Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
de madone
20ste Jaarsr.
Zaterdag 7 Augustus 1897.
No. 5861.
bureau ^ofcrsfraaf 50.
Me pveMe tooien, taüont enz.
K ennisgevin
V? nur*
F euilleton.
PRIJS VAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nommers r.
^ICIEELE BERICHTEN.
PRIJS DER ADYERTENTIËN:
Van 16 regels ƒ0.60
Elke gewone regel meer -0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
v>sen vloedplanken der huizen
W'.ten de buitensluis aan de
Hoofdstraat.
Stagemeester
w Regende dat ingevolge voorschrift
il6 ,"et Hoogheemraadschap van Schieland
slüi ^rdst snen dekstukken van de buiten
bol 2u''en worden verhoogd tot 3.65 M.
>.N.AJP.
l8icnl'en art- der verordening van den
j«v>\ April 1893, (gem. blad no. 9 van dat
rt>» on(jer de andacht van belang-
Jenuen
bui.at de vloedplanken der huizen buiten de
friri 'uis aan de Hoofdstraat eveneens
Ïj ,e'eo worden opgehoogd tot 3.65 M. boven
Ml' we'"1 Ped van gemeentewege zal
den aangegeven
dat op Woensdag 25 Augustus a.s.,
te vangen des morgens te 10 uren, een
Ula°'Jw zal worden gedreven over die vloed-
hooL 'we'^e alsdan op de voorgeschreven
Ste moeten gebracht zijn.
chiedam, den 6don Augustus 1897.
^^fgemeester en Wethouders voornoemd,
VISSER, L°. B.
De Secretaris,
VERNÈDE.
d'EjtAM, bieden ter overname aan
k. dlichtingen worden verstrekt op het
van den Directeui der Gemeente -
Mn, iederen werkdag, 's morgens van
(Ja Dsaanbiedinger. in te leveren in de
b arvoor ten Raadhuize aanwezige gesloten
's s> vóór of op Donderdag 12 Augustus a.s.,
^atoiddags 2 uur.
tti^°.0r d® vereeniging »Liefdadigheid, Hulp
u Steun voor weezen" van alle Gezinten
e Amsterdam, zal op 25, 26 en 27 dezer
üc?e Collecte worden gehouden; deze ge-
rn met instemming van Burge
rstee en Wethouders dezer gemeente
GUADELOUPE.
ALGEMEEN OYER ZICHT.
6 Augustus '97.
De Kamer van afgevaardigden in België
heeft bij de behandeling van de suikerwet
een amendement aangenomen, waarbij op
buitenlandsche beetwortelen een invoer recht
wordt gelegd van 1 franc per ICO 3 kilo met
ingang van 1 Juli 1898. Ten slotte is het
geheele ontwerp, waarbij ook het invoer
recht op thee wordt afgeschaft, met 97
tegen 17 stemmen aangenomen.
Voorts heeft de Kamer een wetsontwerp
aangenomen, waarbij de Regeering ge
machtigd wordt het geschil over de ver
wijdering van een lid van het Engelsch
Lagerhuis, Ben Tillett, van het Belgisch
grondgebied ran een scheidsrechterlijke uit
spraak te onderwerpen.
Nadat vervolgens nog de aanvufiingsbe-
grooting behandeld was, werd de zitting
gesloten.
Er zijn thans te Brussel een reeks be
richten aangekomen over den opstand van
het Nijlleger van den Congostaat. Deze ex
peditie marcheerde van het Station aan de
watervallen langs de oostgrens van den
Congostaat naar Ludo. De voorhoede van
drieduizend man, onder bevel van kapitein
Leroi, bestaat uit Massyema's en andere in
landers. Den 14 Februari toen reeds de
waterscheiding tusschen Congo en den Nijl
was bereikt, brak de opstand uit. De sol
daten van de achterhoede gaven het teek en,
de officieren Tugon en Adrianne werden
eerst vermooid, daarna de overige Belgen
van welke er slechts vier ontkwamen.
De oorzaken van het oproer waren velerlei.
