Leo XIII kwam zijn bezoeker vriendelijk J glimlachend tegemoet tot in het voorvertrek van zijn particulier Kabinet. Zijne Majesteit naderde den Paus met eene lichte buiging en stak Zijne Heiligheid de hand toe. De Paus vatte die aan en hield haar in de zijne, totdat de deur van het particulier vertrek zich achter beiden gesloten had. Yolgens het gebruik nam de Koning aldaar plaats op een troonzetel naast dien van den H. Vader en onder denzelfden baldakijn Het onderhoud tusschen Leo XIII en Ed ward V'II duurde juist 22 minuten. Gedurende dien tijd onderhielden de heeren van het gevolg zich met de dignitarissen van het pauselijk hof, daarbij o. a. uitdrukking gevende aan hun bewondering voor de schoonheid van de uniformen der pauselijke troepen en waarvan sommigen gelijkenis vertoonen met de costuums van het Brit- sche hof. Toen het onderhoud tusschen de beide souvereinen geëindigd was, leidde de opperkamerheer koning Edward's gevolg binnen en stelde de koning de heeren aan den Paus voor. De H. Vader was zeer op gewekt en onderhield zich minzaam met hen. Ten slotte vergezelde de Paus, voort durend de hand des Konings in de zijne houdende, den Koning wederom naar de anti chambre. Op het oogenblik van afscheid gaf koning Edward den Paus zijn verlangen te kennen diens portret met handteekenmg te mogen bezitten. De correspondent der Figaro meent te kunnen melden, dat mgr. Stonor nog dienzelfden avond aan den Koning een portret des Pausen heeft over handigd. Edward VII verliet het Vaticaan om vijf uur en reed rechtstreeks naar het Quiri naal, evenals bij zijn heenrit overal toe gejuicht door de menigte. In strijd met de eerste berichten blijkt thans dat de Koning geen bezoek heeft gebracht aan kardinaal Rampolia, zoodat een contra-visite van Zijne Eminentie in het gebouw der Britsche ambassade bij het Quirinaal achterwege kon blijven. De Engelsche bladen maken melding van het gerucht, dat mgr. Merry del Vai, die den Paus reeds vertegenwoordigde bij de kroning van koning Edward, 's vorsten bezoek te Londen namens den H. Vader zal gaan beantwoorden. Koning Eduard te Parijs. De koninklijke trein, die Eduard VII uit Rome naar Parijs voerde, kwam om 3 uur gisteren-middag aldaar aan. President Lou- bet was aan het station met zijn secretaris generaal. Er was een ontzaggelijke menigte aanwezig. Koning Eduard droeg de Engel sche generaalsuniform. De President ging hem tegemoet en drukte hem de hand, wat door den Koning beantwoord werd, die opmerkte dat het alweer drie jaar ge leden was, dat hij het laatst in Frankrijk was geweest. Mede aanwezig waren de voorzitters van de Kamer, den Senaat, de ministers, de burserlijke en militaire overheden. De voor stelling der ministers, opperoffieieren en van den prefect van politie, zoowel als die van het departement der Seine, was spoedig afgeloopen. Van den salon, die met gobelins behangen was en een geelzijden plafon had, waarvan een kristallen luchter afhing, trad het gezelschap naar buiten. Het eerste oogenblik en verder langs de Avenue was er nog al gejuich, dat langzamerhand eer scheen te verminderen dan toe te nemen, maar in de buurt van de Are de Triomphe weer aangroeide. Het was opmerkelijk hoe weinig hotels en verdiepingen langs de Avenue en aan de Champs Elsyées vlagden Er waren echter geen betoogingen op den weg naar het gezantschap, waar de stoet om 3.30 aankwam. Evenmin was dit het geval om 5 uur bij het uitrijden in de prachtige galakoets van het gezantschapsgebouw naar het een paar honderd meter verder gelegen Elysee. Het eerste kurassiers leverde ook nu weer het escorte. Er viel een los regenbuitje op dit oogenblik. Er