Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
door een ei.
24ste Jaar:
Donderdag 18 April 1901.
No. 6977.
^Bureau 'gJofersfraaf 50.
1
PRIJS YAS DIT BLAD:
l°°r Schieóm per 3 maanden/1.50
ranee per pos; door geheei Nederland -
«sonderinke Nummers s 05
PRIJS DER ADYEBTENTIIN:
Van 16 regels; i J l 1 I ƒ0.60
Elke gewone regel meer f -0.10
Voor hernaaide plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
AkGKMEES OVEKZICHT.
17 April 1901.
Dg De ««log in Zuid-Afrika.
PubliokgeV°elonS waarmee het Engelsche
dr«f" v maand Da maaDd het »laatst0 be
kijvenVan d°n °°rl0g in Zuid-Afrika volgt,
Gtoetie°P wDeer gaan'Z6gt do ^minster
droeiff. '0ï0n den eenei> dag een
en 0neSl'g artdta' van bet oorlogsterrein
'eien h* st0mmmS w°rdt gedrukt. Wij
d®rEn 6,n Vü'genden dag van een succes
burg 8 cben Van het innemen van Pieters-
Van Van de krankzinnigheid van De Wet,
Verdr6 °nbokwaamheid vat» Steyn, van het
h0ofd1JV6n der Boeren naar een andere
stad en wij zijn weer opgeruimd.
vor 61 iat6r 0IltvanSen nieuws wischt het
on UU Cn de corresPondent>die gisteren
sptt g0pro{et8erd beeft, moet heden
J ebben over hetgeen htj seinde, want
va^h"81 met. boe sPoed'g zijn voorspelling
mo i 40Uj blldkei1' Gen eenen d»g een ont-
«en ,'genddraadbericht, den anderen dag
®en bemoedigend telegram.
gaat bet V00rt iu 88n schijnbaar
dah 6 °0Ze reeks van stÜgingen en dalingen,
bahngen en stijgingen.
steloic bet bekende Landensche wereldblad
09 ln licht, dat het nutteloos is den
°g als geëindigd te beschouwen. De
cn!.n66 bevatt8 nl. eergisteren van haren
^respondent te Sanna's Post - het be
den 6 ^rÜstaatsche plaatsje, gelegen aan
weg naar Lady brand een artikel
arm betoogd wordt, dat de positie van
zwak °he leg6r in de rePubbekeu uiterst
cort 1S' *Z°° kan men blJv>" 2e8t de
respondent - »geen 5000 yards buiten
militaire lijn tusschen Basoetoland en
oemfoutoia gaan, zonder gevaar te loopen
ce e°Q G°8r8n'Patrouip® te worden aan-
han |0t|6n' Het gebeele l°ger is den oorlog
Vr 0 b moede, ieder officier en soldaat
boe lang die toestand van doodelijke
_fVe u'g en vruchteiooze afmatting nog
cuilleton.
Dit het Fransch door F. H.
2) {Slot.)
deVienüicht Spoeddo ZÜ zicb henen, toen
w haar "genbield
bw~g0ed°0t mevrouw. «at de waarde van
h7 Z0U verho?g8n Dit zou zijn,
Maar miin "h." j u' «oKter t -
nep zh u,t uWat b0n, ik toch dom 1
ge uw naald h l. bezinnende. Ik wed dat
dan ca °Pgegeten Zoo. Welnu,
Paarden verorbert?' °°k ik h®b
zal ik ?,lj g0brek aan e®n rijmig, mevrouw
u mijn arm presenteeren 1
<i,., s gezegd is. Vooruit.
»wvig m bont gewikkeld, gaat de prinses
zal moeten duren. Wij zijn verder van het
einde dan ooit".
En dan jammert de correspondent over
de telkens blijkende onmogelijkheid om de
Boeren-commando's door omsingeling tot
overgave te dwingen. Zoodra de Britsche
troepen met den vijand in aanraking
komen, zegt hij, smelten de commando's
weg, houden zij op een macht te zijn [dit
is dan het beroemde uiteendrijven waarvan
in de rapporten telkens sprake is] en zie
daar de geheele geschiedenis van den tegen-
woordigen oorlog en het geheim waarom
wij de vijandigheden niet tot een goed eind
kunnen brengen.
