Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
z d,t
19de Jaarg.
Zondag 2 Augustus 1896.
No. 5556.
!$urecut "SSofersfraaf 50.
TWEEDE blad.
PRIJS VAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nommers
f 1.50
- 2.—
- 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
Parijsche Kroniek.
vertrek 'VT V°rige Kroniek over het
bd het Z rr PoUbelle' als
J het Vaticaan benoemd, schreef kon ik
zoude eesnr I n Prefect>van de Seine
zoude gesproken worden en wel on
wijze welke zijne voorzichtigheid als ambte
naar met de hoogere controle der financiën
SeL fSTdtParijS 6n hGt dePartement der
Seine belast, met veel eer aandoet. Men
sprak van een .tekort» van 72 millioen
ancs, doch dit woord is zeer slecht ge
mzen daar er alleen van een .schuld" spra-
en an zijn. Daar er in vele gemeenten
van ons land soms ook zeer zonderling met
e stedelijke financien wordt omgesprongen,
Zoo kar. het wellicht interesseeren eens juist
e weten wat er in de groote stad aan de
Seme eigenlijk met hare financiën is voor
gevallen.
Vóór 1883 werden alle groote stedelijke
werken met het surplus der ontvangsten
betaald, doch sedert dien en vooral onder
'et bestuur van den heer Poubelle, werd
aaraan elk jaar minder de hand gehouden
en e wetten welke deze uitgaven regelden
niet meer na geleefd. Het bureau van den
gemeenteraad, dat wettig geen rede van
aan heeft, sloot, wanneer de raad in
keurcf16 W&S credieten af, en de prefect
we k t ,adeen eenige ondersteuningen aan
te vp i 6jS af' orndat daarover natuurlijk
zou e gesproken worden en de politiek
me e gemengd was, doch overigens liet
aJ e raadsleden vrij uit de stadskas put-
en, zoodat sedert de laatste tien jaren het
Jaarlijks budget der stad met 80 millioen
ermeerderd is, en men niet alleen geen
«verschotten meer heeft, doch het baga-
etje van 80 millioen uitgaven meer per
jaar.
De begrooting van 1875 bedroeg 204
j11 oen en die van 1895, ruim 331 mil-
'°en, dus 127 millioen meer sedert de laatste
jaren. Het is dan ook met een soort
>an waarzin, dat de radicalen en socialisten,
heesters op het stadhuis geworden, hunne
meest ruineuse fantaisiën uitvoeren en door
e Parijzenaars laten betalen. In de maand
- ei, eemgen tijd na de gemeenteraadsver-
,'ef"ge'l. van dit jaar, ontstond er in de
se irectie-vergadering door den heer
ou e e gepresideerd, eene hevige discussie
tusschen den heer Delcamp, directeur der
financien en den heer Huet, directeur der
openbare werken. Het onderwerp dezer twist
was de som van 58 millioen, bestaande in
uitgaven voor werken welke in zooverre
met de verkiezingen te maken hadden dat
zij, op onmiddellijke bevelen van sommige
belanghebbende raadsleden zonder er zelfs
de prefect van te verwittigen, bevolen en
uitgevoerd werden. Om aan deze uitgaven
te kunnen voldoen, kon men slechts op
credieten rekenen, welke eerst over twee
Jaren later te innen waren, doch de ere-
diteuren wilden zoo lang niet wachten en
de heer Poubelle nam zijn ontslag na eerst
getracht te hebben door vroegere stortingen
op de leeningen van 1892 toe te staan, nog
ongeveer 20 millioen disponibel te krijgen.
Dit slaagde echter maar half, daar er slechts
voor 12 millioen werd gestort en de nieuwe
prefect der Seine, de heer de Selves, zal
heel wat in orde te maken en vooral beter
toe te zien hebben om door op de eerste
jaren te bezuinigen de te veel of liever te
vroeg uitgegevene millioenen terug te vin
den. Hij heeft dan ook aan zijne chefs
van den dienst reeds order gegeven geen
uitgaven boven de beschikbare credieten,
toe te staan.
De zaak zal wel geschikt worden doch
net was hoogtijd dat de toestand bekend
werd want zij toont maar al te duidelijk
aan met welk eene laakbare onbezorgheid
de gemeenteraadsleden met de belangen
welke zij geroepen zijn te bewaken en te
behartigen, ook hier om springen.
