Dagblad voor Schiedam en Omstreken. Sleede blad. V trV*" Paty Z6gt ze8r ver" 23ste Jaarg. Zondag 8 April 1900. No. 6668. "ghtreau ISofersfraaf 50. Parijsche Kroniek. L°;erst:eener vreemd® PBIJ8 YAH DIT BLAD: ^°°r Schiedam per 3 maanden ranco per post door geheel Nederland Afzonderlijke Summers 1.50 0.05 lil PRIJS DER ADYEBTENTIÊN: Van 16 regeisƒ0.60 Elke gewone regei meer -0.10 Voor heriiaaiae piaatsing worden billijke overeenkomsten aangegaan. aP0thé0Z0Ud8 ëwaas zijn' zich om de schiJn" van jj >e' We'ks de radicalen en socialisten baijji aan de nagedachtenis van Gari- °P to ezorSden! met hem een standbeeld medepl.ch'i6"' Welk met de' oificieele den 25-t w regeering op Zondag b°os t. 6n rt aldaar onthuld werd, aandacht maken'. Doch het is goed dat de d« Zo o gevestigd wordt op het teit, hoe de mii°t 8naam^e verdec!igers der republiek Waai di*'^ Cer begriJP8ndoor in de stad blonk 6 ^atldark der revolutie, alleen uit- te bi»11161 W6ïke'00S tegenover den vijand hunne ^h' &an de ^ranschen voortdurend dig enne- 6pa°en 60 vernederingen, leven- dank aanhef 'n berinnei'ing te brengen, H«t valt ni°nuin8nt dien Italiaan gewijd, de aan™ met te b8twisten, Garibaldi is vÜanden ^van^élk he'd V°°r d® vei'klaarde leger An permanent en geregeld 8b wel vlZlJn h,6t,dle h6m verbeerlijken, FranschnT am j °mdat hij onder de sCn werd r g9V°Chten hMft en ver" ®en g™otscbe v*n dit eerbetoon door Pransch minister, de heer Leygues behoeft mene f,® J*Ch.t' g0ed te begrüpen, °Peratiën va u raPP°rten over de Verrot in h" j 00sterleger door Ulric hienten te nemen' 8,1 de decu" ^«rkorns tr0Ur,ge ro1 weike het ®8rre, de"pVan il)a'di sP°elHe, van de ^rtenslehA^®'11®1' Laborie> of die van von te doorbladeren^ BlUm6 Manteuffel ^ar'haldi mV°'6ende over de hulP «elke V8rdedigin™61 T troePen aa« de nationale Hambett^ Van rankrÜk in 1870 verleende. tétichism J gebeel doortrokken van het der Gereld mafonnieke loges uit landen der Revol V°0r d'en °Uden "oondottieri" sP°ntane g8loofde het succes der V8r'angdA hD. geimProviseerde legers. Hij ha&deien a aribaldi naar willekeur kon gen ri'e'd geön rekeninS met de PmerkinffAn 7 «mening m< Weten zich ®F g8neraa's> die dezen ver- 8lke combinatie met hunne Deze te °nttrekken. °Ver do DSU orc^nat*e Van Garibaldi, tegen- hadden g^neraals dm hun carrière gemaakt dat het aHS Z°° nood'ott'g en misdadig, briels en p P°g'ngen der generaals Csm- V8r'atnde retn8r> 'n de valei der S&one *an Rnil_i n, de concêntratie van het leger Citeerde. te BeSanfon gehe81 compro- ^•cemberV^f'^ Tan ^ovember tot einde d® herhaaU **1. ar'ba'db niettegenstaande d®zer Ken hevelen om de bewegingen V®iU8heid t0 steunen t8 Chutun in Vab den w" Cbut teg8n de ongemakken bÜ in d8 'n ®n de enke|c uitvallen welke °ntstreken deed, verontschuldigen geenszins zijn onvergetelijke werkeloosheid. Hij ontving bevel op bevel om Dyon, dat den 27sten December door de Duitschers verlaten was, te bezetten. Eerst den 8n Januari besloot hij er toe zich in beweging te stellen. Hij beschikte daar over 25000 man, door de 22000 man van generaal Pélissier ondersteund. Hij liet die troepen tot den 21n Januari niets uitvoeren, terwijl hij ze had moeten aanwenden om het leger van Manteuffe lte beletten, Bourbaki te dicht in te sluiten. Manteuffel gebruikte toen 4000 man van zijn leger om hem den weg te versperren. Generaal Kettler voerde bevel over deze brigade en viel Garibaldi den 21n Januari woedend aan, den 22n rustte hij uit en Garibaldi volgde hem hierin naar. De Duitschers hernieuwden hun aanval den 23sten en hoewel zij er niet in slaagden Garibaldi uit zijne stellingen te verdrijven, gelukte het hun, hem te immobiliseeren, terwijl Manteuffel in dien tijd het leger van Bourbaki in Zwitserland wierp. Manteuffel had niet beter van een onder hem staande kunnen verlangen. Dat is nu al de hulp welke Garibaldi in 1870 