Stads- en Gewestelijk Nieuws. De verkiezingsstrijd in de Noord-Ameri- kaansche Unie houdt steeds aller aandacht gespannen. Een belangrijk moment in dien strijd was gisteren een buitengewoon geest driftige huldebetooging die te Chicago ge bracht is aan Bryan. Deze candidaat spant daar zijn uiterste krachten in om de stem men der werklieden te krijgen, Bryan's sucees te Chicago is door de beroepshande laars gebruikt om de prijzen der New- Yorksche markt te drukken. Volgens opgaven, gisteren door het democratisch verkiezings- bestuur uitgegeven, is Bryan zeker van 283 stemmen in het verkiezingscollege. Naar de correspondent der Times te New- Vork seint, wekt het memorandum, voor Sir J. Pauncetste over de Venezolaansche kwestie meegebracht, teleurstelling, omdat de Engelsche regeering daarin gezichtspunten handhaaft welke men in Noord-Asnerika meende dat zij opgegeven had. In de regeeringskringen der Unie hecht men intusschen meer waarde aan de voortgezette onderhandelingen van Olney en Pauncefste dan aan het Engelsche memorandum en gelooft, dat die onderhandelingen nog een bevredigenden grondslag zullen opleveren voor een algemeen arbitrage-verdrag tusschen de Vereenigde Staten en Engeland. Schiedam, 29 October 1896. De Burgemeester en de Wethouder van openbare werken, bijgestaan door den direc teur der gemeentewerken, hebben gisteren namiddag de Polderstraat, de Oosterstraat en het Nieuwsticht opgenomen of deze straten voldoen aan de voorwaarden, vervat in het nieuwe art. 9 der bouwverordening. De eigenaars dier straten waren vooraf met deze handeling in kennis gesteld, opdat zij of een gemachtigde hunnerzijds daarbij tegenwoordig konden zijn. De voorgevel van ons aloud raadhuis heeft een merkbare verandering ondergaan. Het zwart is van de steenen verwijderd, die op nieuw geveegd zijn, terwijl alles opnieuw geverfd is en de wapens opnieuw zijn be schilderd en verguld, zoodat het geheel nu een frisch en schoon aanzien heeft. Het denkbeeld tot het inrichten van een nieuw stadhuis schijnt dus vooreerst nog niet tot uitvoering te zullen komen. Wij herinneren onze lezers, leden van de Katholieke Vereeniging »De Grondwet", in verband met achterstaande advertentie, aan de vergadering welke morgen Vrijdagsavond 7£ ure in een der zalen van de sociëteit sHarmonie" \vordt gehouden. Door bemiddeling van den Bond van Ned. Onderwijzers, afdeeling Schiedam, is hier een cursus opgericht tot opleiding van het hoofdonderwijzers-examen. De heeren dr. W. J. Steenhuis, dr. J. Van Leeuwen en dr. J. Bouman hebben zich vrijwillig beschik baar gesteld tot het geven van onderwijs onderscheidenlijk in de scheikunde, Nederl. taal en natuurkunde. Aan den heer G. L. Kepper, benoemd tot schoolopziener in het arrondissement Schiedam, is tot wederopzegging vergund te 's-Gravenhage te wonen. In de Sehied. Courant verbetert de heer H. Groenewegen meesterknecht van, den heer D. E. J. Wiileman, op de volgende wijze een woord in zijn vorig schrijven in dat blad gebruikt Daar mogelijk het woord »stompen" in mijn ingezonden stukje de gedachten mocht wettigen dat niet de politie in alles correct heeft gehandeld, haast ik mij, het bewuste woord in te trekken. Nochtans dat ik het plaatste op getuigenis van v. Wel zelf, was mijne bedoeling dan ook de sigarenmakers te waarschuwen toch niet tot handtaste lijkheden over te gaan, wat op z'n zachtst uitgedrukt slechte gevolgen kon hebben. Heden-ochtend omstreeks 9 ure is de 13- jarige T. de Vogel, jongmaatje ter drukkerij van de firma Gebr. van Noortwijk, die in