Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
19de Jaanc.
Zaterdag 18 Juli 1896.
No. 5543.
bureau "§8ofersfmaf 50.
De „Papenmuts".
algemeen overzicht.
PRIJS YAN DIT BLAD
Voor Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nommers
17 Juli '96.
In de vergadering door het Lagerhuis in
"geland gisteren gehouden, heeft de minis-
er van koloniën, Chamberlain, medegedeeld
o®en bevestiging te hebben ontvangen van
6 ongunstige berichten nopens Matabelen-
in zijn laatste telegram, van den
n dezer, verklaarde in tegendeel ^generaal
arrington, niet te gelooven, dat er aanvoer
van nieuwe krachten noodig zou zijn om
den opstand te dempen.
He Staatssecretaris van buitenlandsche
zaken, Curzon, deelde mede, dat de ver
tegenwoordigers der mogendheden gisteren
een krachtig vertoog tot de Turksche regee
ring hebben gericht ter zake van het
militair optreden op Creta. De mogend
heden dringen er op aan, dat aan de troepen
besliste bevelen worden gegeven om zich
uitsluitend tot eene definitieve houding te
bepalen, in overeenstemming met de be
paalde toezeggingen welke de Porte in dit
opzicht gedaan heeft.
In de vergadering welke de Kamer van
afgevaardigden in Spanje gisteren hield
z*jn door verschillende leden van de oppo
sitie vragen gesteld aan de regeering. in
het bijzonder over het onuitbetaald blijven
van de soldijen der troepen op Cuba. Eerst
was er geen enkele minister aanwezig,
totdat die van openbare werken in de zaal
kwam en verklaarde, dat de ministers door
onvermijdelijke plichten verhinderd waren
te komen. Dat verwekte een zeer levendige
beweging onder de afgevaardigden, welke
echter verdween, nadat over en weer op
helderingen waren gegeven.
De vaanslag" op president Felix Faure
wordt niet alleen in Frankrijk maar ook
ln het overige Europa nog steeds druk be
sproken. Felix Faure heeft, volgens een be
richt uit Berlijn aan de Parijsche editie
van den New- York Herald, van den Duitschen
keizer een telegrafischen gelukwensch met
- 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
Feuilleton.
2) (Slot.)
Doch luister, weer slaat de bandhond
aan, zijn ketting ratelt over den dorpel van
zijn hok, zijn blaf wordt driftig en luid.
Talrijke voetstappen weerklinken op het ert,
en spoedig kraakt de deur onder een hevigen
slag. Terwijl de priester in stilte God's bij
stand afsmeekt, gaat de boer naar de deur,
en roept luide«Wie daar zoo laat in den
avond?" »In naam de wet, doe open, en
wat spoedig ook," luidt het barsche
antwoord. Reeds klinkt de kolf van een ge
weer op de deur, en nauwelijks heeft de
boer geopend of een zestal soldaien, met
woest uiterlijk, treden binnen.
»Is hier geen paap verscholen, boer Pas
ontsnapping aan den loskruitaanslag
van den half krankzinnigen Francois ont
vangen.
Van dien pseudo-moordenaar worden
natuurlijk reeds allerlei onbeduidende merk
waardigheden opgedischt, o. a. dat hij een
heel ernstige commensaal was, weinig sprak,
nooit zijn kamer verliet dan om wat eten
te halen, hetgeen hij vervolgens te huis
op at, dat hij Maandag-avond gedurende
twee uur afwezig was en daarna om een...,
kurketrekker vroeg en Dinsdag naar de
levue ging, zonder een woord te zeggen.
Voorts wordt gemeld, dat hij vroeger
ploegbaas was bij de gemeentewerken,
maar zijn ontslag kreeg wegens een...
gedicht, waarin hij op den voorzitter van
den gemeenteraad smaalde. Dat hij ver
volgens in een brochure zijn hart lucht
lacht gaf over de verdrukte vrijheid onder
Felix I en het exemplaren van die brochure
waren, welke hij op 29 Juni over de Kamer
afgevaardigden uitstrooide, voorts dat hij
steeds meent de aandacht op zich te doen
trekken «om zekere dingen bekend te doen
worden."