aan Frankrijk geschonken heeft. Ziedaar waarin de opgeblazen roem van dien held bestaat, wiens naam door zijn beeld te Dyon vereeuwigd moest worden. Indien hij in den tijd van het comité du Salut Public zoo gehandeld had, dan ware de guillotine de rechtvaardige straf, voor zijn onverant woordelijk dralen tegenover den vijand, ge worden. Prins Von Bismarck dacht er evenzoo over en hij weigerde Garibaldi in den wapenstilstand te doen deelen, met de verklaring erbij, dat hij dezen als een ban diet beschouwde. Er is inderdaad geen andere uitlegging voor deze verachtelijke verkrachting der waarheid en onbetwistbare verdraaiing der feiten dan deze te vinden, dat de verheer lijking van Garibaldi, uitsluitend het werk der tranc-mafons en revolutionnairs, aan den Franschen en de geheele beschaafde wereld heeft moeten toonen, wat die secten durven en over welke macht zij, door de regeeringen geholpen, beschikken; want voor hen die de geschiedenis lezen heeft deze vergoding geen andere beteekenis. Eer. bustejn pleister van dezen aartsrevolutionnair in de loges opgericht, was meer dan vol doende geweest om zijn trekken bij zijn niet zeer bescheiden bewonderaars in aan denken te doen blijven. Een staatsman, die dertig jaren geleden, dus ook in 1870, veel besproken werd en na Frankrijks nederlagen uit het publieke leven verdween, graaf Benedetti, is hier einde Maart, bij prinses Mathilde, na eene korte ongesteldheid, in zijn 83ste levens jaar overleden. Toen het Fransche gou vernement in 1861 het koninkrijk Italië erkende, werd graat Benedetti als gevol machtigd minister naar Turijn gezonden. Drie jaren later werd hij gezant te Berlijn en bekleedde deze post, toen in Januari 1870 het rainisterie-Emile Olivier gevormd werd. Hij diende bij deze crisis zijn ontslag in, doch op verzoek van Napoleon III bleef hij aan. Ik herinner mij nog als gebeurde het gisteren, dat de telegraaf aan het verschrikte Europa het bericht bracht, dat door den koning van Pruisen, Wilhelm I, aan den Franschen gezant, graaf Benedetti, te Ems in een onderhoud te kennen was gegeven, dat hij zijnen meester kon mededeelen, de koning van Pruisen hem niets meer te zeggen had. Twee dagen later was de oorlog verklaard en keerde Benedetti naar zijn vaderland terug dat zoo vele rampen te gemoet ging. Over zijn optreden in deze noodlottige tijden schreef hij in 1871 een boek, om zich vooral over een plan dat hij in 1866 zoude ontworpen hebben, en waarbij Frankrijk aan Duitschland zijn annexatien verzekerde en Frankrijk daar tegen België mocht annexeeren, te recht vaardigen. Het was getiteld »Ma mission en Prusse" en de onthullingen later door von Bismarck gepubliceerd, werpen een helder licht op deze bladzijde der geschie denis. Benedetti woonde sedert 1871 te Ajaccio in Corsica, waar hij ook geboren was, en leefde daar uit de staatkunde teruggetrokken stil en vergeten. De zoon van Richard Wagner, kleinzoon van Frans Liszt, Siegfried Wagner, is hier den 25sten Maart in het concert Colonne, als orchestmeester opgetreden, waar »tout Paris musical" aanwezig was, om de nog jeugdige kunstenaar, die zulke groote namen moet ophouden, te zien, te beoor- deelen en ten slotte luide toe te juichen. Hij dirigeerde de ouverture van zijn eigen opera »Der Baerenhoeuter", wat eer. ver dienstelijk, helder geschreven compositie is en verder zijn vaders werken, ouverture voor Faust. Siegfried, Fliegende Hollander, Götterdamerung en die Meisterzanger en van zijn grootvader »Mephisto Walzer", Siegfried Wagner leidt op bewonderens waardige wijze het orchester. Zijn mimiek is ernstig en zijn linkerhand gebruikt hij weinig, doch de dirigeerstok in zijn rech terhand gelijkt op de floret van een duellist die meester op alle wapens is. De Siegfried-Idyll werd geschreven om de verjaring zijner moeder en zijn eerste geboortefeest te