Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
eerste blad.
Mevrouw Ver ceil.
20ste Jaarg.
Zondag 21 Februari 1897.
No. 5725.
bureau ISofersfraaf 50.
Tegen de slechte boeken
en gescliriften.
Feuilleton.
PRIJS TAN DIT BLAD:
Toor Schiedam per 3 maandenf 1.50
franco per post door geheel Nederland - 2.—
Afzonderlijke Nommers 0.05
PRIJS DER ADYERTENTIËN:
Van 16 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
V0,
een
tegen
or eenige dagen heeft de H. Vader
apostolische constitutie uitgevaardigd
rj n de slechte boeken en geschriften.
v 6 Sewichtig Pauselijk stuk is reeds door
j6rschillende bladen besproken. Tot heden
onze plaatsruimte niet toe onze lezers
den zakelijken inhoud van dat veelom-
,a^end stuk in kennis te stellen. Thans
billen
wij trachten het in een beknopt
0vorzicht zooveel mogelijk weer te geven
<->nze groote Paus wijst er allereerst op,
°P hem, als het Opperhoofd der Kerk,
zware taak rust, te waken voor de
Overheid van het geloot en de zeden. De
Ult°efening dier taak is vooral noodzakelijk
tijden als deze, nu de leeringen van
r'stus bijna dagelijks worden aangevallen.
Ia dien strijd gebruiken de vijanden der
er* duizenderlei listen, maar de gevaarlijk-
ste daarvan is wel de verspreiding van
s'echte geschriften.
I® allen tijde heeft de Kerk tegen dat
Sevaar gewaaktin de eerste dagen van
®t Christendom was het de ijver van den
faulus, in de volgende eeuwen de waak-
2aamheid van Kerkvaders en Bisschoppen,
le de zuiverheid des geloofs behoedde,
alrijk zijn de documenten, die bewijzen hoe
Oor alle eeuwen heen de Pausen steeds de
^rken der ketters en dwaalleeraars hebben
Veroordeeld.
Vooral sedert de uitvinding der boekdruk
kunst in de vijftiende eeuw, toen de pers
kettersche en verderfelijke boeken tot
ln het oneindige vermenigvuldigde, was een
Verdubbelde waakzaamheid noodig en Paus
t aulus tv liet het eerst een lijst opstellen
l)
i.
Is er een brief voor mij
Deze vraag richtte op vreesachtigen toon
eene jonge vrouw tot een portier van den
ouden trant, een vervelenden brompot, een
rUwen Cerberus, die in den hoek van zijn
vertrekje, op zijn kleermakerstafe[ zat te
knorren. Met zijne gewone onvriendelijkheid
antwoordde hij Een brief ja, er is er
een, en nog wel franko, wat waarlijk niet
ungelukkig is, want ge zijt me al drie van
uie briefporten schuldig.
Hier zijn ze, zeide de jonge vrouw
zachtkens, terwijl ze eenige kleine stukjes
geld, die in een punt van haren zakdoek
geknoopt waren, voor den dag haalde.
van de boeken, wier lezing den geloovigen
verboden was.
Het concilie van Trente wees later ge
leerde en bevoegde personen aan om die
lijst of index van Paulus IV verder uit te
werken en de volgende Pausen hebben daar
steeds de hand aan gehouden. Het blijkt
dus dat zij te allen tijde hebben gepoogd,
de maatschappij te bewaren voor de dwaal-
leeringen en het zedenbederf, de schande
en den ondergang der staten, door de
slechte boeken verspreid.
Die pogingen troffen doel, zoolang zij die
de staten bestuurden, zich door de eeuwige
wet lieten leiden. Maar men weet wat
later gebeurd is. Intusschen ging de Kerk
voort haar maatregelen te nemen, in over
eenstemming met de veranderde behoeften
der tijden.
In den laatsten tijd is door verschillende
Bisschoppen zoo in Frankrijk als in Duitsch-
land gevraagd, dat de regels van den index
opnieuw zou worden herzien en dat dit
onderzoek zou worden openbaar gemaakt.
Na rijp beraad en overleg met de Kardi
nalen der Congregatie van den Index heeft
de II. Vader gemeend, een reeks besluiten
te moetenuitvaardigen, waarvan wij hier
onder den zakelijken inhoud mededeelen
le. Alle boeken, vóór het jaar 1600 door
de Kerk veroordeeld, blijven veroordeeld.
