Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
iZiïr Jrin
Jaarg.
Zaterdag 29 Augustus 1896.
No. 5578.
1&xxveaxx *g$oiev&txaat 50.
DE ZEGELS.
^GEMEEN overzicht.
"W g» taÏTS 0p B°st*°riik se,e!ti8'1'
feuilleton.
PRIJS TAN DIT BLAD:
^oor Schiedam per 3 maanden
Fianco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nommers
rs- 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
28 Augustus '96.
wereld .ai'dac^ der geheele beschaafde
van Ri, i j san(ienkomst des keizers
en a» n s 8eworden. De Czaar
^n het N^^t^W^ren-°chtend
ter ofShert0gen en aartshertoginnen
de r VangSt aanwezi8 waren, terwtjl ook
prestL ?rDeUr Van Neder" Oostenrijk de
Wenn n Van burgemeester van
de I* PnnS Lichtenstein, graaf Kanitz
ande - 6" V3n ^uss'scbe gezantschap en
biiwoond°0°^e'3'aa'Ste ^ersonen °nvangst
Bij het verlaten van het station zijn de
e.de keizers in een open rijtuig gestapt
v ,Zes Paarden bespannen de keizerinnen
Sden in een dergelijk rijtuig de aarts
hertogen en aartshertoginnen en het gevolg
^wamen daarna. De hooge gasten deden
Ur- intocht langs de kostbaar versierde
raterstraat en den Ring. Het geheele gar-
^'z°en stond en hale geschaard de muziek-
_orpsen speelden het Russische volkslied.
lJ den hofburg aangekomen geleidden de
^remonimeesters de keizerlijke paren naar
e salons waar het voorstellen plaats had.
6 Czaar en de Czaritsa begaven zich ver-
-gans naar de Russische ambassade aan
n Reunweg, waar graaf Kapnitz te hun-
n*T eer een luch gaf.
e twee keizers en de keizerinnen namen
6 aan het galadiner van 70 couverts in
.en hofburg. Keizer Frans Jozef dankte in
dronk den Czaar en de Czaritsa voor
n bezoek en zeide dat hij daarin een
uw pand zag van de vriendschap die
en verbindt. De Czaar sprak zijn dank uit
^°or de hartelijke ontvangst en dronk op
etl keizer en de keizerin van Oostenrijk.
(Vendeesche Geschiedenis.)
6)
Ce markies trad weldra binnen, gevolgd
°°r Rignardhij wierp een ondervragen-
uen blik op zijne dochter, als of hij zich
..de verzekeren van de ontdekking, die
'J gedaan hadmaar de nedergeslagen
°gen der jonge vrouw deden hem niets
ontdekken.
Burgereszeide Rignard tot de gravin
'P hchtzinnigen toon, wij hebben het ge-
ee e huis doorzocht, van den zolder tot den
eider; er büjtt mij thans nog alleen over
nen blik in uw vertrek te werpen,
den a°i?zaK met verwondering en woede
ehng aan, die zijne moeder aldus
nue toespreken.
r~ Laat ons eens zien wat het is, ver-
Gisteren heeft de Czaar de voornaamste
Oostenrijk-Hongaarsche ministers ontvangen.
Ook de komst van den Czaar in Duitsch-
land wordt met belangstelling tegemoet
gezien. Verscheidene bladen te Berlijn maken
melding van het gerucht, dat de Czaar
voornemens zou zijn op zijn doorreis naar
Kiel zoo mogelijk ook met Bismarck een
samenkomst te hebbenindien namelijk
het reisprogram van den Czaar of de ge
zondheidstoestand van Bismarck zich niet
tegen zulk een ontmoeting verzet.
De Parijzenaars zijn te midden van hun
opgetogenheid over de komst van den Czaar in
Frankrijk bitter teleurgesteld door de tijding
dat de Caritsa niet mede komtnEen
hoogst ernstige gebeurtenissen waarvan de
gevolgen niet te overzien zijn klaagt de
Autorité. Alleen de Paris weet zich en
anderen te troosten en de bevolking op te
beuren bij de ramp. Welbeschouwd, zegt hij,
»is het nog mooier dat de Czaar alleen komt
want naar andere landen, waar hij enkele
neefje en nichtjes gaat bezoeken, brengt hij
zijn gade mee maar bij ons komt hij alléén
als hoofd eener bevriende natie, als
bondgenoot!"
