Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
23ste Jaars.
Vrijdag 16 Februari 1900.
No. 6624.
bureau l&otev&tvaat 50.
PBIJS VAN DIT BLAD:
Toor Schiedam per 3 maandenf 1.50
.'ranco per posx door geneei Nederiano - 2.
Ajzonóeriiike Nummers - 0.05
PBIJS DEB ADVERTENTIÈS:
Van 16 resreisf 0.(50
Elke gewone regel meer-0.10
Voor hernaaiae plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
JgHCIEELE BERICHTEN.
Kennisgeving.
Inrichtingen welke gevaar, schade ef
hinder kunnen veroorzaken.
Burgemeester en wethouders van
Schiedam,
Gezien het verzoek van de firma Kranen
vergunning tot uitbreiding barer
randerjj in de 's Gravelandsclie straat
°- - kanaster sectie H. no. 118, door plaat-
lng daarin van een stoomketel met een
^erwarmingsoppervlak van 7 Ma. ter ver-
angmg van dien van geringer afmeting.
Gelet op de bepalingen der Hinderwet;
Boen te weten
dat voormeld verzoek met de bijlagen op
e secretarie der gemeente is ter visie
gelegd 6
dat op Donderdag den lsten Maart a.s.,
j es middags ten 12 ure, ten raadhuize ge-
egenheid zal worden gegeven om bezwaren
egen het toestaan van dat verzoek in te
rengen en die mondelmg of schriftelijk
te lichten en
at gedurende drie dagen, vóór het tijd-
'P hierboven genoemd, op de secretarie
er gemeente, van de schrifturen, die ter
ake mochten zijn ingekomen, kennis kan
borden genomen.
En is hiervan afkondiging geschied, waar
®t behoort, den 15den Februari 1900.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De Secretaris,
v. LUIK L,S.
Stads Ziekenhuis.
7.i?e rekeningen ten laste van het Stads
isfe en,bu's over 1899 worden vóór den
PerU aarf eerstkomende bij den Secretaris-
ininguieester, Nieuwstraat 30, ingewacht.
De Commissie van Administratie
VAN WESTENDORP,
Voorzitter,
W. A. v. DOLDER Dz.,
Secretaris-Penningmeester.
Over Kerkelijke Muziek.
(Ingezonden.)
IV.
ont^'l ^ebbeD tot dusverre gezien, dat de
zi JV1 e^nS> de groei der polyphone mu
te ?°r d6 Kerk nimmer is belet, in-
2aakn?el St6edS 'S b6v0rderd' °P ééne
de P '6nt ecbter noS gewezen te worden
kreS°riaansche muziek die de oorspron-
is d 6 ^er'ilnuz'6k was, is het gebleven en
be or de Pausen immer krachtdadig aan-
tieh° zoodat' wanneer hetzij de plech-
61 'n de kerk, hetzij een verbod der
stem 6 overheid, niet toestaat de meer-
het muz'e't te gebruiken, dan immer
reS°riaansch van rechtswege de mu-
bruit^0^' ^6t 'S n'mmer algemeen ge-
J?ewe®st, de verschillende antiphonen
zin r°ltUS' Graduale etc.) meerstemmig te
beif611de comP°nisten der 15e eeuw heb-
c Webswaar ve'e van dezen gezangen
ntrapunctisch behandeld, maar het gebruik
n Polyphone muziek bleet in het algemeen
beperkt tot de immer-terugkeerende ge
zangen, zooals ook nü nog het geval is.
Over de regelen dan sprekend, welke de
Kerkelijke Toonkunst perken stellen, en
diensvolgens ook de koorzangers binden,
staat de groote tegel vóórop het Grego
riaanse!), zooals dat door Paulus V, Pius IX
en Leo XIII is gecodificeerd, blijft de kerk
muziek bij uitnemendheid, en alleen bij
plechtige gelegenheden, en op de Zondagen,
en dan nog wanneer er geen uitdrukkelijk
verbod bestaat, mag het Gregoriaansch
door meerstemmige muziek worden afge
wisseld.
Een tweede regel is, dat zonder schrif
telijke toestemming var, den pastoor der
kerk geene instrumenten mogen gebruikt
worden, behalve natuurlijk het orgeleen
regel die hier in Holland slechts bij uitzon
dering zal te pas komen, daar naar ik
meen, de Geestelijke overheid tegen het
gebruik van instrumenten in ons Bisdom
zeker gekant is.
