Ja, dat is alles en hartelijk dank, vijand. Neen geen vijand, antwoordde hij, treurig glimlachend, tegenstander doch geen vijand, want er bestaat immers geen haat tusschen ons? Wat spreekt u zuiver Fransch zeide ik hem, geen zweem van een tongval. De slaven hebben dit weinig en buiten dien vertoefde ik lang te Parijs. O Parijs Weet U wel dat het een dwaasheid is wat wij daar gedaan hebben, zeide ik, wij waagden ons leven voor een zotten inval. U zijt zonder schroomen op mijn roepen gekomen, ik dank er u voor, doch zoo ik U een valstrik had willen spannen. U belastert U-zelven en zegt het alleen om te lachen, antwoordde hij ernstig. U weet zeer goed dat het onmogelijk was, want zoo wij zamen oorlog voeren, doen wij het immers als eerlijke lieden. En hierop namen wij afscheid elkander de hand drukkendeik op de Fransche luchtige, onbezorgde, sceptieke wijze de hand aan de kepie slaande en met een »Goed succes 1" hij ernstig geloovig, droo- mend, het kruisteeken makende en mij een »God zal u bewarentoewenschend. De Fransch-Russische alliantie is dus niet zoo onbegrijpelijk, en tusschen eerlijke lieden gesloten zijnde, zal zij zeker voor beide landen en wellicht voor geheel Europa, een bron van zegeningen en vrede worde. Wie zoude het niet wenschen? De plotselinge dood van prins Lobanof zal, zooals men verzekert, niets aan de reis plannen van het keizerlijk paar veranderen, doch het zal eerst in de volgende week zijn dat men over de feestelijkheden hier iets bepaalds zal kunnen weten, dus daar over later. Fidéliws. Parijs, 4 September 1896. ALGEMEEN OVERZICHT. 5 September '96. De Keizer en de Keizerin van Duitschland bevinden zich thans te Breslau, waar ook weldra de Czaar en de Czaritsa van Rus land, die reeds uit ICiëf daarheen zijn ver trokken, zullen aankomen. Na een hartelijk afscheid van den koning van Saksen en prins Georg vertrokken Keizer en Keizerin, prins Heinrich en prins Albert, regent van Brunswijk, gister ochtend ten half tieD ure uit Dresden, naar Breslau, waar zij des middags half twee aankwamen door de militaire en burgerlijke overheid ontvangen en door de bevolking met geestdrift begroet. De Keizerin reed in een rijtuig de stad inde Keizer volgde te paard, zoo begaven zij zich naar het te onthullen gedenkteeken voor Wilhelm I. Bij hunne aankomst op de Denkmalplatz hield de gewezen opper-president Seyderitz een toespraak, waarin hij lof toebracht aan keizer Wilhelm den eersten, den vredevorst, den krijgsheldhij legde de gelofte af, dat deze en komende geslachten aan godsvrucht zegt of een gebaar maakt, zijt gij een man des doods. De dronkaard, door schrik verstijfd, viel op zijn bed neder, en verroerde zich tot des morgens niet meer. De eerste morgenstralen verlichten den voorgevel van Ploüerneck toen Rignard wakker werd. Hebt gij de wacht voor mij waarge nomen Prichon zeide hij geeuwende en zich in de oogen wrijvende. Janekin oordeelde thans het oogenblik gekomen om te vluchten. Hij liep naar de deur, snelde naar den stal, sprong op het paard, dat hij reeds gezadeld had, en wierp zich in het bosch. Rignard werd door eerie vreeselijke woede aangegrepen, toen hij het kabinet en de kamers ledig vond. Hij liet uit Locmaria eene afdeelmg gendarmerie komen, en liet gedurende drie dagen het woud, met de verwoedheid eens tijgers doorsnuffelen. Maar zijne pogingen waren vruchteloos, want de sloep van Pieter naderde toen de reddende haven van Plymouth, en de heldhaftige Ja nekin had het hoofdkwartier van het Ven- deesche leger bereikt. trouw zullen blijven. Op last van