Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
Koning!
25ste Jaars.
Donderdag 8 Mei 1902.
iNo. 7294.
-?£?telEE
Bureau Boterstraat 50. Telefoon No. 85.
PRIJS TAS DIT BLAD:
'°°r Schiedam oer 3 maanden
•*r*nc
per dos» door eeneei Nederland
1.50
a -
^snderiijke Nummers
0.05
PRIJS DKR ADVKRTKXTIËR:
Van 1—8 regeis"; I i i J yo.60
Elke gewone regei meer j -0.10
Voor hernaaiae plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
het feest van O. H. HEMEL-
Co,,.. de Meuwe Schiedamache
*ers„, "°nderdag-avond niet
Ü^Ünen.
LE BERICHTEN.
CJr'iving van nieuwe Leerlingen
°0r de Burgeravondschool.
die
|®ot September a.s. als leerlingen
burgeravondschool wenschen te
kunnen zich laten in-
®i e,k. >0p Maandag 12 en Dinsdag 13
^e T' 8 avonds tusschen 6 en 8 uur.
°e.8«latene'-^ten om t0 kunnen worden
do.
bebben van den twaalf-
1( hot
J^ihffbunnen overleggen van eenever-
k*kfUit det dloofd der Lagere school,
®®'t d0n dat de leerling deze geheel
uunoop<
Pon.
De Directeur,
J. A. HINGMAN.
®cHiedam, Op Hemelvaart, 1902.
a ^Dds d
d in en dag der eerst® zondo was de
d® bieos h6 w®re'd- Eeuwen lang zuchtte
Wt ^Sc 'n ballingschap, dragend in zijn
*>esef van schuld, dragend ook
r'°ssincr^e^9e'° werold de profetie, die
«®uweri beloofde. Alle volkeren, alle
r#dditl„ ®ndon dien schuld en niemand, die
V°'beid d °n ')ren^®n ®n vrÖbeid. Toen de
v*fplfl.. 'ijden daar was en de mensch
'ast Vaftr scheen te worden, onder den
^®der0m Z^n «igon boosheid en den blik
Addend th t0t ^*°d °Pr'chtte, in 't volle be-
z°b(i ,je ^s' wat hy was zonder God, toen
i6v ader zijn Zoon, die wat dood
0*er het#k^ Zoud® maken en Koning zijn
^®rst 6rste'be menschdom.
Vaderna 2^n dood °P Golgotha, sprak
d°od F h«t woord der verzoening. De
tSr(18i Verwonnan> bet leven keerde
beleer in Ezechiels visioen.
®'oofd pT'ds Zoon was het Koningschap
d>8 brisius was ook Koning
,96rs'« Paaschdag zag zijn glorievol
öocd eDQ Koning 0Ter l«von en dood.
V'Ivhld Was n'et geheel de profetie
^ekteo' 'ereeniging der wederopge-
rHjkte F den sc®Pter van den ver"
öeze Sa ^°ning moest nog plaats hebben.
^ond* da^' ^®den besluit Christus
#v®h on ervo'' na zïjn verrijzen voortgezet
V°orw aard8,
^®Ptoefdjar. ^on'n® was Hij. Eeuwen lang
St®ren 8' menschdom zijn Tbt te ver-
°P te v®rz°ening te brengen en een dam
rf>en t0g®n don stse£ls hooger en
alj#s f Wor8enden stroom des verderfs,
?elt och- r61?de te v«rmelen, ja den staat
'ledetl l rrniJnde. Wijsgeeren en staats-
WetPr°e<den h<5t d°°r hun wÜsheid en
|6n' ^'ets bracht redding. Men
a s in wanhoop, bracht offers, niets
mocht baten. Men fluisterde eindelijk
alleen nog een hooger macht kan
redden, 't Waren de wegstervende klanken
der profetieën, uit het Oosten tot hen
gekomen. Welnu die redding, dat offer,
die wet, kan de wereld zien en lezen
op Calvanën, Christus het Offer, dejjWet
voor het menschdom. Het offer voor allen
maar ook de wet, wegens zijn goddelijke
leer en voorbeelden niet voor één natie of
één eeuw, maar zijn leer en voorbeelden zijn
wet en mogelijk voor geheel het mensche-
lijk geslacht. En daarom is Hij Koning over de
geheele wereld; in de drie wereldtalen
stond het eens te lezen boven zijn kruis en
van die koninklyke macht zich bewust, geeft
Hij heden aan zijne leerlingen het bevel,
geldend voor de geheele wereld»Gaat en
onderwijst alle volkeren
't Is duidelijk. Als een volk, als een
eeuw zou vragen In wiens naam, met
welk recht komt gij hun eenig antwoord
moet zijn In den naam van Jesus Christus,
den Verlosser, den Koning der tijden I Zoo
Staat Hij hedeu in 't midden van zijn ge
trouwen, geeft hun zijn zending en zegen.