Verder is een voornaam voorschrift, dat de
woorden van den gewijden text duidelijk en
helder te voorschijn komen, niet maar hier
ol daar door de muziek worden weggestopt
of vermoffeldde text en diens beteekenis
blijft hoofdzaak, hetzij men ze contrapunc-
tisch dan wel melodisch behandelten ook
in overeenstemming met den text moet de
muziek zijn, jubelend bij het Gloria, waar
dig bij het Credo, smeekend bij hetKyrië,
enz. Ik vind hier gelegenheid een woord
te spreken over de dikwijls voorkomende
herhalingen. Zoolang de ritueele text niet
uit zijn verband is gerukt, bestaat tegen
herhalingen van woorden, terwijl de noten
figuren doorgaan, geen bezwaar. Men zij
echter hiermede voorzichtig en in elk geval
dient er op gelet of de zinsbouw niet lijde
ouder deze herhalingen. Als voorbeeld van
geoorloofde herhalingen kan men wijzen
op Palestrina's Mis Papae Marceili, de zes
stemmige Mis, die hem op den kapelmees-
terstoel var. den Sint Pieter brachtmen
bedenke echter wel dat deze geschreven
was voor plechtige feesteB, dus dat men de
zeer uitgebreide wijze van herhaling en
uitspinning, daar gevolgd, niet kan navolgen
b.v. op de gewone Zondagen.
Als vierden regel wijs ik op het voor
schrift, dat onder de Elevatio zooveel moge
lijk zang en orgel behoort te zwijgen. (***J
Wegens de misbruiken, indertijd voor
komende, is aan vrouwen en meisjes de
toegang tot de zangkoren verboden.
Nog enkele regels welk de zangers hebben
te volgen, en meer in betrekking staan tot
het beter uitvoeren der kerkelijke gezangen
dienen te worden vermeld. Deze regels
betreffen voornamelijk de voordracht, en
zijn uit den aard der zaak meer van pas
bij de declamatonische, dan wel bij de
strenge maat-muziek.
Vóórop sta, dat de zanger verstaan zal
wat hij zingt. Elke antiphoon, elk motet,
elk gezang kortom, dient te voren door den
directeur voor de zangers vertaald te
worden. Dit is nu niet zulk een overdreven
eisch als men op het eerste gezicht zou
meeneu. Vooreerst toch zijn er zeer
vele muziek-directeuren, die in de Latijnsche
kerk-taal niet geheel onbekend zijn ver
volgeus is met weinig kosten een boek aan
te schaffen, waarin het geheele Antipho-
narium met Latijnschen en Holiandschen
of Duitschen text onder elkander gedrukt
is, zoodat hier de moeilijkheid geheel is
ondervangen. En niet alleen begrijpe de
zanger de woorden die hij zingt, doch hij
drage die dan ook voor, naar de beteekenis
en den zin van dep gewijden text. Immers,
daarop juist komt het aan, dat een voor
dracht in overeenstemming zij met hetgeen
wordt voorgedragen.
Hieraan sluit zich in volkomen harmonie
de regel aan, dat diegenen der zangers,
weike in de vrije declamatonische voor
dracht van het Gregoriaansch zich niet
goed tehuis gevoelen, beter hun stem
dienen te sparen voor de goede uitvoering
van polyphone muziek. En ten derde zij
men oplettend, de aanwijzingen der zang
boeken nauwkeurig te volgen, en juist dien
toon of die zangwijze te gebruiken welke
met het feest van den dag overeenstemt.
Ik heb hier het oog op de, voor elk soort
feest nauwkeurig aangegeven Missae,
op de verschillende zangwijzen van Ite
missa est etc. en op den Tonus ferialis of
solemnis.
Met deze regelen ben ik gekomen aan
het slot van de taak welke ik mij had
voorgenomen.
Ik wensch nog eens te recapituleeren,
wat ik naar mijn beste weten in dit en de
drie vorige opstellen heb meenen te doen
uitkomen. Uit de geschiedenis der Kerke
lijke Toonkunst en de gedragslijn der H.
Kerk tegenover hare beoefenaren en schep
pers, heb ik naar ik meen aangetoond,
dat de H. Kerk elke soort van muziek hare
plaats gunt bij de opluistering van den H.
