Dao-blad voor Schiedam en Omstreken. 20ste Jaarg Zaterdag 30 October 1807 No. 5933. bureau IJSofersfraaf 50. SLAAP OF DOOD. PRIJS VAN DIT BLAD: Voor Schiedam per 3 maanden Franco per poet door geheel Nederland Afzonderlijke Nummers PRIJS DER ADYERTENTIËN: Van 1—6 regels^.60 Elke gewone regel meer "u-lu Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. OFEICIEELE BERICHTEN. Kennisgeving. Inrichtingen welke gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken. Burgemeester en Wethouders van Schiedam, Gelet op de bepalingen der Hinderwet Geven kennis aan de ingezetenen, dat op heden de navolgende vergunningen zijn verleend lo. aan K. L. en D. Vrijenlioek en hunne rechtverkrijgenden tot oprichting van een Paardenslachterij, op het ert behoorende bij het pand aan den Rotterdamschen dijk °o. 19, kadaster sectie L. no. 1597 2o. aan de Directie van de Stearine- Kaarsenfabriek „Apollo" en hare repht- verkrijgenden. tot uitbreiding dier fabrieK, staande aan den Buitenhavenweg no. t>, kadaster sectie L. no. 1674, met 2 stoom ketels. elk met een verwarmmgsoppervlak »an 100 M3 3o. aan J. W J. van Alphen er. zijne rechtverkrijgenden tot oprichting van een rookerij van vleesch, op den open grond gelegen achter het pand van de Hoogstraat lo. 77, kadaster sectie C. no. 916. Schiedam, den 28^ October 1897. Burgemeester en Wethouders voornoemd, VERSTEEG. De Secretaris, VERNÈDE. ALGEMEEN overzicht. 29 October '97. De Board of Trade in Engeland heelt ïoowei van den patroonsbond als van den Werkliedenbond in het machinevak antwoord ontvangen op zijn voorstel tot bemiddeling. Ritchée, Boyle en Llellewijn Smith hebben de antwoordden overwogen en schijnen "Weinig hoop te hebben, dat de tusschen- komst van den Board aangenomem zal Worden, daar de wijzigingen door beide partijen in de voorloopige schets van eene schikking gemaakt, lijnrecht tegenover el kander staan. De regeering in Frankrijk houdt zich ernstig bezig met de zaken in Afrika. De Liberie en de lemps geven beide veront rustende berichten uit Londen over den staat van zaken in het Nigergebied. Wanneer meldt een correspondent van de Temps, die beweert achter de schermen te kunnen zien, er niet dadelijk van weerskanten maat regelen worden genomen is eene botsing aldaar onvermijdelijk. De Fransch-Engelsche commissie komt nu heden bijeen op een program over welks algemeene lijnen, zegt de Temps, Hanotaux en de Engelsche am bassadeurs het eens zijn geworden. De minister van financiën in Spanje verklaarde gisteren in den ministerraad, dat de geldelijke toestand van het land niet zoo ernstig is als men wel geloott. Aan een lid van het Spaansche ministerie worden de volgende verklaringen toege schreven De algemeene lijnen vooi de hervormingen op Cuba werden door de liberale partij getrokken alvorens zij aan het bewind kwam. Het tegenwoordige ministerie heeft niets te doen dan de bijzon derheden er van uit te werken en vast te stellen. De Cubaansche Kamer zal bestaan uit 60 leden. Er zal 1 afgevaardigde zijn op 40.000 inwoners. De gouverneur-generaal zal uit die Kamerleden 5 kiezen, die het uitvoerend bewind zullen vormen. Een van deze vijf zal president zijnde 4 andere zullen de portefeuilles aanvaarden van bin- nenlandsche zaken, financiën, justitie en openbare werken. De gouverneur-generaal zal het recht van veto hebben. Generaal Weyler heeft der nieuwe regee- ririg zijn steun toegezegd en verklaard, dat hij elke betooging bij zijn vertrek zal ver bieden. De Spaansche minister van financën, aldus deelt de Frankf Zgt. mede, bestudeert nanwgezet den toestand der schatkist en van het openbaar crediet. De oorlog op Cuba kost maandelijks 40 tot 45 millioen pesetas, waarbij dan nog een groot deel der Feulllelon. tractementen van militaire en civiele be ambten achterstallig blijft. De dienst der oude en der nieuwe schuld van Cuba vor deren, evenals de oorlog op