Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
IttsnitteiliMyiilETfflTaiiSüte.
20ste J aars
Zaterdag 18 December 189?.
No. 5974.
bureau ISofersfraaf 50.
?md'
OFFICIEELE berichten.
- 0.05
Politie.
Feuilleton-
NIEUWE SCHIEUAMSCHE COURANT
v.
PRIJS VAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maanden1.50
Franco Der dosi door geheel Nederland - 2.
Afzonderlijke Nummers
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—6 regelsƒ0.60
Elke gewone regel meer-0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
eigenaar van een fox-terrier, dragende
|er' vernikkelden halsband waarop staan de
h'ters G. V. D. V. wordt verzocht zich aan
t» Commissariaat vah politie alhier aan
belden.
den avond van 3 December jl. zijn
rtf>oedelijk door 2 opgeschoten jongens,
y.11 verscheidene huizen de koperen doppen
a de gevelkommen der waterleiding ont-
k i e Commissaris van politie zegt f 5
b °oning toe aan hem, die inlichtingen
j. eR die tot ontdekking der daders van dat
11 leiden.
^EGrEMEE.N overzicht.
17 December '97.
i ^e afreis van prins Heinrich, broeder van
®'zer Wilhelm, naar China is in Duitscldand
groote teit van den dag. De Keizer-
2e|f heeft er voor gezorgd, dat zijn vertrek
"iet heeft plaats gehad zonder een diepen
"^ruk te maken op geheel Duitschland en
Val op de leden van den Rijksdag, die
1 ontwerp der vlootversterking met zeven-
^r'ge begrooting hebben aan te nemen.
Vilhelm was gisteren-ochtend met zijn
Ve zoontje, den 13-jarigen luit. t. z.
Albert, en groot gevolg van hofmaar-
^l'alkenadjudanten-generaal enz. enz.
V Hamburg vertrokken, waar hij het
jj'eUwe raadhuis in oogenschouw nam,
eJfiUneerde en de Beurs bezocht 10.000
Vegenwoordigers van handel en scheep-
Ntt wachtten hem daar op en Wörmann
'®ld een^spraak om daarna zijn reis
te. vervolfen naar Kiel, waar, behalve
broeder Heinrich, ook alle maritieme
^toriteiten, met den vice admiraal Tir-
V en den commandeerenden admiraal
Srr aan het hoofd, tegenwoordig waren.
'lhelm inspecteerde voor alles de beide
Vpen Geffion en Deutschland enkeerde
onder algemeene geestdrift terug naar
1630.
21)
i Rubens zuchtte dieptoen zeide hij zeer
®droefd
Helena, gij zult gehoorzaamd worden,
het mij ook kosten moge.
Een glimlach, waarin de grootste vreugde
d°orstraalde, bezielde eensklaps het gelaat
iah Helena, hetwelk nog geheel door tranen
^®vochtigd was, en zij reikte de hand aan
- Arme Guduladacht Rubensarme
hdula
3.
LIJDZAAMHEID.
i Toen Gudula het huis van Helena verliet,
'ad zich zulk eene ontroering van haar
het keizerlijk kasteel, waar ten 6 uur het
afscheidsdiner (van 60 couverts) begon,
waarby Wilhelm een merkwaardige toe
spraak hield, waarin hij getuigde, dat de
Duitsche handel zich eerst vreedzaam ont
wikkelen kan, als hij zich veilig voelt onder
de macht van het Rijk en verklaarde dat
de iandgenooten in den vreemde, hetzij
priesters of kooplieden, als het noodig was
steeds op den steun van het Duitsche rijk
konden rekenen.
Prins Heinrich dankte, in antwoord op
's Keizers toespraak, zijn broeder er voor,
dat deze hem het bevel heeft opgedragen.
Hij verzekerde, dat hij er niet toe werd
uitgelokt door het vooruitzicht op roem of
lauweren. Hij gevoelt er zich toe aange
trokken hetnevangelie des Keizers"(!) te gaan
verkondigen in het buitenland en te predi
ken aan allen die het hooren willen, en
vooral aan hen die het niet willen hooren.
