Dagblad voor Schiedam en Omstreken. 22ste Jaars. Dinsdag 28 Februari 1899. No. 6333. bureau looierstraat 50. De Menscheneetster ^lgemees overzicht. En »ehik d* ft' igfJk-dt kat een m«is. °ogenb l nau 6tuZ1J, haar buit «leer P' Sf ^'eld zicialsof ZÜ zich niet er om bekommerde en sliep. d6nH Severn611 ge,aat-De 00ge« pui Da7»e ".ioe7l=T„di.H' IEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT PBIJS TAK DIT BLAD: v°or Schiedam per 3 maanden franco per pos; door geheel Nederland Afzonderlijke Nummers 27 Februari '99. De Dérou,ède en Habert. ^UoZTTTn^ Van de beide afge- bert °is h oulède en Marcel Ha- dat noo- Rt« i 6S beheerschende feit, aller gesprekt- 16 ,^ar*js bet onderwerp Ret moet gezegd dagbladartikelen vormt, initiatief f0 g WordenVapuy, op wiens hartstochteiijk68eVang.ennem'ng der beide ho«dt Ultn{;meiid Part9gangers plaats had, een omwenteling Van bet bewind De aanvraag °van rf6'n niet bcht verrassen. Dertrand, door de r" P'0CUreur-generaal Deroulèle en Habert 'ngewilllgd' om ls enkel gebaseerd m°gen vervolgen, W6t van 12 n °P 23 en 25 d^ 5traffen van een i eCfember 1893, waarin St<-af en boeten^ *Z 1000 w°rden bedreigd te<*en h 000 banken kreten en bedrem.nü dle' a" door trachten militain v °P °Penbare Patsen, 'eiden en Tan de Ll pl'Cht af hun chefs ver vh i b°,0rzaamlleid, weike zij uit de Kamer iZ'd"' °e commissie vraag c nH f t0t Soedkeuring der aan- lijk verkla^VT heeft echter uitdrukke- tikei rln u' at bet noemen van het ar- eer' aarT a6t °penbaar ministerie slechts onder voorhing V°rn,;ie en gedaan was nieuwe feite/06] 6611 vervolg'ng wegens tie aan hm r' u '6 den '°°P der 'nstruc_ Verm la k°^n. Dhochefer blerbij' dat Deroulède aan da* hii 18 hemondervroeg, gezegd heeft, de parlp heeft wille<i overhalen om citaire tp taire RePubliek in een plebis ciet heeft Veiandeien en dat hij dan ook generaal Roü'f16)1 biJ Zijn P°gmgen om hem te v i 6n so'daten over te halen RePUbliek v°' r°ep8n Leve de Van een complot is geen snralr. - 0.Ü5 PB IJS DEB ADTEBTBNTIËN: Van 1—6 regels0.60 Elke gewone regel meer i-0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. DOOR J. H. BOSNY. 2) (Slot.) Sch-Liyge™ Sl°?g haar Prooi m«t Onver- leur]6 kmgelschman had zijn geweer aange- en hij durfde niet schieten. Toorn Verschritu r'f deden zÜne hand beven- 71 wee Verroerd kelóJue verliepen. Toen strekm h- ynandranahour zich, langzaam zijne !iu£ de armen uit en 'ichtte zich op Va" an^ïv86? °iPi' De maan bescheen zijn ?erin. hehoofd om naar de tij- lets anders0 f»6" aandacht aan geheel geten rs;. te wlJden en haar prooi ver- rp c 21jn, °en begon Chandranahour te kruipen. zeide hij voorts. Hij had uitsluitend op eigen verantwoording gehandeld en slechts Marcel Habert wist van zijn plannen af. Aan zijn zuster heeft Deroulède geschreven »lk ben ongedeerd. Ik ben gevangen geno men, maar ik heb mijn plicht gedaan, voor mijn land". Uit de lange verslagen van couranten en ooggetuigen valt niet precies op te maken, wat er eigenlijk binnen de kazerne gebeurd is. Het schijnt dat Déroulède en Habert zich daar met ontblooten hoofde onder het vaandel geplaatst hebben en de soldaten hebben toegesproken, waarop generaal Roget hen na een korte woordenwisseling liet arresteeren. Het geheele tooneel duurde nauwelijks vijf minuten. Aan den Gaulois is het volgende ontleend omtrent het pakkendste moment van den middag. De Ligueurs liepen tusschen de troepen in, Déroulède aldoor naast het paard van Roget, dezen generaal toesprekende, aansporende, smeekende naar het Elysée te gaan. Zoo kwam men langs de Avenue van den Faubourg St. Antoine aan den hoek van de Rue de Reuilly. Wat zouden de troepen op dit p int doen De straat inslaan èn zich naar de kazerne begeven of de avenue volgen. Déroulède en de oproer kraaiers na, naar het Elysée, naar