Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
Mevrouw Ver ceil.
20ste Jaar ff.
Dinsdag 2 Maart 1897.
No. 5732.
bureau IJSofersftraaf 50.
Feuilleton.
PRIJS VAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nommers
f 1.50
- 2.-—
- 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
noo caSPAR JOSEPH MARTINUS BOTTEMANNE,
aaö de (feestelijkheid en de Geloovigen
Tan ons Bisdom
Zaligheid in den Heer.
g Ben geheel bijzondere rede dringt Ons,
e<ïnnde Geloovigen, u in het Vaste-Mande-
nt van dit jaar te onderhouden over de
istelijke naastenliefde. Niet om u aan
loonen, dat zij u geboden is: hiervan zijt
J allen overtuigd. Maar om u eenige ver-
Ringen en waarschuwingen te gaven,
e gij in het oog moet houden, om in
beoefening dier schoone deugd niet te
kort te schieten.
js re(Ien> welke Ons daartoe aanspoort,
"ie toestand van ons vaderland. Er
e,scht eene algemeene onzekerheid, wat
6 toekomst ons brengen zal. Die onzekerheid
Teroorzaakt spanning en onrust, men bereidt
2lch voor tot zekeren strijd, waaraan gij u
btet kunt onttrekkenen daarom meent
övv Bisschop u te moeten terugroepenver-
§eet in geen geval het groot gebod van uw
godsdienst, het gebod van Jesus Christus
''mint uwen naaste als u zeiven."
I- Allereerst, B. G., moet gij door door
®6Rn onderlinge liefde met elkander verbon-
n zijn. Gij zijt allen één in geloof: gij
^°et allen ook volkomen één zijn in liefde.
RRraan, zegt onze goddelijke Verlosser,
ailraan, dat gij liefde hebt voor elkander,
'boeten allen zien, dat gij mijne leerlingen
ij. en jjy bidt Zijnen hemelschen
ader, dat zijne leerlingen volmaakt één
^Ofifen zijn", opdat de wereld geloove, dat
lJ door den Vader gezonden is 3).
B Joan. XIII, 35.
S) Ibid. XVII, 23.
8)
Zij aanvaardde hare taak met moed en
Toortdurende plagerijen en onophoudelijke
ernederingen beantwoordde zij slechts door
®n onverwinnelijk geduld en eene zacht-
oedigheid, die door niets te vermoeijen
as- Soms ontstelden hare antwoorden,
aarin (je waardigheid en het geduld als
^atnensmolten, Sylvia en wekten in haar
zeR vluchtig gevoel van leedwezen op. Op
^®keren dag, onder anderen, was Rosine uit
kamer barer moeder weggeslopen en
o^°nd ze zich in eene ruime zaal, met
de portretten behangengroote dames
et een fleren en zachten blik, vrome ab-
2wS6n' w'®r strenSe levenswijze onder hare
"arte sluiers verscholen was, ridders met
Deze waarheid deed voor eenige maanden
de Bisschoppen van Nederland besluiten, aan
de schrijvers van dag- en weekbladen eene
vermaning te geven, om met zorg alles te
vermijden, wat de onderlinge liefde kwetsen
kan. Maar diezelfde vermaning wordt thans
aan u allen, B. G., gegeven door uwer.
Bisschop. Toont u als kinderen der ééne
Katholieke Kerkzorgt daarom, dat gij niet
door eigenwijsheid, stijfhoofdigheid, harts-
togtelijkheid, de onderlinge éénheid der liefde
verbreekt, hierdoor aan u zeiven het ken-
teeken ontrooft van den leerling van Jesus
Christus, en aan Hem, uwen goddelijken
Meester, voor zoover zulks mogelijk is,
het kenteeken Zijner goddelijke zending.
II. Ten tweede en dit willen Wij U
vooral op het hart drukken het gebod
der Christelijke naastenliefde verpligt u, ook
uwe onkatholieke landgenooten liet te heb
ben. Bemint allen zonder uitzondering en
sluit niemand van uwe liefde uit, hoezeer
hij ook van u moge verschillen, hetzij op
godsdienstig, hetzij op maatschappelijk, hetzij
op staatkundig gebied. Gij moogt zonder
twijfel uwe beginselen handhaven en ver
dedigen tegen anderen, ja, dit is zelfs uw
pligt; doch bij die verdediging, bij dien
strijd moet altijd de liefde volkomen be
waard worden, Alle harde en scherpe woorden
moeten derhalve met zorg vermeden wor
den nooit neme men zijn toevlucht tot
spotternijen, die slechts verbitterenwat
onze Kathojieke vaderen in vorige eeuwen
hebben geleden, brenge men zonder nood
zaak niet in herrinneringen de strijd voor
beginselen worde nooit een strijd tegen
personen.
