Dagblad voor Schiedam en Omstreken. 23ste Jaar Woensdag 28 Maart 1900. No. 6658. bureau ^Bofersfraaf 50. Vergadering der «Uilhrordus-Stichting. PRIJS YAH DIT BLAD: 00r Scfliedain per 3 maanden ra..cc per post door peneei Nederiand kfzonderiiike Nummers i. a'gem We'^'cs vÜf maanden na de laatste êroots^h"G Veroadering bracht gisteren de Weder 6 Z3ak van ons katholiek onderwijs Otfinio 6er' 8roo^e menigte in de zaal der j-, ten"Vereeniging te zamen. Stichti Prefdent der St- Wiilibrordus- gewen^ de ïeerefirw- Putoor J. M. Lan- eerw 6 verSadering openend, heette de donate 66160 Seestelljken, de eerw. broeders, vijf UrS 60 donatricen allen welkom. Na h®t u!thanden W66r 16 zamei1 gekomen tot is het hrengen van het schriftelijk verslag, dat er h™ 660 *roost *e hunnen getuigen, ouder- 866n kincleren van katholieke ®n aar gaa° °P de °Penhare scholen, daan "n aanvragen is kunnen worden vol- kindere me' ^et st'J°en van het aantal exnlnitn'.- Ste°ei1 °°k de onkosten der •en na le' zo°dat de jaarrekening sluit met oeniei Slot van 4000 de Ver- van w't met ,lnbegr'P van het tekort Vatl f 6280°ng JaaP' St8at V00f 66n tekort hefa,ar °ndanks de drukkende zoigen blijft kathol de r°em Va" Schiedam, dat de aan h ^Ugd h'®r niet overgeleverd is dank 6t- godsd'entloos neutraal onderwijs, opoff Z'd den °P'echt godsdienstigen en heken1"6!011 g66St Va" Schiedams Katho- onderw" Str?d V00r het katholiek herein zu"en zij volharden en altijd kleine ff'" de' tö s'eunel1 door groote en is, er l S' 1106 donker toch de toekomst Vaderh eken ''chtstralen door die ons Gods spr o artdoen z'en.Met dankbaarheid maakt door06^8 V.a° een glft van f 2Ü00 geschonken helan n°ej' S°f' Wamsteeker- Met hoeveel sPaarnSte"'ng 's n'et ni'gezien naar de Eq ny°^6S der Wilhbrordus Stichting Waarv 6erste bereids geplaatst zijn, Seven W slechts 3 terug werden ge- °VOr„°mt de klacht, dat nog velen zijn ze^en, maar door een nieuwe be- Word'1'8 Za' aan a"er veriangen kunnen stuUren Voldaan. Gelukkig mag het be- hiet ZIC ach'en, dat het aantal donateurs hesl Verra'ndert maar vermeerdert. Spr. een°°h d6Zö °Pheurende mededeeling met eroeP op aller welwillende mede- UU '?g' 0Pdat de exploitatie ook voor het oplevegend "'aar 66n bevredigend resultaat eeifaarna dracht de zeereerw. president b«r JV°0rd van dank aan allen die tot het Wen! 611 Tan de verkregen resultaten mede- den aan de heeren bestuurders voor •hidd ^V6r 6n de ZOrg waarm®de zij alle ipko 6 6n aanwenden om de onkosten door to bestrijdeneen woord van bro'gen dank vooral aan de aanwezige eerw. der)5 erS-' d'6 het leeuwendeel hebben in ten ttriJd d'en voeren, die al hun krach- Voo' Un WeteDSChaP> geheel hun hart geven d® opvoeding der katholieke jeugd. t ge ^od hun arbeid vergeldende vrucht hun zwoegen voor de katholieke jeugd - 0.05 PRIJS DER ADYKRTKNTIËN: Van 16 regeis^o.gy Elke gewone regel meer-0.10 Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. hun geworden in de kroon der onsterfelijke eeuwigheid Dank ook aan hen die in het bijeenbrengen van de penningen bij de kerkelijke diensten hun ijver voor het katholiek onderwijs toouen! Ten slotte bracht spr. dank aan allen, die door hun vrijwil lige bijdragen dat onderwijs steunen, mede deelend dat vooral voor hen die tot heden niets bijdroegen, gelegenheid zou zijn bij het uitgaan der zaal nog een