waren veel menschen op de been, waaronder zich venters met Engelsche v'aoSetj#s, maar ook met spotliedjes bewo gen. De politie trad nergens streng op. Koning Eduard kwam om 5 uur het Elysee binnen. President Loubet noodigde hem uit op een leunstoel naast den zijnen plaats te nemen. Het onderhoud was zeer hartelijk en de Koning vroeg den President mevrouw Loubet zijn hulde te betuigen. Het gesprek duurde een half uur. Loubet deed Edward daarna uitgeleide en zei bij het afscheid nemen»Tot van avond in het Theater francais." De terugrit van den vorst had plaats te midden van toejuichingen. Er had geen enkel incident van beteekenis plaats. Bij de ontvangst van de Engelsche Kamer van Koophandel en in antwoord op het adres dier Kamer sprak de Koning in voor Frankrijk zeer vleiende bewoordingen en met een hoffelijkheid, die op zijn toehoor ders een levendigen indruk maakte. Hij uitte de hoop, dat de vriendschapsbanden en het wederzijdsch respect der twee volken van jaar tot jaar zullen toenemen. Hij heeft een vastvertrouwen, dat de dagen van vijandschap gelukkigerwijze voorbij zijn. De geschiedenis zal in de eeuw, waarin wy nu leven, in de Fransch—Engelsche betrek kingen slechts een vriendschappelijken wedijver op handels- en nijverheidsgebied kunnen vinden. In de toekomst zoowel als in het verleden van bijna een eeuw zullen Frankrijk en Engeland beschouwd kunnen worden als de kampioenen der beschaving en van den vreedzamen vooruitgang. Er hebben in het verleden misstanden en redenen tot disputen kunnen bestaan, maar dat alles is, naar ik geloof, gelukkig voorbij en vergeten. Er welt een traan in het zachte oog des priesters. Als uw berouw geveinsd was vriend, be klaag ik u nog meer." De generaal voert zijn prooi buiten het dorp, en wordt gevolgd door alle dorpelin gen, die luide hun verachtig voor den generaal uitspreken en in onmachtige woede de vuisten ballen. Vrij blijft de deserteur staan, alleen maar wonderlijk te moede. Dat laatste woord verstond hij niet recht. Beklagenswaardig 1 Ja, hij voelde het, hij was valsch geweest, laag. En een priester I Vroeger, in zijn jonge jeugd, ja, dat waren anderen dagen geweest, nu is hij een moordenaar, een heiligschenner. Plotseling weerklink achter het dorp een luid salvo van geweervuur. De man voelt vuur in zijn borst en tong, hij klappertandt. Dan vertrekt hij, langzaam, het hoofd gebogen en schokkend bij lederen voetstap, die weerklinkt in de verlaten straat. Hij begrijpt en voelt, dat hij meer te beklagen is dan die priester. Engeland en Rusland. In het Engelsche Hoogerhuis deelde lord Landsdowne gisteren mede, dat hij de mondelijke verklaringen van den Russischen gezant had verkregen, die hierop neerkomt De inlichtingen, die de Britsche regeering gewerden betreffende de voorwaarden, die vervuld moeten worden voor de ontruiming van Mantsjoerije, zijn niet geheel en al juist. De besprekingen, die te Peking ge houden worden, betreffen alleen Mantsjoerije en hebben betrekking op zekere waarborgen, die onmisbaar zijn om Rusland's gewich tigste belangen in die provincie te beveiligen na het terugtrekken der troepen. Wat betreft kwesties, die er op berekend zouden zijn, vreemde consuls uit te sluiten of den buitenlandschen handel te weren, zulke maatregelen liggen geenszins in de bedoeling der keizerlijke regeering. Deze meent integendeel, dat de ontwikkeling van den buitenlandschen handel een der voornaamste redenen is geweest, waarom Rusland den aanleg van spoorwegen in dit deel der wereld heeft ondernomen. -Jdul. De Pruisische Landdag. De Pruisische Landdag is gisteren-namid dag in vereenigde zitting van beide Huizen