Aldus een reeks van bijzonderheden die
het weetgierige publiek kunnen interesseeren,
maar er niet toe kunnen leiden dezen
aanslag ernstiger op te vatten dan hij vol
gens de openbare meening opgevat wordt
Een merkwaardig schrijven, dat vooral
in Duitschland druk wordt besproken, heeft
te Berlijn het licht gezien. Als het hoogste
bestuur der Evangelische Kerk in Pruisen,
heeft de opperste kerkelijke raad een ver
trouwelijk rondschrijven gezonden aan den
superintendant, waarin diens aandacht ge
vestigd wordt op de in omvang steeds toe
nemende propaganda op groote schaal van
de Roomsch-Katholieke Kerk. Overal, zoo
wordt in dat schrijven gezegd, maar vooral
in de groote centra, tracht de Katholieke
Kerk den kring harer macht uit te breiden.
De opperste kerkelijke raad dringt er op
aan, dat de protestantsche geestelijkheid de
op dat je ons niet beliegt, of we jagen je
oogenblikkelijk een kogel door het lijf."
«Doorzoekt het huis, citoyens," luidt het
onverschrokken antwoord, «denkt ge dat ik
mij-zelf in gevaar zou stellen met een pries
ter te verbergen Allo, knecht, wat zit je
daar te droomen, licht die vrienden eens
voor," en ondertusschen duwde hij den ver
momden priester een lantaarn in de hand.
Deze kende het huis van zijn parochiaan
en geleidde de soldaten naar den stal, naar
de schuur, waar men het hooi van alle kan
ten doorstak, naar de kamers, waar men met
woest geweld bedden en kasten doorsnuffel
de. Nergens was iets te vinden. «De paap
is gevlogen," brulde de hoofdman, en onder
vreeselijke bedreigingen, onder afschuwe
lijke godslasteringen trok men af, en de
priester drukte de hand dier brave lieden,
die hem zoo trouw waren in de bange da
gen, en alle drie knielden neder dankten
God voor deze redding en smeekten, opdat
Hij hen ook verder zou beschermen tegen
die goddeloozen.
De wind bedaarde ondertuschen meer en
meer. Door de donkere, onstuimige wolken
brak van tijd tot tijd het zachte licht der
maan door, hier en daar pinkte er een ster
oogen geopend houde voor dit gevaar, en
verzoekt toezending van adviezen omtrent
de maatregelen, welke er tegen de katho
lieke propaganda genomen zouden kunnen
worden.
De Duitsche Rijkskanselier, prins Hohen-
lohe, heeft zich naar Ischl begeven, waar
hij door keizer Frans Jozef hartelijk ont
vangen en ten diner genoodigd werd. Het
heet natuurlijk weder dat zijn bezoek in
geenerlei verband staat met de politiek,
maar even natuurlijk wordt dit door de
pers niet geloofd en houdt men zich over
tuigd, dat bij zijn langdurig onderhoud met
den keizer van Oostenrijk wel over het een
en ander zal gesproken zijn van meer ge
wicht dan de weersgesteldheid.
De Weener bladen verzekeren, dat ook
keizer Wilhelm zelf eerlang, als hij de ten
toonstelling van Budapest zal bezocht heb
ben, te Gödöllö een samenkomst met keizer
Frans Jozef zal hebben.
De Italiaansche bladen hadden ook van
koning Humberts vermoedelijke overkomst
naar Berlijn gewaagd als tegenbezoek van
Wilhelms visite te Venetie, maar dit wordt
door de Frankf. Ztg. tegengesproken.
De Kölnische Zeitung bevat het volgende
telegram uit Berlijn «In de bladen wordt
veel gesproken over de meerdere of mindere
genegenheid van den nieuwen Italiaanschen
minister van buitenlandsche zaken voor het
Drievoudig Verbond. Hier tegenover moet
het feit worden gesteld, dat Visconti Ve-
nosta nog in de laatste jaren herhaalde
malen gelegenheid heeft gevonden, zich
vriendschappelijk omtrent dat Verbond uit
te laten. Bovendien is de verhouding van
Italië tot het Drievoudig Verbond van dien
aard, dat er niet de minste reden bestaat
voor de vrees, dat Italië voornemens zou
kunnen zijn zich te verwijderen van de po
litiek welke zij tot nog toe gevolgd heeft.
De toestand in verschillende deelen van
Turkije blijkt bij voortduring zeer veel te
wenschen over te laten. Thans komen er
aan den hemel, ten teeken dat de woede
der elementen bedaard was.