Houdt deze waarschuwingen bijzonder in
het oog, wanneer gij zeiven op onaangename
en bittere wijze wordt aangevallen door
anderen. Voorzeker, wanneer men u per
soonlijk in uwen goeden naam of uwe
tijdelijke belangen zou benadeelen, dan moogt
gij u daartegen verdedigen, altijd met
ijzeren harnassen en wapenschilden, kolo
nels in het krijgstournooi, hoogwaardige
prelaten, strenge magistraten en monniken
in haar boetgewaad en met de vroomheid
in de oogen. Rosine bezag die grootsche
gestalten en stond verruktzij was wel
een weinig bevreesd, want de portretten
volgden haar hardnekkig met hunnen blik
Midderwijl kwam Sylvia binnen en beet
haar toornig toe
Wat doet gij daar, kleine bengel?
Wilt ge u wel eens spoedig uit de voeten
maken
Op hetzelfde oogenblik trad Delphina, die
haar dochtertje gevolgd was, de zaal binnen
en sprak tot de dienstmaagd
Waarom verbiedt ge mijn kind de
afbeeldsels harer vaderen te beschouwen
St.oomt in hare aderen niet hun bloed
Is zij niet de dochter van hem en bij die
woorden wees ze op een portret van Renier
op zijn zestiende jaar geschilderd en dat de
treffendste gelijkenis met hare dochter had.
Sylvia kon niet antwoorden, want dat
zachte en droeve woord trof haar tot in
de ziel.
Bij andere gelegenheden, gedurende de
zeldzame en korte zamenkomsten der tante
kalmte en bedaardheid. Wanneer echter
die aanvallen u niet in persoon betreffen,
bewaart dan liever het stilzwijgen. Bedenkt,
dat zulke aanvallen niet alleen door u, maar
ook door de meeste.i uwer tegenstanders
worden afgekeurddat zij meestal niet aan
haat of kwade trouw moeten worden toe
geschreven, maar het gevolg zijn van voor-
oordeelen door overlevering of opvoeding
diep in den geest gewortelden dat zij
dikwerf in tateren tijd, wanneer zijne harts-
togtelijkheid is voorbijgegaan door den
aanvaller zeiven worden betreurd. Inzon
derheid zeggen Wij dit tot alle schrijvers,
vooral tot die der dagbladen laten zij nooit
zonder de uiterste noodzakelijkheid, melding
maken van dergelijke hatelijkheden. Zij
zouden daardoor slechts hartstogt en lief
deloosheid opwekken bij hunne Katholieke
lezerszelven zouden zij gevaar loopen bij
die vermelding in hartstogt en liefdeloosheid
te vervallenterwijl zij gewoonlijk den
tegenstander meer zouden verbitteren.
Misschien mishaagt, B. G., dergelijke
bebaardheid aan sommigen uwer, die
liever in feilen strijd vreugde en genoegen
vinden; voor hen gelde Onze laatste opmer
king. Gedurende de vijftig jaren van
ons priesterlijk leven hebben Wij in
woorden, in geschriften, in daden, Ons
altijd niet alleen bezadigd betoond, maar
welwillend en liefderijk jegens onze onka
tholieke landgenootenWij gevoelen er
geen spijt over én bij het klimmen der
jaren beseffen Wij duidelijker de ijdelheid
van het genot, dat men zoekt in eene over
winning op zijnen medebroeder. Ook voor
u, die zoo gaarne str ijd voert, zal de wereld
voorbijgaan, en, wat de H. Kerk op den
eersten dag der vaste ons allen toeroept,
zeggen Wij tot u: Dgedenk, omensch,dat
»gij stof zijt en tot stof zult wederkeeren"
de overweging daarvan zal u leeren, dat gij,
in plaats van toe te geven aan ijdele harts-
togtelijkheid, eenvoudig uwen pligt moet
doen en de toekomst moet overlaten aan
en nicht, vond de eerste altijd middel om
op hare weldaden te drukken en aan de
arme Delphina te doen gevoelen hoe bitter
het brood van den vreemdeling is. Hare
antwoorden waren immer zachtmoedig
somtijds zou hunne gelatene droefgeestig
heid eene langen tijd onverbiddelijke ziel
hebben kunnen roeren maar dan haastte
Sylvia zich om tusschen beide te komen en
het onderhoud af te breken, en wel der
mate, dat de afgrond, die de twee bloed
verwanten van elkander scheidde, er nog
door verbreed werd.