De geheele colonne had zwaar geleden door
gebrek aan levensmiddelen, het land dat zij
hadden doorreisd was vijandelijk, de levens
middelen moesten met geweld van de inlan
ders weggenomen worden de marsch zelf
was zeer moeilijk. De tucht verslapte voort
durend, de moraliteit zonk tot een steeds
2)
p ^Veldra stonden wij onder de hooge
.yreneën, en trokken door zijwegen naar
Vesting Gerona. De strengste bevelen
aren gegeven, dat niemand zijn vaandel
i °cht verlaten, maar ;eder bij den grooten
i:.5®P moest blijver. Wij zagen de noodza-
van dit bevel al spoedig in; want
a76r, dia zich slechts op zeer geringen
'stand van de schaar verwijderde, werd
voor altijd vermist, of vermoord aan den
gevonden. In lange dagreizen kwamen
I 'J te Barcelona aan. Maar hoe waren wij
,>eur gesteld in de voorspiegelingen, welke
lJ ons van Spanje gemaakt hadden! Nie
mand durfde alleen in de stad te gaan, uit
Ms, dat op iederen hoek der straat een
lager peil. Toen de kapitein Leroi die niet
eens de taal der soldaten kent, tot bevording
der zedelijkheid maatregelen nam, gaf dit
aanleiding tot den opstand. Het Nijlleger
spatte uiteen en thans heeft de Congo-staat
een bloedigen strijd te strijden tegen de
goed geoefende en goed gewapende muiters.
De Bond van machinefabrikanten in
Engeland heeft een lang manifest uitge
vaardigd, dat betrekking heeft op de werk
staking. Daarin wordt verklaard, dat ver
mindering van den werktijd van 54 uur per
week op 48 uur een aanzienlijk verlies ten
gevolge zal hebben. Zes weken zouden
daardoor per jaar verloren gaan, hetgeen
voor een fabrikant, die nu 1000 pond per
week betaalt, zou beteekenen een verlies
van 6000 pond per jarr.
Verder wordt gewezen op het verschil in
loon tusschen Hamburg en Londen. In de
eerste stad wordt betaald 24 shilling voor
59£ uur, in Londen 38 shilling voor 54 uur.
In het Engelsche Lagerhuis deelde gis
teren de heer Goschen mede, dat de admi-
als besloten hebben, de Turksche oorlog
schepen r;et in de baai ven Cand'a te
dulden.
De Porte is met dit besluit in kennis
gesteld.
Het internationaal eskader bevindt zich
onder stoom, nadat bericht was ontvangen
omtrent de aankomst van het Turksche
eskader te Smirna. De troepen, die zich op
Creta bevinden, hebben alle maatregelen
genomen ter voorkoming van rustverstoring.
De te Londen vertoevende Amerikaansche
commissie voor internationale bespreking
der muntkwestie zal in de volgende week
een laatste bijeenkomst houden met lord
Salisbury, waarna zij achtereenvolgens naar
Brussel en St. Petersburg zal vertrekken
zoo tenminste Salisbury's antwoord niet al te
ontmoedigend is en er uitzicht blijft op het
tot stand komen eener internationale munt-
conferentie te Washington in den aan
staanden herfst.
weigeslepen dolk op hen wachtte. De plaats
onzer bestemming was echter niet Barce
lona wij moesten voort naar Saragossa,
tot versterking eener aldaar staande afdee-
ling des legers. Wij rukten derhalve door
het gebergte voorwaarts en bevonden ons
in den omtrek van Monserrate.
Wij vonden eene heerlijke rustplaats in
een wel is wear onaanzienlijk, rorar zeer
schoon gelegen dorpje. Onder aan den
stroom, die uit een d:cht woud bruiste,
lagen de boerenwoningen schilderachtig om
eenen hoevel versoreid, op welken een
kasteeltje prijkte. Een Fransch officier en
ik zochten in het laatste ons kwartierwij
verdeelden onze manschappen onder de
boeren in het dorp, en hielden hen zoo
veel mogelijk in de beste krijgstucht.
