niet zoo treurig ware en ergerlijk om aan
te zien, eene justitie die zich, op zulke wijze
verlaagt en ten dienste van eene secte
stelt, heeft alle ontzag verloren. Dit proces
is evenals dat hetwelk voor het Hoogge
rechtshof werd afgespeeld, een politiek-proces
en wordt alleen gevoerd om een zeker pu
bliek, dat hier helaas maar al te talrijk is,
voldoening en afleiding te geven. Het is het
vervolg van de veroordeelingen van Buffet
Dèroulède en Güerin, de geest moet van
de zaak-Dreyfus afgeleid worden, want wat
men er ook van moge zeggen, deze onge
lukkige zaak is niet uit, zij heeft onder de
Franschen eene zeer afgeteekende schilting
of liever classificatie doen ontstaan, welke
bij de verkiezingen voor den Senaat en
vooral voor die der gemeenteraden, duidelijk
zal uitkomen. Hiertegen wilde het gouver
nement optreden en zette uit haat en om
zich te wreken, de processen, van het
Hooggerechtshof en tegen de onschuldige
paters Assumptionisten op touw.
De regeering, die aan de bevelen der
franc-mafonnerie gehoorzaamt, steunt, zoo
handelend, de belangen van dit even geheim
als ongeoorloofd genootschap, hetwelk met
angst den invloed der paters, met hunne
dagbladen la Croix en hunne verkiezings
comités, ziet toenemen, ten koste van
hunne Broeders en Vriendjes. Zulk een
proces wordt in het paleis van Justitie, en
met recht, eene oneerlijke concurrentie
genoemd.
Indien men zijn tegenstander kan treffen,
zoo schijnen die mannen der republikeinsche
justitie te gelooven, dan zijn alle middelen
goed en de lasteraar die de wet veroordeelt
is zeker ongestraft te blijven, indien hij dé
regeering maar voor zich heefteen daar was
de procureur-generaal Bulot, de 'beschuldiger
der paters Assumptionisten, natuurlijk van
verzekerd. De moordenaars van 1793 hadden
in hunne afschuwelijke terechtstellingen,
waardoor zij hunne tegenstanders opruimden,
nog iets tragisch grootsch, waartegen die
hedendaagsche tamme scherprechters een
treurig figuur maken.
De twaalf paters werden elk tot een
boete van fr. 16.— veroordeeld en de recht
bank verklaarde verder de congregatie der
Assumptionisten als ontbonden.
In de Kamerzitting van Woensdag inter
pelleerden vele afgevaardigden den minister
van justitie, over de verklaringen van den
procureur-generaal Bulot in zijn requisitoir
gedaan, waarin hij hen beschuldigde, door
de hulp der paters verkozen te zijn. Een
hunner, de heer Charles Bernard, noemde
denj minister van justitie, den heer Monis, een
oplichter en canaille, zoodat hij de Kamer
werd uitgezet en de zitting moest geschorst
worden.
De heer Ferdinand Brunetière, Akademie-
lid en directeur der Revue des Deux Mondes,
is Dinsdag naar Rome vertrokken, alwaar
hij in he* Vaticaan voor de leden van het
Heilig College en de hooge geestelijkheid
der Eeuwige Stad, eene conferentie over
het werk van Bossuet en de tusschenkomst
der Voorzienigheid in de wereldgeschiedenis,
zal houden. Een leek, in tegenwoordigheid
der eminentste hoofden van den katholieken
godsdienst en met de hooge goedkeuring
van den Heiligen Vader, zulk een ontwerp
behandelend, zal een tot heden nog niet
voorgekomen schouwspel opleveren. Leo XIII
zoude er zelf bij tegenwoordig willen zijn,
doch zijn geneesheer heeft het Hem for
meel verboden, en aan zulk een verbod moet
zelfs een paus gehoorzamen.
Deze buitengewone gunst van Leo XIII,
aan den krachtigen verdediger van bet
dogmatische en maatschappelijke gezag
bewezen, heeft buitendien het tastbare doel
om dit werk des te meer te doen uitkomen
en wereldkundig te maken, en hem voor
zijn weldadig en manhaftig optreden te
beloonen.
De aandacht der wereld zal dus weder
op Rome, die stad der idealen, gevestigd
woraen en het is alleen het katholicisme,
waarvan zjj het middelpunt vormt, dat haar
dit heilig karakter doet houden.
Fipblius
Parjjs, 13—26 Jan. 1900.
Stads- en Gewestelijk Xieuws.
Schiedam, 27 Januari 1900.
Overzicht van de handelsbeweging te
dezer stede in het afgeloopen jaar 1899,
en vergeleken met 1898.
Granen.
Aan de directie der Rotterdamsche Omni
bus-Maatschappij is een verzoek gericht tot
het instellen van een omnibusdienst van het
Noorderkwartier naar het centrum der
stad. Voornoemd stadsgedeelte telt circa
40.000 bewoners.
De korenmolen van den heer Terlaak aan
den Kortendijk te Vlaardingen zal van
stoom voorzien worden. Met het bouwen
van een machinegebouw is reeds een aanvang
gemaakt.
Van de per zeeschip aangevoerde hoeveel
heid is ongeveer 1000 last in het afgeloopen
jaar, tegen 2300 last in 1898 alhier gelost
geworden en voor andere plaatsen bestemd.
De aanvoer der verschillende graansoorten
voor Schiedam bestemd, geschiedde als
volgt
BINSEXLAXD.
Bij Kon. besluit is benoemd tot ridder
in de orde van Oranje-Nassau de gepens.
O.-I. ambtenaar J. Molenaar, laatstelijk
gezaghebber 2e kl. bij de Gouv.-Marine.
De minister van Justitie verleent de vol
gende week geen audiëntie.
Naar het Arnh. Ct. met zekerheid
verneemt, is het wetsontwerp tot herziening
der drankwet hij den Raad van State
ingekomen en is het wetsontwerp, houdende
de toegezegde technische wijzigingen der
kieswet, zoover gereed, dat het waar
schijnlijk eerstdaags ook het departement
van binnenlandsche zaken zal kunnen ver
laten.
Met houtladingen kwamen alhier in 1899
uit zee binnen 21 schepen en losten daarvan
3 stoomschepen slechts gedeelte lading hier.
De aanvoer per zeeschip bedroeg in het
afgeloopen jaar ongeveer 24500 M» netto,
tegen 17500 M3 netto in 1898.
Van de per zeeschip aangevoerde hoeveel
heid, werd ongeveer 15% voor elders bestemd
hier overgeladen tegen ongeveer 10% m 1898.
Steenkolen.
Van Gas- en Stoomkolen werden hier in
1899, 14 ladingen per zeeboot uit zee aan
gevoerd, te zamen hier lossend ongeveer
14000 tons steenkolen en in 1898, 6 ladingen
te zamen circa ongeveer 5100 tons steen
kolen.
Van de hier aangevoerde hoeveelheid
steenkolen uit zee, werd ruim 46% tegen
/o 1898 voor andere plaatsen in het
binnenland bestemd alhier overgeladen.
Wij herinneren, voor zoover noodig, onze
lezers, leden der afd. Schiedam van den
Ned. R. K. Volksbond, aan de vergadering
welke morgen (Zondag) middag 1 ure in
de zaal der Officieren-Vereeniging zal worden
gehouden.
Ook te dezer stede heerscht de influenza
in ernstige mate en wel met treurigen
afloop. Op de ziekenlijst van het Onder
steuningsfonds St. Liduina der afd. Schie
dam van den Ned. R. K. Volksbond staan
30 namen opgeschreven. Dit getal was in
de laatste acht jaren nog nooit bereikt.
Heden kwam het zeldzaam treurig geval
voor, dat een man en een vrouw uit het
zelfde gezin achter elkaar werden begraven.
In éen lijkstoet werd teraardebesteld het
stoffelijk overschot van de echtgenooten
Knoop—Van Dijk, bewaarders ten kan
tore van den beer J. T. Beukers alhier.
Enkele dagen vroeger overleden ook
kort na elkaar de broeder en zuster der
beide overledenen, de echtgenooten Van
Dijk Happé, die zoovele jaren bewaarders
ten kantore der Gistvereeniging, laatst van
de Spoelingvereeniging, zijn geweest.
Voorzeker hoogst treurige gevallen, die
den hartewensch doen uitspreken, dat de
gevreesde ziekte, die zoovele slachtoffers
maakt, spoedig uit onze stad verdwijne.
Ter gelegenheid van den verjaardag
van Z. M. den Duitschen keizer Wilhelm II,
koning van Pruisen, doet de heer Arn.
Zoetmulder S. Jzn., consulair agent van
het Duitsche rijk alhier, de vaderiandsche
driekleur wapperen.
De Staatscommissie voor de samensmelting
der officierskorpsen van het Nederl. en
j Indische leger heeft dezer dagen hare
vergaderingen voortgezet, ten huize van het
lid der commissie in de Zeestraat, den
heer trenkel, die door een beenwond zich
moeilijk van huis kan verplaatsen.
Naar men verneemt, zal de Inspecteur-
Generaal van het Loodswezen, Schout-bij -
nacht Spanjaard wegens den ongunstigen
staat zijner gezondheid weldra genoodzaakt
zijn den zeedienst met pensioen te verlaten.
De Vredesconferentie.
Thans blijkt dat onderteekend zijn
a. Het verdrag betreffende de beslechting
vaa internationale geschillen langs vreed-
zamen weg door 26 aan de conferentie
deelgenomen hebbende staten, waarvan 4
onder voorbehoud, nl. Amerika, Roemenië,
Servië en Turkije.
b. Het verdrag betreffende de regelen en
gebruiken in den oorlog te land door 23
staten, daar China, Zwitserland en Turkije
dit niet onderteekenden.
c. Het verdrag nopens de uitbreiding van
de beginselen van het congres van Genève
tot een zeeoorlog door 26 staten, waarvan
3 onder voorbehoud, te weten Duitschland
Amerika en Groot-Brittanië.
d. De verklaring houdende verbod van
het werpen van projectielen of ontplofbare
stoffen enz. uit ballons door 25 staten, daar
Groot-Brittanië deze verklaring niet onder-
teekende, terwijl Turkije onder voorbehoud
teekende.
e. De verklaring houdende verbod van
het bezigen van projectielen met het eenige
doel om verstikkende of vergiftige gassen
te verspreiden, door 24 staten, daar Amerika
en Groot-Brittanië niet teekenden.
fDe verklaring houdende verbod van
het bezigen van kogels die zich in het
menschelijk lichaam gemakkelijk uitzetten
of vervormen, door 23 staten, daar Amerika,
Groot-Brittanië en Portugal zich onthielden,
Achtereenvolgens nam hij deel aan d®
tweede en derde tegen Pali, aan d«
krijgsverrichtingen in het Palembangscb®'
aan de wapenfeiten in Borneo Zuider- ®n
Oosterafdeeling en aan de verschillend®
krijgsverrichtingen tegen Atjeh van 1874
tot 1880,
Vooral in den laatsten krijg bevocht Van
der Heyden zich de grootste lauweren eo
werd door zijn ongeëvenaarden moed de
held bij uitnemenheid van het Indische
leger.
Bovenal onderscheidde hij zich als legf*
aanvoerder in de verovering van Samalanga®
(een rijk aan Atjeh grenzend). Door een
kogelschot getroffen verloor de »held van
Samalagan" in dezen strijd zijn linkeroog-
Achtereenvolgens werd van der Heyden
nu bevorderd tot majoor in 1868, tot luit."
kolonel in 1872 en tot kolonel in 1876,
terwijl hem in 1877 de hooge eer te beurt
viel benoemd te worden tot adjudant des
Konings in buitengewone dienst.
In Januari 1878 zag hij zich tot
gouverneur en onderhoorigheden en tevens
tot militair bevelhebber van dien staat
benoemd, wat hij bleef tot 1881, toen de
Nederlandsche regeering alleen een burgeljjk
bestuur in Atjeh wenschte gevestigd te
zien.
In 1878 tot generaal-majoor en in 1880
tot luitenant-generaal verheven, keerde
Van der Heyden in Mei 1881 met verlof
naar Nederland terug, waar hij een jaar
later op de meest eervolle wijze uit
's lands militairen dienst werd ontslagen.
In November 1887 werd de gepension-
neerde luitenant-generaal benoemd tot
commandant van het Koninkl. Koloniaal
Militair ,lnvaliedenhuis op Bronbeek f bij
Arnhem).
Na onderscheiden schitterende wapen
feiten ontving generaal Van der Heijden
meermalen 's Konings betuigingen var.
waardeering en den dank der Regeering.
Bij het neerleggen van bestuur en kommando
ontving hij als bewijs van 's Konings groote
tevredenheid het grootkruis van den Gouden
Lëeuw van Nassau. Kort voor zijn pension-
neering viel den generaal nog de benoeming
ten deel van Ridder Grootkruis in de orde
van den Eikenkroon.
Generaal Van der Heyden.
De volgende levensbijzonderheden kunnen
vermeld worden van generaal Karei
vao der Heyden, van wiens nog
plotseling overlijden wij gisteren reeds met
een enkel woord gewaagden
4 sor fe' ^an ^er Heyden werd 12 Januari
l°-.ti te Batavia geboren. Als kind van 2
jaar werd hij naar Nederland gezonden,
waar hij op verschillende scholen te
Arnhem en Oosterbeek zijn eerste onderwijs
ontving. Reeds als knaap van 15 jaar
trad hij te Harderwijk in Indischen dienst
en vertrok hetzelfde jaar als korporaal-
titulair naar Batavia. Door zijn loffelijk
gedrag klom Van der Heyden zeer snel
van den laagsten tot den hoogsteri rang
in het Indische leger.
De begrafenis op Eik en Duinen ran den
Grootmeester bij het Koninklijk Huis, graaf
Van Lijnden, waarbij H. H. M. M. da
Koninginnen zich door twee kamerheeren
officieel lieten vertegenwoordigen, trok
gisteren vooral de aandacht door de aan
wezigheid van een 40 tal bewoners uit
Lisse en omstreken, die allen als pachter
of gebruiker van gronden van den graat
Van Lijnden getuigenis aflegden van
hunne hoogachting jegens hnn humanen
landheer.
Verder werd aan den ontslapene de
laatste eer bewezen door de leden van het
civiele en militaire huis der Koningin, vele
oud-opperofficieren en officieren der cava
lerie, benevens door den inspecteur van dit
wapen, generaal Roemer.
Na sluiting van het met bloemen en
kruisen bedekt graf bedankte de zoon de
vertegenwoordigers der Koninginnen en
de belangstellenden voor de bewezen eer.
Te s-Gravenhage is overleden de onlangs
na langdurig buitenlandsch verblijf aldaar
teruggekeerde voormalige directeur van het
kabinet des Konings, later van de Koningin,
jhr. mr. J. F. Alewijn, vroeger referendaris
bij het departement van justitie. Van 1877
tot 1893 vervulde hij de gewichtige
betrekking van directeur.
De locaaltrein naar Voorburg, ten 10 u.
10 m. eergisteren-avond van het Staatsspoor
station te 's-Gravenhage vertrokken, ont
spoorde te Voorburg, nadat de passagiers
het rijtuig reeds hadden verlaten, bij het
wisselen, met dit gevolg, dat de wagen
tegen den rand van het perron aanreed,
dat daardoor eenigszins beschadigd werd.
Donderdag laat werd door rookwolken
en brandlucht een begin van brand ontdekt
in het Ministerie van Koloniën te 's Graven-
hage. De brandweer, gealarmeerd door een
brandsignaal in het gebouw, was vlug te?
plaatse en bluschte spoedig den reeds
smeulenden vloer van de ambtenaarskamer)
grenzende aan de bibliotheek op de derde
verdieping. Onder leiding van den brand*
weer-commandant en in tegenwoordigheid
Granen per Zeeschip aangeroerd
1899. 1898.
Gerst 5830 last, 10925 last.
Rogge 1530 4200
Lijnzaad 440 400
Mais 125
Tarwe 150
Te zamen. 7800 last.
Granen per Riviervaartuig
van elders aangevoerd
1899.
Gerst 10780 last,
Rogge 9170
Mais 10100
Tarwe 150
i)
15.800 last.
Te zameu.
30.200 last,
1898.
8360 last.
6050
11000
590
26.000 last.
41.800 last.
In het geheel aangevoerd 38.000 last
1899.
Gerst per Zeeschip 5300 last.
Biviervaart. van elders 10780
Te zamen
Rogge per ZeeBchip
16080
1530 last.
Riviervaart, van elders 9180
Te zamen. 10710
Mais per Zeeschip niets
1898.
9800 last.
8360
18160
3700 last.
6050
9750
niets.
11000 last.
Riviervaart, van elders 101201ast
llout.