Verboden zijn verder de boeken van afval
lige, ketters en scheurmakers, als zij ket
terij en scheuring, verspreiden of de grond
slagen van den godsdienst aanvallen. Evenzoo
de werken van niet-Katholieken, die bepaald
over den godsdienst handelen, tenzij er niets
strijdigs met het katholiek geloof in gevon
den wordt. Handelen zij niet opzettelijk,
maar enkel terloops, over den godsdienst,
dan zullen ze alleen verboden zijn, als ze
door een bijzonder besluit zijn veroordeeld.
2. Bijbels in de oorspronkelijke of in een
doode taal, door niet-Katholieken uitgege
ven, zullen alleen mogen gebruikt worden
door degenen, die zich met godgeleerde of
En daar is de brief. Uw dienaar, me
vrouw Verceil
Mevrouw Verceil, wier naam we thans
weten, nam den brief, waarvan het breede
zegel met een wapen er in gedrukt deed
gissen, dat hij van eene adellijke familie
kwam, en klom spoedig naar boven. Dat
klimmen duurde lang, en geen wonder zij
woonde op de vijfde verdieping, en om daar
te komen, moest ze immer en immer steile
trappen opklouteren. Het zal dus wel over
bodig zijn te zeggen, dat zij moede en bijna
ademloos de hoogte bereikte. Eindelijk stond
ze voor eene kleine deur en klopte aan
een bevallig kind van vier jaren opende en
riep verheugd Moederlief, wal een geluk 1
Zijt ge daar I ge zijt lang weg gebleven,
want ik heb den tijd gehad om mijne fabel
te leeren, vijf naadjes te breien en mij nog
lang te vervelen.
Omhels mij, lieve engel, dierbare
Rosine, en houd u stil, terwijl ik den brief
lees.
Het dochtertje gehoorzaamde en dook
zich als een vogeltje aan de moederlijke
borst. Moeder en dochter vormden, in die
houding, eenen groep, waarop de blik
met welgevallen zou gerust hebben maar
bijbelstudiën bezighouden, mits die boeken
noch in de voorreden noch in de aantee-
keningen de katholieke leer aantasten.
3. Bijbels in de moedertaal, ook door
Katholieken uitgegeven, zijn alle verboden
tenzij ze door den Apostolischen Stoel zijn
goedgekeurd of onder toezicht der Bisschop
pen zijn uitgegeven. Voornamelijk zijn ver
boden de bijbels der Bijbelgenootschappen,
die herhaaldelijk door de Pausen veroordeeld
zijn.
4. Onzedelijke boeken zijn volstrekt ver
boden. De zoogenaamde klassieken, die
daaronder vallen, mogen gebruikt worden
door degenen, wier taak of ambt dit mee
brengt, maar mogen nooit de jeugd in han
den worden gegeven, tenzij behoorlijk ge
zuiverd.
5. Veroordeeld zijn boeken, die aanvallen
bevatten tegen God, de H. Maagd, de Hei
ligen, de Kerk en haar eeredienst, de
Sacramenten of den H. Stoel, dezulke waarin
de ingeving des H. Geestes wordt miskend
of die opzettelijk de kerkelijke hiërarchie
of den geestelijken en kloosterlijken staat
onteeren. Het is verboden boeken uit te
geven, te lezen of te bewaren, dietoovenj,
geestenbezwering of dergelijke bijgeloovig-
heden leeren of aanprijzen. De boeken, die
over nieuwe verschijningen, openbaringen
of wonderen handelen, zijn verboden, zoolang
zij niet kerkelijk goedgekeurd zijn Verboden
zijn ook de boeken, die het tweegevecht,
den zelfmoord of de echtscheiding als ge
oorloofd voorstellen ot de vrijmetselarij als
nuttig aanprijzen.