Die toeleg ontging niet aan den blik van
Delphinazij zag den haat, waarvan zij het
voorwerp waszy giste de listen, die tegen
haar werden aangewend maar dat schouw
spel, dat haar zeker bedroefde, was echter
niet in staat in hare kalme en tegelijk fiere
m hare zachte en groote ziel het minste
gevoel van bitterheid of gramschap te ver
wekken. Wel reeds somwijlen in haar het
verlangen op om die vijandige plaatsen te
ontvluchten want er is geen menscheüjk
geduld^ geene gelatenheid, die, ten minste
in het geheim, niet worden uitgeput. Maar
het vooruitzicht der armoede voor Rosine
en het beeld der gevaren, waaraan eene
de beschikkingen van Gods vaderlijke Voor
zienigheid.
Volgens gewoonte vermanen Wij u, veel
te bidden gedurende dezen Vastentijd, aller
eerst voor u zelven, maar vervolgens ook
voor de belangen der H. Kerk en voor haren
grijzen Opperherder, Paus Leo XIII; voor
het heil en de rust van ons Vaderland, voor
onze jeugdige Koningin en hare Koninklijke
Moeder de Koningin-Regentes, en voor al
uwe overheden, zoo geestelijke als wereld
lijke.
Overeenkomstig de Ons daartoe door den
Apostolischen Stoel verleende volroagt, geven
Wij U dit jaar de gewone Dispensatiën in
de Kerkelijke wetten van onthouding onder
de gewone voorwaarden welke Dispensatiën
en voorwaarden door de Weleerwaarde
Pastoors en Rectoren zullen worden afge
kondigd.
Krachtens Apostolische volmagt verleenen
Wij aan de geloovigen van|ons Bisdom, weder
voor dit jaar, d. i. tot aan de 40-daagsche
Vaste van het volgend jaar, dispensatie in
de Ontnoudingswet op alle Zaturdagen,
uitgenomen die Zaturdagen welke geboden
vastendagen zijn.
Echter vermanen Wij U om door aalmoe
zen en andere goede werken aan te vullen
wat door het gebruik maken van deze
dispensatie aan uwe boetedoening ontbreekt.
En zal dit Ons herderlijk schrijven op den
Zondag van Quinquagesima in alle tot Ons
Bisdom behoorende kerken alsmede in de
Kapellen waarover een Rector is aangesteld,
op de gebruikelijke wijze worden voorgelezen.
Gegeven te Haarlem, den 22sten
Februarij 1897.
f CASPAR,
Bisschop van Haarlem.
Op last ran Z. D. Hoogwaardigheid,
C. J. JUFFERMANS,
Secretaris.
jonge vrouw zonder bescherming in de we
reld is blootgesteld, hielden haar dan terug
in die woning, dat eerbiedwaardig schuil
oord, waar zij zich veilig gevoelde voor de
oogen eener wereld, die niet vermoedde,
dat de nicht van mejuffrouw Verceil de
verlatenste der schepselen was. Zoo bleet
zij alleen en zonder voorspraak of bescher
ming ter prooi aan de hatelijk jaloezie van
Sylvia. Zoo streken de dagen, weken en
maanden, allen gelijkelijk droevig en kwij
nend, voor haar voorbij.
Het doel van Sylvia was nochtans niet
bereikt. Zij had op een hooghartigen en
heftigen tegenstand gerekend, die haar
vroeg of laat een gereed middel aan de
hand zou gegeven hebben, om de twee
vreemdelingen uit het kasteel te verdrijven.
Wordt vervolgd
ïlE GENADE gods en de gunst van den
apostolischen STOEL.
tIü] BISSCHOP VAN HAARLEM,
orelaat van z. h. leo xm, assistent-
niSSCHOP bij DEN PAUSELI.TKEN TROON,