den Keizer viel daarop het omhulsel, onder het daverend hoera-geroep van troepen en bevolking. Er werden 101 kanonschoten gelost. De muziek speelde den Prasentirmarsch. Toen nam Seyderitz nogmaals het woord om de majesteiten te bedanken voor hunne komst, waardoor aan het feest de hoogste wijding is gegeven, en hij bracht een hoch op hen uit. De muziek deed het volkslied hooren. Daarop defileerden de troepen4000 man, en de militaire vereenigingen van Breslau voor de majesteiten. Er was groot gejubel in de stad. In antwoord op de aanspraak van den eersten burgemeester bij het overhandigen van den beker met den eerewijn op het stadhuis, zeide de Keizer, dat hij van zijn voorvaderen Silezië had geërfd als een van de schoonste provinciën van het koninkrijk en niet zou rusten in de zorg voor de wel vaart van Silezië. Hij dronk op den bloei van de hoofdstad en de residentie Breslau, wier burgerij de Keizerin en hem-zelt zoo luisterrijk ontvangen had, iets waarvoor hij zeer erkentelijk was. »Gods zegen", eindigde keizer Wilhelm, ruste op deze stadZij mogen groeien en bloeien, dat is mijn innige wensch. Bij het diner voor de pro vincie Silezië in het paleis, bracht de Keizer een dronk uit, waarin hij dankte voor de fijngevoelde wijze waarop de nagedachtenis van zijn grootvader was geëerd en voor de zichtbare bewijzen van aanhankelijkheid en dankbaarheid. Tevens bedankte de Keizer voor de hartelijke ontvangst hem-zelf te beurt gevallen. De toestand in de hoofdstad van Turkije schijnt een weinig verbeterd te zijn. De rust is er weer hersteld, Donderdag-avond even voor vijf uur ontstond nog een paniek te Pera en Galatade militairen waren spoedig ter plaatse; allerhande geruchten deden de ronde over de oorzaak van den algemeenen schrik, maar toen men eindelijk tot kalmte kwam, bleek het dat men zich angst had laten aanjagen om niets. De paniek was dan ook vrij spoedig bedaard, alk ben onmiddellijk naar Pera en Galata gewandeld", seint de correspondent van het Berliner Tageblatt. sAlles is als uitgestor ven. Te Galata beweert men, dat de Arme niërs weer eens een bom hebben geworpen, maar niemand had iets gehoord. Om zes uur Donderdag-avond seinde dezelfde cor respondent wederomdat alles rustig was gebleven. Dit telegram sluit zich geheel aan bij dat der New- York Ilerald, dat luidtAlles is vandaag hier kalm geweest. In zake de verhouding tusschen Turkije en de Mogendheden is uit Constantinopel een Reuter-telegram ontvangen, dat zeker verdient onder alle voorbehoud te worden medegedeeld. In officieuse kringen aldaar vertelt men het volgende ln het onderhoud dat te Weenen heeft plaats gehad en waarbij ook de Turksche gezant, Mahmoud-Eddin Bey, tegenwoordig was, moeten de Czaar en de Keizer van Oostenrijk den gezant hebben verzocht, den Sultan en diens regeering geluk te wer.- schen met de energie, waarmede de be roeringen der Armeniërs waren onderdrukt. De Czaar moet hieraan nog de woorden hebben toegevoegd, dat ook hij zelf lijdt onder het optreden der Armeniërs in den Kaukasus en wist hoe weinig sympathie de Armeniërs verdienen. Europa is overtuigd dat de beweging nog niet geëindigd is. De keizer van Oostenrijk moet gezegd hebben, dat de Sultan groote edelmoedigheid had betoond door de Cretenzer kwestie naar genoegen der mogendheden te doen ein digen. De regeering van Italië heeft aan de Braziliaansche regeering doen weten, dat het zenden van den heer di Martino als buitengewoon commissaris in geen geval moet beschouwd worden als een ultimatum. De zending van den heer di Martino is van