Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
eerste blad.
1
De twee Enveloppen.
'25ste Jaar<r.
Zondag 10 Augustus 1902.
No. 7371.
Pastoor Poelhekke.
Bureau Boterstraat 50. Telefoon No. 85.
bfTlCIEELE BERICHTEN.
Ter Uitvaart
feuilleton.
3)
NIEUWE SCHIEOAMSCHE COURANT
PBIJS T15 DIT BLAD:
'oor icmscam oer 2 maanden
•Tsjecc per oost aoor seces: Nederiand
Aiicnasrinkt Nummer!
f
71
- 0.05
eiumww'/twwM'juiu
PBIJSDKK ADTKBTSNTllS:
Van i6 reseis1 'i ƒ0.60
Elke gewone rsgei meer -0.10
Voor hernaaide niaatsmg worden billijke overeenkomsten
is.no •graan.
|e# an de openbare school met uitgebreid
beSt an voor ionSens (Hoofd de heer Tijl)
tut ?at met 1 September a s. gelegenheid
ö<iit k°ntvan?8n Yan onderwijs ook in de
u. en Kngelsehe taal, Algemeene
"Jhiedenis en Wiskunde.
°0d Ude.r.s 01 voogden, die leerlingen dat
*°chrW^S w'"eo doen volgen, worden ver-
*lch in de week van 25 tot en met
honcju8'nstus as. aan te melden bij het
'a der schooi.
VAN
>4t)°°r de tweede maal, in een tijdsverloop
den S'ec'lts enkele weken, staan wij aan
ya v°oravond van een dag, die een dag
®«n r°UW za' zÜn in het katholieke Schiedam:
«tt) ^.1®' waarop het stoffelijk overschot van
f zijner hooggeëerde priesters ter laatste
'plaats zal worden geleid.
UlIïl v«* jaren is de volijverige priester,
tb0e"? st°ffelijk hulsel wij thans aan de
°t>s 61 aarde gaan weergeven, onder
bebj"er'czaarn geweest. In die enkele jaren
*0q k D ^em 'eeren kennen a'3 een
j ee'dig priester, een volijverig zielen-
be^er' d'e ondanks de voortdurende krank-
hii HVan I'^n ^°°r m"erdere kwalen onder-
by n i'ohaam, aan zijne parochie gaf wat
*t>ol °D' ^'8 V0°r haar Üverde en werkte,
be| ^et Toor dem dag was, die de
deo"^60 zoowe' van den stoffelijken als
Zor ^eeste'Üken tempel des Heeren aan zijne
Vviiri*11 to®Tertrouwd> met de meeste toe-
^lng en ijver behartigde.
H,4 et weemoed staren wij hem na dezen
kl0e,6 aar Voor zijn plicht, dezen fleren
®n zoon van een aloud geslacht, die
(Alaar het Fransch).
(Sot.)
VerdrageflVk ,Suffnna .je bent bepaald on-
js je spreek over den
at>dèr on a' a' genoeg, om bet voor den
a'leb«i 6 nemen' Je kunt ze tocb niet
8°oien? r*!P- ,WU j« dat we er om
din «n f,1113 naunt? Kruis is Bonar
^derwern^.u161 ernst'g' Leontine, en het
*Maar it 13 toch zeer e,,fist|g 1"
?'nd aan Zle g®6n ander middel om er een
binnen aanl^ Ik zou j8 misschien
dealen nm j j een van de 'v»ee te
'egenhei.i aard?or d®n ander uit de ver
ze'f te v P den< maar dan zoo ik me
lk k.u geweid aandoen. Maar wacht
n idéé We hebben haast Nieuw-
de traditiën zijner familie hoog hield en ze
in zijn persoon opnieuw deed eeren. Zoon
van den welbekenden dichter Poelhekke
en van mej. Van Vree, zuster van Haarlems
eersten bisschop na de Restauratie, kwam
hij te Deventer den 22n Maart 1846 ge
boren door de verhouding zijner familie
in het bisdom van zijn Heeroom, tevens
zijn peter, wiens namen Franciscus Jacobus
hij met eere droeg. Op de seminaria van
Haarlems bisdom voltooide hij de opleiding,
waarvan de grondslag in de scholen van
de IJselstad werd gelegd. Zoo werd hij
dan ook in de aioceze, waarover wijlen
mgr. Van Vree slechts acht jaar den krom
staf mocht voeren, den 15n Augustus 1870
priester gewijd,
Met de priesterlijke eerekroon door den
waardigen opvolger van zijnonvergetelijken
heeroom en beschermer den 15n Augustus
1870 getooid, ging hij in het diocees van
mgr. Wilmer zijne beste jeugdige krachten
aan het heil der zielen wijden. Van Alk
maar begon ook voor hem de victorie, d.i.