De toestand in Turkije blijkt bij voort
during zeer veel te wenschen over te laten.
Er zijn te Constantinopel ernstige Armeen-
sche onlusten uitgebarsten. Veertig Arme
niërs, met revolvers en bommen gewapend,
maakten zich eergisteren meester van de
Ottomansche Bank, en vuurden daarna uit
de ramen en var, het dak op de politie.
Bij de kazerne viel een bom welke verschei
dene soldaten doodde. Ook in andere ge
deelten van de stad hadden wanordelijk
heden plaats.
Volgens nader bericht schijnen de wan
ordelijkheden geëindigd te zijn. De Banque
Ottomane te Parijs maakte gisteren een
telegram van Havas uit Constantinopel open
baar, meldende dat, dank zij de doorstas-
tende en doeltreffende tusschenkomst van
den Sultan de ongeregeldheden gelukkig
volgde het lid van het schrikbewind, de
deur eener naburige kamer openende. Ah
ah een kabinet, en zeer gemakkelijk, op
mijn woord. Ik zal er in slapen tot aan mijn
vertrek. Laat mij er een bed opmaken.
Maar die kamer is de mijne, mijnheer
zeide de gravin.
Terwijl die man een ander klein somber
kabinet, eene soort van kast met kleederen
en papieren opgevuld onderzocht, dat ins
gelijks aan de kamer der gravin grensde,
was Raoul in stilte naar het venster ge
gaan. Door de met ijs bedekte glazen zag
hij met schrik zijnen vader, zijnen oom en
Janekin op twintig schreden afstands. Ge
lukkig kwamen zij van den tegenoverge-
stelden kant, waar geen schildwacht stond.
Maar het venster te openen en te roepen
»redt uwas eene gevaarlijke zaak zijne
moeder of zijnen grootvader waarschuwen
in de tegenwoordigheid van den republiekein
was even ondoenlijk. Het arme kind, aan
wien de Hemel op dit oogenblik eene won
derlijke tegenwoordigheid van geest gaf,
verloor zijne koel bloedigheid niet. Hij her
innerde zich, dat de medgezellen van Rig
nard in de keuken waren, en dat zij zich
daar waarschijnlijk bedronken hadden, want
zijn geëindigd. Van het personeel der Bank
is niemand gekwetst, en er is niet geroofd.
De oproerige beweging was niet tegen de
Bank gericht, maar had een politiek karakter
zij schijnt het werk van Armeensche anar
chisten te zijn.
De heer Auboyncan, directeur der Otto-
maaschen Bank te Constantinopel, heeft aan
zijn te Parijs wonende vader geseind, dat
het gebouw der Bank onbeschadigd is, dat
er niets is gestolen, geen der beambten
gewond en de orde weer hersteld is.
De Vossische Zeitung heeft daarentegen
het volgende telegram ontvangen. Te Psa-
motia liggen honderden gewonden. Het
Turksche gepeupel, met messen en stokken
gewapend, valt de Armenische huizen aan
en werpt de gedooden de vensters uit.
Politie en millitairen staan werkeloos in de
straten, die vol karren en lijken zijn.
De laatst uit Constantinopel ontvangen
berichten melden dat gisterennacht het
gebouw der Ottomaansche Bank is ontzet
de Armeniërs, ten getale van 25, hebben
zich overgegeven. Zij zijn gebraoht aan boord
van het jacht Gulmare, toebehoorende aan
sir Edgar Vincent, gouverneur der Bank,
en dat in de baai van Moda ten anker ligt.
Zij zullen uit het Turksche gebied worden
gebannen. Gisteren-ochtend was de stad
veel kalmer.
De Fransche regeering heeft besloten om
te Constantinopel een tweede schip te sta
tioneeren, dat zich nu bij Creta bevindt.
De zaakgelastigde van Frankrijk deed
twaalf Fransche marine-soldaten aan wal
komen en gaf hun last het gezantschaps
hotel te bewaken bij wijze van voorzorgs
maatregel.
De toestand op Creta blijft in de laatste
dagen vrij wel onveranderd. De gezanten
der vreemde mogendheden hebben beraad
slaagd over de wijzigingen welke de Porte
wenscht aangebracht te zien in de voor
stellen der gezanten. Van deze wijzigingen
schijnt éen slechts van gewicht te zijn,
hij had hunne dronkemansliedjes gehoord.