vredelievenden aard en zijn vertrek moet niet worden beschouwd als een aanduiding dat men een maritieme demonstratie op het oog heeft. De toestand in Spanje blijft bij voort during vrij bedenkelijk. De markies Cabrino, die onlangs in den gemeenteraad van Madrid gepleegde fraude aan het licht bracht, keurt thans de coalitie tusschen de conservatieven en de liberalen af, welke ten doel heeft het wetsontwerp omtrent het verleenen van subsidies aan de spoorwegen aan te nemen en de verkiezingen te Madrid goed te keu ren. Hij knoopt hieraan de verzekering vast, dat het heengaan der Carlisten en republikeinen het signaal voor ernstige ge beurtenissen zal zijn. Het Wetsontwerp dienende tot aanvulling der wet op de spoorwegen en het invoeren van nieuwe tarieven voor de mijnindustrie is door den Senaat goedgekeurd en daarna ingediend bij de Kamer die het naar een commissie heeft verzonden. Spoorwegongeluk nabij Brugge. Omtrent het ernstig .spoorwegongeluk dat de vorige week Vrijdag nabij Brugge heeft plaats gehad, wordt nader het vol gende gemeld. Ongeveer 8 uur 's avonds verliet de trein het station te Brugge, toen op de spoor wegbrug de machine de rails verliet, drie waggons die in elkander gedrukt werden met zich sleepende. Men begrijpt de ont steltenis die zich van de reizigers meester maakte. Op hun geschrei kwam spoedig hulp opdagen, terwijl de passagiers, die in de achterste rijtuigen gezeten waren, zoo snel als doenlijk reeds aan het reddings werk getoogen waren. 7 Weinig reizigers bevonden zich in de in elkaar gedrukte rijtuigen. In het derde rij tuig bleek een reiziger te zijn gedood. Het was de heer Lesaffre, van het groote huis in gist te Rijssel, die in dit seizoen te Blankenberghe een villa bewoonde hij laat 11 kinderen na. Een dame werd zoodanig gekneusd dat men voor haar leven vreest, de gewezen commissaris van politie, de heer Schwartz van Blankenberghe, werd ern stig gewond. Een ander reiziger vond men halt verstikt tusschen de kussens van een in stukken verbrijzeld rijtuighij had zelfs geen enkele schram bekomen. De materieele schade is zeer groot. Men vermoedt dat de te groote snelheid waar mede de trein reed, de oorzaak van het ongeluk is. De stoker, die reeds eenmaal bij een spoorwegongeluk ongedeerd bleef, is ook ditmaal vrijgekomen. De Belgische bladen teekenen bij dit geval aan, dat de machi nist en stoker reeds van 4 uur af dienst deden en dat hun dagwerk eerst ten 11 ure 's avonds zou zijn afgeloopen. Wanneer dit waar is, dan is het ook niet te verwonderen, dat bij zoo'n langen dagtaak ongelukken gebeuren. Stads- en Gewestelijk Nieuws. Schiedam, 5 September 1896. Burgemeester en Wethouders van Schie dam, gelet op art. 203 der wet van den 29sten Juni 1851 Staatsblad no 85), rege lende de samenstelling, inrichting en be voegdheid der gemeentebesturen, doer, te weten, dat de begrooting van ontvangsten en uitgaven der gemeente, voor het dienst jaar 1897, op 31 Augustus den Raad aan geboden, op de secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing is nedergelegd en, tegen betaling der kosten, in afschrift al daar verkrijgbaar is gesteld. Het bij de aanbesteding van verfwerk enz. door Burgemeester en Wethouders dezer gemeente nog aangehouden perceel 2, buitenverfwerk aan gebouwen, is toege wezen aan de minste inschrijvers P. F. van der Hammen en T. Polderman, voor f965. In ons verslag der aanbesteding meldden wij abusief, dat perceel 2 was toegewezen aan den minsten inschrijver Jac. F. Joh. Bakker te Rotterdam, voor f545, en per ceel 3 was aangehoudendit