het garen van de rijpe vruchten van een
welbesteed priesterlijk leven, dat zich op
het veelzijdig gebied der katholieke actie
met het meeste gemak en de grootste
vaardigheid bewoog. Kapelaan Poelhekke
was in den vollen zin des woords een
»strijdkape)aan", die niet alleen op den
preekstoel zijn machtig woord deed hooren,
maar ook op de »publieke tribune" de
menigte tot luisteren dwongmet zijn
welversneden scherpe pen redigeerde hij
jaren lang het Leidsch Weekblad, toen hij
de Victorie-veste met de Sleutelstad had
verwisseld. In zijn weekblad voerde hij
een hardnekkigen strijd tegen tal van
misstanden in zijn nieuwe standplaats, in
zonderheid wat betreft de weeshuizen, een
strijd, die hem wel menig onaangenaam
uurtje bezorgde, maar waarbij het succes
toch niet altijd uitbleef.
Als een bewijs met wat volhardenden
ijvy hij de eenmaal opgenomen taak
jaar, en die heeren zullen je zeker een
souvenir zenden. Welnu, huw hem, wiens
geschenk je het meest zal behagen."
»Zij hebben ze me reeds gestuurd, en
en ze behagen me beiden evenveel."
»Zoo. goeddan wat anders Je
moet me de twee cadeaux laten zien, zon
der me te zeggen van wie ze zijn. Ik zal
zeer nauwgezet onderzoeken. Ik zal je
zeggen, welk van de twee geschenken,
ik het mooist vind en je zweert me,
hoor je je zweert, dien voor heer en
meester te kiezen, die het je gegeven
heeft
ïWat een dwaasheid
ïAfgesproken Zweer je
»Maar
»Geen maren Nu dadelijk, onder mijn
oogen, schrijf je aan de heeren Bonardin
en Saint Savin om ze te bedanken. Je
hebt het immers nog niet gedaan?"
»Neen. de cadeaux zijn van morgen pas
gekomen."
»UustekendAan den èen schrijf je,
dat je zeer dankbaar, uitermate gelukkig
bent, zoodat hij kan begrijpen, dat hij ein
delijk de gekozene isen aan den ander
een beleefden brief, maar koud, erg koud.
uitvoerde, zij het volgende hier vermeld
Op een avond, tijdens zijn kapelaansjaren
te Leiden, kwam kapelaan Poelhekke ver
gezeld van kapelaan Fit, toen hier aan de
O. L, Vrouw-Visitatiekerk verbonden, on
verwacht op het bureau der Nieuwe
Schied. Crt., die toen nog haar drukkerij
had aan de Oude Sluis. De drukker, die
het Leidsch Weekblad (veel jaren later het
dagblad De Zuidhollanderzou drukken,
had ter elfder ure de uitgevers indesteek
gelaten. En nu stond kapelaan Poel
hekke met de kopie in de hand voor den
toenmaligen redacteur der N. Sch. Cl.,
den heer M. J. Vincent, verzoekend,
dat men hem althans tijdelijk uit de
verlegenheid zou helpen. Niet zonder
moeite werd het reeds vertrokken personeel
opgespoord een nachtje werd er aan ge
waagd en den volgenden dag kon het
Leidsch Weekblad worden verspreid. Zoo wist
de vaardige redacteur van hetLeidsche katho
liek orgaan zich uit deze moeilijkheid te
redden, tot dat na enkele weken een druk
ker was gevonden en zijn geesteskin
deren in de Sleutelstad werden »ver-
drukt".
Na eenige jaren jvan vruchtburen pries
terlijken arbeid moest kapelaan Poelhekke
de Sleutelstad voor de Spaarne-stede prijs
geven. Haarlems kathedraal ontving hem
tot kapelaan. Onder plebaan Van den
Akker was hij eenigen tijd in de Bloemenstad
ijverig werkzaam, tot dat ook hem in de
volle rijpheid zijner priesterjaren den her
derstaf ten deel viel.
Na een sRoomsche reis" ontving de
zeereerw. heer Poelhekke, nauw uit de
Eeuwige stad teruggekeerd, het bericht
zijner benoeming tot pastoor te Kudelstraat
gem. Aalsmeer (N. H.) Negen jaren lang
wijdde hij, zoo gewoon zich in groote
steden te bewegen, zich aan het zieleheil in
die landelijke gemeente. Zijne veelzijdige
gaven kwamen ook die gemeente ruim ten
goedevooral deed zijn sterk ontwikkeld
Die brief zal hem zeggen, dat hij niet heeft
te hopen."
sik zou nooit weten
»Ik zal je dicteeren Vindt je 't goed
Zweer je
Het is erg onredelijk, wat je me daar
wilt laten doen
»De dwaasheid moet verkrijgen, wat de
wijsheid met heeft kunnen doenBreng
de cadeaux hierEn zeg me vooral niet,
van wie ze komen."