Wie zoude een jaar of zes geleden ge
loofd hebben dat men aan de toen zoo
verfoeiden Tonkinees Jules Ferry reeds in
1896 een stambeeld zoude oprichten en
hem een der grootste staatsmannen dezer
eeuw noemen. Dit alles is toch werkelijk
Zondag den 26sten dezer te Saint-Dié in
de Vogeezen geschied zonder dat de groote
menigte er erg over verwonderd scheen.
Zij gelijkt hierin wel wat op de buitenge
wonen gezant van China, de onderkoning
Li-Hoeng-Tsjang, die nog altijd Frankrijk's
gast is en alles wat hem hier getoond wordt
met een onverschilligheid, een Zoon des
Hemels waardig, beschouwt en doet als of
er niets nieuws voor hern onder de zon
was. Bij zijn bezoek aan Lyon, het cen
trum der Fransche zijde-industrie, scheen
die onverschilligheid wat verminderd en in
een der groote fabrieken aan de heeren
Chatel en Tassinari toebehoorende kon hij
niet nalaten te vragen of de Japansche zijde
boven die van China gesteld werd en toen
men hierop antwoordde dat zoo de Japan
sche en Fransche spinners uitmuntende zijde
fabriceerden, de Chineesche grondstof toch
boven aan stond, scheen hem dit gerust te
stellen.
In de zelfde fabriek toonde men hem een
zijden meubelen-stof die tot den prijs van,
1500 francs de meter verkocht wordt en
waarvan twee werklieden niet meer dan
1£ centimeter per dag kunnen vervaardigen.
Men liet hem ook het mooiste fluweel dat
er in Lyon gemaakt wordt bewonderen,
doch de fabrikant bekende openhartig mooier
fluweel gezien te hebben dat uit China kwam.
Van Lyon naar Saint-Etienne gereisd,
woonde hij daar een diner bij hetwelk ter
zijner eere in de prefecture gegeven werd,
doch gevoelde zich spoedig niet wel, zoodat
men den hoogen gast in een rolstoel naar
zijn kamer vervoerde. De heer Girerd, die
voor de keuken te zorgen had, volgde hem
met eenige mandarijnen die voortdurend
twee vingers in de hoogte staken en een
beweging met hun hoofd maakten alsof zij
wenschten te slapen. Daar de tolk af
wezig was begreep den heer Girerd er niets
van. Toen deze eindelijk verscheen vernam
men dat, Li-Hoeng-Tsjang twee kilo's rijst
verlangde om die na een rust van eenige
uren met Oostersche saus toegediend te
gebruiken. Zijn gezellen echter deden
na eerst hunne Chineesche kost verorberd
te hebben, nog alle eer aan de Fransche
schotels die hen uitmuntend schenen te
smaken.
Alvorens naar Engeland te vertrekken,
zal Li-Hoeng-Tsjang president Félix Faure
nog te Havre bezoeken die aldaar zijne
vacantie dagen doorbrengt en dus persoon
lijk kan oordeelen hoe treurig het er met
den handel gesteld is. Mocht de reis van
den onderkoning van Petchile tengevolge
hebben dat de handelsrelatiën var. dat
enorme China met Europa wat verbeterden,
dan zoude zij zeker eene nuttige reis ge
weest zijn, doch wat wij tot hiertoe van
dat land ondervonden, doet er mij helaas
niet veel goeds van verwachten.
De berichten dat de Czaar met of zonder
de Keizerin op zijn aanstaande reis ook
Parijs zal bezoeken, worden hier druk be
sproken. Indien Nicolaas II naar Weenen
en Berlijn gaat, dan verwacht men dat hij
ook zijn Fransche vrienden best even bon
jour kan komen zeggen, en zoo dit niet
gebeurt, dan zoude het eene eerste ont
goocheling zijn die aan het verbond zeker
zal schaden. Dat Parijs hem schitterend
zoude ontvangen, daar kan hij op rekenen
alleen de vrees voor te veel manifestatiën,
zoude wel een rede kunnen zijn hem er
van terug te houden.
Parijs, 18/31 Juli 1896.
Fidéliüs.
BINNENLAND.
De gewone audiëntie van den Minister
van Justitie zal op Dinsdag 4 Augustus
aanstaande niet plaats hebben.
