heeft met den raad der mogendheden betreffende de benoeming van een christelijken gouver- de speelbankhouder plotseling op, en riep met luider stemme Heeren en dames, de bank is gespron gen 1 Lucien was in een oogenblik overeind. Zonder aanzien des persoons duwde hij de speler op zijde, die hem met nieuwsgierige en bewonderende blikken omringden, holde de trap af, en liep zoo hard hij loopen kon naar de steenen bank. Bij het licht eener gaslantaarn zag hij de kleine reeds van verre. »God zij geloofd!" riep hij. «Zij is er nog." Hij naderde en nam haar handje in de zijne. «O» wat is zij koud 1 Arm schaap.... Hij nam haar onder de armen, tilde haar op om haar te dragen. Het hoofd viel over zijn schouder, zij ontwaakt niet. Hoe vast men op dien leeftijd toch slaapt Maar met schrik bemerkte hij, dat de oog leden half geopend warer. en strakke, we- zenlooze oogen deden uitkomen. Radeloos van angst en zelfverwijt bracht hij het oor bij den mond der kleine hij hoorde geen ademhaling. Terwijl hij met de louis d'or, van de arme

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1896 | | pagina 1