Zoolang de vijand nog munitie en
paarden kan krijgen, zal hij tegenstand
kunnen bieden, want de ontzaglijke uitge
strektheid van het land geeft hem daartoe
gelegenheid. Zijn inlichtingendienst is uit
stekend. Zij weten precies, waar het beste
water, het beste gras, het beste pad te
vinden zijn. Zij kennen onze geringste
bewegingen, terwijl wij van de hunne niets
weten. Een troepje schapen, een boer met
een twintigtal zakken melies verborgen in
een spruit of in het gras van het veld is
hun geheel krijgscommissariaat en hoe
goed wij het iand ook schoonvegen, de
Boeren schijnen nog altijd genoeg te vinden
voor hun behoeften.
»Hoe lang zal deze oorlog nog duren?"
Wanneer niet door middel van onder
handelingen de vrede wordt verkregen,
zullen wij moeten blijven vechten, totdat
het land volkomen uitgeput is. Hoeveel
tijd nog zal verloopen eer het zoover komt
en hoeveel geld het nog zal kosten ik
durf het niet voorspellen."
De limes verneemt verder uit Pretoria,
dat de talrijkste Boerenmacht zich nu
tusschen Bethal en Ermelo ophoudt, maar
alle te veld staande Boeren zullen waar
schijnlijk naar het Boschveld gaan, zoodra
de nachtvorsten hun intrede doen. Het
verluidt, dat De Wet zich weder met wei
de doodsche en met ijzel overdekte Champs-
Elysees door zij steken dwars den tuin der
luiierieën over, die op een uitgehakt woud
gelijkt: overal worden boomen geveld en
blokken hout gezaagd voor de verwarming.
Er is gebrek aan steenkolen.
Eindelijk bevinden zij zich voor het Thé&tre-
rran<?ais.
Van uit de vestibule slaat da hospitaallucht,
die menging van ether, van carbolzuur, van
onnoembare geuren, waarvan geen definitie
te geven is, baar om het hart en doet haar
de keel aan. Op de trap ontmoet men
vrouwen met boezelaars voor en met een
witte muts op het hoofd, wier trekken niet
zijn die van alledaagsche verpleegsters,
kuipjes en linnendoeken dragende. Onder
eindelooze voorzorgen worden draagstoelen
naar boven gebracht.
De kleine prinses verbleekte eenigszins.
Zeg eens. dokter, ik heb vergeten u
te vragen. Is onze zieke een soldaat, of een
officier
't Is een garde-mobile, mevrouw, die
als vrijwilliger zich heeft verbonden. Hij
heet Pierre Francoeur, en u heeft dikwerf
van zijn werken op de tentoonstelling gezien,
want 't is een schilder van talent en van een
nig volgelingen in de nabijheid van Ven-
tersburg bevindt.
De Standard verneemt uit Pretoria, dat
er weinig twijfel meer kan bestaan of de
Boeren zijn vastbesloten de guerilla voort
te zetten.
Het wekelijksche bulletin der Kaapsche
regeering meldt, dat Schepers bij zijn ope-
ratie's in het district Aberdeen bijna
overrompeld was, doch in een mist ont
snapte, met verlies van een aantal paarden
en geweren. Malan verbrandde een goe
derenloods te Kendrew. Fouché enKreut-
zinger brachten onbeteekenende schade toe
aan den spoorweg ten zuiden van Middelburg.
De nog vechtende Boeren in de Kaapkolonie
en den Vrijstaat hebben zich gesplitst in
kleine kommando's, die een veldslag ver
mijden. Velen keerden gisteren terug van
een verlof van eenige dagen. Er worden nu
belangrijke bewegingen verwacht.
De Standard verneemt uit Durban, dat
de Engelsche officier, welke het bevel voert
over de Rand Rifles, melding maakt van
een gevecht bij Heidelberg op Donderdag
j.l. De Engelschen verloren hierbij vier
gewonden en vier gevangenen, die echter
weer losgelaten werden.
Botha verspreidt onder zijn burgers
zijne en Kitchener's lezing der onderhande
lingen.
Een draadbericht uit Bloemfontein in
dato 16 dezer meldt
Een afdeeling onder kolonel Williams is
beschoten op den marsch naar Heilbron.
Zij verloor een officier en twee man. Een
korporaal, tot Driscoli's verkenners behoo-
rende, zag drie in khaki gekleede Boeren
voor Engelsche soldaten aan hij werd in den
val gelokt en op twintig el afstands door
de Boeren doodgeschoten. De kolonne heeft
de Boeren verdreven.
Naar uit Pretoria gemeld wordt, heeft
de Boerencommandant Celliers, vroeger als
bij Lichten burg gesneuveld opgegeven, zich
aan de Engelschen overgegeven te Warmbad,
groote toekomst. Owat 'n wreed iets, de
oorlog. Kijk, daar ligt hij. Numero twee-en-
twintig.