met een door den minister van Justitie voorgelezen koninklijke boodschap gesloten. Uit de Uongaarsche Kamer. De minister president Szell heeft gisteren in de Hongaarsche Kamer het verslag ingdiend betreffende de maatregelen, die noodig zijn om de openbare diensten te verzekeren, tengevolge der niet-aanneming van het ontwerp op de voorloopige begroo ting. Uitroepen en voetgetrappel der oppositie beletten Szell te spreken en verplicbtten den voorzitter de z.tting tweemaal te .schorsen. Nadat de zitting heropend was en Kossuth had verklaard, dat zijne partij met verant woordelijk was voor de schending der grondwet, in het ontbreken der begrooting gelegen, maar die geheel te wijten was aan de Regeeringspartij en het ministerie—Szell, kon de minister-president, eindelijk aan het woord komen. Hij zeide het volle gewicht der verantwoordelijkheid te gevoelen, maar die verantwoordelijkheid zou zwaarder zijn als men de beginselen van het parlemen taire stelsel had willen schenden en de dic tatuur der minderheid had erkend, waardoor aan de meerderheid belet zou zijn haar wil tot uitvoering te brengen. Szell ver klaarde, dat hij met het beheer der open bare geldmiddelen zou voortgaan volgens de begrooting. Ratkai, van de Kossuthpartij, stelde voor de beraadslagingen te schorsen, te beginnen met heden, want er is dan geen verant woordelijk ministerie meer. Hij vroeg den voorzitter uit de Regeeringspartij te treden, want door in het liberale kamp te blijven, zou de president den schijn op zich laden de handelingen der Regeering goed te keuren. De voorzitter, graaf Apponyi, verklaarde in de vervulling zijner betrekking de be raadslagingen met volkomen onpartijdigheid te hebben geleid. De ongrondwettige stand van zaken, die morgen beginnen zal, zal zijne houding niet wijzigen. Hij wraakt de opvatting, dat er geen verantwoordelijke regeering sneer zou zijn, wijl de minister van financiën heeft voorgeschreven om te beginnen met morgen geen openbare be lastingen meer te innen. De toestand in den Balkan. De Bulgaarsche onruststokers zijn eer gisteren voortgegaan bommen in de straten van Saiomki te werpeu. De politie nam verschillende gevangenen vuurde op anderen, die poogtsn te ontsnappen, waarbij er verschelden gedooct werden. De Sultan zond een telegram met een betuiging van sym pathie aan de beambten der Ottomansche Bank en gaf last, dat hen nieuwe kantoren zouden worden gegeven. De inspecteur- generaal der Ottomansche Bank is eergisteren naar Saiomki vertrokken om op de herope ning der Bink in haar nieuw verblijf toezicht te Uouden. Met het wegruimen der puinhoopen van het oude gebouw wordt voortgegaan de kas blijkt ongeschonden. Volgens draadbericht uit Saiomki zijn gisteren weer een tiental bommen geworpen. De paniek duurt voort. Talrijke aanhoudingen zijn gedaan. Er zijn veel revolutionairen gedood. De troepen zijn versterkt. Een divisie van het Italiaansch eskader heeft bevel ontvangen naar Saiomki te vertrekken. In antwoord van Fortis in de Italiaansche Kamer zeide de minister van Buitenlandsche zakenWij onthouden ons stiptelyk van afzonderlijk handelen in Macedonische aangelegenheden, wier stand niet zonder ernst is. Maar de mogendheden willen beslist den vrede door handhaving van den status 4U0. Kapenaars besloten zijn, zich bij den uitslag van den oorlog neer te leggen en aldus kolen vuurs te hoopen op de hoofden hunner tegenstanders. Verder zeide bijwij zijn ongeschokt in onze trouw als Britsche onderdanen. Onlusten in Spanje. Bij de onlusten te Infieste zijn zeven menschen gedood en een twaalftal gewond. Er zijn verscheidene personen gearresteerd. Afrikaander-bond. Te