penningske te offeren. Na deze mededeelingen gaf de zeereerw. piesident der St. Willibrordus-Stichting gaarne het woord aan den weieerw. pater H. Ermann S. J., die daarna onder applaus den katheder besteeg. Een Jezuïet over de Jezuïeten. Hoewel het samenstel der wetten bekend onder den naam van het groot plakkaatboek, bestaande uit negen folianten tegen de paep- scde stoutigheden in 't algemeen, de schadelijke secte der Jezuïeten in 't bijzonder gericht, sinds lang is afgeschaft, zoo onge veer begon spreker, hoewel het niet meer met een handvol gouds beloond wordt, een Jezuiet bij den kraag te vatten of met een handvol gouds beboet wordt een Jezuiet te huisvesten kan het toch zijn nut hebben te spreken over de zonen van Loyola, de Jezuïeten-orde, die in 1773 niet afgeschaft alleen opgeheven, maar in 1814 door Paus Pius VII op schitterende wijze hersteld werd. Daar over meent spr., hoewel zelf Jezuiet, even zeer een woordje te mogen medespreken, ais het den Katholiek veroorloofd is zijne katholieke meening mede te deeien in net licht der geschiedenis. Sprekers hoorderen behoeven daarbij niet te vreezen, dat hij den huiselijken toon zal laten varen, want er zijn waarheden die al lachende kunnen gezegd worden. Den dolk volgens het Gere- form. Jongelingsblad van Sept '95 gedoopt in zijn bloed, toen hij zijn belofte aflegde, heeft spr. daarbij stilletjes thuis gelaten. Prof. Dr. G. J. Blok (protestant), heeft in het voorjaar van 1893 te Alkmaar en te Rotterdam een rede gehouden, die in tal van katholieke en protestantsche bladen een onderwerp van vrij ernstige bespreking is geweest, en velen andersgezinden een ware ergernis was. Dr. Rovers, de Doops gezinde predikant Leenders, Ds. Klinken- berg^ enz. vielen allen den professor aan, die 't had durven wagen iets goeds van de Jezuïeten te zeggen. Volgens Ds. Klin kenberg kon niemand neutraal zijn tegen over heden, wien elke leugen, elke laaghartigheid van dienst was, die hun aanslagen richten op het Evangelisch ge loot en van wien nog zooveel niet gezegd was dat alleen bekend was aan den Al we tenden God. De Evangelische maatschappij had in '93 een prijsvraag uitgeschreven voor een werk over de zedelijke beginselen van de Jezuïeten-orde het antwoord moest voor 1 Juni '96 bij Ds. Herderschee te De venter worden ingezonden. Mag men het werk van Ds. Marouier geen antwoord op die prijsvraag achten, in '97 verscheen het standaardwerk van Ds. Zuidema over de zedeleer der Jezuïeten. Spreker betwijfelt echter of dat werk bekroond is. Het was niet populair. De schrijver C. Peterse verklaarde in het (radicale) Delftsch Dag blad niet te begrijpen hoe wetenschappe lijke mannen zoo'n groot prul in de wereld kunnen zenden, dat volslagen onbekendheid op het gebied der katholieke moraal verraadt. Uit dat werk had Ds. Schrijver waar schijnlijk geput, toen hij voor de leden der Ned. Herv, Kerk zijn voordracht hield over de Jezuïeten en hun zedeleer, die door de S. Ct. genoemd is een schoone rede met een frappante inleiding. De N. S. Ct. heeft toen daartegen geprotesteerd en de S. Ct. heeft daarop geantwoord, dat schoon en frap pant op den vorm sloeg. Nu den vorm kent spr. niet, den inhoud, voor zoover die gepu bliceerd is, wel, en die is alles behalve schoon. Voordat Ds. Schrijver zijn rede uitsprak, kende spr. die reeds, niet