Dat wil hij op zijn vaandel schrijven. En hij
besloot met de woorden»Den geliefden
Keizer voor eeuwig Hoera 1"
Het vertrek van prins Heinrich had gis
teren-ochtend plaats. De kruiser Gefion
verliet ten 8 ure de oorlogshaven van Kiel
in de richting van het Keizer Wilhelm
kanaal. Na negenen lichtte de kruiser
Deutschland het anker, met den keizer
lijken standaard en de ooriogsvlag in top
geheschen. Üp de commandobrug stonden
de Keizer, prins Heinrich en de drie oudste
zoons van den Keizer. Langs de oorlogs
haven weerklonken aldoor saluutschoten en
juichkreten. Prinses Heinrich stond met
haar zoons voor een venster van het slot.
Keizer Wilhelm heeft te Kiel het volgende
telegram omvangen van Kardinaal Copp
»Aan den tocht van den doorluchtigen
Prins naar het verre Oosten tot bescher
ming des Kruises, wijdt de innigste zegen-
wenschen Kardinaal Copp."
Aartsbisschop Von Stablewski seinde
)»Op het oogenblik, waarop Uw Majesteit
op het punt staat, den eenigen broeder
meester gemaakt, en zulke smartelijke ge
dachten waren in hare geschokte verbeelding
opgerezen, dat zij eenigen tijd werktuige
lijk door de stad dwaalde. Zij kon nauwe
lijks adem halen; een ondragelijke last
beklemde hare borst en dreigde haar te
stikken. Zi) wilde weenen, maar zij kon
niet. Zoo moet ook het lijden en de smart
onzer eerste ouders geweest zijn, toen de
engel der goddelijke gramschap hen uit
het paradijs verdreef, zeggende Gaat henen
en lijdt.
Inderdaad, was haar haar paradijs, hare
voorwerpen van toegenegenheid, haar leven,
om zoo te zeggen, niet voor altijd ontroofd
Had zij niet gezien, dat de kinderen van
Elisabeth, ja hare kinderen, haar verlieten
voor eene vreemde, voor eene stiefmoeder
daar zij ze toch had opgevoed? Zij, die
voor hen haar bloed veil had zij, die al
haar geluk zou hebben opgeofferd, om hun
eenen traan te besparen
O, vervloekt zij de vrouw, die haar
zoo veel lijden veroorzaakt. Vervloekt zij zij
Bij deze woorden van wraak en haat, de
eerste, die ooit van hare lippen vloeiden,
de eerste, die ooit, in haar hart opkwamen,
stond Gudula plotseling verschrikt stil.
vaarwel te zeggen, gevoel ik mij gedrongen
tot de verzekering, dat mijn gebeden den
vorsteiijken zeevaarder vergezellen, opdat
het Kruis in het verre Oosten bescherming
en steun moge vinden."
De Keizer heeft van zijn reis naar Ham
burg en Kiel gebruik gemaakt om een
bezoek aan den ouden Bismarck te brengen,
die blijkbaar weer de keizerlijke gunst ge
niet. Gisteren-avond kwartier over zevenen
zijn de Keizer en prins Adalbert te Frie-
drichsruh aangekomen. Aan het station
werden zij verwelkomd door graaf Rantzau,
uit naam van prins Bismarck, wiens gezond
heid hem niet veroorloofde daar zelf te
komen. Onder luide begroetingen van het
publiek reden de Keizer en prins Adalbert
naar het paleis.
De Keizer werd door Bismarck begroet
in het eerste salon van het paleis, waarna
men zich naar de eetzaal begaf, waar de
maaltijd gebruikt werd. Ten negen uur
nam de Keizer afscheid. Begeleid door
graaf en gravin Rantzau ging hij naar den
an het station gereed staanden trein, en
totdat deze het station verliet, wuifde hij
minzaam de aanwezigen toe.
In den Duitschen Rijksdag was Maandag
de eerste lezing der Begrooting nog niet
geheel ten einde gebracht, zooaat Dinsdag
de aan de orde gestelde wijziging der mili
taire strafverordening nog door een voort
gezet begrootingsdebat moest worden vooraf
gegaan. De staatssecretaris, graaf van Posa-
dowsky, deelde in den loop van het debat
mede, dat met Engeland over een nieuw
handelstractaat onderhandeld wordt en dat,
indien blijken mocht, dat verhooging der
graanrechten noodzakelijk is, aan dit ver
langen der agrariërs zal worden voldaan.
De Bondsraad in Zwitserland heeft met
133 van de 150 stemmen Kuffy, uit het kan
ton Waadland, tot Bondspresident verkozen
Ruffy neemt buitenlandsche zaken Muller
(uit Bern), die tot vice-president gekozen is,
oorlog.