Somerset Oost is gisteren het congres van den Afrikaander-bond geopend. Theron, de voorzitter, verklaarde, dat de Hollandsere Chineesch gepeupel. De Times verneemt uit Sjanghai Het gepeupel heeft de ingenieurs, die den Amerikaansch-Japanschen spoorweg van Kanton naar Hanhou aanleggen, aangevallen. Er zijn troepen gezonden om hen te ontzetten. De uitdrijving der Karthuizers. Woensdag-morgen had de uitdrijving plaats van 23 Karthuizers, welke zich nog in het klooster van de Grande Chartreuse bevonden. Vele bewoners uit den omtrek waren reeds s nachts samengestroomd voor het klooster en op de omliggende wegen. Ruim 1500 menschen versperden den we°- aan het bataljon van het 140e linieregiment en 6 geniesoldaten, die, gevolgd door twee eskadrons dragonders, de Karthuizers kwa men sommeeren, het klooster te verlaten. Toen de soldaten het klooster naderden, werden zij begroet met: sLeve het leger 1" en het zingen der Marseillaise. Voor het gebouw stonden ruim 300 personen, die in weerwil van sommaties zich niet wilden verwijderen. Er ontstond een onbeschrijfelijk tumult toen de troepen trachtten zich een doortocht te banen. Een officier en een soldaat werden door een boksijzer gewond. Ook achter het gebouw hadden rumoerige tooneeien plaats. Overal hoorde men »Weg met Combes 1 Leve de Karthuizers 1" Eerst te kwart vóór vieren waren de troepen meester van het terrein, en onder uitjou- wingen van het publiek, ging de officier van justitie naar de kloosterpoort, die na herhaald kloppen met geopend werd. Toen werd tegen half zes aan de soldaten het bevel gegeven, de poort open te hakken en door de bres traden de rechters, vergezeld van officieren, het klooster binnen. De paters bevonden zich in de kapel. Toen de justitie tot hiertoe was doorgedrongen, sommeerde zij het gebouw te ontruimen, wat de paters weigerden, zeggende alleen voor geweld te zuuen bukken. Twee gendarmes gingen daarop naast elk van de paters staan, die, toen de gendarmes de hand op hunne schouders legden, opstonden. En, tusschen twee gendarmes in, tusschen eene dubbele haag treepen, kwamen nu de Karthuizers door de afgebroken poort buiten. De overste van het klooster, dom Michel, stapte in het rijtuig van het Kamerlid, voor Grenoble Pichat, die zich met de paters in de kapel had bevonden en zich ook had laten uitdrijven. Het volk spande de paarden uit en trok onder eindelooze toejuichingen voor de paters het rijtuig voort tot het station te Chambery. De andere Kharthui- zers daalden in hun witte pij den berg af, gevolgd door 2000 menschen en begaven zich naar hetzelfde station, waar allen den trein namen naar Italië. Zij zuilen zich bij Turijn vestigen. Voor het vertrek schonk de overste zijn zegen aan de duizenden men schen, die op het stationsplein neerknielden. Een verwoed anti-ciericaal dagbladschrij ver, redacteur van de Matin, is met knuppels afgeranseld bij de uitdrijving der Karthuizers. Hij ligt in het hospitaal te Grenoble. ADVERTEN TIE tV. Voor de vele en talrijke bowyzen van deelneming, zoowel in als buiten de stad, ondervonden bij het overlijden van onzen innig geliefden Zoon, Broeder en Behuwd- broeder, CORNELIS JOZEPH PERQUIN, betuigen wij onzen hartelijken en weige- meenden dank. Uit aller naam: Wed. L. PERQUIN, Wendt. Schiedam, 2 Mei 1903. Hiermede betuigt oudergeteekende zijn tevredenheid over de spoedige en accurate uitbetaling van het nedrag, waarvoor zijn paard was verzekerd brj de „Onderlinge Verzeke- ring-My. Almelo", Agent de Heer M. J. LINDEMAN, Singel 199, Schie dam. JAN YETH. Schiedam, 2 Mei 1903,

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1903 | | pagina 2