Dagblad voor Schiedam en Omstreken. schat in het ~2ste Jaar Douderdag 7 September 1899. No. 6489. bureau 1$ofer5fraaf 50. moeras. or PBU8 VAN DIT BLAD: ^°°r Schiedam per 3 maanden franco per post door geheel Nederland •Wonderlijke Nummers f 1.50 2.— - 0.05 PRIJS DER ADVERT KNTIËN Van t6 regels1 ]f0.G0 Elke gewone regel meer-0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. 0pFlCIEELE BERICHTEN. ^ennisgeving. Scb^damSIEESTer Belet en Wethouders van doen te arl' der Glemeentewet, '"kotnstWeten' dat d® begroot*ng van V°°r het j n e.n udgaven dier gemeente, Merino v "stjaar 1900, in de Raadsver- ?P de s an "®den den Raad aangeboden, !e?.®r ter ire'ar'e der gemeente voor een l '.n8 dep e^lnB nedergelegd en, tegen be- Ügbaar sten( in afschrift aldaar En is stold is. 1 behoort1"^" a'kondiging geschied, £urgem 5den SePtember 1899. ëester en Wethouders voornoemd, VERSTEEG. De Secretaris, VERNÈDE. ver waar OVERZICHT. 6 September '99. D, Proces te Hennes. u® n>euWR door het We&ding die de zaak-Dreyfus Cernnschi S®nsatiewekkend getuigenis van digin„ Q "®®ft gekregen, heeft de verde- «00 middelen doen zinnen om, het r'u de °oschuld van den beklaagde Na de t6 Stellen" »an haij 2lttinS met gesloten deuren die 8®duyrtj 2oven t°t kwart voor achten heeft het ond Werd g*heel gewijd aan d°ssier n Van ^et 8®beime spionnage- dienda r eri'Uscb> werd niet gehoord d® voutT" in °P®nbare zitting aanstonds »Het conclusiën m. »over m°Se den krijgsraad behagen ^teren^v"6^6 dat ^9 'n de z'tting va» onder 'ee^ 'aten hooren Cernuschi, die d°°r eean<^eren '39weert dat Dreyfus hem 'an h'0 re'erendans aan het departement VC?*lKh« «k» van een Middel- cier - e mogendheid en door een offi- en generalen staf van een andere euiIleton. 18) o«lyoprecht en goedgemeend, Cor- j Vftn dp rt dreigde te breken, toen ik °°rg»brapk.&tS' waar 8° uwe kindsheid had »JI ikac„ht' za8 weggaan." ^0r>en wf,n* w?.8 om m ®«n® hut te gaan °Precht „ul mid een bescheiden, maar *Com i ■verwachtte* h°®ven ^ebt bet geluk van de beide >B LT U med®genomen." hrav® vrn'^ u n'®t, John. Gij hebt eene kinderen 1 gezonde; goedgeaarde Riet." een grooter geluk bestaat er Brondstnwt06' ^et ^eluk, dat aan de beide Van alle rn verhonden was. Ten spijt kwam ik 4 ®n de zorgvuldigste bewerking, ^0® lano 'nn?1Jn® geldelijke omstandigheden '®rkonn«er "O®, meer achteruit Ik moest P n, om niet geheel arm te worden." mogendheid is aangewezen als aanbrenger in dienst van vreemde natiën «overwegende dat een dergelijke hande ling van een buitenlandsch officier tegen een Fransch officier de verdedigers noopt verder te gaan dan zij voornemens waren, en uit te lokken dat aan den krijgsraad worden overgelegd de in het borderel op genoemde stukken, daar de overlegging van die stukken op schitterende wijze de on schuld van den beschuldigde aan den dag zou brengen, ter bestrijding van beweringen die slechts door de officieele stukken geheel en onmiddellijk kunnen worden vernietigd «te gelasten en te bevelen dat de regeeringscommissaris de regeering moet uitf.oodigen, de betrokken vreemde mogend heid of mogendheden langs diplomatieken weg te verzoeken om de regeering de in het borderel opgenoemde stukken te ver schaffen. Labori voegt erbij«Ik geef mij rekenschap dat wij voor nieuwe netelige omstandigheden staan, maar aangezien ik geen baas ben over de besluiten van den krijgsraad, heb ik de eer mee te deelen dat ik den regeeringscommissaris verwittigd heb, het noodig te achten, voor den krijgsraad te dagvaarden de heeren Schwartzkoppen en Panizzardi, of zij willen komen getuigen. Buitengewone omstandigheden ^hebben ons gebracht tot het besluit om een beroep te doen op het getuigenis van buiten landsche officieren. Dat is in