Ter kennis van belanghebbenden wordt
gebracht dat op den kop van dam no. Ill
aan den rechteroever van de rivier de Boven-
Merwede, in de nabijheid van den Bout,
een verlichtingstoestel is geplaatst, waarvan
het licht den 3den Augustus aanstaande
zal worden ontstoken. (Stct.)
Bij de Regeering schijnt het voornemen
te bestaan, nadere regelingen te treffen
betreffende de bezoldigingen der onderwij
zers aan de openbare Jagere scholen. Men
mag dit opmaken uit de aan Ged. Staten
der onderscheiden provinciën gedane aan
schrijving van den Minister van Binnenland-
sche Zaken, houdende verzoek om opgaaf
niet alleen van het getal der openbare on
derwijzers, die andere ambten of bedienin
gen bekleeden, doch ook van de namen
dier onderwijzers en den aard hunneramb
ten of bedieningen. (N. Gr. Ct.)
«Willen onze katholieke Volksvertegen
woordigers op den duur het vertrouwen
van aanmerkelijk uitgebreide kiezerskorps
genieten, schrijft het Huisgezin, dan zal
het voor hen meer dan ooit zaak zijn, moedig
op te komen voor de waarachtige volksbe
langen.
«Als een zoodanig volksbelang komt zeker
wel onder de eerste in aanmerking het
denkbeeld van een billijke vergoeding, uit
te betalen aan de jongelieden, die door het
lot worden aangewezen, het vaderland met
de wapenen te dienen.
«Het is een grove onbillijkheid, dat jaar
lijks duizenden jongelieden midden uit hun
natuurlijken werkkring worden weggerukt
om den ransel te* dragen, zonder dat zij
daarvoor eenige schadeloosstelling ontvangen,
terwijl anderen van alle militaire lasten ver
schoond blijven.
Men meldt aan de lel uit Delft
Voor eenigen tijd maakte een kruideniers
bediende te Middelburg kennis met een
Delftsch meisje, waarvan een verloving het
gevolg was. Na eenige bezoeken gesloot
hij voor goed bij zijn aanstaande te blijven.
In het werk vinden was hij niet gelukkig
en het gevolg hiervan was, dat kostgeld
niet werd betaald. Onder voorgeven dat
hij president van den Dichtersbond was
(een vereeniging, die vroeger te Middelburg
bestond), wist hij een ander voor zijn meisje
te koopen, doch de betaling bleef achterwege.
Spoedig was hij een goede bekende van
de politie en een schrik der neringdoenden
en was het voor hem raadzaam Delft te
verlaten. Onder voorgeven, dat eerstdaags
een erfenis door hem in ontvangst zou wor
den genomen, huurde hij een huis onder
Rijswijk voor f 300. Van de erfenis kwam
niets, evenmin als van de betaling der huur.
Thans heeft hij het plan gemaakt zich te
Rotterdam te vestigen.
Een flesschentrekker, die met een koop
man uit Den Haag zaken wilde doen, is op
een aardige wijze door dezen beetgenomen.
De flesschentrekker vroeg op monster een
bezending thee aan. De koopman zond ze
af, doch betaling volgde niet. Een tweede
bestelling doet de flesschentreker, en de
koopman geeft daaraan gevolg, doch door
in plaats van thee een pak met steenen
te zenden en wel tegen rembours, om zoo
doende de bekomen schade, door het eerste
pakket ondervonden, te herstellen. Het pak
komt bij den flesschentrekker aan, deze
betaalt het rembours, doet het open en
vindt de steenen met het voorschrift«te
gebruiken na den eten". De flesschentrek
ker heeft nu wraak willen nemen door een
klacht in te dienen bij den officier van jus
titie. (D.)
Naar men aan De Tijd mededeelt, zul
len op verscheiden punten van Amsterdam
klokken worden aangebracht, voorzien van
een druktoestel, waardoor kan worden ge
controleerd of de stationneerende agenten van
politie zich tijdig op hun post hebben be
vonden. Elke onregelmatigheid op dit punt
wordt door dit toestel nauwkeurig aange
geven.
NIEUWE SCHIEDAMSGHË COURANT
mi1 ''üm kiüiii
iiinili;i|iiiiiliiii'ii|iii!