Dan stijgt Hij op om zijn koninklijken in
tocht te beginnen in den hemel.
Ziet daar stijgt Hij op, met zich mede
voerend zijn gevangenen en Hij is voorop
aan hun spits. De poorten des hemels ver
heffen zich en ontvangen den Koning. De
Engelen zien en luisterende Heer doet
zich hooren van 't uiteinde der aarde. Ziet
de Koning komtzijn loon is met Hem.
Door de nieuwheid van zijn glorie verrukt,
vragen ze en roepen vol bewondering Wie
is Hij, die daar komt in gekleurde kleederen
van Bosra Wie is de Koning der glorie
Schoon is Hy in zyn gewaad, voortschrij
dend in de volheid van zijn kracht. Wie is
toch die Koning der glorie Triumfeerend
klinkt nu zijn Koningswoord. Ik zelf ben
het, de Koning der glorie, ik die gerech
tigheid bracht, ik die mijn kieederen ge
purperd heb in mijn bloed, ik die gestreden
heb de Verlossing der wereld 1"
Heischitterend is zijn gestalte, als glans
van wittesneeuw zijn gewaad en om zijn len
denen een gordel ais van gouden, vlammend
licht. En nader en nader komt Hij, en voller
en voller de zegebruisende jubelmuziek,
die van Engienkoor tot koor opstijgt
en allen, allen vallen op hun aangezicht en
roepen in heilige aanbidding: Waardig
zijt Gij, Heer, onze God, te ontvangen de
glorie, eere en macht."
Voor velen is het Kruis een dwaasheid
en Jezus Koningschap eveneens.
Wie echter de geschiedenis wil schrijven
der Kerk kan niet anders dan Zyn Koning -
schap bewijzen.
De Apostelen gingen tot de trotsche en
lichtzinnige, de spotlustige Grieken, tot de
zegedronken wereld veroveraars, de Romei
nen, verzonken in weelde en wellust, ze
kwamen met hun zending tot de weeke-
lijke dweepzieke Aziaten, naar de woestijnen
van Afrika, kortom tot de geheele wereld,
en allen, allen erkenden Christus den Koning
God gaf Hem de natiën als zijn erfdeel.
Grooter was deze, zijne overwinning, dan
die door geweld van wapenen enoverheer-
sching kan zijn. Grooter is de zegepraal
over de geesten en harten, niet van een
volk, maar van alle volkeren, niet van een
tijdperk, maar van alle eeuwen.
En niet gehoorzaamheid alleen en eer
bied, of vrees, maar liefde heeft Hij
gewonnen, een liefde, die alles opoffert
alles verdraagt, lijden, smaad, ja den dood
en dat al, niet van mannen alleen maar
ook van vrouwen en zwakke maagden, uit
alle rangen en standen. Ja, meer nog,
eigen wil en voldoening werden geleid,
gevormd naar zijn hoog voorbeeld, de
zeden veranderden, de familie werd her
steld, de rechten van vrouw en slaven, van
allen werden gelijk in zijn Koningschap.
Alle geslachten hebben Hem gezien en
erkend en biengen Hem lof in hun zeden
en wetten, en de koningen en keizers
dragen zijn standaard in hun wapen en op
hun troon.
Ja lof brengen Hem, allen zijn hateren,
die Hem vervolgen, Hem en zijn Bruid
op aarde.
Want hun haat en vervolging, hun lagen
en strijden, zij getuigen van zijn Koning
schap. Wat men haat, vreest men
welnu daar is geen haat grooter, geen strijd
heviger dan hun haat, hun strijdniets
alzoo vreest men meer dan de grootheid,
de werkelijke grootheid van den Koning
Christus, voortlevend in zijn Kerk, aan wie
Hij het onwrikbaar voortbestaan beloofde.
In deze dagen, waarin de storm van
alle zijden opgaat, waar allerwege die strijd
zich openbaart, in Frankrijk, in Spanje, in
Duitschiand, in tal van rijken waar ge
streden wordt in het openbaar en in 't ge
heim. door politiek en door een zeden-
bederfverspreidende persdaar is het ons
een genoegen Christus' Koningschap te
herdenken door negentien eeuwen heen,
want het geeft troost en moed in het
vertrouwen dat Hij, die zijne zending gaf
voor alie eeuwen, ook zijn Kerk zal blijven
beschermen door de kracht van den H. Gees t,
dien Hij ons zond op den Pinksterdag.
Staverius
1LÖE3IEE5 OVERZICHT.
7 Mei 1902.
De oorlog in Zuid-Afrika.
De vredesgeruchten blijven steeds den
boventoon voeren en overstemmen ver de
enkele oorlogsberichten, die in de laatst
verloopen dagen tot ons kwamen.
Uit Pretoria zijn in de laatste dagen zeer
gunstige berichten te Londen gekomen,
waaraan, naast het ongeduld en het verlan
gen naar vrede, de optimitische stemming
moet worden toegeschreven, die in de
straten van Londen heerscht. Groot zal
daarom de teleurstelling zijn, als men daar
verneemt wat in de regeerings kringen is
gezegd en tot nu toe door het publiek niet
scheen geloofd, ui. dat al die berichten en
telegrammen slechts de persoonlijke meenin
gen van de correspondenten bevatten.
aNiemand, zelfs geen lid van de regeering,
kan weten wat op dit oogenblik in de
Boeren-kampen gebeurt, of boe de laatste
Engelsche voorwaarden door de burgers zijn
ontvangen. Met moet het resultaat van de
conferentie te Vereeniging op 15 Mei
afwachten. Voor dien dag weet men niets
zekers."
Volgens een telegram uit Brussel aan
de Daily Express zou lord Kitchener bij
de vredesvoorwaarden aan de Boeren-
zelf bestuur, vertegenwoordiging in den
Raad en een voorschot van 10 millloen
pond sterling voor den opbouw van hunne
boerderijen en het aankoopen van vee
voegen.
Intusscben wordt de guerilla voort
gezet.
Kitchener seint uit Pretoria, dd. 5
dezer
De colonnes melden, dat in de laatste
week gedood zijn 10 Boeren, 122 werden
gevangen genomen, 14 gaven zich over, 106
geweren werden buitgemaakt met 1600
patronen, voorts eenig vee.
Kolonel Cooper heeft, met versterkingen
naar Port Nolloth gezonden, de Boeren
uit Steenkop verdreven, de eenige goede
versterking op den weg naar Ooikiep.
Rochefort heeft in de Oranjerivier-
Kolonie, samen met de politie, die in de
districten Hoopstad en Bloemhof werkt,
commando's verstrooid.
Bruce Hamilton, van de linie Heidelberg
Standerton zuidwaarts over de Vaal
trekkende, heeft bij de Heilbronlinie 87
gevangenen gemaakt.
Colenbrander heeft in het noorden van
Transvaal de krijgsverrichtingen hervat tegen
Beijers, wiens macht sterk geslonken is.
Ten westen van Klerksdorp hebben Jan
Hamelton's colonnes het land schoongeveegd,
hetgeen de verdere krygsvernchtinge n
gemakkelijk maakt.
Er zijn thans byzonderheden over het
geheimzinnig beleg van Ooikiep gekomen,
nu de stad, waar gemeld wordt, feitelijk
ontzet is door de versterkingen die lord
Kitchener heeft gezonden.
De colonne, die tot ontzet van Ooikiep
uitgetrokken is, heeft den 27sten en 28n
April gevochten bij Steenkop, dat krachtig
door de Boeren bezet was en nu door da
Engelschen is bezet. De Engaischen verloren
in die twee dagen zes man aan dooden en
acht aan gewonden. Het verlies der Boeren
was zwaar. Zy vroegen de Engelschen om
geneeskundige hulp. Verleden week zijn van
hier versterkingen gezonden. Aldus wordt
uit Kaapstad bericht.
Van andere zijde wordt nog in dato
11 April gemeld: Generaal Smuts,
procureur-generaal van Transvaal, dia in
September het Lancierskamp te Tarkastad
bestormde en Ooikiep belegerde, eischte op
4 April de overgave van Ooikiep, de hoofd
stad van Namaqualand. De bevelhebber,
kolonel Shelton, weigerde te capituleerec^
NIEUWE SCHIEDAMSGHE COURANT
HCfl
r<*Ht n
zijn
i_