herdenken, en dit stuk gaf dan ook aanleiding tot eene ovatie, welke het opgetogen publiek den jeugdigen kapel meester met oprechte warmte bracht. Zoo oogste de zoon de lauweren, welke Parijze- Daars aan zijnen genialen vader, gedurende zijn leven, altijd geweigerd hadden. Fidklius Parijs, 24 Maart 6 April 1900. BI5SE&LAXD. EERSTE KAMER. Zitting van Vrijdag 6 April. Bij den aanvang der vergadering stelde de heer Van Asch van Wijck voor het voor heden aan de orde gestelde Arbitrage verdrag als van meer dan eenvoudigen aar, niet te behandelen. De heer Fransen v. d. Putte achtte spoedige afdoening, zoo niet heden dan morgen noodzakelijk in 's lands belang en met het oog op den indruk in Europa. Het voorstel van den heer Van Asch van W ij c k tot uitstel van de behande ling tot na het Paasch-recès werd ver worpen met 32 tegen 4 stemmen. Het wetsontwerp tot v r ij m a k i n g van tollen op den Rijksweg langs de Zuiderzee tusschen het Katerveer bij Zwolle en de Doornheg bij Amersfoort, werd aan genomen met 31 tegen 7 stemmen. De Minister van Financiën, de heer P i e r s 0 n, hoopt voort te gaan met tol vrij making op andere geconcessioneerde wegen. Goedgekeurd werd daarna het h a n- delstractaat met Spanje en de onteigening voor de verbetering van het kanaal van Gent naar Terneuzen. Vervolgens kwam in behandeling het wetsontwerp tot goedkeuring van het Arbitrage-verdrag. De Minister van Buitenlandsche Zaken, de heer De Beaufort, deelde in ant woord op het verslag der Kamer mede, de reserves van die mogendheden, en hij schetste de eer en het voordeel van de vestiging van het Arbitragehof te 's-Gra- venhage. De heer Pijnacker Hord ij k wees op de slordigheid, waarmede de Neder- iandsche vertaling van het tractaat is be werkt. Hij achtte voorts in tegenstelling van den Minister, de Kamer niet geheel vrij tegenover het tractaat, omdat Den Haag als zetel van het Arbitragehof is aangewezen. Deze vestiging van het Hof van Arbitrage te 's Hage samengesteld uit hier geaccrediteerde vertegenwoordigers van vreemde mogendheden, achtte de heer Van Asch van Wijck zoo bedenkelijk dat hij tegen het tractaat zal stemmen. De heer Ra h us e n juichte die vestiging van den zetel te 's Gravenhage juist toe tot verhooging van den waarborg voor onze neutraliteit en onafhankelijkheid. De minister kwam op tegen de bewering van den heer Van Asch van Wijck, als zou uit zijn verdediging van het ont werp in de Tweede Kamer blijken dat hij niet veel gevoelde voor hetgeen in de tegen woordige omstandigheden in de natie om gaat. De Minister constateert alleen gezegd te hebben, dat de omstandigheden buitens lands voor het tractaat zelf bijkomstige redenen zijn, maar nooit te hebben willen zeggen, dat hij de omstandigheden in Zuid- Afrika onbeteekenend zou vinden. Overigens verdedigde hij het ontwerp, niet kunnende inzien hoe in vestiging van het Hof van Arbitrage en in den perma nenten raad van beheer samengesteid uit hier geaccrediteerde vreemde vertegen woordigers, iets bedenkelijks voor ons land kan zijn gelegen. De heer Fransen v. d. Putte bracht hulde aan 's Ministers beleid. Als Nederland van de niet uitnoodiging van de Republieken een kwestie had gemaakt, zou 't voor de republieken nadeelig zijn geweest. Het tractaat werd daarna g o e d g e k eu r d met 41 tegen 1 stem. (Van Asch van Wijck), De conclusie ten gunste van een meer vrij gebruik der visschershaven te IJ m u i d e n en van beperking der rege-s- ringsbemoeiïng by den rijksvischaf- slag werd niet bestreden door den Minister van Waterstaat, die een regeling in dien zin toezegde, maar zijn hande lingen tot dusver verdedigde. De heeren Rahaseri, van L y n d e 11 en Rutgers spieken allen voor de meest mogelijke inkrimping van regeeringsinutten* NIEUWE SCHIEOAMSCHE COORAHT O

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1900 | | pagina 5