Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
20ste Jaar«r.
Woensdag 22 September 1897
No. 5900.
^Suxeau "jJöofersfraaf 50.
ÜE HOFNARRIN.
Gemeen overzicht.
Ne
Feuilleton.
Stads- en Gewestelijk Nieuws.
PRIJS TAN DIT BLAD:
^°°r Schiedam per 3 maanden
Eranco per post door geheel Nederland 1
Afzonderlijke Nommers 1 1 i I 0.05
1.50
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regels I ƒ0.60
Elke gewone regel meer-0.10
Voor herhaalde plaasing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
Vo°rloopig vredesverdrag tusschen
Ofla en Griekenland is Zaterdag-middag
%rd'6r Uur geteekend. Volgens geloof-
ge ^lichtingen omvat de strategische
S jf '®n8 ten gunste van Turkije het
d6 °6,ts°'hani, van waar de aanhangers
allg J'-thnilti Eteria hun invallen deden
V°gten om Zurkos, Koetsoneron, Kriari,
4 6n G°daman en alle hoogten om
'f ha!"' Turken maken ook aanspraak
21 September '97.
di
h<
'en
et
dor
p Nezeros en het meertje van
daarover zal beslist worden ter
>orj als de grensregeling onveranderd
Dg Vastgesteld.
Populariteit van president Faure in
'"'Jk is door den gelukkigen afloop der
>he
■iet
reis niet weinig gestegen.
Comité van handelslieden en indus-
dat president Faure bij zijn terug-
bfttyi "it Rusland zoo luisterrijk te Parijs
heeft besloten het overschot der
\t °e opgebrachte bijdragen te besteden
e®h geschenk aan den President be-
6 in een zilver tatelservies. Tevens
de g6rn op 28 dezer een groot bauket in
W e"rs te Parijs worden aangeboden,
hj|j alle Kamers vanKoophandel inFrank-
«t, .2"'len deelnemen, en alle handelslieden
d».i Ustrieelen die zich aanmelden, zullen
ÏS»n.
l gerucht wil dat Faure een bezoek
r®hgen aan de kolonie Algerië.
ill j. Vefwachte wijziging van het ministerie
heeft reeds plaats gehad. Officieel
d6tl 1 'hans medegedeeld, dat in plaats van
8estorven minister Costa, de minister
hijr°"derwijs Gianturco benoemd is tot
^ter van justitie. Aan het hoofd van
C0(j. ePart6ment van onderwijs komt graaf
^>chi te staan, die koninklijk commis
si °P Sicilië geweest is en over wiens
op dat moeilijk te besturen eiland
öOeds is gezegd
0rn<Mtisch tafereel uit de geschiedenis
der XV eeuw.
15)
alles is ijdel, mevrouw, sprak
M ,st'aans, zij hebben ons geheim maar
?!i l6 wel ontdekt. Binnen een uur zullen
zijn, en men zal het schavot van
*^te6t Gn ^mhercourt voor mij weder op-
Eer ik zulks toelaat, hernam Maria,
W1* het volk van mijne stad Gent te
4^0 roepen.
het volk niet in de handen ge-
toen het de hoofden uwer gunste-
zag vallen
W Helaaszeide de hertogin, eenen diepen
la*. slakende, waarom moet gij mijne
,e hoop vernietigen? Waarom laat gij
Naar uit Rome aan de Pol. Korr. ge
meld wordt, zal de Italiaansche marine
weldra versterkt worden met vier groote
oorlogsschepen en een aantal kruisers.
Volgens de Polit. Korr. heelt de Abes-
sinische ras Mangasja onlangs aan een paar
Italiaansche officieren die naar Tigre
waren gezonden om het stoflelijk overschot
van majoor Teselli, den held van Amba
Aladsji, naar het Vaderland over te bren
gen een bondgenootschap voorgesteld
tegen den negus MenelikMaar het blad
voegt er bij, dat de Italiaansche regeering
het voorstel categorisch heeft afgewezen
en noch naar uitbreiding van Erythrea streeft
noch naar partijkiezing in de verdeeldheden
der Abyssinische stammen.
De heer John Morley, gewezen minister
van Ierland en een der leiders van de libe
rale partij in Engeland, gaat een reeks
politieke redevoeringen houden in Schotland.
De Londensche correspondent van den
Manchester Guardian verzekert, dat hij in
den loop dezer redevoeringen een belang
rijke mededeeling zal doen omtrent de
Britsche parlementaire commissie van onder
zoek naar den inval van dr. Jameson in de
Zuid-Afrikaansche republiek en de regeerings-
daden van de Britsche Zuid-Afrikaansche
Maatschappij of Chartered Company en
omtrent het rapport van die Commissie.
De Madridsche correspondent der lndé-
pendance beige beweert, dat de Amerikaan-
sche gezant van Spanje een zeer hoogen
toon heeft gevoerd tegenover den minister
van buitenlandsche zaken.
Wanneer de Cubaansche opstand niet voor
het einde van October onderdrukt is, zal,
heeft de gezant gezegd, Amerika de vrijheid
r.emen, die maatregelen toe te passen, welke
zij gewenscht acht voor het herstel der rust
op het eiland.
Naar de Times uit de hoofdstad der
Kaapkolonie verneemt, heeft Gordon Sprigg
in een redevoering die hij gehouden heeft
bij de prijsuitdeeling van een schietwedstrijd
mij in het verschiet een ongeluk zien, dat
ik wil vermijden Heb toch meer vertrou
wen op Gods goedheid, die ons zal be
schermen. Dezen nacht nog, Chris tiaans,
zult gij vertrekken. Deze scheiding bedroeft
mij even zoo zeer als u, maar zij is nood
zakelijk. Gij neemt met u den eed, dien
ik u doe, dat ik niet één der mannen,
die mij zullen worden aangeboden, tot ge
maal zal nemen. Mijne genegenheid voor u
zal mij de kracht geven, om zelfs aan het
geweld weerstand te bieden. Binnen weinige
maanden ben ik meerderjarigik zal mijne
rechten eischen, en gij zult uwen keizer
Frederik III verzoeken, mij daarin te willen
handhaven! Ziedaar het plan, dat ik ont
worpen heb voor ons beider geluk. Zeg,
vindt gij het niet goed?
De levendigste vreugde schitterde op
het gelaat van Christiaans. Men zou gezegd
hebben, dat een enkel woord van deze
koninklijke toovenaarster hem al de gevaren,
die hem omringden, deden vergeten. Hij
droomde slechts van de toekomst, welke
Maria hem zoo heerlijk had voorgespiegeld.
De groote schatten, die hem ten deel zouden
vallen, schenen bij zijne vreugde niet in
aanmerking te komen, zoo zeer kenmerkten
te Wimbledon, gezegd, dat er in Zuid-Afrika
verscheiden nationaliteiten waren, maar dat
hij hoopte dat zij nooit gelegenheid zouden
krijgen om op elkaar te schieten. Spreker
moet volstrekt tegenspreken, dat een land
dat zesduizend mijlen ver weg is, Zuid-Afrika
in oorlog zou willen brengen. Hij kon dat,
zeide hij, na zijn gesprekken met leden van
het Engelsche kabinet, die zich geen van
allen oorlogszuchtig hadden uitgelaten, maar
het ernstig verlangen te kennen hadden
gegeven, met de regeeringen van Zuid-Afrika
mee te werken om den vrede te handhaven.
Maar de Engelsche regeering was echter,
gelijk de Kaapkolonie, tevens vast besloten
om de suprematie van de Koningin in Zuid-
Afrika te handhaven. Waartoe dan zulke
oorlogstoebereidselen vraagt men. Spreker
antwoordt door de aandacht te vestigen op
de oproerigheid die de inboorlingen in den
laatsten tijd aan den dag leggen. Men moet
nooit vergeten dat in de koloniën slechts
400.000 blanken wonen, tegen anderhalf
mïilioen zwarten.
Het gepeupel van Mexico heeft zich in
zijn opgewondenheid over den aanslag
op president Porfirio Diaz laten verleiden
tot een betreurenswaardig misdrijf. Het
heeft, gewapend met zware balken, de deuren
der gevangenis opengeloopen, den beschon-
kene uit zijn cel gehaald en hem op staan-
den voet eigenmachtig ter dood gebracht.
Dit is de eerste gewelddaad van dien
aard, die in Mexico gepleegd wordt en zij
is te meer betreurenswaardig, omdat de
aanslag niets te beteekenen had en de
dronkaard niet ten volle toerekenbaar ge
acht mag worden. De mail was ongewa
pend tegen den president aangeloopen en
had hem een stomp in den rug gegeven,
gelijk hij waarschijnlijk ieder ander zou
gedaan hebben, die hem in den weg was
gekomen.