6. Veroordeeld zijn afbeeldingen van
Christus, Maria, de Engelen, ot de heiligen,
wier voorstelling afwijkt van den geest der
Kerk. Geen prentjes met of zonder gebedjes
mogen verspreid worden, dan met goedkeu
ring der geestelijke overheid. Niemand is
het geoorloofd, aflaten te verspreiden, die
ot apocrief of ingetrokken zijn. Geen boek
ot blaadje, dat aflaten bevat, mag verspreid
worden zonder verlof der bevoegde overheid.
tevens eeneftegenstelling van droefheid en
bevalligheid. Delphina Verceil, met haar
blond en kiesch wezen, met den zaehtkleu-
rigen blos op de wangen, droeg op het ge
laat het kenmerk eener maagdelijke vrees
achtigheid, welke het, moederschap niet had
kunnen verdrijven; de zachtheid en kalmte
harer ziel spraken uit hare gelaatstrekken,
die, naast het zegel der engelachtige rein
heid, ook den eerbiedwaardigen stempel des
ongeluks droegen. De jonge vrouw had ge
weend
Het blonde dochtertje, Rosine, met hare
oranjekleurige oogen en haar dik zwart
haar, dat bevallig was saamgebonden, scheen
tot een krachtiger en levendiger geslacht
te behooren dan dat harer moederen
wanneer men ze bij elkaar beschouwde, zou
men geloofd hebben een dier tafereelen der
oude meester te bewonderen, die, de Maagd
en den Voorlooper in zijne kindsche dagen
voorstellen.
Maar de maagden van Giotto of van Ci-
mabuë speelden gewoonlijk in een trisch
landschap, aan den oever van lachende
wateren, terwijl Delphina en haar kind in
een somber huis van het oude Parijs, op
een kamer der vijfde verdieping woonden,
7. Aan liturgische boeken, als missaal,
brevier of ritueel mag niets veranderd wor-
nen. Geen litaniën, dat die daarin voor
komen, mogen zonder goedkeuring worden
verspreid. Evenmin kerk- of devotieboeken,
zonder kerkelijke goedkeuring.
8. Bladen of tijdschriften, die met opzet den
godsdienst aanvallen, zijn verboden. De
geestelijken moeten de geloovigen op het
gevaar dier uitgaven wijzen. En geen
Katholieken, vooral geen geestelijken mogen
daarin bijdragen plaatsen tenzij om wettige
reden.
9. Alleen zij, die hetzij van den H. Stoel,
hetzij van diens gevolmachtigden verlof heb
ben, mogen verboden boeken lezen.
10. Ofschoon het aan alle Katholieken en
vooral de geleerden onder hen toekomt,
s'echte boeken aan de Bisschoppen of den
H. Stoel kenbaar te maken, is dit vooral
de taak der Nuntiussen, apostolische dele
gaten, plaatselijke Bisschoppen en rectors
van hoogescholen. Deze allen worden aan
gemaand ijverig de slechte boeken te achter
volgen.
Al de hierboven in 't kort weergegeven
bepalingen handelen over het verbod van
boeken. Een volgende reeks besluiten han
delt over de censuur en is dus voor den lezer
van minder belang. Wij deelen er enkel uit
mee de straffen, welke zij beloopen, die
tegen de besluiten der apostolische consti
tutie zondigen
Al wie, zonder machtiging van den apos
tolischen Stoel, wetens boeken leest van
afvalligen of ketters, een ketterij staande
houdende, alsook boeken van onverschillig
welken schrijver, met name bij Apostolische
Brieven veroordeeldal wie deze boeken
bewaart, ze drukt of op eenigerleiwijze
verdedigt, beloopt ipso facto de excommu
nicatie op bijzondere wijze den Roomschen
Paus voorbehouden. Zij die zonder goed
keuring van hun Bisschop boeken van de
H. Schrift of aanteekening en commen-
waarvan het eenige venster het uitzicht
verleende op een akeligen gezichteinder van
zwarte daken en rookende schoorsteenen.
Het matig en schamel huisraad was volko
men in overeenstemming met dit droef
geestige verblijfslechts een kruis
beeld en een beeld der zalige hemelmoeder
spraken daar van den hemel, eenige boeken
waren er de tolken der verstandelijke wereld
en een rijk borduurwerk,op een raam ge
spannen en voor een hofkleed bestemd,
verried, dat de arme vrouw, de arme moeder
aan den arbeid den onderstand voor haar,
pijnlijk bestaan afbedelde.
Wel, lieve moeder, wat zegt de brief
vraagde Rosine met de vroeg ontwikkelde
schranderheid der kinderen, die in de school
des hjdens worden opgevoed. Is hij wel
goed zijt gij tevreden
(Wordt vervolgd.)
iiMiïiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiii jiiii in I