Dagblad voor Schiedam en Omstreken. 21ste Jaarg Zaterdag 12 Februari 1898. No. 6019. ^mrecut jSÖotersfraat 50. De houten borden. axgealees overzicht. O F euillet o n. PRIJS VAN DIT BLAD: Voor Schiedam per 3 maanden Franco per post door geheel Nederland Afzonderlijke Nummers f 1.50 2. - 0.05 PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—6 regels Elke gewone regel meer -U-1U Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. 11 Februari '98, Het proces Zola. De derde dag der terechtzitting heeft niet, 2°oals aanvankelijk verwacht werd, het pro ces beëindigd, maar er zijn toch dien dag êewichtige verklaringen afgelegd, vooral door generaals, wier getuigenis in deze zaak ^an bijzonder gewicht wordt geacht. De met Zola bevriende bladen beschou wen het getuigenis van Mercier als een bekentenis van het bestaan van het geheime stuk en meenen, dat het getuigenis van ^rarieux de zaak een flinken stap nader tot waarheid brengt. Andere bladen, met name de Figarozijn verheugd over de verklaringen van de gederaals, welke in Verband met die door generaal Billot in de Kamer afgelegd, de discussie over de Schuld van Dreyfus definitief moeten sluitem Ook gisteren, aldus reeds de vierde dag aan deze geruchtmakende zaak gewijd, toonde het publiek groote belangstelling. Om tien ure begint het op de Place Dau- phine levendig te worden. De politie laat niet toe, dat men bij het paleis van justitie stü blijft staanzelfs advocaten mogen zich aan dit verbod niet onttrekken. Weldra komen de getuigen aan. De menigte die 2ich op het plein bevindt, is een andere han die er 's ochtends vroeg was. Toen ston den er arme lui, maar allengs staan zij hun plaats aan den ingang van het paleis "c aan menschen met pelsjassendezen af «*w.u lUCllovl'Cll lllCb jdClojaöcCli j ucj betalen tot zes francs voor zoo'n plaats. Het binnentreden van de officieren wordt begroet met de kreten »Leve het leger ^eg met de verradersDe officieren Salueeren erg verlegen. Als Esterhazy ver schijnt, roept men »Leve Esterhazy I" Hij salueert en gaat de Harley-galerij binnen. Hij wordt daar druk omringd. Esterhazy 2e8') dat hij over de zitting van gisteren Seer tevreden is. Hij gelooft, dat het heden rumoerig zal toegaan en dat het belangrijk zal wezen. Ik ben gereed alle beleedigingen met mijn degen te beantwoorden, zegt hij tegen zijn vrienden. Kolonel Pioquart komt in de uniform der Algerijnsche tiralleurs. Nieuwsgierig dringt men op hem aan. Men roept: »Leve Picquart!" De kolonel slaat aan en gaat het paleis binnen. Als hij de trap oploopt, wordt hem een ware ovatie gebracht. Men roept »Leve de tirailleurs!" De kolonel kijkt de menschen die tegen hem betoogen, strak aan. Zola komt om kwart voor twaalf langs de trap voor den anthropometrischen dienst; hij is vergezeld van den profeet van poiitie. Als hij voorbijgaat, weerklinken enkele kreten Dood aan den verrader Bij den ingang stempelt men de kaarten van alle journalisten, ten einde te voorkomen, dat zij hun kaarten door anderen laten ge bruiken. Om tien minuten over twaalf wordt de zitting geopend. De president leest ver schillende beschuldigingen voor, waarbij de conclusien, door de verdediging ingediend, worden verworpen. Vorvolgens zegt de de president, dat kolonel Henry, die in een zwakken gezondheidstoestand verkeert, later zal gehoord worden. Mr. Labori verklaart at te zien van het laten verhooren van mevrouw Dreyfus wegens haar gezondheids toestand. Nadat de president op de bovenvermelde wijze de zitting geopend heeft, maakt Cle mencau eenige opmerkingen ter zake van de niet-verschijning van mevr. de Boulancy. Er onstond een heftig incident naar aanleiding van het getuigenis van Sales, dien de voorzitter belette over de zaak van Dreyfus te spreken. Dit gaf mr. Labori aanleiding uit te roepenmen gaat tenden tieus tegenover ons te werk. De oud-Minister Trarieux wordt weder Voor de balie geroepen. In antwoord op een vraag van Labori verklaart hij, tijdens zijn ministerschap van justitie niets •Ken karakterschets uit de eerste helft der 18e eeuw. 1) oo?°oals..n°g heden het geval is, stroomde de ^est9^s dicht voorbij elk huis, waarvan Vatt enedenvertrekken draaierswinkels be- dr e'k' eene kleine beek, wier water alle ^a,banken in beweging brachtiets, kek w kunstdraaiers eene aanmer- 2u|u krachtsinspanning gespaard wordt, dra ,eene werkplaats bevat acht of tien t0la>banken, die van den vroegen morgen Uen laten avond in beweging zijn. e6nu°as stond aan zijne draaibank, die door vin»0 brandenden spaander haar licht ont ■Wo ri 6n WaS omr'ngd van een altijd grooter dunden hoop krullen en afval der ge- met de Dreyfus-zaak te doen gehad te hebben. Labori vraagt hem, of hij tijdens zijn ministerschap dan geen bezoek ontvangen had van advocaten, die zich met de Dreyfus- zaak bezig hielden. De president verbiedt hem te antwoorden. Labori protesteert en wijst er op, dat generaal Mercier zich gisteren wèl heeft mogen verklaren omtrent de veroordeeling. De president zegt, dat als Mercier een paar woorden daarover heeft kunnen zeggen, dit geschied is omdat hij het hem r.iet bijtijds heelt kunnen beletten. {Gemompel.) Antwoordende op een vraag van Zola zegt Trarieux, dat senator Scheurer-Kestner en Mathieu Dreytus niet anders hebben kunnen handelen dan zij gedaan hebben in de zaak-Esterhazy. Bij Picquart's aankomst in de zittingszaal was hij het voorwerp eener ware ovatie, waaronder enkele kreten van »weg met de omgekochten" verloren gingen. Zola's advocaat Labori vraagt aar. majoor Forzinetti. of hij niet weet, of Dreyfus be kend heeft. De president weigert de vraag te stellen, waarop Labori van het hooren van verschei den getuigen afziet. Getuige dr. Socquet zegt, in antwoord op een vraag van Glémenceau, dat mevrouw de Boulancy hem niet gezegd heeft, dat zij bedenkelijke brieven van Esterhazy heeft. Wel heeft zij hem gezegd, dat zij een aan klacht had ingediend met betrekking tot het publiceeren van brieven in dagbladen en dus een instructie was geopend tegen het personeel, dat er misbruik van had gemaakt. Zij voegde er bij, dat alle brieven werkelijk van Esterhazy waren. Kolonel du Paty de Clam wordt verhoord. Hij zegt, dat hij alleen spreken zal over wat niet het ambtsgeheim raakt. Hij is er verontwaardigd over, dat het private leven van de menschen in dit proces gebracht wordt. Labori zegt, dat hij er zich toe beperken zal, getuige te vragen of hij den ouden heer de Comminges gekend heeft. Du Paty de Clam weigert te zeggen of hij particuliere brieven van deze familie gezien heeft. Hij wil het particulier geheim niet schenden. Labori antwoordtMen verschanst zich achter dat particulier geheim. Labori ziet at van het verhoor van mej. Comminges. Kolonel Henry wordt gehoord. Labori vraagt hem inlichtingen over de feiten die in het rapport-Ra vary worden genoemd ten aanzien var. de opening van een kist met geheime stukken van Picquart. Henry ant woordt, dat hij afwezig was, toen Picquart het dossier nam. Gribelin had het dossier aan Henry gegeven. Gonse, teruggeroepen, verwijt aan Picquart, dat deze misbruik heeft gemaakt van brieven die hij hem had geschreven. De afgevaardigde de la Batut dientenge volge gehoord, verklaart dat hij in 1876 onder Du Paty de Clam heeft gediend en tot 15 dagen gevangenisstraf werd veroor deeld, omdat hij in een stnk geschreven hadHet zou te wenschen zijn, dat het verstand en niet het kanon de wereld be stuurde. Die straf werd echter den volgenden dag opgeheven. Daarna werd gehoord commandant d' Orme- scheville, rapporteur bij den krijgsraad, die Dreyfus heeft gevonnist. De heer Labori vraagt, of alle beschuldi gingen welke Dreyfus ten laste worden ge legd, in het rapport voorkomen. De president weigert die vraag te stellen. Hij weigert eveneens den officieren, die deel hebben uitgemaakt van den eersten krijgsraad, welke Dreyfus heeft gevonnisd, te vragen of er buiten den beschuldigde en den verdediger om een geheim stuk is medegedeeld. Commandant Ravary, de steller van het rapport in de zaak Dreytus, antwoo rdt op de vraag van den heer Labori, welk stuk het eigenlijk was, waarover hij in zijn rapport draaide borden. Voor en achter hem sjorden nog andere raderen en arbeidde de meester in de houtschijven. Dit eenvoudige gewone werk gaf' den jongeling gelegenheid zich nog meer aan zijne luimen over te geven. Dit was nog meer het geval, toen des avonds om tien ure zes draaiers hunnen arbeid staakten, hunne spaanders uitbluschten en naar huis oingen. Behalve Lucas bleef er nog een vader van zes kinderen in de werkplaats, die even als hij besloten had, den nacht door te werken. Donker was het buiten in het holle van den nacht, donker was het in het gemoed van Lucas. Nu stoorde het binnenkomen zijner moeder den jongeling in zijne ijverzuchtige denkbeelder eener hopelooze liefde, die geheel zijnen geest bezig hield. Als rijke en voorname slempers of ledig loopers, of menschen met kwaad geweten gewoon zijn des avonds eenen slaapdrank te nemen om spoedig en vast in te slapen', zoo vindt het tegendeel plaats bij SP°®!. vereischend werk bij zieken-oppassers, oy nachtuilen van schrijvers en geleerden, ter wijl deze, om zich tegen den slaap te ver zetten, eenen drank van eene geheel andere soort bereiden. Wie zou riiet weten, dat deze slaapwekkende drank koffie heet Nu, de zorgvuldige moeder van Hilner bracht haren z°oon zulk een slaapverdrijvend middel, doch in anderen vorm dan men thans pleegt te doen. Voor 120 jaren, toen de kunst der porseleinbereiding nog in de wieg lag, ken den noch bezaten de landlieden en meer behoeftige stadbewoners noch koffiekannen noch kopjes. Daarom kookte men de koffie als soep, waarin men brood sneed en welke men met lepels at. Suiker of andere zoe tigheid werd er niet bijgedaan, doch wel melk Eene kom vol zulke kotfiesoep werd aan Lucas dien nacht door zijne moeder 6TotT middernacht draaiden de beide man- nen onverdroten voort. Toen legerden zij zich in de krullen en sliepen beiden vast in, niettegenstaande Lucas de kotfiesoep broe derlijk met zijnen makker gedeeld had. Zeker zouden zij nog langer dan tot 3 ure des morgens geslapen hebben, als niet het geraasmakend binnenkomen der terugkee rende draaiers, hen gewekt en tot den arbeid aangezet had. Van de draaibank hega Lucas zich naar de school, en van "eZ® weer naar geene, zoodat den armen jonge in0 van de 24 uren op den dag ten hoogste 4 uren tot eten en slapen overbleven. Zoo ging het eenige dagen achter elkan der voort, binnen welke duizende houten borden gedraaid en aan den koopman Hilner afgeleverd werden. De geheele leverantie was bijna gedekt, toen Lucas op zekeren dag ook zijnen arbeid afleverde. Het arme jonge mensch was buitenmate vermoeid, en zijne krachten waren uitgeput. Met minder beweging dan vroeger geschied was, vestigde hij zijn mat oog, terwijl baas Hilner de borden natelde, op de tafel, aan welke zijne nicht Truitje met nog eenige vrouwen bezig waren, het bewuste wapen op de borden te branden. Hiertoe stond op de tafel een pot met brandende kolen, waarin de stempels gloeiend gemaakt werden. Niet uit liefde tot den arbeid, maar om het meisje te behagen, drukte ook de aanwezige Max het wapen op eenige borden, waarbij hij allerlei ruwe, lompe scherts opdischte. Om zijn vermoeid lichaam een weinig rust te geven, had Lucas werk tuigelijk zijne linkerhand, zonder het e weten, op den rand der groote tafel geleg terwijl zijne oogen op Gertruida rustten. I 6 {Wordt vervolgd

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1898 | | pagina 1