de revolutie? Déroulède begrijpt dat hier het oogenblik der beslissing nadertHij grijpt den teugel van het paard van den generaal en heftig, met een geweld, dat den troep doet aarzelen, houdt hij het bijna een oogenblik staande, sommeert het regiment zich niet naar de kazerne te begeven, voort te trekken door Parijs en het Elysée te gaan bezetten. Maar generaal Roget blijft altijd onbewogen en de kleine werktuigelijke aarzeling ziende die by de soldaten ontstaat op het bevelend woord van Déroulède, wijst hij met een eenvoudig gebaar, met een Hij maakte een groote boog en het gelukte hem zich bijna twee meter te verwijderen Mc. Carthy zag het doodsbleeke gezicht van den ongelukkige dichterbij komen en weder legde hij het geweer tegen de wang. Ongelukkigerwijze bevond zich echter het hoofd van Chandranahour precies in de richting van den loop en redding was on mogelijk. Verduiveld prevelde James. De schijnbare onverschilligheid der tij gerin, schonk den boer moed, hij begon sneller en sneller te kruipen. Onbeschrijflijke vreugde deed zijn oogen glinsteren Plotseling nam het dier een sprong, de ongelukkige zonk als verlamd neer, hij be vond zich weer tusschen de klauwen van ae menscheneetster, die haar groote glan zende oogen vlak bij zijn gelaat bracht. Ae speelt fluisterde Djouna, die on zijn buik naar Mc. Carthy was toegekropen Er ontwaakte in z.jn zieleen hartstochte- yk verlangen naar wraak. Hij wenschte de tijgerin te bezitten om haar te temmen haar te kwellen, en te plagen en te mar telen, om haar te toonen de overmacht van den mensch boven het dier. Hij dwong zich tot kalmte, langzamerhand verminderde het heftige kloppen van zijn hart. Intusschen draaide de tijgerin brom- geringe beweging met de punt van de sabel, naar de Rue de Reuilly, waar zich op enkele passen afstands het hek der kazerne opent. Het is voorbij, de teerling is gewor pen. Het is de wet die triomfeert en de revolutie zal niet geschieden. Merkwaardig is het hierbij op te merken, dat generaal Roget, de held van den dag, door wiens onwrikbare houding een revolutie werd voorkomen, een paar maanden geleden door de Dreyfusards werd aangeduid als de ziel van het fameuze militaire komplot tegen de veiligheid der Republiek. Daaruit blijkt alweer van welk gehalte de beschul digingen zijn door de Dreyfus-partij uitge bracht tegen de chefs van het leger. Thans weten ze even goed wat ze hebben aan Roget als aan de volksmenigte die door haar ovaties aan Zurlinden en zijn staf getoond heeft de liefde voor en het vertrouwen in het leger onverzwakt in haar hart te hebben. Wist nu ook de Republiek maar wat ze heeft aan den heer Loubet. Dat de president zich door hem vyandig gezinde betoogingen niet zal laten imiteeren, heeft hij beslist verklaard dat hij het kruisteeken niet kan of wil maken isjn de Notre Dame gebleken. (Wel siond hij op en boog hij het hoofd bij de Opheffing)maar overigens behoort Emile Loubet tot de gelukkige menschen die geen geschiedenis hebben, althans voor het groote publiek, dat enkel zijn buitengewone wel willendheid ten opzichte der Panamisten niet vergeten is. Hoe hij denkt over de kwesties van den dag die Frankrijk innigste leven raken, wat hij wil men weet het niet. Misschien heeft hij alle eigenschappen van een goed Franschman, misschien behoort hij tot diegenen welke het leger hoogschatten en verdedigen tegenover de bekladders ervan, het is alles gissing en onzekerheid. Aan Loubet alleen de schuld, indien het mend met lichte, handige bewegingen Chan dranahour om en om en genoot zichtbaar van hare macht. De arme, in elkaar gekronkelde man moest het zich laten welgevallen. Aan ver dedigen viel niet te denken. De tijgerin was verzadigd, zij schepte daarom behagen in het spel. Zij trok zich weer terug, lang zaam, sidderend van