dat hij over Dominees schouder in diens geschrift had gegluurd, maar omdat hij den inhoud ontleend wist aan de duizenden blauw boekjes en schandschriften die over de Jezuïeten verspreid zijn. Ds. Schrijver kende hoogst waarschijnlijk vooral twee boeken het boek van Ds. Zuidema en de vertaling door Reijgersberg bewerkt van het geschrift van J. Ellendorf, door den welbekenden Döllinger openlijk van letterdieverij be schuldigd want hij heeft zijn geschrift aan een ander lasterschrift tegen de Jezuïeten Extrait der Assertions etc. ontleend. Maar Ds. Schrijver kende blijkbaar niet het werk Jezuïeten fabelen van Bern. Duhr, een werk in 1878 bij de beste bronnen der beschaving, uit de oorspronkelijke werken in de Duitsche universiteits-bibliotheken be studeerd en nagepluisd, waarin de fabelen over de Jezuïeten met de stukken in de hand zóo degelijk en logisch worden weer legd dat die auteur daarover evenals prof. Blok een eere-saluut verdient. Evenmin kende hij het werk van den protestantschen staatsraad Fischer, dat de beweringen van Dominee evenzeer te niet doet. Alleen Maronier is behoorlijk op de hoogte, die onlangs een boek over de Jezuïeten-orde schreef, dat van onjuistheden en misvattingen overvloeit, dat klinkt als een hol vat als men er met den hamer der gezonde kritiek tegen aan slaat. En toch wordt door zoo'n boek de publieke opinie bewerkt, is 't de gaar keuken, waarin de christelijk-historiscben de opgewarmde spijs halen, die hun een digestiekoorts bezorgt en hun het Roomsche spook doet zien op klaarlichten dag. Prof. Blok heeft de Jezuïeten-orde op de keper beschouwd, al is het dan ook door zijn protestantsehen brilmaar andere schrijvers kunnen het verwijt van voorin genomenheid en partijdigheid niet ontgaan. Reeds de voorrede van Maroniers werk verraadt die partijdigheidhij heeft 19 werken geraadpleegd en daaronder we) 2 door Katholieken geschreven, maar een dier beide werken is bewerkt door J. Eilerdorf, die niet als een katholiek schrijver mag worden aangemerkt. Maar het boek van Bern. Duhr, 1900 bladzijden, aan de bronnen, der Universiteits-bibliotheken bewerkt, was nergens te krijgen. Een afdoend bewijs van Maronier's vooringenomenheid en partijdig heid is wel dat hij het spoor ten siotte zdo bijster wordt, dat hjj niet eens meer weet wat een Jezuïet is en de geschiedschrijver Fr. Hurter, die met vrouw en kinderen tot de katholieke Kerk overging, ook al tot de Jezuïeten orde rekent. Het werk van Maronier is als een on wetenschappelijk boek, waarin de domheden niet zijn te tellen, en dat van leugens en fabelen overvloeit ook door onkatholieken gebrandmerkt. Toch staat ei in dat boek éen lofprijzing waarvoor spr. den schrijver niet dankbaar genoeg kan zijn, de heerlijkste lofprijzing die men een reli gieuzen-orde geven kan de leer der Jezuïeten is de leer der R. K. Kerk, Ter wille van die treffende lofspraak vergeeft spr. den schryver gaarne alle lasterpraatjes die in zijn boek van 294 bladzijden overigens zoo kwistig zijn verspreid. Ook Schorers Familienblad wraakt 't dat de openbare meening door akelige voor stellingen omtrent de Jezuïeten misleid wordt, maar meent dat dien voorstellers daaromtrent geen verwijt verdient, omdat de ge schriften waaruit zij hun kennis putten zoo en niets anders de zaken voorstellen. De bronnen waaruit zij putten, zyn deschrijvers die Ds. Zuidema heeft nageschrevende Wandelende Jood van Eugène Sue, de Lettres Pascales, de Pleegzoon van Van Lennep, Uilespiegel, de uitgaven van de Ev. Maatschappij, Stemmen voor Waarheid en Vrede, Grenswachter, Marnix, Eilerdorf enz. zij zijn 'tdie de vooroordeelen vestigen. Als een bewijs voor de kracht van het vooroordeel verhaalt spr. een geval dat hem zelf in de spreekkamer van het welbekende Fransche Benedictijner-klooster te Solesmes overkwam. Een deftig Engelschman, die zich voorbereidde om daar tot de Katholieke Kerk over te gaan, toonde zich geheel ont hutst, toen hij vernam, dat de geestelijke met wien hij kennis maakte, een Jezuïet was en hij gaf na tafel den abt zijn verbazing en verontwaardiging te kennen, dat zoo'n Jezuïet in het klooster werd toegelaten. Spr. is daarop niet meer in aanraking gekomen met den Jezuïetenvreezer en heeft den toekomstigen bekeerling niet meer gezien. In 1889 gat dr. H. Koopman een werk uit waarin de opvoedkunde van Ignatius' zonen veroordeeld werd de ouders mogen de leerlingen niet bezoeken (dus niet naar Sittard of Katwijk) en de leerlingen worden opgeleid tot stille verklikkers, die op elkaar moeten passen en hun opmerkingen op stukjes papier schrijven. Als dit waar was, zou t het domste systeem van opvoeding zijn dat er bestond; de Jezuïeten zouden wel onnoozel moeten zijn om hun leerlingen daartoe io staat te achten, en onnoozel zijn ze juist niet. Ook werd er beweerd, dat de Jezuïeten bij uitsluiting der lagere klassen, rijke leerlingen zoeken met 't oog op rijke ge schenken. Weet men dan niet uit de geschiedenis der Jezuïeten, dat zij huis aan huis voor arme studenten bedeldendat zelfs nu nog Duitsche studenten kosteloos te Rome worden opgenomen uit het geld dat de stichter der Jezuïeten daarvoor heeft opgehaald? Zoo zelfs lieten zij zich aan arme studenten gelegen liggen, dat de ge meenteraad van Graz hen verweet, dat zij te veel arme studenten binnenleidden. En als hun opvoedingsstelsel zoo slecht is, hoe is 't dan te verklaren, dat hun methode van opvoeding en onderwijs door Katholieken en andersdenkenden wordt geprezen hun colleges overvol zijn >n België en Frankrijk, waar zij zelfs door vrijmetseiaarszonen bezocht worden. Spr. vraagt of de leerlingen der Jezu ïeten in 1870 minder dapper zijn geweest of meer elementen aan de Commune hebben geleverd dan de leerlingen der andere onderwijs-inrichtingen. Mgr. Van Ketter prees het opvoedingsstelsel van de mannen die achting afdwingen door hun zedelijk leven en graaf Ballestrem legde in den Duitschen Rijksdag getuigenis af van zijn eerbiedwaardige professoren, de hoogge roemde leden der Sociëteit van Jesus. In 1893 gewaagde nog de Nachtbar van de hatelijke beschuldiging tegen de Jezuïeten, als zou hun beginsel zijn het doel heiligt de middelen. Spr., de afschuwelijkheid van dit stelsel in het licht stellend, deelt mede, dat de beroemde predikant pater Roh voor den schrijver die aantoont uit de geschriften der Jezuïeten, dat volgens hun beginsel: het doel de middelen heiligt, een prijs van f 1000 heeft uitgeloofd, uit te keeren op aanwijzing van de faculteiten te Heidelberg en te Bonn. (Het boekje van pater Roh hierop betrekking hebbend, getiteld Das

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1900 | | pagina 1