Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
Söais-ftpioitaijj
ra Spoorwep.
23ste Jaars:.
Zondag 22 April 1900.
No. 6679.
IShxteau l&otevstvaat 50.
E^RST£ BLAD.
Een beroepsgeheim.
ktads Ziekenhuis.
PRIJS TAN DIT BLAD:
~°°r Schiedam per 3 maandenf 1.50
rarjv.0 per posi door ceneei Nederland - 2.
Aüonderiijke Nummers 0.05
PRIJS DKR ADYKRTKNTIËN:
Van 18 regeisf 0.60
Elke gewone regei meer-0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
IKF.U-: BERICHTEN.
Stads zÏÏenhufs Van adl™nistratie voor het
öemens, 0p Vrijdarf^ f d,a m' is voor"
^steden de levenng vff
De ''v,01'' me"(' v'eesch en vet.
'ederen w^rkda^L Va" leverinS liggen
arer>, ter lezing' k nam'ddags van 2 tot 5
de inschrijvina-^h,)" Zlekenhuis, terwijl
?anbested£ Srfte>n °P den da« der
'^everd te 12 uren
voornoemd,
van westendorp,
W A vaxt Voorzitter.
A. VAN DOLDER Dz.,
Secretaris.
Wa
Welkeen61", het vaststaat> dat de regeling,
snoo' We' Va° 1890 heeft 8ebracht,
even sta*e8"8xPlo,tatia door twee bijna
om door j maatschappijen, met het doel
deze tot d 6, onderlinSe concurrentie van
*ijze te kom 6" goedkooPste vervoer-
deze regeling0' wanneer vaststaat, dat
duidelijk datV"1 *°Ut WaS' dan is het
stryd alléén kan ,eV6ntUeele verbetering de
Welk 'ichaam nn °°Pen °V6r de vraag' aan
ons geheele sno V00rtaan de exploitatie van
°Pgedragen. v °rwe»net t best kan worden
'Wee ar'two0^j" °®>t d0Ze vraa§ zÜn slechts
heele bedrijf Wo f &evenofwel het ge-
HWatschappij, van^Lf6'06^ d°°r eene
ffi0n°P°be, geoctroyeerrege,daart0e' met
°aaer de noodige Wa 'h*D dan nat"«rlijk
aat zelve voere rff> ?°rgen> ófwel de
lening en risico Be!?P tatie' v°°r eigen
- eide voorstellen hebben
Feuiii
etoii,
2) (Slot.)
Oscar, zoodra Scholte hem hadh?" tVroeg
aa.n niet lang wacht.. bereikt. Ik
sPUt groote haast." tot mijn
jïmee! beL^Vei? »iöt Z1Jn" Ik
cholte vertrouweliik T er antwoordde
'erst even uitblazen R m® echter
?'echt één vraa» i« Beantwoord mij
?s onbemiddeld e'n iwgsea|man> Uw moeder
ls het niet?" sa'aris is niet groot,
V'd'en verdiener. P^Zonri gl"aag Vijfti§ mark
verantwoordelijkheid moeite, zonder
°°ger,blik?» Jkheid' en wel nog op dit
heftige verdedigers en tegenstanders ge
vonden, en de strijd hierover is nog altijd
loopende, hoewel 't niet te ontkennen is,
dat de Staats-exploitatie langzamerhand aan
de winnende hand is.
Uitgaande van het beginsel, dat het in
ieder geval beter is, wanneer de eventueele
voordeeien eener spoorweg-exploitatie komen
aan 't algemeen, dan aan sommige personen,
in casu aandeelhouders, aannemende der
halve, dat in abstracto exploitatie door den
Staat de voorkeur verdient, zullen wij in
'tkort gaan onderzoeken, of de Staat wel
de noodige zekerheid aanbiedt voor eene
exploitatie in 't belang van 't algemeen, en
welke de voor- en nadeelen zijn, die uit
een Staats exploitatie voortspruiten, om uit
de beperking daarvan tot het al- of niefc-
wenschelijke te concludeeren.
De bureaucratie, die alle departementen
van algemeen bestuur zwaar- en langzaam-
werkend maakt, evenals 't water in een
spons, die bureaucratie is voor geen gering
gedeelte er schuld aan, dat eene exploitatie
der spoorwegen door den Staat wordt ge
vreesd en uit den booze geacht. Men is er
zeker niet zonder reden bezorgd
voor, dat de slakkengang onzer staatsmachine
ook bij een spoorweg-departement de gewone
weg zal worden, en 't behoeft niet gezegd,
dat voor een behoorlijken gang van »'t vlie
gend stoomros" de bureaucratische exploi
tatie verlammend zal zijn. Doch zal het
mogelijk zijn, haar te weren Is de bureau
cratie geen noodzakelijk gevolg van elke
staatsbemoeing Het antwoord hierop ware
wellicht niet gemakkelijk te geven, wan
neer we geen voorbeelden hadden van
elders, en die niet konden navolgen. Mr.
Bruining beveelt in zijn reeds gemeld proef
schrift vooral het Zwitsersche stelsel aan
Wij voor ons zouden meer óp hebben met
bet Pruisische systeem van Staats-exploitatie-
Evenwel, de ondervinding leert het ons, dat
het bezwaar van bureaucratie gemakkelijk
kan ondervangen worden zelfs in een land
Op het gelaat van den jongeman was
duidelijk wantrouwen te lezen. «Ik begrijp
u niet, mijnheer Scholte". zei hij ria een
poos.
«Ge zult me aanstonds begrijpen. Mijn
heer Stein heeft je zoo juist in de «Jung-
fernstieg" aangehouden en je een briefje
gegeven, om het aanstonds naar zijn boek
houder te brengen.
Kent gij den inhoud daarvan
De jongman glimlachte, hij begon te ver
moeden wat Scholte wilde.
«Het briefje is mij toevertrouwd en ik
ben er niet nieuwsgierig naar", antwoord
de hij,
zoudt het wel zijn, als er millioenen
°P het spel stonden" antwoorde de beurs
man. Ik heb alle reden te vermoeden, dat
een blik op het papiertje van den bankier
ötein mij van onberekenbaar voordeel kan
zyn. Gij zijt koopman, beste vriend, ik ook,
ik geef je vijftig mark.
«Voor vijftig mark wil ik het vertrouwen
met schenden, dat men in mij gesteld
neen, juist omdat ik koopman ben", her
nam de jongeman vrijmoedig en versnelde
zijn tred.
«Indien mijn vermoedens bewaarheid
waar men zoo van «massreglen" houdt als
Pruisen, is de spoorweg regeling merkwaar
dig gedecentraliseerd, en aan den betrokken
minister is slechts weinig macht gegeven,
de regeling is grootendeels gelijkend op de
organisatie eener maatschappij, of liever
van kleinere, op zichzelf staande maatschap
pijen, terwijl door de aigemeene directie
Eisenbahndirectionenonmiddelijk onder
den minister) slechts wordt gewaakt tegen
datgene wat de eenheid der exploitatie zou
kunnen schaden.
Zeer zeker kan bij wet, die eventueele
Staats-exploitatie regelen zal, de inrichting
van ons spoorwegwezen op verkeerde grond
slagen worden opgebouwd, doch is daarvoor
te vreezen Waar wij in Frankrijk, Duitsch-
land, Pruisen, België voorbeelden van staats
exploitatie hebben, waarvan de praktijk
reeds ondervinding afwerpt, behoeft voor
een regeling ten onzent niet gevreesd, de
organsatie in België heeft eenigszins een
meer centraliseererid karakter en geeft
j daardoor juist tot des te meer klachten
aanleiding dan elders, en het is de taak
van de volksvertegenwoordiging, hiertegen
te waken. Wanneer dan tevens een uitste
kend voorschrift wordt overgenomen, waar
van totnogtoe Zwitserland het monopolie
bezit, n.l. dat het spoorwegbudget afzon-
lijk blijve, en niet bij de aigemeene ad
ministratie worde ten onder gebracht, zal
er voor bureaucratische neigingen geen
grein gevaar méér bestaan dan nu de
maatschappijen opleveren,
Tevens dient er gewezen op de voor
deeien, die eene exploitatie door den Staat
oplevert boven die eener maatschappij, juist
ómdat het de gemeenschap is, die exploi
teert. De Staat kan en zal ongetwijfeld
meer voeling houden met het publiek, met den
handel, door het oprichten van adviseerende
lichamen (in Duitschland heeten ze tbezirks-
eisenbalmrathuit afgevaardigden van land
bouw en fabrieksnijverheid en den handels
stand saamgesteld, die de directies, vooral
worden, zal ik je nog meer geven", zeide
Scholte, door de weigering van Oscar nog
meer geprikkeld.
«Nog niet voor een millioen" luidde het
vastberaden antwoord.