't Was een zeer bleek hoofd, met groote
zwarte, eenigszins verwilderde oogen. Die
oogen en de baard, eveneens zwart, tee
kenden zich op het hoofdkussen donker af.
Het voorhoofd en de haren waren door een
wit linnen verband omgeven, want een
kogel had het voorhoofd even geraakt. Doch
deze verwonding was niets in vergelijking
van de andere.
Het volgende zonderlinge geval deed zich
nu voor. Deze soldaat, die zoo heldhaftig in
het vuur geweest was. die geen kikje had
gegeven bij het ondergaan van de operatie,
wien het gezicht van het kruis van eer
niet had ontroerd, want hij had niet al te
best begrepen waarvan er sprake was, die
dappere begon te weenen bij het zien van
de twee eieren. Dikke tranen, tranen van
blijdschap, rolden langs zijn lijkkleurige
wangen. Vervolgens, eensklaps zijn handen
samenvouwende, keek hij de prinses strak
aan en riep uit
»Wat! Is u Hit uw omlijsting afgedaald
Om mij eieren te komen brengen I Neen,
maar dat is te erg 1"
waar hij verpleegd werd, na in het gevecht
bij Lichtenburg gewond te zijn.
Het gerucht, dat French met 500 man
in een dikken mist door de Boeren zou
gevangen genomen zijn, wordt door het
ministerie van oorlog te Londen, beslist
tegengesproken.
De New- York-Herald bevat een brief uit
Pretoria, gedagteekend 23 Maart, en ge
schreven door de vrouw van generaal Max
well, militair gouverneur van Pretoria. Me
vrouw Maxwell, een Amerikaansche, doet
een beroep op de weldadigheid van haar
landgenooten om winterkleeren te kunnen
verschaffen aan de vrouwen en kinderen
van de Boeren die opgenomen zijn in de
kampen. Velen hebben aan alles gebrek.
Engeland is zoo uitgeput door de giften ten
behoeve van zijn eigen soldaten en hun
vrouwen en kinderen, dat mevrouw Maxwell
zich tot haar Amerikaansche landgenooten
wendt, onder wie, naar zij weet, veel sym
pathie heerscht onder de Boeren, om bijstand
voor de hulpbehoevende vrouwenen kinderen.
Een aanzienlijk bankiershuis te New-York
heeft op zich genomen het geld uit te
betalen, dat tengevolge van Mevrouw Max
well's oproeping inkomt.
De Chineesche crisis.
In antwoord op vertoogen van Japan
heeft het Chineesche hof verzekerd, dat
het den keizer onmogelijk is naar Peking
terug te keeren voor de vreemdelingen
vertrokken zijn.
De Londenscne Standard verneemt, dat
te Sjanghai officieus verluidt, dat de
keizerlijke partij r.u voor goed Peking als
rijkshoofdstad prijs geeft en haar blijvend
naar Sjanghai overbrengt.
De Chineesche regeering heeft aan haar
gezant te Tokio gelast haar dank te
betuigen aan Japan voor zijn bemoeiingen
met betrekking tot Mantsjoerije en tevens
het verzoek der Chineeschen regeering aan
En glimlachend voegde hij er bij
Wat zullen ze iu Florence vreemd
staan te kijken, u niet meer op uw gewone
plaats aan te treffen
Het Legioen van Eer, dat generaal
Lecomte zelf aan den stervende was komen
brengen, lag op zijn beddelaken met een
breed rood lint vastgespeld.
Hij mompelde iets binnensmonds, dat
men evenwel niet kon verstaan. Ondanks
zijn ijlhoofdigheid herkende hij toch den
geneesheer.
01 dokter, sprak hijWaarom wil
men mij geen ei geven l Ik zweer u, dat
ik morgen zal kunnen opstaan en mijn
geweer weder opnemen
De dokter gaf een wenk aan de prinses.
Deze trad naar voren, in elke hand een
heerlyk ei houdende, dat zij den jongen
man aanbood.
Pierre Francoeur nam, zooals men wel
kan begrijpen, den anderen dag zijn geweer
niet op. de daarop volgende dagen even
min. Doch tegen alle verwachting overleed
hij niet.
Hij was gedurende zeer langen tyd zielt.
De prinses kwam hem zeer dikwjjlsopzoeken.
NIEUWE SCHIEDAMSGHE COURANT
iiinnimiimniiiriiiiii