«Kom Eerwaarde," zei de boer, «gij moogt
hier niet blijven, de soldaten hebben zich
van de Schelde verwijderd, thans is het voor
u tijd om te vluchten."
Weder knielde de eenvoudige Christen
vrouw neder, om den zegen van den vervolg-'
den herder te ontvaDgen. «Bidt voor mij,
mijne kinderen, ik vergeet u nooit in mijne
gebeden. Bidt opdat de dagen der vervol
ging verkort worden, en wij weder in
vrijheid onzen God kunnen dienen."
Zegenend strekte de hand des priesters
zich uit over de hoofden der bedroefden,
en toen vertrok hij met den boer, die hem
tot het veerhuis wilde geleiden.
Langs binnenwegen bereikte men spoedig
den nog onstuiraigen stroom. In het veer
huis brandde nog lichtde bewoner wist,
dat de priester nog dezen nacht zijne hulp
zou noodig hebben, en hij stelde gaarne zijn
leven in gevaar voor dat van zijn beminden
herder.
Hij woonde alleen de grijze veerman
zijn zoon, zijn lieveling, zijn steun en zijn
trots was gevlucht, om niet te moeten die
nen in de legers van de verdrukkers zijns
weer onrustwekkende berichten uit
Athene over den toestand in Macedonië.
De Bulgaarsche inwoners van Veleze, Istib
en Prilip ontvangen voortdurend wapenen
en dagelijks arriveeren er Bulgaarsche ge
heime agenten. Daardoor hebben de Turken
zich genoodzaakt gezien hun troepen aan de
Bulgaarsche grenzen zoo spoedig mogelijk
te versterken zooals de telegraaf reeds
heeft gemeld. Maar het gevolg van de
woelingen der Bulgaren is tevens, dat het
fanatisme der Mohamedanen steeds wordt
aangevuurd en misschien ook daar tot een
uitbarsting zal leiden. De Turken maken
er dan ook geen geheim van, dat zij zich
wapenen. Zoo groot is reeds de haat, dat
te Salonika zelfs de kinderen der Mohame
danen door de straten loopen onder het
geschreeuw van: «Weg met de Ongeloo-
vigen."
In Weenen hecht men echter weinig
waarde aan deze onrustwekkende berichten.
De agitatie der Bulgaren wordt daar meer
beschouwd als een onwillekeurig gevolg van
den loop der gebeurtenissen op Creta. Wel
is waar ontbreekt het in Macedonië nooit
aan onruststokers, maar, seint men uit
Weenen, de Bulgaarsche regeering is sterk
genoeg om dezen in bedwang te houden.
Uit Athene komen weer onrustbarende
berichten over Creta. De Turksche troepen
zouden in weerwil van den wapenstilstand
voortgaan met net bezetten van strategische
punten, en ook zouden zij zich weer aan
buitensporigheden schuldig maken.
Intusschen verneemt de 2 imes-correspon-
dent te Chania, uit betrouwbare bron, naar
hij zegt, dat de feiten, die naar aanleiding
van het gevecht bij Plaka, den 12n dezer
aan de Turken ten laste gelegd werden,
sterk overdreven zijn. De Turksche oorlogs
schepen hebben geen dorpen platgeschoten
en de Christenen zijn begonnen met op een
Turksch schip te vuren, zoodat alle opva
renden, een officier en 9 man, gedood
werden. Daarna wierpen de Turksche
vaderlands, en het kostte den braven man
moeite te bidden ook voor die beulen, die
de oorzaak waren van zooveel tranen; van
zoo ontzettend veel wee.
De priester nam afscheid van zijn geleider,
en met snelheid doorkliefde de boot de
wateren der Schelde.
Nauwelijks was de morgen aangebroken,
of de soldaten kwamen wederzij hadden
«den paap" niet gevonden, en onderzochten
nog eens de hofstede.
't Was weder tevergeefs.
Reeds had men het huis verlaten, toen
men nabij het erf het mutsje vond, dat den
priester ontvallen was. Men plaatste het op
een staak, en spottend weerklonk het uit
den mond van een der soldaten, die slechts
gedwongen diende in bet leger dezer ban
dieten: «Wij hebben wel niet den paap,
maar toch de papenmuts."
Daarom draagt de hoeve onder Ellewouts-
dijk bij Goes nog altijd den naam van
Papenmuts.
fr. B. METS.
Mind. Conv,
(C.)
O
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT