Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
Weergevonden.
22ste Jaarg.
Dinsdag 17 Januari 1899.
No. 6297.
!$xxveatx !&oter&tvaat 50.
axgemees overzicht.
F euillet o n.
PRIJS TAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maandenf 1.50
Franco per post door geneei Nederland - 2.
Afzonderiiike Nummers - 0.05
PRIJS DER ADTERTENTIËN:
Van 16 regels/'0.60
Elke gewone regel meer-0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
16 Januari '99.
Dreyfus' bekentenissen,
kapitein Lebrun-Renault heeft aan de
ooj). verhaald, welke woorden Dreyfus tot
"ern heeft gesproken. Dreyfus heeft hem
w°ordelijk gezegd. «De minister weet wel,
j|at ik onschuldig ben hij weet ook, wijl
'J 't mij door du Paty de Clam heeft doen
w®ten, dat ik, als ik stukken heb uitge-
'everd, dit slechts gedaan heb, om gewich-
t'ger stukken in ruil te krijgen. Men zal
rillJn onschuld binnen drie jaren erkennen.
Aan het Hof van Cassaiie heeft Dreyfus
8«schreven«Ik heb gezegdDe minister
^®et wel, dat ik onschuldig benhij heeft
^'j du Paty de Clam gezonden om mij te
*ragen of ik geen documenten had uitge-
everd om anderen in ruil te verkrijgen en
'k heb geantwoord, dat ik nooit iets heb
uitgeleverd.
Een brief door den luitenant der gendar
merie Philippe thans in garnizoe n te Bougie,
gericht aan een der generaals en mede gepu
bliceerd door de Soir, pleit meer voor de lezing
Van Lebrun-Renault, volgens welko Dreyfus
kerkelijk stukken heeft uitgeleverd. In dit
Schrijven, van zoo groot gewicht beschouwd
het gevoegd is bjj het enquête-dossier
Crimineele Kamer verhaalt de luitenant
zich eenige oogenblikken voor de exe-
chtie parade op de binnenplaats der mili-
|a're school bevond, dat kapitein Lebrun-
Renault uit de Kamer van de wacht waar
^reyfus bewaakt werd naar hsm toekwam
zeide «Sinds ik moet verkeeren met
^a' canaille van Dreyfus, tracht hij op alle
mogelijke wijze met mij een gesprek aan
*e knoopen, maar ik antwoord hem niet.
Zoo heeft hij mij verteld, dat als hij stuk
ken had uitgeleverd, deze van weinig be
tekenis waren en dat hij zulks gedaan had
met het doel er andere van meer belang
v°or in de plaats te krijgen. Hij voegde
®rbij dat hij onschuldig was aan de misdaad
4) (Slot.)
Ditmaal kon hij zijn ontroering niet ver
bergen. Als een beschonken man, zag hij
^e lantarens, de bloemperken, de voorbij-
dangers, het trottoir, alles door elkaar in
®en grooten kring om hem heendraaien hij
{hoest zich aan de deur vasthouden, en
misterde met kloppend hart. Eensklaps ge
belde hij zich sterk en moedig, hij rukte
de deur open en liep de lange gang door
tt aan de trap, die naar zijn huis geleidde.
Ret was juist zeven uur 's avonds.
Almachtige Godwat zie ik" mompelde hij.
Zijn kind zat op de eerste trede, zooals
Vroeger.
«Paul"
»Pa, daar is pa I" riep het kind verheugd uit.
«En de heve kleine wierp zich in de armen
waarvoor hij gedegradeerd werd, maar dat
zijn onschuld binnen drie jaar aan het licht
zou komen.
Zoodra de gevangenwagen met Dreyfus
was vertrokken, schrijft luitenant Phillippie
vormde zich rondom kapitein Lebrun-Renaud
in wiens onmiddellijke nabijheid ik mij be
vond, een groep officieren, voor het meeren-
deel van de reserve of van het territoriaal
leger en ook eenige journalisten die ik niet
van naam ken. Gedurende het gesprek dat
zich toen ontspon, herhaalde kapitein Lebrun
Renaud wat hij mij eenige oogenblikken te
voren had gezegd. Toen veroorloofde ik
mij, den kapitiein even met den arm aan
te stooten om hem te doen begrijpen dat
er onbescheiden ooren onder ons waren. En het
bleek dat ik gelijk had, want den volgenden
morgen deelden de bladen eenige woorden
mede van hetgeen kapitein Lebrun-Renaud
den vorigen dag op de binnenplaats der
militaire school had gezegd"
Ook deze militair zal volgens Yves Guyot,
Reinach en consorten natuurlijk wel behoo-
ren tot de «schurken" die «omgekocht" zijn
door den generalen staf!
Esterhazy heeft aan den heer Mazeau,
eerste president van 'tHof van Cassatie,
een uitvoerigen brief geschreven, waarin
hij zegt voor het Hof van Cassatie te zullen
verschijnen, mits hij verzekerd is van zijn
vrijheid.
In verband met dit schrijven verdient de
aandacht een Reuter-depeche uit Parijs,
luidende als volgt
Op aanvraag van den president van de
strafkamer var, het Hof van Cassatie heeft
de rechter Bertulus verklaard, dat Esterhazy
naar Parijs kan komen en daar volle vrij
heid zal genieten voor zoolang de strafkamer
dat noodig acht.
In zijne verdere beschouwingen aan de
Dreyfuszaak gewijd, noemt zich Quesnai
de Beaurepaire innig geloovig katholiek,
wijst op wat volgens hem twee resultaten
der Kamervergadering van Donderdag zijn
van zjjn vader. Séverin herhaalde slechts als
verdoofd door zooveel geluk, «Paul 1" Paul 1"
Het was Paul, hij leefde dus, hij hield hem
in zijn armen, omhelsde hem, keek hem eens
goed aan, en barstte in een zenu wachtig lachen
uit. De plotselinge vreugde had zijn gemoed
te hevig ontroerd, te zwaar geschokt.
«Ga weg, kleine, ga spoedig weg," zei hij
met bevende stem, «ge vermoeit me, gij zijt
te zwaar. Ga, ik kan niet meer."
Het kind liep schreiend heen, terwijl Séve
rin langzaam in elkaar zakte en zoo bleek
werd als een doode.
III.
Op het angstgeschrei van het kind kwam
de buurvrouw toesnellen en nam het bij de
hand.
«Kom, kom, Séverin, wat is er toch Een
man als gij wordt zoo bleek en bang als
een jong meisje. WelwelAls het noodig
is, ontbreekt je de moed. Kom, kom, het is
immers al over."
«Zijt gij het, buurvrouw Wat ben ik
gelukkig! Het is dus waar, zeker waar, dat
dat hij leeft, mijn kleine lieve Paul
«Zeker, de kleine snaak had geen zin om
dood te gaandoch vraag me niets, ik zal
nl. de enquete en de onmogelijkheid voor
het hof om een ander arrest aan te nemen
dan met verwijzing naar een nieuwen krijgs
raad Hij neemt dan ook den schijn aan,
volkomen tevreden te zijn.
Vermoedelijk niet geheel onafhankelijk
hiervan, komt de Matin de waarschijnlijk
heid van een dergelijke beslissing betoogen.
Het Hof zou echter in zijn overwegingen
volkomen duidelijk maken dat werkelijk het
gepleegde verraad niet kan zijn begaan door
Dreyfus.
De meer besproken militaire attaché
Schwarzkoppen heeft een onderhoud gehad
met den Berlijnsche correspondent van het
heue Wiener Journal. Hij beperkte er zich
toe te zeggen, dat hij niets had toe te voegen
aan de officieuse verklaring van zijn re
geering, dat men nooit in eenige betrekking
tot Dreyfus had gestaan.
De algemeene indruk in den Duitschen
Rijksdag teweeggebracht door dediscussiën
over het militaire wetsontwerp is deze, dat
do kansen tot aanneming van het voorstel
der Regeering althans in hoofdzaak niet
slecht staan. Zooals wij reeds met een
enkel woord meldden, werd Vrijdag de
eerste lezing beëindigd en het ontwerp
vervolgens verwezen naar de begrootings-
commissie. Nadat de socialist Bebel in een
lange maar vrij tamme rede het voorstel
had bestreden verklaarde dr. Hertling namens
het Centrum, dat zijn politieke vrienden
door de indiening van dit ontwerp hóógst
onaangenaam verrast waren, vooral na de
aanzienlijke uitgaven in het vorig jaar reeds
toegestaan voor de Duitsche zeemacht.
Het ontwerp, zooals het daar ligt, klakkeloos
aannemen kan het Centrum in geen geval.