moest resp. zijn perceel 3 en perceel 2. Door den keurmeester van het vleesch is Donderdag in de Gorzen van een Rotter- damsch rondventer afgekeurd een partij varkensvleesch, doordien het schadelijk voor de gezondheid was. Het is door de politie begraven. De 7-jarige Herman Niiring, die Donder dag-namiddag al spelende aan de Lange Haven te water was geraakt, werd uit het dreigend doodsgevaar gered door B. Verdoes, die gekleed te water sprong. Tot aanvulling van hetgeen wij gisteren omtrent de ter-aarde-bestelling van het stoffelijk overschot van den heer mr. II. J. Schuurman meldden, diene, dat de heer mr. J. E. van der Boor,, griffier bij het kantongerecht alhier, niet alleen een fraaien krans had vereerd, maar ook behoorde tot hen die den overledene de laatste eer bewezen. Dat het bekende voorstel—Mackenzie omtrent de gistbereiding door onze Schie- damsche branders ernstig wordt opgenomen, bewijst het feit, dat gisteren een drietal heeren naar Londen zijn vertrokken, ten einde deze zaak met den heer Mackenzie nader te regelen. De nieuwe vereeniging tot verbetering van den moutwijnhandel stelt alle pogingen in 't werk om haar doel te bereiken. Dit bewijst weder haar voornemen, om eerstdaags eene aanzienlijke hoeveelheid moutwijn van de markt te nemen en voor den uitvoer te bestemmen. Sedert eenige dagen stopt de stoomtram ook, op verzoek, voor de wachtkamer aan den Rotterdamschen dijk tegenover het Plantsoen, en wel om reden dat die wacht kamer thans beter beantwoordt aan het doel waarvoor zij werd opgericht. Maakten vroeger slechts enkele reizigers gebruik van het onoogelijk lokaal dat voor wachtkamer moest dienen, thans vertoeven er velen met genoegen eenige oogen blikken in het gezellig lokaaltje, waarin men de oude wachtkamer bijna niet meer herkent. De wanden zijn net geschilderd en er is een fraai buffet geplaatst, dat den heer P. A. Tempelaars gelegenheid geeft niet alleen dorstige kelen te laven, maar ook den be zoekers eene gewenschte versnapering uit zijne welbekende bakkerij aan te bieden. Een gezellig zitje biedt dit lokaaltje den reizigers, die er de oogenblikken die voor het vertrek van den tram verloopen, met genoegen zullen vertoeven. Dat ook zij die niet van de tram gebruik maken, maar zich in het gezellig lokaaltje eenigen tijd willen verpoozen, daartoe alle gelegenheid vinden, behoeft wel niet te worden uiteen gezet. Volgens achterstaande advertentie zal in de maandelijksche vergadering der afdeeling Schiedam van den Ned. R. K. Volksbond, welke morgen (Zondag) in de zaal der Offi- cieren-Vereeniging wordt gehouden als spre ker optreden de weleerw. heer J. Krook, kapelaan te Warmond. Die vergadering zal een ietwat feestelijk karakter dragen met het oog op den ver jaardag van H. M. de Koningin, wier ge boortedag, zooals men weet, over 't algemeen in de afdeelingen van den Ned. R. K. Volks bond feestelijk wordt herdacht. Heeren donateurs hebben tot die verga dering vrijen toegangzij die f 10 betalen hebben toegang met éene dame. Zooals wij reeds meermalen opmerkten, kan men voor eene geringe jaarlijksche bijdrage donateur der Bondsafdeeling worden. Tot slot der feestelijkheden ter gelegen heid van het gouden feest der Zustersscholen zal Maandag het onthaal der leerlingen van de scholen der Eerw. Broeders plaats hebben, terwijl Dinsdagavond de aangekondigde feest avond voor donateurs wordt gegeven, waarbij de zeereerw. heer F. M. Sarton pastoor te Oirsbeek, als spreker zal optreden en het

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1896 | | pagina 2