Het kasteel werd door eene jonge dame
bewoond, die zich ann ons als de meesteres
des huizes onder den naam van gravin
Aurelia deed kennen, en ons ter tafel noo-
digde. De dame groette ons in goed Fransch
dus konden wij na langdurige ontbering,
toch eens weer een aangenaam onderhoud
verwachten. Ik kon toen reeds Spaansch
genoeg om van den hofmeester op mijne
vragen te vernemen, dat de Sennora sedert
een jaar weduwe was, daar zij haren man
door eenen geweldigen dood had verloren
de graaf was als guerilla in den strijd ge
vallen. Nadat wij onze kleeding eenigzins
in orde gebracht hadden, begaven wij ons
naar de eetzaal. Donna Aurelia ontving ons
beiden onder eene zeer vriendelijke en
beleefde toespraak. Aan den disch gezeten,
maakte zij het teeken des kruises en ver
richtte haar gebed. Ik zat in eene eerbiedige
houding, terwijl mijn kameraad de biddende
dame heimelijk uitlachte, de schoeders op
haalde en ons beide spottend aankeek. Wij
konden aan tafel niet stom blijven; ik
trachtte het gesprek op de gebeurtenissen
van den dag te leiden dit zou mij gelukt
zijn, indien niet mijn ongelukkige makker mij
telkens den voet hadde dwars gezet. Deze,
ofschoon hij zich overigens zeer aangenaam
wist voor te doen, was nu eenmaal een
Franschman, en een Franschman van dien tijd
had het zich in 't hoofd gezet, hij moest de
geheele wereld, en bijgevolg ook het schoone
hoofdje van Donna Aurelia op het schitterendst
verlichten. Maar zijne verlichting bestond
in niets anders, dan in alles wat een vroom
geloof heet te bespotten, en al wat heilig
is als dwaasheid uit te krijten. Hij dreef
Telegrammen uit Alaska melden, dat de
Canadeesche politie begonnen is met Ameri
kaansche gelukzoekers die zich naar de
goudmijnen van Klondyke willen begeven,
aan de grenzen tegen te houden, omdat
voor hongersnood onder de mijnwerkers
wordt gevreesd, zoodra het seizoen gevor
derd is. Duizend 'gelukzoekers zitten
reeds te Lynn aan het begin van het kanaal,
met een hoop waren de gelegenheid om
die vervoeren of te wachten. Toch worden
overal in Amerika expedities van gelukzoekers
voor de goudvelden van Klondyke georga
niseerd.
De reis van keizer Wilhelm, naar Rus
land, die niet alleen als tegenbezoek aan
den Czaar geldt, maar ook de maritieme
grootheid van Duitschland den Russen moet
verkondigen, zal weldra tot het hoofddoel
genaderd zijn. Zaterdag zal keizer Wilhelm
het vooruitgezonden eskader bij Kroonstad
inhalen. De oude kanselier Von Hohenlohe
maakt de zeereis niet mede en is reeds
eergisteren over land, ven Berlijn naar St.
Petersburg vertrokken.
Er loopen te Berlijn voortdurend weder
allerlei geruchten over ministerieele crisis
sen, maar de officieuze pers zegt, dat zij
allen grond missen, en in ieder geval zal
de terugkomst des Keizers moeten worden
afgewacht. Intusschen bericht toch de
Reichsanzeiger al vast de benoeming van
den oud-minister Köller tot opperpresident
van Sleeswijk-Holstein.
De Beiersche minister van eeredienst,
ridder Von Landmann, heeft aan den bis
schop van Spiers een dwazen brief geschre
ven, waarin hij verzoekt dat voortaan de
bisschoppen bij den overgang van prote
stanten tot de katholieke Kerk niet al te
streng zullen wezen] met den wederdoop
Natuurlijk hebben de bisschoppen aan deze
geleerde Excellentie een leerzaam protest
moeten beteekenen.
De wijze waarop Griekenland de oorlogs
schatting zal betalen, is thans het onder-
zijne ellendige uitvallen zoo ver, dat de
beangstigde vrouw de tranen in de oogen
parelden, en ik den spotter moest verzoe
ken en later moest bevelen een einde te
maken aan zijn zin- en zouteloos gesnap.
Het kwam zoo ver tusschen ons, dat, naar
het gewone begrip der zoogenaamde krijgs
manseer, een tweegevecht onvermijdelijk
was geworden. Mijn makker zweeg nu,
zoodat ik den tijd had, om door andere
gesprekken den onaangenamen indruk van
het vorige eenigermate uit te wisschen. Na
een lang en vriendelijk onderhoud, en nadat
de Franschman zich reeds sedert eenen
geruimen tijd verwijderd had, nam ik af
scheid vnn de vrome Aurelia, en zocht
mijnen makker op, die thans echter mijne
tegenpartij was.
Onze eer verbood ons, terstond te vech
ten, daar toch onze officiersplichten ons de
meeste zorg voor onze kleine schaar op
legden; zoodra wij echter bij het leger
zouden zijn aangekomen, zou de degen onzen
twist beslissen.
{Wordt vervolgd.)
NIEUWE SCHIEDAM COURANT
- 0.05
WETHOUDERS VAN
EN
tv'
,V(, ORDEMEESTER EN WETHOUDERS VAN
VAN