Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
A. C. A.
26ste Jaars.
Woensdag 15 Juli 1903.
_\o. 7648.
De Herstemming.
Bureau Boterstraat 50. Telefoon No. 85.
PB IJS TAK DIT BLAD»
▼oor Schiedam per 3 maanden
Franco per post door geheel Nederland
Afzonderlijke Nummers
f 1.50
- 2.—
- 0.05
PRIJS DER ADYERTENTIÊN:
Van 16 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer- 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billjjke overeenkomsten
aangegaan.
OFFICIEELE BERICHTEN.
Kennisgeving.
Toelating bloedmelasse-voeder.
De Burgemeester van Schiedam,
vestigt, op verzoek van den heer Commis
saris der Koningin, in de provincie Zuid-
Holland, de aandacht van belanghebbenden
op het navolgend bericht
's-G ravenhage, 30 Mei/6 Juni 1903.
De Minister van Waterstaat,
Handel en Nijverheid,
De Marez oyens.
De Minister van Financiën,
Harte van Tecklenburg.
Schiedam, den 14den Juli 1903.
De Burgemeester voornoemd,
VERSTEEG.
Ken nisgevi n g.
Toelating van paarden, bestemd voor
tentoonstelling met concours
hippique te 's-Gravenhage.
De Burgemeester van Schiedam,
vestigt op verzoek van den heer Commis
saris der Koningin in de provincie Zuid-
Holland, de aandacht van belanghebbenden
op het navolgend bericht
Ministeriën van WaterstaatHandel
en Nijverheid en van Financiën.
's-Gravenhage, 18/22 Juni 1903,
De Minister van Waterstaat,
Handel en Nijverheid,
De Marez üyenz,
De Minister van Finaniiën,
Harte van Tecklenburg,
Schiedam, 14 Juli 1903.
De Burgemeester voornoemd,
VERSTEEG.
De kiezers zullen zich, hoe noode ook,
een laatsten gang naar de stembus moeten
getroosten. Het werk, dat op den 8sten
Juli slechts ten halve werd gedaan, moet
op den 16den Juli worden voltooid. Ook de
de tweede plaats in District II moet
worden bezet.
Wij willen hier niet napleiten op hetgeen
bij de jongste Raadsverkiezing is geschied.
Wij willen niet vragen of niet zeer goed
den heer Nolet de enkele stemmen konden
bezorgd worden, die hem de volstrekte
meerderheid zouden hebben verschaft. Wij
willen met onderzoeken of wel door alle
christelijke ipartijen, die bij het gemeen
schappelijk overleg betrokken waren, zóó
is gewerkt als noodig was, om dat overleg
de vrucht te doen dragen die men er van
verwachtte. Dit alles achten wij op dit
oogenblik van minder belang, althans niet
zoo gewichtig als de kwestie die zich bij
deze herstemming allereerst op den voor
grond dringtduidelijk in het licht te
stellen, waarom het bij de stembus van
Donderdag 16 Juli a.s. gaat.
Opmerkelijk is 't, dat in de aanbevelingen
der meeste corporation, die zich met het
verkiezingswerk oniedig houden, van het
voornaamste, het meest onmisbare voor de
stad onzer inwoning niet wordt gewaagd
de democratische vereenigingen stellen de
sociale belangen op den voorgrond; de
liberale corporat.ën wijzen vooral op de
wethouderskeuze. Maar toch geen dezer
corporation legt den nadruk op hetgeen
waarop het toch het meest in aller belang
aankomt.
Tegenover zooveel wat den kiezers het
spoor moet doen bijster worden, wat hen
misleiden moet omtrent hetgeen bij de Raads
verkiezing het zwaarst moet wegen achten
wij het niet ten onnutte nog eens te
herhalen, wat wij reeds in een vorig
artikel aan de periodieke Raadsverkiezing
gewijd, hebben gezegd. We behoeven
mannen m den Raad, die de zuinigheid in
het gemeentebestuur betrachten, maar toch
eene zuinigheid, die de wijsheid niet bedriegt.
Het k o m t er t o c h v o o ra 1 o p a a n
de middelen van bestaan te
verbeteren en uit te breiden,
waar de tegenwoordige be
staansmiddelen onvoldoende
bl ij ken, nieuwe bronnen van
welvaarten b e s t a a n v o o r o n z e
gemeente te openen. Daartoe
behooren mannen in den Raad te zetelen,
die voorzichtig, geleidelijk o.a. de belangen
van handel en scheepvaart uitbreidend, niet
schroomen daarvoor de noodige geiden toe
te staan. Wat het algemeen belang vordert,
gereedelijk toestaan, wat niet met het oog
op dat belang gevorderd wordt, onverbid
delijk weigeren, dat behoort de gedragslijn
onzer vroede mannen te zijn.
