Dagblad voor Schiedam en Omstreken. 19de Jaarg. V rijdag 23 October 1896. No. 5625. "Sgureau ^ofersfraaf 50. Bijna vermoord. Hgemee* overzicht. Feuilleton. PRIJS VAN DIT BLAD: ^oor Schiedam per 3 maanden Franco per post door geheel Nederland Afzonderlijke Nommers f 1.50 - 0.05 PRIJS der adverte;nti;én: Van 16 regelsf 0.60 Elke gewone regel meer- 0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten 22 October '96. j^e regeering in België moet besloten en tot legerhervorming over te gaan. ontwerp, dat door den minister van °g spoedig bij het parlement zal worden gediend, moet, zegt een bericht uit Brus- J Persoonlijken dienstplicht op den voor- §r°nd stellende dienst zal behoudens en- e e uitzonderingen, twaalf jaar duren, aarvan 8 en 4 jaar bij de reserve. De on- eUiiddelde familie's van de onder de wapenen ^taande soldaten zullen een voldoende schade- ergoeding ontvangen. De burgerwacht V3-hutterij) zal worden opgeheven en boven- e* 2al er een catagorie vrijwilligers in het »er worden opgenomen, welke groote v°°rrechten genieten. Het jaarlijkseh con- ^'"gent der infanterie zal 21000 man edragen. Zoo zegt althans de Réfarme M den eergisteren in Frankrijk gehou- ,en uiinisterraaa heeft de minister van finan- Cl®ü medegedeeld, dat hij bezig is aan een °ntwerp, houdende dadelijk te nemen maat delen om het toezicht van den Staat op et alcohol debiet te versterken«maat delen uit het oogpunt zoowel van hygiène ^ls van de schatkist." Dus schijnt de ransche regeering ook het alcohol-debiet tot een Staatsmonopolie te willen maken. Zondag wordt te Rijssel een monument Faidherbe onthuld. Over de regeling ïan de plechtigheid was moeilijkheid ont man tusschen den minister van oorlog die er Zelf voor zal overkomen en den collec- dstischen gemeenteraad. De zaak is nu S®Schiktde minister zit met de hooge Militairen op een tribune aan den eenen kant Vau het gedenkteeken en de gemeenteraad °P een andere tribune aan den anderen *ant. De Russische ambassade te Parijs ontkent dlist, dat de heer Mohrenheim, gezant >ar» Rusland te Parijs, zal worden terug geroepen. En onjuist wordt de bewering SMnoemd, dat de heer Mohrenheim den 3) (Slot.) Met een blik der uiterste verbazing liet "ij mij los, waarna hij eenige stappen ach- Mruit trad. «Ik kan me niet vergissen Daat mij dadelijk uw papieren zien." Ik overhandigde hem mijn zakportefeuille, daarin benevens mijn naamkaartjes ook ^èques van mijn bankier waren op mijn ^aam. Nauwkeurig keek hij alles na en nam Men zijn eigen zakportefeuille uit zijnjaszak, daaruit hij een portret nam, dat hij trek v°or trek met zijn gelaat vergeleek. »Smal gelaat, Romeinsehe neus, blauwe Keizer een reis naar Frankrijk zou hebben afgeraden. Eene ministerieele crisis in Spanje wordt in het verschiet gesteld. Te Madrid loopt het gerucht, dat het ministerie-Canovas voornemens is af te treden en zal vervan gen worden door een kabinet dat ongeveer alle partijen omvat. De officieuse Epoca spreekt het bericht echter tegen. De Savoya, het schip dat de prinsen en prinsessen van Montenegro in Italië zou brengen, is Woensdag te Bari aangekomen. De vertegenwoordigers van het koninklijk huis benevens de minister van justitie heb ben zich aan boord van het schip begeven om de vorstelijke gasten te begroeten. De rijkskanselier in Duitscliland is ein delijk door den Keizer gemachtigd het ontwerp op de militaire rechtspraak bij den Bondsraad in te dienen. De Foss. Ztg. wijst er op, dat anderhalf jaar geleden dit ontwerp in den minister raad is vastgesteld, en dat de kanselier maanden en maanden lang heeft moeten wachten op de machtiging die hij thans heeft gekregen. Hij moest eerst den tegen stand breken van den heer Von Koller, die zich beslist tegen het ontwerp verklaarde. Hij wist dien minister tot aftreden te nood zaken, maar het ontwerp bleef bij het keizerlijk militaire kabinet. Reeds dertig jaren lang had de Pruisi sche en later de Duitsche regeering wijzi ging van het Militaire Strafrecht toege zegd. Alle ministers van justitie en alle ministers van oorlog hadden de nood zakelijkheid betoogd. Maar de ministers kwamen en gingen en een wetsontwerp werd niet ingediend. Eindelijk beloofde prins Hohenlohe in den Rijksdag nog in den herfst van dit jaar een ontwerp te zullen indienen, dat op de grondslagen van /le moderne rechtsbegrippen was opgebouwd. Het heeft den Rijkskanselier zeer veel moeite gekost, die belofte te houden. De minister van oorlog, generaal Brónsart von Schellendort, heeft moeten aftreden, en de positie van den kanselier was meer dan oogen, blond haargij beantwoordt sprekend aan dat signalement." Ik voelde een ijzige koude langs mijn rug kruipen. Wat zou mij nog kunnen redden «Draai uw hoofd naar links, spoedig," beval hij eensklaps, «een groote vlek, halt verborgen door den halsboord laat zien." En met bevende vingers trok hij mijn boord loos. «Neem mij niet kwalijk, mijnheer," zeide hij na een nauwkeurig onderzoek, gij en Killaghan kondt echter tweelingen zijn, ge lijkt op elkaar als twee druppels water." «En nu wensch ik wel eenige opheldering. Waarom hebt ge mij trachten te ver moorden «Laat mij ee^st naar uw arm zien, die bloedt geweldig," zeide de vreemdeling, zijn zakdoek uithalende. Ik was mijn heelen arm vergeten door de heftige emotie, doch nu ik er aan her innerd werd voelde ik, hoe het lauwe bloed langs mijn hand liep. Hij verbond zeer han dig mijn arm en liet mij toen een slok brandewijn uit zijn veldflesch drinken. eens in gevaar. Maar hij heett zijn post niet verlaten en zijn woord niet gebroken. In de zitting van den Rijksdag, die op 10 November bijeenkomt, zal hij het ontwerp nederleggen op het bureau van den voor zitter. Ook in Rusland wordt het bezoek door den Czaar aan Frankrijk gebracht nog steeds dt uk besproken. Uit St. Petersburg wordt aan de Agenceflavas geseind, dat het twee maal per week verschijnende Russische blad Grasjdanien van prins Mestsjerski voor een maand geschorst is en daarna niet meer mag verschijnen dan na vooraf door de officieele censuur geviseerd te zijn. Met- sjerski heeft het verbruid met zijn Parijsche correspondentie tijdens het verblijf van den Czaar in de Fransche hoofdstad, waarin hij zich eenige beschouwingen veroorloofde over den ant-godsdienstigen geest der Fransche regeering, het gedrag van Felix Faure, de ministerieele handelingen van Meline, het Fransche leger enz. Dit alles werd beleedigend geacht voor de «bevriende natie", en van daar thans de administratieve straf. De Verité meen echter, dat er op deze wijze van voorstelling heel wat af te dingen valt, en stelt zich voor, er eens nader op terug te komen. De toestand in Turkije blijft steeds een der hoofdfeiten van den dag en houdt de staatslieden der verschillende mogendheden voortdurend ernstig bezig. Uit Constantinopel wordt aan de Times gemeld, dat de Italiaansche gezant zich bij de Porte schriftelijk beklaagd heeft over den onbeschaamden toon van de boodschap pen, die het ministerie van politie aan het gezantschap liet brengen. Een klacht is nog door de ambassadeurs gezamenlijk tot de Porte gericht naar aan leiding van de veroordeeling van een Ar meniër, wiens invrijheidstelling aan den gezant van België beloofd was. Berichten, van consuls te Charpoet af komstig, melden met betrekking tot de onlusten, die den 15n September te Egin in Klein-Azië plaats hadden, dat het tele- «Killaghan," begon hij, nadat mijn arm zoo goed mogelijk