Scholte hield echter niet op met aan
dringen. Hoe dichter beiden in de nabijheid
van Stein's huis kwamen, hoe sterker er.
aanmachtiger de speculant bij den jongen
man aandrong, maar Welter was niet te
bewegen, het hem toevertrouwde briefje te
voorschijn te halen.
Eensklaps verschrikten beiden hevig, en
de speculant werd doodsbleek. Dicht ach
ter hen klonk plotseling een welbekende
stem.
«Dat de geest gewillig, maar het vleesch
zwak is, dat behoef ik bij u, jongeman,
niet meer te vreezenmaar ik zie niet in
waarom ik u niet helpen kan, een stuk
geld te verdienen."
Het was niemand anders dan de
millionnair Stein, die de beide mannen ver
verwijderd volgde en die nu vlak achter
hen stond.
Zij waren nu alle drie het huis van den
rijken bankier genaderd. Stein opende
de deur, terwijl Scholte grooten lust had
over tarieven, dienstregeling, etc., met hun
raad voorlichten. Dat deze van groot nut
zijn, zal geen nijveraar, geen handelsman
betwisten. Het toezicht, dat zoodoende op
het spoorwegbedrijf wordt gehouden door
de meest-belanghebbenden, is iets wat alleen
bij Staatsexploitatie zóóver kan worden
doorgedreven. Eér. ding echter is noodig,
een decentraliseerende inrichting der ex
ploitatie het uitvoerend gezag, de minister,
moet slechts 't meest noodzakelijke voor
zijn verantwoording hebben, de eigenlijke
leiding moet niet zijn bij den minister,
maar bij een lichaam onder hem, opdat bij
wisseling van regeering geen verandering
van spoorwegpolitiek zij te vreezen daar
enboven moet er, door adviseerende lichamen,
voeling gehouden worden met, en invloed
worden uitgeoefend door het publiek.
Wij hebben dit bezwaar uitvoerig be
handeld, omdat het geenszins gering kan
geschat worden iaten wij nu op onze beurt
op een zeer groot voordeel van Staatsex
ploitatie wijzen, dat met het bovenstaande
verband houdt. Het betreft de tarieven.
Een ieder handelaar weet, dat de maat
schappij en er onderscheidene, zeer verschil
lende tarieven op na houdenbegunstiging
van den een ten nadeele van den ander,
voortrekken van de eene handelsplaats en
tegenwerken van de andere «speciale" ta
rieven voor een en ander, «uitzonderings-
tarieven" vooral bij invoer, uit 't buitenland
zijn overbekend, al begrijpt men soms van
de werking ervan niet veel. Het is hier
noch de plaats, noch de gelegenheid om aan
te toonen, hoe al deze tarieven de binnen-
landsche productie benadeelen, endeninvoer
vergemakkelijken hiervan echter overtuigd
is er volstrekt geen protectionistische neiging
voor noodig, om dit af te keurenWil men,
met statistische gegevens meer over deze
zaak weten, men raadplege de Kamerver
slagen, waar de adressen van belangheb
benden worden besproken (o. a. Ned. Ver.
van meelfabrikanten in 1898), men leze het
de plaats te poetsen, maar hij durfde niet
goed.
«Zie zoo", zei Stein in de beste luim en
opende een klein vertrek naast den ingang,
«hier kunnen we het gesprek alhandelen.
Als ik me niet vergis, is het u slechts te
doen, den inhoud van de boodschap te ver
nemen", wendde hij zich tot den speculant,
«dien deze jongeman aan mijnheer Bornheim
moest overbrengen."
«Denk niets verkeerds van mij", stotterde
Scholte, «een misverstand".
«Hoe ik over het geval denk is mijn
zaak", zei Stein droog, «volgens uw meening
hebt gij gemeend, verstandig te handelen.
Want het is waar, vervolgde hij, ernstig
wordende, «het is een zeer gewichtige
zaak, zóó gewichtig dat ik na rijpelijk
beraad besloten ben van mijn reis naar
Ottensen af te zien en naar huis terug
te keeren daar vandaan kwam het dat ik,
achter u ioopend, uw gesprek kon hooren.
Uw scherpzinnigheid heeft u niet bedrogen,
mijnheer Scholte."
«Ik wist het" riep deze, het hoofd in
den nek werpend, «er is een storm in
aantocht, wij moeten verkoopen."
«Het eerste is nu het geval en of het
NIEUWE SCHIEDA
>Wat IQ or
antwoordde hit n,,- Sebeim van gemaakt",
Welnu znnHt ana VOfder gaande.