Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
eerste blad.
20ste Jaarg.
Zondag 12 December 1897.
No. 5969.
■^Sutreau ^Sofersfraaf 50.
i
Schrijf-, Bran ei SctaltaMei, Leer-
Bi Leesioeten, Atlassen, enz.
lets nit let Iniselijt leven tan Mens.
officieele berichten.
ei
PRIJS VAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maandenf 1.50
Franco Der Dost door geheel Nederland - 2.
Afzonderlijke Nummers - 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—6 regelsƒ0.60
Elke gewone regel meer-0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
Burgemeester en Wethouders van
„MöEdam zijn voornemens op Donderdag
December 1897, des namiddags 2 uur
levering aan te besteden van de voor
1898— 19(j0 voor de gemeente benoodigde
De voorwaarden liggen ter inzage ter
plieente-secretarie, alwaar de gesloten
Ipchrijvingsbiljetten op den dag der aan-
,®steding vóór 's middags 12 uur moeten
'JR ingeleverd.
Welk eene wereld van gedachten omvat-
de twee woorden, die we boven dit
°p5tel plaatsen 1 Drukt het eerste bederf
het tweede beteekent genezing, herstel,
°Pbouw. Verdrukte het Heidendom den
'tamelijke zwakke, het Christendom hielp
steunde. Was de toestand der vrouw
I11 het Heidendom een beklagenswaardige,
M het Christendom heeft de vrouw de
P'aats verkregen, die haar toekomt. Was
arme in het Heidendom een voorwerp
Mn afschuw, in het Christendom is hij de
Medebroeder des rijken geworden.
Voor de Grieken en Romeinen, de mannen,
°P wier «beschaving" de moderne heiden
negentiende eeuw met jalouzie neerziet,
^as armoede een ongehoorde misdaad, in
^elke de uiterste vernedering en verachting
^as gelegen. Wie zich de middelen voor
2Ün bestaan niet verschaffen kan aldus
uitspraak dier «beschaafde" lieden,
heeft geen reden van bestaan. De wijsgeer
Blato leerde«Onverstandig zou voorzeker
een geneesheer handelen, wanneer hij den
hehoeftigen zieke, aan wien hij de geheele
geschiktheid om te werken niet kan terug-
Feuilleton.
1620.
18)
Drie dagen daarna vertrok Rubenstoen
hij de muren van Antwerpen achter den
Mg had, ontwaarde hij in zijn hart eene
deugde, als die van een ontslagen gevan
gene hij ademde ruimer, nu hij van eenen
Jpt van gedwongenheid en verveling ont
heven was. Hij zal dan nu het rijke, grootsche
hof van Spanje terug zien, Madrid en het
DscuriaalHij zal in dat tooverachtig land
*ijne smaakvolle levenswijze hervatten,
Grenades, brasserijen, en daar zal geen
hfyang wezenwant hij heeft dat leven
immers reeds vroeger geleid, het was nu
paalf jaren geleden, O, wat doen zulke
herinneringen goed 1 Wat streelt zulk eene
hoop 1....
geven, in het leven trachtte te houden."
En een andere wijsgeer zegt«Slechte ver
diensten verwerft zich degene, die eenen
bedelaar te eten en te drinken geeft
immers hetgeen hij weggeeft, is hij kwijt,
en hij verlengt het leven van den ander
voor de ellende."
»Die werkelijk wijs wil zijn schreef
Seneca moet medelijden vermijden."
Zelfs Virgilius, die voor de edelste Romein
van zijnen tijd gehouden wordt, rekende
het tot een voorrecht van een wijze, dat
hij nooit erbarming had met een noodlij
dende. Het was bij de «beschaafde" heidenen
stoïcijnsche levenswijsheid, dat een voorname
Romein, als hij van een welvoorzienen
vriendendisch huiswaarts keerde, koud en
ongevoelig de uitgehongerde bedelaars voor
bijging. En het oude Rome alleen bezat
300.000 a 400.000 dezer ongelukkigen, die
van alle hulp verstoken, het veege lichaam
met moeite voortsleepten.
Hoe geheel anders werd der armen toe
stand toen de «Verwachte der volkeren"
kwam, toen Jesus zich met ons vleesch
omkleedde en arm werd met de armen,
neen armer dan de armste, door zijne Ge
boorte in eenen beestenstal. Hij, de Zoon
des Eeuwigen Vaders, wilde arm zijn, om
de armoede te heiligen. Wie werden het
eerst tot de kribbe van Bethlehem geroepen
Niet de rijken, de machtigen dezer aarde,
maar arme herders, die de nachtwake hielden
bij hunne kudde. Door wie zag de Zalig
maker, bij zijne omwandeling op aarde, zich
het liefst omringd? Niet door hen, die rijk
waren aan tijdelijke goederen, maar door
de armen naar de wereldzij werden rijk
in God. Als de scharen, die Jesus volgden,
door den honger werden gekweld, zond Hij
hen niet weg, maar Hij sprak«Ik heb
medelijden met de scharen," en Hij spij
zigde hen.
En op het voorbeeld van haren Goddelijken
Stichter heeft de Katholieke Kerk van den
eersten tijd van haar bestaan, zich het lot
Te Madrid, den volgenden dag na zijne
aankomst, toen hij van een stierengevecht
naar huis kwam, waar alle aanschouwers
eenparig waren opgestaan, om den grooten
Vlaamschen schilder hunne hulde te brengen,
ontving hij het volgende briefje
«Peter, ik wenschte u voor mijnen dood
nog eenmaal te zien, ik wenschte u te
spreken over onze kinderen. Ik ben den
dood nabij."
«Elisabeth."
Hij vertrok terstond, maar hij kwam te
laat, zoo als wij weten. De dood van Elisa
beth bedroefde Rubens in de hoogste mate
maar de arbeid, de roem en de velerlei
verstrooiingen, waarmede hij zich onop
houdelijk omringd zag, hadden spoedig de
wond zijns harten genezendaarbij kwam
nog, dat Elisabeth de laatste jaren nagenoeg
afgescheiden van haren echtgenoot had
doorgebracht, zoo dat zij bijna geene ledige
plaats overliet.
Zoo dat op zekeren dag, toen Rubens uit
het huis van Helena Froment kwam, hij
zich verrast gevoelde, terwijl hij aan dat
meisje dacht, die met zoo veel kennis en
geestdrift over kunsten en wetenschappen
wist te spreken. Helena begreep van hare
van de kleinen, de geringen, de armen dezer
aarde aangetrokkenheeft zij den rijken
geleerd, dat de tijdelijke goederen den
mensch slechts ia zooverre toehooren, dat hij,
de mensch, er enkel het rentmeesterschap
over voeren mag dat God, de Gever van
alles, er de absolute eigenaar van is, en
dat iedereen eenmaal rekening en verant
woording zal moeten afleggen, op welke
wijze en met welke doeleinden hij zijne
leengoederen heeft beheerd en aangewend.
De groote kerkleeraar, Sint Thomas van
Aqnino, zegt«De mensch mag de uiterlijke
dingen niet als zijn eigendom beschouwen
en behandelen, maar als gemeengoed, in-
zooverre als hij er zich gemakkelijk toe
leent, die dingen aan de noodlijdenden af
te staan."
En zoo zien we reeds deze leer van den aan
vang onzer christelijke tijdrekening af door
de volgelingen van Christus in beoefening
gebracht. «Komt allen tot Mij zoo zeide
de Kerk reeds voor bijna negentien eeuwen,
die belast en beladen zijt, ik zal u verkwik
ken, ik zal uwen last lichter maken." Ja,
ten tijde der eerste Christenen was de
onderlinge broederlijke liefde zoo groot, zoo
veelomvattend, dat de rijken al wat zij
bezaten aan de voeten der apostelen legden,
zoodat er lezen wij in de Handelingen
der apostelen onder de eerste christenen
geen arme was.
En die broederlijke liefde is in de Katho
lieke Kerk niet verflauwd. Als een liefde
volle moeder heeft de Katholieke Kerk, om
den stoffelijken nood der ongelukkigen,
onverschillig van welken aard, te lenigen,
aan een aantal religieuze congregaties en
kloosterorden het aanzijn gegeven. In de
Middeleeuwen die eeuwen door de vijan
den van Christus' Kerk zoo vaak als ruw,
onmenschelijk geschilderd werd er meer
voor den arme, den zieke, den invalide
gedaan dan in onze eeuw, die zich zoo gaarne
de verlichte ook op het gebied van armen
zorg noemt. Het was protessor Moll, de
zijde, welken indruk zij door haar verstand
en hare schoonheid op Rubens gemaakt had,
en zij wist beurteling met veel behendigheid
de ijdelheid, de jaloerschheid en de ver
beelding des kunstenaars zoodanig te streelen,
dat deze weldra geen ander ontwerp meer
koesterde, dan om de echtgenoot van Helena
Froment te worden.
Er was echter nog een persoon, die hem,
ofschoon schijnbaar zeer zwak, hinderde en
een struikelblok in den weg legde, hetwelk
hem toch zeer moeiielijk viel weg te rui
men deze persoon was Gudula, de boezem
vriendin van Elisabeth Gudula, die een
voor een de tranen van de arme Elisabeth
had afgedroogd Gudula, die de pleegmoeder
was geworden van de twee weezen van
Elisabeth«Wat scheelt mij deze vrouw,
zeide hij bij zich zeiven, welk gezag heeft
zij over mij? Wat deert mij hare goed- of
afkeuring?" En nochtans al was hij tien
malen bij haar, om met haar over zijn
huwelijksplan te spreken, zweeg hij dood
stil en voelde hij zich den blos op het
voorhoofd en de wroeging in het hart
sluipen. Nochtans op den feestdag van Sint-
Nicolaas overwon hij zijne beschroomdheid,
zoo als wij gezien hebben, en van dien dag
geleerde kenner der Kerkgeschiedenis, die
dit schoon getuigenis heeft neergeschreven.
De Katholieke Kerk, en zij alleen, heeft
de armenzorg, de zorg voor de «armen
Christi", ter hand genomen en den scheids
muur verbroken, die het Heidendom tusschen
aanzienlijken en geringen had opgetrokken
zij alleen bezit het geheim den arme te
spijzigen, den rijke zijn goud te doen storten,
en dat geheim is de liefde. Zonder liefde,
zonder de christelijke charitas, geen toe
nadering tusschen de klassen der maat
schappij, maar liefdeloosheid aan den eenen,
haat en nijd aan den anderen kant, zooals
het Heidendom te aanschouwen gaf.
ALGEMEEN OVERZICHT.
11 December '97.
De Rijksdag in Duitscliland begon gis
teren de eerste lezing der rijksbegrooting.
De Staatssecretaris Thielmann gat een
overzicht van het budgetjaar 1896, daarna
van de begrooting van 1897, welke een
overschot van 20 millioen oplevert. De
douanerechten en tabaksbelasting kunnen
bovendien 70 millioen boven de raming
opbrengen, waarvan 32 millioen tot schuld
delging gebruikt wordt. De onderhandelingen
over opheffing der suikerpremiën zijn op het
doode punt gekomen, maar het nieuwe
Amerikaansch tariet zal hierin misschien
weer levendigheid brengen. Het binnen-
landsche suikerverbuik is iets vermeerderd
de Duitsche suikerindustrie zal echter steeds
voor export moeten blijven werken. Thiel
mann behandelde daarna verscheidene posten
van de begrooting voor 1898. Het totaal
der begrooting van buitengewone uitgaven
blijft 34 millioen beneden die van dat jaar.
De spreker verzocht als nieuweling den
Rijksdag om een welwillende critiek. Heden
voortzetting.
Zooals te verwachten was, heeft de Kamer
van landbouw der geheele provincie Bran
denburg zich met groote meerderheid tegen
af trachtte hij zijn gevormd plan met
spoed door te zetten hij vermeed de tegen
woordigheid van Gudula, en bezocht zijne
kinderen slechts ter sluiks.
Om te zeggen, wat Gudula hieronder
leed, daartoe is de spraak der menschen
niet in staat; zij zag in het huwelijk van
Rubens niet slechts eene ontheiliging der
nagedachtenis van Elisabeth, maar ook eene
onteering der beide door die ongelukkige
vrouw nagelatene kinderen; want Helena
Froment, even als alle vrouwen, die met
hare schoonheid, verstand of fortuin pronken,
zag zich bloot gegeven aan veel laster,
achterklap en haat, waartoe haar hoog
moedig, trotsch karakter niet zelden de
grootste aanleiding gaf. Men legde hare
onschuldigste handelingen ten kwade uit
en het minste harer woorden werd met
vele bijvoegingen herhaald en euvel geduid.
Oordeelt nu, hoe Gudula over haar dacht,
Gudula, die overigens tegen haar reeds
moest zijn vooringenomenGudula, die haar
de plaats en de kostbaarste nalatenschap van
Elisabeth in bezit zag nemen Gudula, wier
gemoed door zoo vele beproevingen en zoo
veel lijden diep geschokt was.
{Wordt vervolgd.)
E COURANT
niiiiiiii'iiiiniiiiiiini'MiiiiiiMiuinniniiiMnuuminT'miiiiiHiiu'.iiir.iiiiiii