IV.
ïO! wat een lief koffertje riep Leon
tine waarlijk verrukt uit." Welk een
goede smaakhoe fijn kunstig, en wat
rijk Ja, ja, mijnheer de schenker van het
koffertje, je hebt veel kans, zeer veel. Nu
't andere."
Het andere was een prachtige bibliotheek
in miniatuur. Zij bevatte een twaalftal
kleine boekjes in Eizevierformaat, een keus
uit onze eerste dichters. Leontine was in
verrukking. >Ik geloof", zeide Susanna,
»dat 't mooiste van de twee cadeaux
Jij hebt het woord niet I Je mag
geen invloed op de rechtbank uitoefenen
»En wat is de uitspraak
kunstgevoel zich in de versiering van de
nederige dorpskerk kennen.
Toen kwam na zoovele jaren de benoe
ming tot pastoor te Schiedam. De stad,
waar hij reeds proeven van zijn volharden
den ijver en talent had gegeven, zag hem
den 7n April 1897 als pastoor harer O. L.
Vrouw Vititatiekerk installeeren. Wat hij
voor die kerk en parochie geweest is, ligt
zeker allen nog versch in het geheugen.
De nieuwe pastoor, die zich op den eersten
der Meimaand reeds op zoo eigenaardige
wijze deed kennen, heeft zijn reputatie van
bekwaam^administrateur en uitnemend finan
cier nooit verloochend. Het is nog in de
laatstverloopen weken gebleken, toen hij
naast den verbouw van de H. Hart-kapel,
de restauratie van het orgel zonder schuld
kon ondernemen. Maar niet alleen aan
den opbouw van den stoffelijken tempel,
aan de luisterrijke versiering van.Liduina's
heiligdom vooral, wijdde hij zooveel mogelijk
zijne krachten, ook de geestelijke tempel
des Heeren vond m hem een vlijtig bouw-
geer, getuige 0.4- het instituut van de Derde
Orde van St. Franciscus in zijne kerk, dat
de deugden van den Serafijnschen Vader
van Assisië in en buiten zijn parochie
moest doeo navolgen. Hoe treurig, dat die
immer vaardige rustelooze geest in zijne
toenemende krankheid een zoo ernstig
beletsel vondTe willen werken en het
veelal niet te kunnen, wat een smart voor
dezen rusteloozen zwoeger, wien het werken
leven en lust was
Zoo hebben wij hem gekend vijf jaren
in zijn ijvervol pogen en in zijne veel
zijdige krankheid. Veelzijdige krankheid ja;
want r.auweiijks had hij voor één veeljarig
lijden verlichting gevonden of andere krank
heden deden zich te mepr kennen. Zij sloop
ten eindelijk dat vruchtbaar leven, waarvan
wij nog zooveel op verschillend gebied
verhoopten.
Op verschillend gebied voorwaarwant
pastoor Poelhekke was niet alleen een vol-
»Je zult bet dadelijk weten. Schrijf
eerst. Ik dicteer."
En Leontine improviseerde twee geheel
tegengestelde brieven, die haar vriendin
geduldig opschreef.
In den een bedankte zij den gever met
groote levendigheid, zonder hem aan te
wijzen, en verzocht hem in beminnelijke
woorden den volgenden dag, de uitdrukking
van haar dankbaarheid in ontvangst te
komen nemen, terwijl zij hem zijdelings
aanmoedigde aan haar tante een huwelijks
aanzoek om haar te doen, wat bepaald wel
zou worden ingewilligd.
Het andere epistel, hoe vriendelijk het
ook was, gaf djideiijk te verstaan aan den
geadresseerde, dat Hij van alle hoop afstand
moest doen,
»Nu!" zei Leontine, hier heb je twee
enveloppenschrijf er de adressen op
Mijnheer Bonardin M. Saint-Savin
Goed zoo; dat is gedaan! Stil! Het
vonnis zal worden geveld! Met mijn
allerhoogst gezag beslis ik, dat je de biblio
theek moet trouwen! Van wie komt ze?"
»Van Bonardin," antwoordde Susanna,
die een bijna onmerkbaren zucht slaakte.
»Ik wijd je dus tot Mevrouw Bonardin