Hij hoopte dus, dat Janekin in het kasteel
zou komen, zonder de oplettendheid van die
dronkaards op te wekken.
Maar mijn vader zal hier recht naar
toe komenzeide hij in zich zeiven. Hij
raadde het maar al te juist. De deur werd
geopend. De heeren de Tréseguidy versche
nen vervolgens Janekin.
Wat beteekent dat gedrüisch zeide
de wantrouwende Rignard, die eensklaps
uit de naburige kamer te voorschijn trad.
Janekin stond op den drempel, onbewe
gelijk en stom, gelijk een standbeeld.
Raoul wierp zich in zijne armen, roepende
Ah goeden dag, Janekin 1 wat brengt
gij voor mij uit Brest mede
Op het gezicht der driekleurige sjerp,
vond de visscher de spraak en zijne koel
bloedigheid weder.
Wat ik u uit Brest medebreng, Raoul
op mijn woord ik breng ten minste een
grooten eetlust, een hevigen dorst en ver
moeide ledematen mede.
De markies en de gravin stierven bijna
van ongerustheid de vader was nog niet
eens gewaarschuwd voor de nadering zijner
zonenhet gezicht van Janekin ontstelde
welke door de gezanten werd verworpen,
de overige wijzigingen werden goedgekeurd.
De Daily News verneemt, dat Turken
uit Retymo hebben getracht, naburige
dorpen, door Christenen bewoond, te plun
deren. De overheid heeft dit evenwel belet.
Ibrahim pacha, de nieuwe militaire gouver
neur van Creta, moet al even onrechtmatig
handelen als zijn voorganger Abdullah-pacha.
Aan de troepen werden verschillende
bevelen gegeven buiten voorkennis van
Georgi Berowitch Pacha en de toestand
wordt daardoor zoo gespannen, dat de
consuls aan de gezanten te Constantinopel
dringend hebben aangeraden, vast te houden
aan de bepaling, dat de benoeming van
een gouverneur-generaal de goedkeuring
moet hebben van de mogendheden en dat
de miltaire gouverneur aan hem onderge
schikt moet zijn.
De Engelschen hebben op grond van hun
protectoraat over Zanzibar met den nieuwen
pretendent-sultan korte metten gemaakt.
Toen gisteren-ochtend Said Chalids vlag nog
van het paleis woei, maakten de Engelsche
oorlogsschepen zich tot handelen gereed en
ten 9 ure nam de beschieting van het paleis
een aanvang. De oorlogsbodems Racoon,
Trush en Sparrow onderhielden een hevig
vuur. De rebellen hadden een goed gewa
pende macht er, beantwoordden tot het einde
toe het vuur der Engelschen met kracht.
Nadat de beschieting vijftig minuten had
geduurd, lagen het paleis van den Sultan
en het oude douane-gebouw in puin. Een
stoomboot van den sultan, die gedurende
de beschieting van het paleis op de En
gelsche oorlogsschepen vuurde, werd in den
grond geboord. Chalid en de aanvoerder van
zijn troepen, Sales, vluchtten in het Duitsche
consulaat. Engelsche matrozen waren daarna
bezig den brand in het paleis te blusschen
en de lijken van de doode rebellen te ver
zamelen. Schermutselingen duurden nog
voort in den omtrek, waar kapitein Raikes,
van het Zanzibaritische leger, met 400
hem, en mevrouw de Tréseguidy wist zelve
niet wat zij aan de scherpzinnigheid van
haar twaalfjarig kind verschuldigd was.
Waren haar echtgenoot en haarschoonbroeder
door de republiekeinen gevangen genomen
Waren zij uit voorzichtigheid buiten gebleven
of wel, bevonden zij zich op dit oogenblik
voor de poort, gereed om binnen te treden
en hunne vogelvrijverklaarde hoofden aan
het mes van Carrier aan te bieden Welk
een verschrikkelijke toestand
Rignard naderde Janekin, en hem van
het hoofd tot de voeten wantrouwend op
nemende, zeide hij
Gij komt van Brest, zegt gij, wat gingt
gij in die stad zoeken?
Dat zal ik u na het middagmaal ver
halen, antwoordde Janekin met eenegroote
onverschilligheid. Indien ik voor het oogenblik
den mond open, zal het zijn om iets zelt-
standigers te gebruiken, dan het stof dezer
kamer.
Wordt vervolgd.)