de Philippijnen, aanzienlijke bedragen. Zuinig berekend, be- loopen de aan het slot van het begrotings jaar noodzakelijke dekkingen een bedrag van meer dan 400 millioen. De Bank van Spanje zal binnen enkele dagen een nieuw voorschot van 50 millioen voor den kolonialen dienst verleenen. De minister acht een nieuwe groote leening noodzakelijk. De Reichsanzeiger, het officieele orgaan der rijksregeering in Duitscliland, behelst het bericht dat de staatssecretaris van buitenlandsche zaken, baron Marschall von Bieberstein, ontslagen is uit zijne tegen woordige betrokking, teneinde tot een ande ren post te worden geroepen en dat Von Biilow ontslagen is als gezant te Rome, en benoemd tot staatssecretaris van buiten landsche zaken. Baron Marscball von Bieber stein is tegelijkertijd, met behoud van titel „n rang als staatsminister, ontslagen als lid van° het staatsministerie en Von Bülow benoemd tot staatsminister en lid van het Staatsministerie. De Kamer van afgevaardigden in Oosten rijk hield gisteren een zeer bewogen zitting. De Duitsche Volkspartij en de Duitsch-vrij- zinnige partij protesteerden tegen de be sluiten door de meerderheid genomen inde vergadering van eergisteren. Die besluiten beschreven zij als in strijd met het regie- ment van orde en de constitutie. De Duitsche oppositie-geest tegen de Oostenrijksche regeering wordt steeds sterker en zou volgens een moeilijk te ge- looven bericht, r.u ook door keizer Wilhelm worden aangewakkerd, op gevaar af van de triple alliantie en misschien zelfs den vrede te schaden. De Duitsehers spoken nu ook tegen de Hongaren, die tegen hen voor de keizerlijke regeering partij trekken. Van het aftreden van dr. Kathrein als voorzitter der Oostenrijksche Kamer geeft 9) VI. Er waren nog twee maal vier en twintig Uren verloopen. De muziek en dans, het klinken en ledigen der glazen, het gejuich en gejoel, dit alles had op Falkenstein op gehouden de menigvuldige lichten had den uitgeschenen, de vrolijke gasten waren allen vertrokken, en de vroegere, onzekere stilte was wedergekeerd. Men hoorde nu alleeD het eentoonige geruisch der winden in de hooge olmen, welke van alle zijden de oude muren beschaduwden, en zich in de verte als een dicht bolwerk vertoonden. Maar in eene der kamers van het kasteel brandden nog weinige kaarsen, en gingen de bedienden angstig en haastig af en aan. Hier zat namelijk de graaf van 1' alkenstein, met doodsbleeke gelaatstrekken, wijd open gespalkte oogen en te berge gerezene haren. Deze mensch vertoonde eer, vreese- lijk gezicht. Zijn tegenzin om m te slapen was, bij de voortdurende geweldige inspan ning der zenuwen, thans werkelijk een idee fixe geworden. Nu vijf dagen achtereen had de graat alle bedenkelijke middelen te baat genomen, om niet in te slapen. Nacht op nacht had hij altijd tot meer hevige middelen zijne toevlucht moeten r.emen, en eindelijk was hij zoo ver gekomen, dat een bediende voortdurend bij hem de wacht moest houden, die den strengen last had, om, zoodra zich een oog van den graaf sloot, met eene gloeiende tang den ontblooten arm van den ongelukkige te knijpen, ten einde den slaapdronkene te wekken. Weder brak een akelige nacht aan. Waren de dagen verschrikkelijk, de nachten waren het des te meer. Op den dag onder steunde de schittering van het zonlicht eenigszins den slapeloozen toestand. Meei dan eens was de met de gloeiende tang gewapende bediende in de noodzakelijkheid gebracht geworden, het zoo pijnlijk bevel ten uitvoer te leggen; de arm des vaders- kwellers telde reeds vele smartelijke brand wonden. Ofschoon alle gevoel scheen ge- men als reden dat die even eerlijke als godsdienstige Tilorer weigerde de hand te lichten met het reglement. Indien dit be- teekent, dat de keizerlijke regeering als de tegenstand niet verandert, eindelijk tot een een soort van staat van beleg zal moeten overgaan, om de orde te