De gevangenbewaarders waren niet ge
wapend en konden dus aan het gepeupel
geen weerstand bieden.
de edele houding en het voorkomen van
waardigheid en gezag in Christiaans den
man, die geboren scheen, om over anderen
te gebieden. Het sprekende bewijs, dat hij
van Maria's toegenegenheid ontvangen had,
was de eenige gedachte, die geheel zijne
ziel vervulde.
Derhalve, zeide Christiaans, wat er
ook moge gebeuren, ik mag mij vleien
met de hoop, dat geen ander dat hart zal
bezitten, hetwelk gij mij geschonken hebt,
aan mij, die een arm edelman ben zonder
fortuin en zonder titel, aan mij, een zwer
vend kind uit Duitschland, die u niets daar
tegen kan aanbieden dan eene grenzelooze
verkleefdheid en eene onwrikbare trouw.
Ik zweer het u andermaal, hernam
de hertoginhet hangt maar alleen van
den keizer van Duitschland, uwen vorst af,
u eenen titel te geven, om den afstand aan
te vullen, die ons in het oog der wereld
scheidt.
Zal de keizer dit willen doen? vroeg
Christiaans. Heeft hij ook geen plannen,
om uwe hand te verwerven voor zijnen zoon,
den aartshertog Maximiliaan van Oostenrijk
Had uw vader zelfs uwe hand niet aan
dezen toegezegd? En gij zelve, hebt gij
Schiedam, 21 September 1897.
In de laatst gehouden vergadering der
Kamer van Koophandel en Fabrieken alhier
werden voornamelijk ter sprake gebracht
een verzoek van de Vereeniging van Gist-
handelaren alhier om adhaesie aan een adres
door gemelde vereeniging gericht tot den
Minister van Financiën en de reeds meer
malen ter tafel gebrachte kwestie betreffende
de schade welke aan onze havenwerken en
in de haven liggende schepen wordt toege
bracht tengevolge van het snel voorbijvaren
van groote stoombooten.
De eerstgenoemde zaak betrof de schade
waarmede opnieuw onze hoofdindustrie,
thans van uit het Zuiden, wordt bedreigd,
in verband ook met de uitvoerpremiën hier
te lande op den suiker en het stoken van
spiritus uit de melasse der beetwortels.
Na een uitvoerige bespieking van deze
zaak werd door de Kamer eenstemmig be
sloten aan het adres adhaesie te betuigen
en ook zelfstandig de noodige stappen te
doen, teneinde dit dreigend gevaar zoo
mogelijk at te weren.
De discussie over de tweede zaak leidde
tot het nemen van een besluit om by de
Regeering aan te dringen een voorschrift
uit te vaardigen, dat stoomschepen ook onze
haven slechts met eene bepaalde snelheid
mogen voorbij varen.
Ten slotte vermelden wij, dat onder de
ingekomen stukken zich een schrijven van
Burgemeester en Wethouders bevond, waar
in werd medegedeeld, dat door hun College
aan het Rijk vergunning is verleend om
ter Beurze eene gelegenheid te doen maken
tot het per telefoon wisselen van gesprekken
langs de intercommunale en internationale
geleidingen en dat met de noodige werk
zaamheden daarvoor reeds een aanvang is
gemaakt.
Bij den Raad dezer gemeente zijn, zooals
men weet, voor eeniger. tijd ingekomen een
met een brief geschreven, en een
ring gezonden aan den jongen aartshertog
Heiaaszuchtte Maria, het is maar
al te waar. Ik gehoorzaamde toen aan mijnen
vader, en ook kende ik u nog niet. Maar
hoe weet gij dat? Ik meende, dat de kei
zer en de aartshertog alleen dit geheim
kenden.
Christiaans glimlachte bij deze woorden,
en haalde eenen gouden met eenen koste-
lijken diamant bezetten ring te voorschijn,
die hij der hertogin ter hand stelde.
O hemel I riep Maria, hoe is deze
ring in uw bezit gekomen Het is dezelfde,
dien ik op bevel mijns vaders aan den
aartshertog moest zenden.
Luister maar eens, hernam Christiaans
Maximiliaan en ik waren van kindsbeen af
boezemvriendenhij hield geene enkele
gedachte voor mij verborgen; en ik was
zoo zeer aan hem gehecht als de eene
broeder aan den anderen. Toen er sprake
was van zijn huwelijk met u, gaf hij mij
in last, mij heimelijk door eigen oogen te
gaan overtuigen, of de roep over de schoon
heid van haar, die men tot zijne bruid be
stemde, niet overdreven was.
(Wordt vervolgd.)
O