overeenstemming met hetgeen vroeger tyj dergelijke gelegenheid is gebeurd. Wij naderen het tijdstip waarop de waarheid en het licht zullen uitblinken en de vol ledige onschuld van den beklaagde toonen." De regeeringscommissaris Carrière zegt, dat men niet vooruit mag loopen op den afloop van het proces. In de conclusiën van Labori is het teere punt dit, dat hij den krijgsraad aan den regeeringscommissaris wil laten opdragen, de Fransche regeering «Zoo zal uw arbeid in Californië des te beter beloond worden. Uwe kinderen worden ouderzij zullen u spoedig een grootere hulp zijn. «Wie van hen zal Californië bereiken, wie in de prairiën of in de woestijn van het westen zijn graf vinden vroeg Winslow met een diepen zucht. Deze gedachte mar telt mij, en toch moet ik mij altijd goed houden. En hoe gemakkelijk zou alles ver meden kunnen worden, wanneer gij ir.ijn voorstel wildet goedkeuren." Comely antwoordde niet. Maar zij bleef, staan, en nadat zij, voor zich neer starend met haar stok, alsof zij iets zocht, tusscben de grashalmen heen en weer geschoven had, keerde zij zich om. Van Winslow's legerplaats was nog slechts een smalle streep rook zichtbaar, die rechtop in de heldere atmosfeer omhoog steeg. Daarentegen bevonden de spookachtige top pen der boomen van het moeras zich nog in hun gezichtskring. Als zwarte punten tee- kendeo de gieren zich tegen de lucht af. De zon was juist ondergegaan, doch het avondrood verhelderde nog den hemel. liet gras van de prairie scheen groener gewor den te zijn, even als 't gebladerte van de te verzoeken, om langs diplomatieken weg, aan een vreemde regeering een verzoek te doen dat strekt om stukken, die al heel Weinig op diplomatieke gelijken, terug te krijgen. Men kan zich niet voorstellen, zegt Carrière, dat de eene regeering tot de andere zoo'n verzoek richt, en daarom maakt hij alle mogelijke voorbehoud. Paléologue, hoofdambtenaar aan het de partement van buitenlandsche zaken, zegt heel goed te begrijpen hoe veel belang de verdedigers eraan hechten dat de in het borderel opgesomde stukken bij de proces stukken worden gevoegd, aangezien zij de kern van de kwestie vormen. Intusschen be letten uiterst zwaarwichtige redenen de Fran sche regeering, van een vreemde regeering die stukken op te vragen, als deze ze niet uit zichzelf geeft. Paléologue weet niet, of de regeeringscommissaris bevoegd zal zijn, de hem toegedachte taak te vervullen. Uit een diplomatiek oogpunt is het stoffelijk en zedelijk onmogelijk. Hij gelooft dat het doel «samaar men streeft niet te bereiken is. De veidedigers, die over machtige middelen beschikken, zouden misschien officiëus die stukken kunnen verkrijgen. Paléologue heeft reden om aan te nemen dat de regeering zich niet met zoo'n taak kan belasten. Daarentegen is er z.i. niets tegen dat Schwartzkoppen en Panizzardi komen ge tuigen. Het staat aan den krijgsraad te beoordeelen, of hij al of niet gevolg wil geven aan het verzoek van de verdedigers. Palé ologue besluit met te zeggen dat het ver zoek, hoewel naar recht en logika gewettigd, uit een diplomatiek oogpunt niet voor inwilliging vatbaar is. De voorzitter deelt mee dat de krijgsraad naderhand beslissen zal. De getuige Basset vertelt, dat hij ettelijke malen door de Matin naar Londen was gezonden, om Esterhazy te interviewen. Deze verklaarde eerst dat hij niet de schrij ver van het borderel was. Hij beklaagde zich bitter over de generaals en zei dat hij enkele boschjes. Diepe vrede had zich voor het onafzienbare stille landschap verspreid. Corneiy stond nog onbeweeglijk, alsof zij den gloeiend rooden westelijken hemel be wonderde. Angstig bespiedde Winslow haar gelaat, dat zich voor de daarachter strijdende gevoelens scheen versteend te hebben. Op eens klonk een helder lachen van de leger plaats tot hen door. In de zuivere atmos feer opgestegen maakte het den eigenaardigen indruk, alsof het uit de hoogte neerkwam. Corneiy schrikte even en wierp een blik van verrassing naar boven. Haar gelaat be hield dezelfde strakke uitdrukking, maar hare stem klonk zachter, toen zij begon «Dat was uwe dochter Kate. Haar lachen is zoo onschuldig, anders zou het niet zoo zijn weg tot het hart vinden. Zegen het kind in mijnen naam, want al beloofde ik ook mijn bezoek te zullen herhalen, zoo is het toch het beste, dat ik het bij deze eerste samenkomst laat. Ik zal haar niet weer zien, Zegen gij haar echter ook voor u zelf en al de uwen, want aan haar lachen is het te danken, dat ik van besluit veranderd ben. En luister nu naar mij Morgen in de vroegte zal ik Dick met het beschreven papier naar u toezenden zich voor den kop zou schieten. Basset ried toen Esterhazy aan, zich niet dood te schieten, maar de geheele waarheid aan het licht te brengen omtrent de rol die hij gespeeld had. En toen vertelde Ester hazy hem zoomaar op eens, op het Picca dilly, dat hij de schrijver van het borderel was en het in 1894 geschreven had op verzoek van Sandherr. Deze had hem verteld dat er een verrader aan den generalen staf was, kapitein Dreyfus, en dat men dien moest te pakken krijgen. Esterhazy Esterhazy aarzelde toen niet, het borderel te maken. Hij deed die bekentenis, zegt Basset, omdat hij zwaar gedrukt was door dat allen hem in den steek lieten. Ten slotte verklaart Basset dat hij de verklaring door Esterhazy liet waarmerken. Over de rol door Esterhazy in de zaak gespeeld, ontspon zich, nadat de regeerings commissaris geprotesteerd had tegen de insinuatie van Esterhazy, dat Sandherr hem zou opgedragen hebben het borderel te schrijven; een breede discussie tusschen Labori en Roget. Roget heeft geen zekere bewijzen, maar is geneigd Esterhazy voor een stroopop te houden. Labori legt er den nadruk op dat men Esterhazy heeft voorgesteld als een stroopop, terwijl de feiten reeds lang bekend waren. Demange komt terug op de vraag of Esterhazy een stroopop was, en uit zijn verbazing over de bewering dat de ver dedigers den generalen staf willen compro- mitteeren. Roget zegt, dat een van de redenen die hem tot de overtuiging brengen, dat Esterhazy een stroopop is en vreemd aan het verraad, deze is, dat zijn bekentenis dat hij het borderel heeft geschreven, geen geloot verdient. Daar Roget opnieuw spreekt over den zinik ga naar de manoeuvres, zegt Dreyfus, dat de krijgsraad, die de circu laire van 17 Mei '94 bezit, zich zal kunr.en overtuigen, dat deze circulaire aan de neen Dick niet, maar zijne broeders, dan kunt ge die ook leeren kennen. Begeef u dan aan het werk, dat wil zegen, nadat gij mijne zoons weer teruggezonden hebt, om het geld op te zoeken en uit den grond te nemen. Gij behoeft dan het leven van de uwen op de verre reis niet in gevaar te brengen. Maar een verzoek heb ik, John; ga uit deze buurt weg, zoo ver mogelijk weg, opdat wij elkander niet ontmoeten. Zet u neder, waar gij denkt, dat gij den grond voor een betere toekomst voor u allen kunt leggen, en moge het geld van onze vaders u ten zegen strekken." «Ik zoude alles nemen hernam Win slow verschrikt en zijn door zorg gerimpeld geiaat drukte een smartelijke verbazing uit. «Neen, Corneiy, spreek met verder, neem uw woord terug, zeg mij, dat ik uwe zoons het u toekomende erfdeel mag medegeven 1" «Dat mag niet gebeuren," antwoordde Corneiy streng, «gij moet mij zelfs beloven voor de jongens geheim te zullen houden, weike zaak het betreft." Wordt vervolgd.) NIEUWE SCHIEDAMSCKE COURANT

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 1