handhaven, behoeft de weigering van dr. Kathrein om daarin de behulpzame hand te bieden, nu juist niet zoo bijzonder lofwaardig te worden geacht. De nadere vredesonderhandelingen in de hoofdstad van Turkije vorderen langzaam, Men heeft besloten eene commissie te be noemen van 3 Turksche en 3 Grieksche leden, voor het vaststellen der door Grie kenland te betalen vergoeding aan parti culieren, die verliezen geleden hebben door het toedoen van de Grieksche troepen. De Porte heeft aan de Mogendheden verklaard, dat zij kolonel Schalier niet als gouverneur, ook niet als tijdelijk gouver neur, want dat zou de kolonel eerst worden, wil en zal erkennen. De gouverneur moet Turksch onderdaan zijn. De Neue Freie Pres se deelt nog verdere eischen van de Porte mede. Behalve het onlangs medegedeelde komt er nog bij dat de rechtspraak in naam van den Sultan moet geschieden en alle Cretenzer-handelsschepen de Turksche vlag moeten voeren. Volgens een telegram uit Weenen hebben de Italiaansche troepen te Kanea tienduizend Gros-geweren in beslag genomen die een Grieksche stoomboot, direct uit de Piraeus komende, trachtte aan land te brengen. Het Gros-geweer is het geweer in gebruik bij het Grieksche leger en men meent dus, dat het legerbestuur van deze zending moet hebben geweten. De oppositie tegen de koninklijke familie in Griekenland schijnt na den ongunstigen uitslag van den oorlog steeds grooter te worden. Men heeft ontdekt, dat tijdens den oorlog de torpedo's van de vloot geen slaghoedjes hadden, zoodat zij niet konden ontploffen. Twee officieren zullen voor den weken te zijn, de bediende moest evenwel voortgaan, op meerdere plaatsen het mar teltuig aan te wenden, wat de afgematte oogleden sloten zich gedurig weder. De o-raaf welke het afnemen van het gevoel in den reeds halfverwonden arm bemerkte, en met recht vreesde, dat dezelve geheel zoude verwoest worden, bood nu den anderen arm aan. De bediende trad naar de rechter zijde, en het ontzettende schouwspel ving opnieuw aan. Nauwelijks waren de kwellende urer, van den nacht slepende voorbijgegaan, of reeds was de rechterarm gelijk aan den linker. Doch het gevoel was dermate ge weken, dat de graaf, trots de smartelijke brandwonden, toch dreigde in te slapen. Nu ontblootte de ongelukkige met eene kalmte, een held der oude tijden waardig, den linkervoet, en gebood zijnen pijmger, om dit lichaamsdeel op dezeltde wijze te behandelen als zijne armen. De knecht ge hoorzaamde, zonder eemg blijk van mede lijden te geven, want de graaf was bij zijr.e bedienden, om zijne barbaarsche wreedheid, niet bemindvelen haakten zelfs naar het oogenblik, dat, niettegenstaande de vreeselijke folteringen, Falkensteins vast voornemen vernietigd mocht worden, en hij in slaap zoude vallenvelen wenschten en hoopten zijnen dood, en ieder had in dit geval zijne maatregelen genomen. Maar één°eenige onder de dienaren, een jeugdige jager, kon zich bij het martelen van den graaf van medelijden niet onthouden. Hij verbat alle onrecht, door zijnen gebieder hem aangedaan. Hij sloop stil uit het kas teel, en snelde met haastige schreden naar de 'woning van den edelen Cornelius. Hier schilderde hij met levendige kleuren de laatste vijf dagen op Falkenstein, van af de schitterende feesten tot op den laatsten toestand van zijnen heer. Met ontzetting had de geneesheer dit verhaal aangehoord, doch bedacht zich te gelijk, wat hem thans te doen stondhij wing naar zijne apotheek, stak heimelijk een" flesehje bij zich, en snelde zonder ver wijl naar des graven slot. Zoodra hij in de kamer wilde treden, waarin Falkenstein zich bevond, trachtte een der bedienden hem zulks te beletten de geneesheer gebood hem echter met zulk eenen ernst en waardigheid, dat deze be schaamd de deur ontsloot en hem den toegang verleende. {Wordt vervolgd.) f - -

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1897 | | pagina 1