Heilige MaagdHeilige Maagd ver
laat gij mij dan ten eenemaal Kom aan,
ik moet naar huis terugkeeren ik zal er
de kinderen vinden, dit zal mij doen bedaren.
Ik hecht te veel gewicht aan eene gewone
zaak. Kinderen van dien leeftijd, mijn hemel
weten die, wat zij doen? Zij hebben den
gouden rozekrans en de koekjes gezien, en
zie daar alles. Ik zal hun ook rozekransen
en koekjes geven, en zij zullen die vrouw
vergetendie vrouw, aan welke zij de
voorkeur boven mij gegeven hebben
Boven mij 1 o, het is om er van te sterven,
waarlijk.
De avond begon te vallen, toen Gudula
te huis kwam, afgemat, met een brandend
hoofd en de wanhoop in het hart.
Zijn de kinderen teruggekeerd was
hare eerste vraag.
Neen, juffrouw Gudula, maar de heer
Rubens, die sedert een halt uur is te
huis gekomen, heeft tweemaal naar u
laten vragen.
Een koud zweet bedekte de oude vrouw,
die een voorgevoel had van een nieuw ongeiuk.
Zij begaf zich naar de kamer van Rubens
met de lijdelijke zelfverloochening van
iemand, die de strafplaats nadert.
De regeering in Engeiand stelt een straf
vervolging in tegen een zekeren Russischen
onderdaan Wladimir Bourtsef, redacteur
eener revolutionaire Russische courant te
Londen (de Volksstemdie beschuldigd
wordt in dat blad de Russen tot keizersmoord
te hebben aangezet. Bourtsef is gisteren
voor den politie-rechter in Bowstreet ver
schenen de zaak werd echter verdaagd
tot den volgenden Woensdag. De politie
heeft beslag gelegd op veie papieren en
geschritten ten huize van den beklaagde.
In de gisteren gehouden bijeenkomst van
de machinewerkers is een verslag goedge
keurd, hetwelk voorstellen behelst, waarvan
de vertegenwoordigers der arbeiders geloo-
ven, dat zij, op een uitzondering na, voor
hen aannemelijk zullen blijken.
De ministerraad in Spanje heeft naar
aanleiding van een gunstig rapport door de
autoriteiten ingeleverd, toegestemd in de
opheffing van den staat van beleg te Bar
celona.
De officieele Gaceta maakt een aantal
telegrammen openbaar, gewisseld tusschen
Sagasta en den gouverneur-generaal der
Filippijnen, welke het bericht bevestigen,
dat de leiders der opstandelingen zich onder
worpen hebben. De gouverneur is van oordeel
dat de voorwaarden der onderwerping hoogst
eervol zijn voor Spanje. Sagasta wenschte
den gouverneur geluk, die beval de opera-
tiën te staken op voorwaarde dat Aguinaldo
en de andere hoofden van de regeering der
rebellen onmiddellijk zouden vertrekken en
den 27en dezer zich naar Hongkong zouden
inschepen. Zij zullen worden begeleid door
den luitenant-kolonel Uvera, om hunne per
soonlijke veiligheid te waarborgen. Hunne
partijgenooten zullen de wapens neerleggen.
Een telegram uit Manilla van eergisteren,
opgenomen in een extra nummer van de
Gaceta, behelst, dat de aanvoerder Agui
naldo aan alle troepen van opstandelingen
het bevel heeft gezonden zich te onder
werpen. Deze onderwerping zal den 15n
Op het zien van Gudula verwijderde
Rubens door eenen wenk al degenen, die
hem omringden, en hij bleef alleen met
de oude vrouw, wier kniën haar nauwelijks
meer konden dragen. Een traan welde op
in het oog van den schilder en rolde lang
zaam langs zijne wang; Gudula viel snik
kende voor zijne voeten.
Vergeet het mij, riep zij uit, vergeef
het mijmaar zij ontrooft mij de toege
negenheid mijner kinderenzij beminnen
mij reeds niet meer! O mijnheer! hoe
groot zou uwe smart zijn, als uwe kinderen
u^niet meer liefhadden
Mijne goede Gudula, gij hebt ons in
een onherstelbaar verdriet gestort.
Wil zij u niet meer huwen, vroeg
Gudula, wier oogen van eene woeste vreugde
schitterden
Neen, Gudula, dat is het niet...
Maar na het droevig tooneel van heden
middag kunt gij, dit moet gij zelve be
grijpen, onmogelijk met haar onder één
dak wonen...
Wordt vervolgd.)