Dienst; dat het Haar niet te doen is om
met voorbijgang van alle andere, slechts
ééne soort compositieleer toe te laten dat
Zij integendeel, vasthoudend aan het
stelsel van unisone muziek, bij plechtiger
gelegenheid afgewisseld door meerstemmige,
naar den aard des tijds, en naar den
smaak der in zwang zijnde kunstrichting,
deze meerstemmige muziek de vrije hand
laatdat Zij echter zekere regelen heeft
gegeven, naar welke de compositie zich
moet richten, wil zij op den naam van
kerkelijke muziek aanspraak kunnen maken;
en ten slotte, dat de Kerk in dezen weer
ééns te meer heeft bewezen,hoeZij waarlijk één
is en toch universeel, hoe Zij allen weet
te vereenigen in éénzelfden schoot, hoe
Zij ten slotte is en geweest is, en zeker
immer blijven zal, de beschermster, de
steun, de krachtdadige helpster van elke
schoone kunst en deze ook in iederen
vorm, die zich wijdt aan Haar en Haren
dienst.
Frans A. M, Schiphorst.
ILGEMKEÜ OYEKZ1CHT.
15 Februari 1900.
De oorlog in Zuid-Afrika.
Het oorlogsnieuws is heden al vrij schraal.
Uit enkele berichten blijkt duidelijk dat
lord Roberts zich bij de Modderrivier een
drievoudige taak heeft voorgesteldvoor
eerst het ontzet van Mafeking, dan het
^vasthouder." van de Boeren bij Magerfon-
tein en ten slotte de geliefde opmarsch
naar Bloemfontein in de richting van
Jacobsdal. Hoe lord Roberts dit alles moet
klaarspelen met de troepenmacht zelfs
versterkt door de cavalerie van French
waarover hij te beschikken heett, is niet
recht duidelijk, zooals er in de plannen
makerij der Engelsche veldheeren meer
duisterheden gevonden worden.
Een gevolg der verzwakking der rondom
Colesberg gelegen Britsche legermacht, als
van het toenemend zelfbewustzijn en zelf
vertrouwen dat de Boeren overal een meer
offensieve houding doet aannemen, is zeker
de terugtocht der Engelschen van hun voor
posten bij genoemde stad ten westen van
Bastardsnek en Hobkirksheuvei naar Maeders-
farm ten oosten van Sliiigerfontein naar
Rensburg, weike achterwaartsche manoeuvre
volgens Daily Mail, vergezeld ging van zoo
zware verliezen, dat het zelfs twijfelachtig
moet heeten ot de troepen van generaal
Clements French's opvolger zich ook
in laatstgenoemde stelling zullen kunnen
handhaven.
De ontruiming van alle stellingen bij
Colesberg door de Britsche troepen maakt
te Londen natuurlijk een onaangenamen
indruk. De Daily Mail maakt schamper
de opmerking, dat de Boeren in een etmaal
de positie heroverd hebben, waarover de
Engelschen anderhalve maand hebben ge
vochten. Natuurlijk zeggen de militaire
medewerkers van de bladen dat de Boeren,
na versterking ontvangen te hebben, de
Engelsche troepen in aantal ver overtroffen,
te meer omdat de geheele divisie van
French naar Modderrivier was getrokken.
De kanonnen van de Boeren bleken die
van de Engelschen weer de baas te zijn.
De berichten van de Daily Mail geven den
indruk dat de Boeren op Naauwpoort aan
rukken, en daardoor de Engelschen ook
zullen dwingen, Rensburg te ontruimen,
dat anders door de Boeren omsingeld zou
kunnen worden.
Van de Rietrivier is het volgende tele
gram, gedagteekend 13 dezer, te Londen,
ontvangen
Luitenant-kolonel Hannay, die met een
brigade bereden infanterie op marsch was
van Oranjerivier naar Ramah, had den
lln een schermutseling met een kleine
Boerenmacht die heuvels bezetten welke
zijn rechtervleugel bedreigden. Met een
afdeeling van zijn brigade hield Hannay
mmm
HUMJMlt.r ■-
OURAHT
V
Circulaire van Kardinaal Patriii 20 Nov. 1856.
Vgl. over dit alles het Caerern. Episc. Liber 1
vooral Cap. 28.
Zie Syn. Disec. Harl. hierover (De VII).