Aan dezen stelregel onzen candidaat bij
de Raadsverkiezing in District II toetsend,
blijven wij voor de herstemming op Donderdag
16 Juli steunen en aanbevelen
den heer
A. C. A. NOLET.
De heer Nolet is door zijne veelzijdige
werkzaamheid in onze stad te goed van
den toestand onzer gemeente op de hoogte,
om niet te beseffen, dat in de verbetering
en uitbreiding der bestaansmiddelen het
zwaartepunt van een richtig en beleidvol
beheer der gemeente gelegen is. Geboren
en opgevoed in de stad onzer inwoning,
kent hij hare nooden en behoeften van
nabij. Hij die de ziel, de kracht en de
steun is onzer liefdadige instellingen, weet
wat onze stad het meest behoeft om hare
nijvere ingezetenen voor armoede en gebrek
te bewaren.
Dat de heer Nolet als lid van den Raad
onzer gemeente een warm voorstander zal
zijn van al wat tot verbetering en uitbrei
ding der middelen van bestaan kan strekken,
daarvoor staat ons geheel zijn verleden
borg. Hij die voor verschillende belangrijke
ondernemingen in onze gemeente zijn
fortuin en zijn werkkracht steeds veil had,
die een geheel nieuw bedrijf in onze ge
meente van den ondergang redde, door,
toen al zijn medebestuurders het opgaven,
alleen nog vol te houden, zal zeker steeds
op het groot belang der bestaansmiddelen
het oog gevestigd houden. Van den man,
die de stervende zeevisschery «Schiedam"
in de bloeiende zeevisschery »De Hoop" deed
herleven, mogen wij dit wei verwachten.
Met den meesten aandrang sporen wij dan
ook de kiezers in District II aan Donderdag
a.s. ailen ter stembus te komen en onver
deeld hunne stem op den heer A. C. A.
Nolet uit te brengen. Dokters en apothekers
had onze zieke gemeente in de laatste
jaren in onzen Raad genoeg, maar zij wisten
der kwijnende zieke geen nieuw leven in te
storten. Aan een flink handelsman had zjj
steeds groote behoefte. Iemand wiens per
soonlijke belangen zoo nauw met die der
gemeente op het stuk van handel en
Scheepvaart zijn saamgeweven als dit met
den heer A. G. A. Nolet het geval is, zal
zij zeker ten allen tijde goed kunnen en
willen gebruiken.
In den heer Nolet eeren wij bovendien
een beginselvast, rechtvaardig man, die
het recht voor aller., kleinen en grooten,
liberalen en anti liberalen, voor- en tegen
standers van het openbaar onderwijs, steeds
zal eerbiedigen en huldigen. De heer Nolet,
als Raadslid gekozen, zal zeker met zijne
weldenkende medeleden krachtig mede
werken, om de rechtsgelijkheid op het
gebied van het onderwijs, voor zoover het
der gemeente gegeven is die te bevorderen,
tot hare natuurlijke en logische consequentie
door te voeren.
Komt dus, alle weldenkende kiezers in
District II, komt dus, gij anti-liberale kiezers
vooral, die met bet stoffelijk belang van
Schiedams nijvere ingezetenen, ook hun
geestelijk heil wilt bevorderen, Donderdag
aanst. allen tot den laatsten man ter stem
bus. Laat nu geen gezochte uitvluchten
meer gelden laat alle lauwheid en traagheid
varenstelt alle laksheid en onverschillig
heid ter zijde. Het gaat om uwe hoogste
zoowei geestelijke als stoffelijke belangen
het gaat om het behoud of de versterking
der anti-liberale meerderheid in den Raad
Niemand uwer, tenzij volstrekt belet, blijve
dus achter. Tot den laatsten man, tot
den verst wonenden kiezer ter stembusdan,
maar ook dan alleen, mogen wij de verkie
zing verzekerd achten van onzen uitnemen-
den candidaat. Dan wordt gekozen hij,
die alleszins verdient in stads raadszaal
eene plaats in te nemen, de heer
ALGEMEEN OVERZICHT.
44 Juli 1903.
De ziekte yan Z. H. den Paus.
De nadere berichten die omtrent den
toestand des Pausen ontvangen woiden,
doen zien, dat de ongunstige wending die
de ziekte gisteren genomen heeft, bestendigd
blijft.
Het bulletin van gisteren-avond acht uur
luidt als volgt: De inzinking der krachten
houdt aan. De ademhaling is eenigszuis
versneld: 33, de lichaamstemperatuur is
37 gr., de pols is zwak92 slagen. De
toestand van deR hoogen lijder blijft
ernstig, maar er is geen oogenblikkelijk
gevaar.
Een tweede telegram meldt verder Den
geheeien dag is de Paus in een onrust
barenden toestand van uitputting gebleven.
Er is niet de minste waterloozing en dat
maakt de doktoren ongerustde nieren
werken bijna niet; de toestand is ernstig.
Latere berichten bevatten nog de volgeuae
bijzonderheden, die de ongunstige wending
in het ziekteverloop bevestigen
In den loop van den dag heeft de Paus
nu en dan aanvallen van uitputting gehad,
die groote ongerustheid wekten. Lapponi
bleef uren lang voor het ziekbed van den
Paus, wiens toestand klaarblijkelyk verergert
wegens de toenemende zwakte. Op net
Vaticaan is men op het ergste voorbereid.
Zoodra bet bericht dat de toestand van den
Paus verergerd was, verspreid werd, be
gaven zich tal van kardinalen en prelaten
naar het Vaticaan. De Zwitsers en de leden
der adellijke lijfwacht krijgen geen verlof
meer om uit te gaan.
Volgens de Tribuna heerschte gisteren
groote opgewondenheid op het Vaticaan.
Men zeide, dat Lapponi uit de slaapkamer
van den Paus komende, in de voorkamer
een druk gesprek gehad had met mgr.
Bisletti en dat deze toen mgr. della Chiesa
en kardinaal Rampolia was gaan waar
schuwen. In het kabinet van laatstgenoemde
zou daarna nog een onderhond nebben
plaats gehad. Volgens gerucht zou Lapponi
den kardinaal geraden hebben onmiddellijk
de noodige maatregelen te nemen.
De Tribuna zegt ook, dat de hoofdcommis
saris der politie van Rome zien naar h-t
commissariaat van Borgo bij net Vatieaa
heeft begeven, tot het treffan van (af
regelen by het overlijden van <ieu i'au> Uai
nu nabij blijkt.
Gister-avond zijn een tiental kardinalen
door den Paus ontvangen. Zy kregen een
NIEUWE SGHIEDA
„De Ministers van Waterstaat, Handel en Nijverheid
en van Financiën
Gelet op de Koninklijke Besluiten van 8 December
1870 (Staatsblad no. 194), 14 Aagustns 1888 Staats
blad no. 142) en 3 Februari 1902 {Staatsblad no. 15)
Brengen ter kennis van belanghebbenden dat voor
in- en doorvoer van bloedmelasse-voeder voortaan geen
bijiondere vergunning wordt vereischt."
De Ministers van Waterstaat, Handel en Nijverheid
en van Financiën
Gelet op de Koninklijke besluiten van 22 Juni
1896 Staatsblad no. 98)en 8 Februari 1902
(Staatsblad no. 15)
Mede gelet op de gemeenschappelijke beschikkingen
van de Ministers van Binnenlandsche Zaken en van
Financiën van 14/17 December 1898 (Nederlandsche
Staatscourant van 21 December d.a.v. no. 298) en
21 Mei 1901 (Nederlandsche Staatscourant van 27
en 28 Mei d.a.v., no. 121)
Brengen ter kennis van belanghebbende, dat ten
aanzien van den invoer van paarden, bestemd voor de
vanwege de „Vereeniging tot bevordering derpaarden
fokkerij in Nederland'' in September e.k. te 's-Gra
venhage te houden tentoonstelling met concours
hippique, afwijking van de verbodsbepalingen, vervat
in bovenaangehaalde ministerieele beschikkingen wordt
toegestaan onder voorwaarde
a. dat aan het eerste kantoor worde overgelegd een
door het bestuur voor voornoemde vereeniging afgegeven
bewija, dat de paarden voor bedoelde tentoonstelling
bestemd zijn
b. dat de paarden, voor zooveel zij na afloop der
tentoonstelling hier te lande mochten blijven, niet in
het verkeer worden gebracht, dan na door den diatrict-
veearts te 's-Gravenhage of een zijn plaatsvervangers
te zijn gekeurd en gezond bevonden,