was verbonden, «was lid van een bond in Ierland, de naam doet hier niets toe af. Zijn geschiedenis kan ik u niet vertellenalleen zij u medegedeeld dat de schurk ons verraden heeft, met dat gevolg, dat Ja wis en Dalton het slachtoffer van zijn verraad zijn geworden. Ik ken hem per soonlijk dus toen hij naar Cork vluchtte, volgde ik hem. Zoodra ik u uit den trein zag stappen, dacht ik mijn man gevonden te hebben. Het spijt mij meer dan ik zeg gen kan, mijnheer." «Gij begrijpt, dat 't mijn plicht is hiervan de politie in kennis te stellen," meende ik te moeten zeggen. «In de eerste plaats zijt ge niet instaat om naar de stad te wandelen, mijnheerten tweede zal ik uw vrienden berichten, dat ge gewond zijt en ten derde telegrafeer ik onmiddellijk naar het hoofdkwartier onze ontmoeting. Indien ik gearresteerd wordt, kunt ge er zeker van zijn dat men u ook op zal sporen." Mijn moordenaar nam mij onder den arm gram, daags te voren uit Constantinopel daar aangekomen (volgens dat telegram werd door de Armeniërs een aanslag be raamd) en de maatregelen, welke dienten gevolge genomen werden, aanmerkelijk hebben bijgedragen tot de opgewondenheid onder de Mohammedanen. Van de 1150 Armeensche huizen te Egin werden er 980 verwoestalle zijn geplunderd en 2000 Armeniërs, onder welke veel vrouwen en kinderen, zijn gedood. De expeditie door de Engelschen van ;uit Egypte tegen Dongola ondernomen, heeft volgens een berekening van de Daily Tele graph tot dusver 650.000 of bijna zeven millioen gulden gekost. Terwijl de sirdar of opperbevelhebber, generaal sir Horatio Kitchener, naar Cairo is teruggekeerd, staat thans de bezetting van Dongola en het verder langs den Nijl geëchelonneerde expe- ditieleger onder het bevel van kolonel Hun- ter, die zijn hoofdkwartier in Dongola ge vestigd heeft. Men hoopt Dongola tot een markt te maken, waarheen de kooplieden uit Darfoer ea Kordofan hun waren gom, stofgoud, ivoor brengen in ruil voor Manchester-goederen, die met de spoedig gereed komende spoorweg en stoomvaart- verbinding naar Dongola gebracht, de kanaal- gelden van het Suezkanaal en de schatting van den Kalief vermijden. Volgens bericht uit Constantinopel heeft een groep van revolutionaire Armeniërs «Dahnai Zoetoen" genaamd, in een schrijven aan den Franschen gezant Cambon opnieuw met «allerschrikwekkendste gebeurtenissen" gedreigd voor het geval Europa nog langen op hun rechtmatige grieven geen acht slaat. De gezant heeft de Porte met dezen dreig brief in kennis gesteld, waarop terstond van Turksche zijde nieuwe voorzorgsmaatregelen genomen zijn. Vijf Armeniërs, die tijdens de onlusten met bommen hebben geworpen, zijn ter dood veroordeeld. Het landverhuizers bureau te New-York in de Noord Amerikaansche Unie heeft aan 167 Armeniërs met het stoomschip Ohdam voor rekening van het Engelsch-Armeensche en zoo strompelde ik langzaam naar de stad. Vier dagen lag ik in hevige koorts, en toen ik bijkwam, zat mijn broeder r.aast mijn bed. Een onbekend predikant had hem getelegrafeerd dadelijk over te komen en even vóór zijn aankomst was hij onverwacht vertrokken. Met veel toewijding had hij mij die drie dagen opgepast. James, wien ik dadelijk alles vertelde, was 't met mij eens, dat 't het verstan digste was, de zaak maar te laten rusten. We zonden echter een ongeteekenden brief naar Scotland-Yard, behelzende 't bericht, dat 't leven van zekeren Killaghan gevaar liep. Of hij zijn vervolgers ontkomen is, weet ik niet, ik heb nooit meer den naam gehoord en leef dus in de vaste overtuiging, dat ik hem het leven heb gered en den ander van een moord heb teruggehouden. NIEUWE SGHIEDAMSGHE COURANT o_

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1896 | | pagina 1