genot.Alle hare bewegin gen droegen den stempel van verachting van den sterken voor den zwakke. Op ongeveer twee meter afstand bleef zij onbewegelijk zitten, de barsteenkleurige "Ogen hall gesloten. Ze was volkomen zeker haar prooi te kunnen verslinden, als zij er lust in had. Toch gaf het slachtoffer den moed nog niet op. Na een oogenblik van aarzelen hief hij zich weer precies als de eerste maal op en begon langzaam kruipend te ont vluchten Mc. Carthy had zijn koelbloedigheid weer geheel teruggekregen. Hij wachtte totdat Chandranahour buiten zijn mikpunt gekropen was en aarzelde toen nog een seconde tusschen den gloeienden wensch om het dier levend in handen te kregen en dan te straften, en de voorzichtigheid, welke hem ried het in het hart te treffen. Eindelijk weerklonk het schot. In de rook wolk zag men de hoogopgerichte gestalte van Chandranahour en achter hem de hui» wantrouwen, het misverstand tusschen de overgroote meerderheid der bevolking en haar president blijft voortbestaan. De Figaro verzekert, dat onder de papieren die in het vergaderlokaal van de Ligue des Patriotes in beslag zijn genomen, een aantal brieven voorkomen, aan officieren gericht en waarin deze aangespoord worden tot een staatsgreep mee te werken. De regeering zou echter, overtuigd dat die officieren boven verdenking verheven zijn, geen gevolg willen geven aan deze zaak. Zaterdag-ochtend zijn Déroulède en Mar cel Habert uit de Santé naar het lokaal van de Ligue des Patriotes overgebracht, waar in hun tegenwoordigheid de huiszoeking werd voortgezet. Ook de procureur der Republiek, Feuilloley, en de rechter van instructie, Pasque, was tegen oordig. Ten huize van Habert te Meudon heeft de politie Zaterdag-middag nog een huiszoeking inge steld. Vijf commissarissen van politie zijn Zater dag-namiddag om éen ure bij den procu reur der Republiek ontboden, waar hun een geheime opdracht gegeven is. Men ver moedde, dat zij huiszoeking moesten gaan doen bij voornaamste leden van de Ligue des Patriotes. De Matin zegt, dat Déroulède bij zijn verzoek aan generaal Roget gehoor heeft gegeven aan een geheel persoonlijke, plot selinge opwelling. Er bestond geen complot en de andere leden van de Ligue des Patriotes wisten niet tot welke daad hij medewerking wilde vragen. De Figaro deelt mede, dat de drie raads-- leden van het Hof van Cassatie, de heeren Le Pelletier, Petit en Trepon, die zich tegen de revisie van 't proces-Dreyfus uitspraken, zitting zullen houden met de drie kamers van het Hof van Cassatie. Alvorens over te gaan tot de werkzaam- lende tijgerin, met een kapot geschoten klauw, zittende op de achterpooten. Moed rieg Mc. Carthy. Reeds was hij van achter het rotsblok te voorschijn gesprongen, Chandranahour te gemoet, die buiten het bereik van zijn vijandin vluchtte. De tijgerin wilde juist'op hem springen, toen een tweede schot van den Ier haar den anderen poot verbrij zelde. Machteloos viel zij neer. Onzettend was haar gebrul. Chandranahour had zich achter zijn redder verscholende overmaat zijner vreugde had hem verlamd. Zwaar, met een wezen- looze uitdrukking op het gelaat, leunde hij op Djouna en volgde de bewegingen van Mc. Carthy. Deze had van Bavadjee zijn tweede geweer aangenomen en trad drie schreden nader. Het dier trachtte zich op te heffen. Het schuurde den geweldigen kop tegen den grond, opende den grooten bek "met de scherpe tanden, waarmede zij zooveel men- schenvleesch verscheurd had, maar machte loos viel ze weer neer en James sloeg haar met wreede wellust gade en voelde den lust om zich te wreken grooter worden. Hij meende, dat zij in deze oogenblikken de macht van den mensch gevoelde, dat zij in de toekomst het niet meer zou Wagen haar prooi uit het dorp te halen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 1