Den tweejarigen diensttijd is het gunstig
gezind en de veranderingen in de organi
satie, vooral van de cavalerie, hebben zijn
goedkeuring, ofschoon met het inzicht, dat
tegelijk met die organisatie ook een ver
meerdering moet gepaard gaan. Wat de
overige bijzonderheden van het ontwerp
je alles vertellen. Ik stond achter de deur,
toen je vertrok. Ik heb toen bij mij zelf
gezegd't is reeds genoeg dat die arme
Séverin het hoofd er bij verliest, laat mij
ten minste koelbloedig handelen. Ik ben toen
dadelijk naar een anderen dokter geloopen,
een zeer geleerden dokter ik wist wel wat
ik deed, een koning der wetenschap, zooals
men hem noemt, iemand, wien men vijftig
gulden voor een bezoek moet geven. Hij is
ook gekomen de goede doktér bewogen als
hij was door mijn tranen en smeekingen, en
hij heeft den kleinen jongen gered, en niets,
totaal niets, heeft hij willen aannemen
Séverin nam de hand van de buurvrouw
en drukte ze in de zijne
«Ik ben een booswicht. Zij moet me zeker
verwenschen."
«Kom, kom, ge raaskalt weer, Séverin. Ze
is zoo goed, ze kent geen verwenschen."
Vervolgens bukte zij zich naar Paul en
fluisterde hem iets in het oor. Het kind be
greep het en lachend zei het tot zijn vader
«Kom, papa, kom, ik wil het, geef mij de
hand."
Hij zei: «ik wil het," hij,de kleine engel.
Hoe zou het mogelijk zijn, daaraan te weer
staan? Zoo gaat het. De grooten laten zich
betreft, wenscht het Centrum meer licht
van de Begrootingscommissie.
Na den nationaal-liberalen afgevaardigde
Satler, die o. a. verklaarde, dat zijn partij
de wettelijke bepaling van den tweejarigen
dienstijd niet als voorwaarde stelde voor
haar instemming met het ontwerp der Re
geering, verzekerde de anti-semiet Lieber-
nann von Sonnenberg, dat zijn politieke vrien
den alleen dan zouden voorsteramen, wanneer
de financieele lasten gedragen zouden wor
den door genoegzaam sterke schouders Deze
spreker deed zich kennen als een tegen
stander van den tweejarigen dienstijd en
van het instituut van eenjarige vrijwilligers,
dreef den spot met de gematigde rede, ge
houden door den socialist Bebel. Dat was,
zeide hij, niet meer de Bebel, die indertijd
de Parijsche Commune had verheerlijkt. De
afgevaardigde Rickert verklaarde zich na
mens de vrijzinnige vereeniging voor het
ontwerp.
De Duitsche pers ontkent algemeen
Duitschland zich geleend heeft om
Filippinos in 't geheim te steunen t
Amerika. Een dergelijke onedele pol
houdt Duitschland er niet op na. De 1
Zeit., de berichten omtrent Duitsche kuiperij
in de Amerikaansche pers besprekend, laakt
deze ten zeerste en spreekt van gevaarlijke
«bronnen vergiftiging."
Tegenover het voortdurend loslaten van
canards door de Engelsche pers wordt te
Berlijn hoog officieus verklaard, dat de
Duitsche regeering reeds lang te Washing
ton officieel heeft medegedeeld, dat Duitsch
land, wat de Filippijnen betreft, van elk
verlangen afziet en niet eens een kolen
station begeert.
De Spaansche minister-president Sagasta
zal den 25n dezer de Cortes bijeenroepend
Een ambtelijk bericht, uit Manila te
Madrid ontvangen, zegt dat Amerikaansche
troepen, naar Ilo Ilo bestemd, weigerd en te
vertrekken. Alle troepen met inbegrip van
die welke zich reeds bij Ilo-Ilo bevonden,
dikwijls door de kleinen leiden. Ze beklom
men met hun drieën de trap/en kwamen
voor de deur van de woning. Het kind riep
zijn moeder, de deur ging open, en de echt-
genoote verscheenweldra lag zij in de
armen van haar man.
«Séverin,,' riep zij uit, «zijt gij hetEin
delijk zijt ge dan teruggekeerd! Wat zie
je bleek! Je kleeren zijn zoo verscheurd,
je hebt zeker veel geleden! Kom, ga nu
gauw binnen, arme man."
«Ik ben een misdadiger, een booswicht,"
antwoordde de vader somber.
Hij knielde op den vloer neer, boog het
hoofd en bad om vergeving.
«Ik vergeef je," hernam de vrouw be
wogen, «sta nu op."
Hij scheen 't echter niet te hooren en bleef
in dezelfde knielende, nederige houding.
«Séverin," riep toen zijn echtgenoote met
innigheid uit, «Severin, ik houi altijd nog
van je."
Bij deze woorden stond hij op, hij geloofde
nu dat zijn vrouw hem vergeven had, en
drukte haar aan zijn hart, terwijl hij zei:
«Moge God ook mij vergiffenis schenken,
zooals gij gedaan hebt.
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT