Dagblad voor Schiedam en Omstreken. 23ste Jaarg. Vrijdag 2 Februari 1900. No. 6612. ^Sureau !&oter$traai 50. De Drieberkenhof. 0FFICIEELE BERICHTEN. Kennisgeving. A.LHE51EEN OVERZICHT. Feuilleton. PB IJ 8 TAM DIT BLAD: Voor Schiedam per 3 maandenf 1.50 franco per post door sreheei Nederiand - 2. Afzonderiiike Nummers 0.05 PRIJS DRK AD VKRTKNTIgN Van 1—6 regelsJƒ0.60 Elke gewone regel meer-0.10 Voor hernaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. De Burgemeester van Schiedam, fö7An art' ^er wet van ^en 26sten Mei Staatsblad no. 82) betrekkelijk de grondbelasting, h ku6"®1 ter kennis van de daarbij belang- ebbenden, dat de staat, aanwijzende de 'tkomsten van de metingen en de krach «ns art. 14 der aangehaalde wet vastge- telde schattingen van gebouwde en onge- ouwde eigendommen, binnen deze gemeente gelegen, gedurende dertig dagen ter inzage °P de secretarie is nedergelegd. En is hiervan afkondiging geschied, waar et behoort, den lsten Februari 1900. De Burgemeester van Schiedam, VERSTEEG. Burgemeester en wethouders van Schiedam, Gezien art. 18 bis der verordening tar andhaving van de openbare orde en veilig- e'd en op de straatpolitie «erleenen tot wederopzegging dispen* atie van het verbod om de straut te e«robben voor Vrijdag en Zaterdag van ere week, des morgens van 8—10uur n des numiddags van 6 —8 uur. Schiedam, 1 Februari 1900. urgemeester en Wethouders van Schiedam, VERSTEEG. De Secretaris, v. LUIK L.S. 1 Februari 1900. De oorlog in Zuid*Afriku. I o het Engelsch Parlement. De beraadslaging in het Engelsch parle ment over het adres van antwoord op de zoonrede, eergisteren begonnen, is in het °°gerhuis reeds geëindigd, maar zal in Lagerhuis nog wel eenige dagen duren. °orloopig leidt het tot heden gevoerd at tot de conclusie, dat de regeering de liberale partij, voor zoover hare leden Naar het Duitsch. 41) 8ior* Zang«r oogstte een algemeenen en j00 *®*cdtigen bijval, waarover»de Weener" Ook e^en knikte, alsof een deel ervan ^as H°°r kfiro bestemd ware geweest. Hij rUsti 'aatste, die weer in het gewone, Na #h temP° geraakte W u concert «en geanimeerd bal. het zwe«^e het jeugdiger deel van De £eze'schap door de ruime concertzaal, en 0Qk^ers verstrooiden zich onder de gasten, '.mevrouw Von Bern vond spoedig de jJl families van het land. Vroe„U' :!oe 'sJ6 de nieuwe zanger bevallen zij Z1J viendelijk aan den schout, terwijl Holenuarf **en Tyroler zag< die door den was uitgenoodigd geworden aan de V*s'geh jWaar j hijna met geweld werd haar vertegenwoordigen, voor een krachtig voortzetten van den oorlog zijn. Bovendien valt op te merken, dat sir Henry Campbell Bannerman, de leider der oppositie, er bij voegde: tot bewaring van de integriteit van liet rijk. Hij schijnt dus te bedoelen, en zoo begreep minister Balfour het ook, dat hij en de zijnen den oorlog willen voort zetten tot de republikeinen van Engelsch grondgebied zijn gedreven, of tot dat een vrede kan verkregen worden, waarbij Enge land geen deel van zijn grondgebied behoeft af te staan. De rede van sir Henry was overigens wel een herhaling van hetgeen reeds vroeger door hem gezegd werd, maar zij sloeg daarom niet minder den spijker op den kop. »Hoe hebben wij ons in onze tegenstan ders bedrogen i riep de spreker uit. Als ik denk aan de gebeurtenisseri die den oorlog zijn voorafgegaan en aan den toon en het karakter door de Regeering gegeven aan de onderhandelingen met Transvaal en met onze dappere Hollandsche mede onderdanen in de Kaapkolonie dan ben ik genoodzaakt den oorlog en de wijze waarop de regeering de zaken heeft bestuurd, te veroordeelen. Ik verwerp ten eenenmale de opvatting, dat critiek zou moeten uitgesteld worden tot na den oorlog. Thans is het daartoe tijd. »Het is mij gebleken, dat de organen der openbare meening in de Kaapkoionie, die allen van den aanvang af de staatkunde der regeering hebben gesteund en aange vuurd, thans den wenk hebben gegeven, de grondwet daar te schorsen, omdat de Hollanders de meerderheid hebben. (Protest op de ministerieele banken, toejuichingen bij de oppositie.) Openlijk verlangen zij, dat er na den oorlog een soort van grens regeling zal wezen om hen voor de ramp van een Hollandsche meerderheid te be hoeden. Deze geest heeft de politiek der regeering beroerd. Te weinig heeft men gegeven om de trouwe Hollanders in de Kolonie. Onder Chamberlain's regime zijn »Ja, zoo zoo, la ia sprak de schout, half verachtend, half onverschillig. »Van dat deftige zingen heeft een buitenman niet veel verstand", merkte hij op. ter wijl hij de kroonthalers in zijn broekzak »muziek" deed maken. »Dat klinkt toch welluidender 1" scheen hij te willen zeggen. Mevrouw Von Bern lachte fijntjes. »Ik zal je wel lichter maken," sprak zij onder dat lachje, vals wij ons accoord tnaar klaar hebben!" »Was het maar eens eerst zoover »Het zal mij benieuwen, wie het winnen zal en mevrouw liet het oog naar den Holenhof weiden. Thomas Bitterle stond reeds lang met drie stoelen achter de deftige dame, die vergezeld was van hare vrienden Brinkman en Gutekunst, en bood ze op dit oogen- blik met een onderdanig lachje aan. »Ah, de heer President I" sprak de dame vroolijk en nam met de heeren plaats, Weder boog de gevierde Weener," nu nog dieper, het hoofd en trok zich op een eerbiedigen afstand terug. Nauwelijks had de Holenhof het woord woud" gehoord, of de eigenaars rukten langzaam nader, terwijl Citroenen-Sepp Kaapsche ministers, die evengoed ministers der Kroon zijn als hij zelf, met koelheid behandeld. Dat strekt weinig om twijfe lingen en vrees weg te nemen en een welwillendheid te kweeken die noodig is zoowel voor een goed bestuur, als voor een bevredigende schikking ten bate van Zuid- Afrika's toekomst. »ln de eigenlijke punten van geschil tusschen Engeland en Transvaal was nieis waarin men een casus belli kon vinden. Toejuiching van de oppositie). Er was niets om een oorlog of toebereidselen tot den oorlog te rechtvaardigen. Wij moeten er toe besluiten, dat al wat de regeering gedurende de onderhandelingen gedaan heeft, strekte om de Boeren door vrees tot onderwerping te brengen. Een dwazer geringschatting van den tegenstander of een volkomer misrekening is nooit in de geschiedenis gezien. De Regeering heeft zich vergist op het stuk van het uitbreken van den oorlog, van onze tegenstanders en van hetgeen er voor den oorlog noodig was." Het einde van sir Henry waardige phi lippica was, zooals wij reeds hiervoor op- meiktën, de.verzekering van den steun zijner partijger.ooten tot krachtige voortzetting van den oorlog, teneinde de integriteit van Harer Majesteits grondgebied te verzekeren. Minister Balfour betreurde khet, dat de leider der liberalen zich niet wat duidelijker uitdrukte, Gij belooft wel uw steun om den inval der Boeren op Britsch gebied terug te slaanmaar dan Wdt gij verder niet medewerken aan het vestigen van Engeiand's suprematie in Zuid-Afrika O, zeker, erkende Balfour, het land is terecht teleurgesteld door sommige resultaten van den oorlog, de Regeering weet, dat de toekomst voor hen die verantwoordelijk zijn voor de openbare aangelegenheden, vol zorgen en moeilijkheden is. Maar zij zal trachten zich van hare verplichtingen te kwijten zoolang zij het vertrouwen van het verstolen uit de verte op den Drieberkenhof blikte, dién hij zoo zwaar gekrenkt had. Mevrouw Von Bern merkte de manoeuvre op en leidde het gesprek op een ander onderwerp De Tyroler zou op reis gaan, hoorde Eva, eene kunstreis naar verre landen en groote stedenHet werd haar vreemd te moede, zonder dat zij zich volkomen rekenschap kon geven van hare gevoelens. De Drieberken-boer kreeg het in den loop van het gesprek te kwaad met de dame en viel in een onbewaakt oogeublik zoo ruw uit, dat mevrouw Von Bern zonder een afscheidsgroet het gezelschap verliet. Eva was de onschuldige aanleiding tot het conflict .geweest. .Mevrouw, die op de kunstreis meeging, wilde het meisje graag zoo lang te huis hebben, en de hofboer verkoos niet haar te laten gaan. De dame wendde Zich regelrecht naar den Holenhof en sprak, luide genoeg om door den Drieberkenhof verstaan te worden »Kom over vier weken bij mij wij zullen dan de zaak in orde maken Ik geloof niet, dat gij een mededinger verder hebt te vi eezen besloot zij met verheffiri'; van stem, Huis bezit en nooit den vrede aanvaarden zoolang niet de oorlog billijke voordeelen heeft opgeleverd. Het land zal er op aan dringen, dat aan de militaire eer ruimschoots voldaan worie en wij in den Zuid-Afrikaan- schen grond geen wortel achterlaten, waaruit bittere, giftige vruchten zouden kunnen voortspruiten. Over het amendement van lord Edmund Fitzmaurice, waarin leedwezen wordt uit gesproken over het gebrek aan kennis en aan doorzicht in de leiding der Zuid- Airikaansche aangelegenheden sinds 1895, en in de voorbereiding tot den oorlog werd niet gestemd, maar het debat over dit in grijpend amendement werd verdaagd. In het Lagerhuis werd gisteren het debat over Fitzmaurice's amendement op het adres van antwoord vervolgd. Stevenson (liberaal) steunde het amen dement, maar verzekerde de regeering dat men niet zou aarzelen haar ai den steun te verleenen, die noodig was om den veld tocht tot een bevredigend einde te brengen. Sidney Buxton hekelde de wijze, waarop de regeering de zaken in Zuid-Afrika geleid had. Chamberlain's handelswijze na den strooptocht van Jameson wekte argwaan en verbitterde Transvaal. Het zou moeilijk wezen om aan te toonen, dat er een samenspanning onder de Afrikaanders be stond. Hij hoopte, dat, als Engeland tot een regeling kwam, de regeering zorg zou dragen zich niet te laten leiden door het verlangen naar overwicht aan de eene of andere zijde, maar er op uit zou wezen de twee rassen naast elkaar te laten leven. Engeland besloot spr. wenscht vrijheid en gelijkheid, maar wij hebben ook behoeite aan broederschap. De heer Reid viel de regeering in scherpe bewoordingen aan. Hij stelde haar verantwoordelijk tot in de uiterste conse quenties voor den oorlog. Daarna was Brodrick aan het woord. Hij hield der oppositie haar tegen- Na haar vertrek lachte de Holenhof ver genoegd en spottend, terwijl de Drieberken- hol van ergernis verstomde. Ondertusschen klonk de muziek vroolijk door de zaal, ombekommerd om de mok kende harten, voor wie de vreugde zoo zeer vergald was geworden. Mevrouw Von Bern had weer een sluwe streek uitgehaald Bij het afscheid sprak de trouwe Brink man tot Eva. die zoo droefgeestig uitzag »Hoop op uw geluk, het wacht u!" Het meisje kon hars tranen nauwelijks weerhouden: zij streed een zwaren strijd met de stille, reine neiging van haar edel hart, dat zij versmaad waande voor altijd... Dat hij was heengegaan zonder afscheid, hoe smartelijk jAlles is voo bij..." zuchtte zij, en de trouwe Martha, welke dien zucht begreep, gevoelde zich weer zoo oud, zoo ziek, zoo ellendig als aan net sterfbed vaR Berken- Marie. Frits was met »den Weener" heengegaan om den knecht bij het inspannen behulp zaam te zijn. Wordt vervolgd

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1900 | | pagina 1