de Raamgracht met een spoelingschouw meevoer, van dat vaartuig te water geraakt. Daar hij onder het roer terecht kwam, kostte het nogal moeite den knaap op het droge te brengenmet behulp van een ladder die men hem van den kant toestak, mocht men daarin slagen, waarna de jongen in de branderij van den heer Gouka werd gebracht. Nadat hij daar zijn kleederen wat gedroogd had, kon hij zich weder naar zijn werkplaats begeven. De heer J. F. W. Meijer alhier is gisteren door de arrondissements-rechtbank te Rot terdam als makelaar beëedigd. De officieele opening der tentoonstelling van brandblusch- en reddingsmiddelen te Rotterdam, heeft gisteren in tegenwoordig heid van tal van genoodigden plaats gehad Ten 10 uur gister-ochtend waren in een der feestzalen tal van autoriteiten vereenigd, waaronder de wethouders, leden van den gemeenteraad, hoofden van brandweercorp sen, directeuren van gemeentewerken uit verscheidene plaatsen van ons land, assu radeuren, ingenieurs, exposanten enz., toen de heer F. B. 's Jacob, burgemeester van Rotterdam, doorjde leden van het Uitvoerend Comité werd binnengeleid. Daarop nam de heer R. M. Limburg, pre sident der vereeniging van brandspuitmees ters het woord, die de aanwezigen welkom heette en het ontstaan der tentoonstelling releveerde. Teleurstellingen werden onder vonden doch door den veelzijdigen steun en de sympathie der burgerij, slaagde het uitvoerend comité er in zijn arbeid te vol tooien en zij ziet daarop met rechtmatigen trots terug. Daarna voerde het woord de heer G. H. Beijleveld, voorzitter van het uitvoerend Comité, die in het bijzonder wees op het vertrouwen dat het comité zich heeft weten waardig te maken en de steun die zij daardoor mocht ondervinden. De burgemeester van Rotterdam voerde daarop het woord, die zeide dat het een voorrecht is een uitgebreid vrijwillig corps van mannen bijéén te zien, die zich allerlei opofferingen getroosten om het gevaar onder de oogen te zien. Dat zelfde corps gevoelt ook behoefte zich te vereenigen, doch eene eigenaardigheid van die vereeniging is, dat zij niet haar genoegen zoekt in vermakelijkheden, doch het vereenigt zich om ten algemeenen nutte werkzaam te zijn en hare kennis op brand- weergebied te vermeerderen. Ik heb het recht om hier te coastatee- ren, dat dat eene eigenaardige uiting is van eene vrijwillige brandweer. Voorts zeide ZEA. dat hij zonder aarzelen zich bereid verklaard heeft, bij de opening tegenwoordig te zijn, tevens hulde brengende aan de doorzettingskracht van het uitvoerend comité dat geheel op eigen krachten steu nende zijn doel bereikt heeft. Gij allen, aldus eindigde de burgemeester zijne openingsrede, haakt naar het oogen- blik om de uitvloeisels van uw arbeid te aanschouwen en verklaarde hiermede de tentoonstelling voor geopend. De eerewijn werd daarop rondgediend. Nadat de sleutel overhandigd was aan den burgemeester, werd de expositiezaal ge opend en bezichtigd, en door de exposanten uitlegging gedaan aan de genoodigden van hunne inzending. Door den nieuwen eigenaar van het huis in de Boompjes te Rotterdam, waarin het bestuur van den N.N. B.B. zijn zetel heeft opgeslagen, is dat huis aan dien bond ver huurd van week tot week. BINNENLAND. De lijfarts der Koninginnen, dr. van Tien hoven, zal zich gedurende de buitenlandsche reis van H.H. M.M. de Koninginnen mede in het Zuiden van Frankrijk bevinden. Bij besluit van den commissaris der Koningin in Zuid-Holland is het contingent der rij- en trekpaarden en van het aantal dezer laatsten, tevens geschikt voor batterij- paarden, in geval van oorlog of oorlogs gevaar door elke gemeente te leveren, vastgesteld respectievelijk op 165, 1205 en 602. De opbrengst der bedrijfsbelasting is vreemd genoeg zeer meegevallen. Zij heeft in het eerste jaar der heffing bruto f4,878,451 bedragen en in het tweede jaar f4,933,336. Uit het patent kwam in het laatste jaar van zijn bestaan maar f 4,753,826. In plaats van een lagere inkomst, gelijk gevreesd werd, heeft de nieuwe heffing derhalve reeds meer dan zijn voorganger gegeven, en de opcenten, welke de minister Pierson voorzichtigheidhalve volgens zijn oorspronkelijk ontwerp had willen behouden, zijn gebleken onnoodig te zijn. Het getalhooge bedrijfsinkomsten is in het land zeer beperkt. Slechts 4025 trekken f500010.000. en daarboven gaan niet meer dan 1343, ongeveer hetzelfde aantal als dat (1301) der belastbare vermogens boven J millioen. De opperbevelhebber van het leger. In Themis, 1896, no. 3, heeft mr. H. Ver kouteren nogmaals de kwestie van het opper bevelhebberschap van het leger ter sprake gebracht. Zijn meening is, dat aan den Koning, en dus ook c.q. aan de Koningin (of aan een Regent of Regentes) de beschikking toe komt om, onder het contraseign van den verantwoordelijken minister van Oorlog, een opperbevelhebber van vloot en leger te be noemen maar dat de Koning (en c.q. de Koningin, Regent of Regentes) niet, zonder meer, het recht bezit om zelf het opper bevel te voeren. Wel sluit hij de mogelijk heid niet uit, dat een Koning de beste militair kan zijn, maar alsdan wil hij, dat de Staten-Generaal hierover zal oordeelen en tevens den regel zal helpen vaststellen voor het bewind des lands tijdens oorlog. Dit betoog acht De Standaard op de meeste punten afdoende. »Doch" zegt het blad, »hoe men hier over ook oordeele, indien delegatie van koninklijke macht ondenkbaar is, en alzoo een aan de Kroon eo ipso verbonden opper bevelhebberschap niet anders dan door den drager der Kroon in eigen persoon kan worden uitgeoefend, staan we, met een, God geve lange, regeering van een Konin gin in het verschiet, voor den pertinente vraag, of men acht, dat een Koningin-zelve opperbevelhebster van leger en vloot kan zijn. »Kan dat niet, gelijk wel ieder zal toe stemmen, dan is het hoog tijd, dat er een opperbevelhebber benoemd worde. Immers, om in cas van oorlog met goed gevolg het opperbevel te kunnen voeren, moet dit in vredestijd door degelijke studie en aanraking met leger en vloot zijn voorbereid. Te Ziirich is gisteren overleden de minister van staat, mr. E. J. J. B. Cremers, lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, een staatsman, die grootendeels in de Tweede Kamer zijn krachten aan de behartiging van 's lands belangen heeft gewijd. In 1864 maakte hij als minister van buitenlandsche zaken deel uit van het tweede ministerie- Thorbecke ter vervanging van jhr. Van der Maessen de Sombreff, vervolgens was hij van 1866 af lid van het ministerie Geertsema- Van de Putte, waarna hij van 1869 tot 1891 onafgebroken het Groningsche district Zuid- hoin in de Tweede Kamer vertegenwoor digde. Zijn staatkundig en parlementair leven kenmerkte zich vooral door zijne adviezen bij de begrootingen voor buiten landsche zaken vrucht van zijne studiën en kennis van het volkenrecht, dat hij, ook als warm voorstander der toepassing van de internationale arbitrage, ijverig beoefende. De heer Cremers werd door het ver trouwen der Tweede Kamer eenige jaren achtereen belast met het voorzitterschap barer vergaderingen en het laatste jaar van zijn presidium herinnert aan de ta'e,ltVV en tactvolle wijze, waarop hij de bera^ slaging over de grondwetsherziening 1887 leidde. n Kort na zijn vrijwillig aftreden als'1''' de Tweede Kamer, werd hij door de »ta van Zuid-Holland gekozen tot lid vaI1j)jj Eerste Kamer, aan wier werkzaamheden door zijne ziekte verhinderd, in den laa's tjjd niet meer kon deelnemen. Het stoffelijk overschot zal berwa®r^ worden overgebracht om Zaterdag a. s- 's-Gravenhage te worden ter aarde best® (N. RCt,> De nieuwe Internuntius. Mgr. Tarnassi, de nieuwbenoemde selijke gezant bij de hoven van Nederl®11 en Luxemburg, moet een sympathieke fi£u wezen. De prelaat is geboren te Rome, wa®r zijne studiën gedaan heeft aan het Apol"11'1 ris-seminarie en aan de Gregoriaans universiteit, welke door paters Jezuïe'®1! wordt geleid, in het Romeinsch College- is den 24n September 1871 priester ge"Ü Zeer jong trad hij in de diplomatie ;Tee in 1879 werd hij tot auditeur der nunciat"^ te Munchen benoemd, in welke hoedanigh®1 hij herhaaldelijk belast werd met belangrijk® zendingen bij de Duitsche bisschoppen, voor® te Trier en te Straatsburg. In 1882 werd de jonge prelaat beno®"1 tot auditeur der nunciatuur te Ween®11» waar hij gedurende elf jaren bleef. Inl^1 werd hij naar Rome teruggeroepen, ®(l alvorens de Paus hem tot ondersecreW'3 voor de buitengewone kerkelijke zaken b®' noemde, droeg Z. H. hem het eereambt ®P van Pauselijk ablegaat, om de kardina®'3' baret te brengen aan Mgr. Thomas, aart9" bisschop van Rouaau. Mgr. Tarnassi is een vroom en ijver'? en tevens een weldadig man. De armen va" Rome betreuren zijn vertrek zeer; iedere" ochtend wachtten zij hem buiten de S. Carl®' kerk, bij de vier fonteinen, waar hij gewo®" was Mis te lezen, op en ontvingen dan m®' de aalmoes steeds een troostrijk en bem°®' digend woord. Mgr. Tarnassi is een man van grondig® kennis en veel talent. Hij spreekt vloeie'1^ Fransch en Duitsch en ook een weinté Russisch. Ter gelegenheid van 's Czare" kroningsfeesten maakte hij deel uit van b®1 buitengewoon Pauselijk gezantschap n®ar Moskou, maar toen het gezantschap wed®f vertrok, begaf Mgr. Tarnassi zich op be"®} des Pausen naar St.-Petersburg, waar bil gedurende verscheidene weken met de r®' geering onderhandelde en, naar men zeg1' zeer belangrijke concessiën verwierf ond®r godsdienstig opzicht. Bij zijnen terugkeer ontving de Paus he"1 in gehoor en betuigde hem zijne hoog® voldoening over de wijze, waarop hij <b® zoo kiesche en moeilijke zaak ten einde ha*1 weten te brengen. Voorkomend en goedig als hij is, zal d® nieuwe internuntius in Nederland ongetwij' feld spoedig tal van vrienden en vereerder® tellen. (Msb.) De heer v. d. F., die Zondag-avond b®' slachtoffer werd van het ongeluk, hem bÖ de Chasséstraat te 's Gravenhage, overkom®11' is daar volgens het Dgbl. niet van de tra111 gesprongen, doch gevallen door het breke" van den ketting, waartegen hij wege"5 plaatsgebrek op het achterbalkon leund®- Aan het einde van den Broekweg te Goud® in eene oude schuur is gisteren een gehei®8® branderij ondekt, waarvan al de material®11 en voorraad door de ambtenaren in beslzê werden genomen, waaronder twee ket®'3 met een inhoud van elk van 500 liter. drie vrachtwagens werd een en ander ond®r toeloop van vele nieuwsgierigen naar b®' belastingkantoor in de Peterstraat vervoerd- De branders waren een paar boerenarbe'* ders, welke overdag den boer afliepen 00 werk, en des nachts hun beroep uitoefende" als distillateurs. 1je

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1896 | | pagina 2