net degelijk AGENT.
CaÉigefalriel Waia",
eenige jongens
30 cents.
II
d.
SPECULAAS.
Een nieuwe kachel
in de beMe besjes a 30 ct„ bij
F. J. VAN DER SMAN,
Kt HEBE ESSENCES,
KAPPELHOF en HOVINGH,
Borgstelling (persoonlijk of zakelijk) yereisclit
PBACHTIQ2 KASHSLLA K
SPECULA A8.
Hum Nmiathefies en VrneMenlantet,
FRANS REU,
Maakt zelf Borstplaat,
BINNENLAND.
ADV ERTENTIES.
Eerste klas
vraagt voor een harer agenturen
VOLKSVERZEKERING te Schiedam,
dat zeer voor uitbreiding vat
baar is, en aan provisie een flink
bestaan oplevert, een
Binten, planken, ribhout,
moerhint 15.30 M. lang,
0.35 x 0.30 dik, deuren,
ramen, brandhout, nieuwe
schuierwagens, steenwa
gens en bakwagens.
Tor
BOTERSTRAAT, kunnen
geplaatst worden.
HOOGSTRAAT 115.
Spoorbanket en Zoutebollen,
LIMONADES, LIKEUREN
en diverse Dranken,
30 ct. per fleschje.
Verkrijgbaar bij
Dagelijks versch:
Vanaf heden verkrijgbaar het
gunstig bekende
R. A. DE KROES, Dam 13.
gevormd uit de thans ontbonden Scherp-
schuttersvereeniging te Schiedam.
Gisteren-avond 6 uur is van een molen
wagen van de firma H. Jansen Co. in
de Overschiesche straat 'een wiel defect
geraakt met het gevolg dat de band er af
liep en de velling stuk brak.
Ongelukken hadden niet plaats.
De vractit werd op een anderen wagen
overgeladen.
j Wittenberg, hoofd der R.-K. school te
Purmerend.
Electrische Spoorweg.
In eene vergadering van de afdeel ing
Rotterdam der Maatschappij van Nijverheid,
deelde de heer J. J. L. Ëourdiez, ingenieur
uit 's-Gravenhage, een en ander mede over
de in wording zijnde electrische spoor
Rotterdam—Den Haag, welke 1 September
ji. gereed had moeten zijn. Spreker stelde
op den voorgrond, dat er nooit sprake is
geweest van een locaalspoor of electrische
tram, maar steeds van een grooten spoor
weg op eigen baan. De groote behoefte
aan uitbreiding van verkeersmiddelen staat
onbetwistbaar vast, zoowel tusschen Rotter
dam en Den Haag, als voor de tusschen-
iggende dorpen. Er is gerekend op een
snelheid van 55 kilometer. Het traject is
niet langer dan dat van den bestaanden
spoorweg van Rotterdam naar Den Haag,
n.l. 23 kilometer en met ScheveniDgen mede
28 K. M.
Een voordeel is voor Rotterdam, dat het
station komt in bet hart van de stad, n.l
op het Hofplein, Daarachter zijn 132
gebouwen weggebroken, waaronder 125
woonhuizen, hetgeen een zegen voor
Rotterdam genoemd moet worden, daar
90% van deze, onbewoonbare krotten waren.
Spr. beschreef voorts den geheelen weg,
welke gevolgd wordt, daarbij uiteenzettende
alle bezwaren, welke overwonnen moesten
worden, als het maken van viaducten, de
ongelijke hoogte van het polderland op
verschillende plaatsen, de drassigheid van
den bodem, enkele overbruggingen enz. De
wijziging in het eerste plan n.l. dat de lijn
nu op het station Hollandsche Spoor zal
aanloopen, in plaats van op dat van de
Staatsspoor, noemde spr. om verschillende
redenen een voordeel. Dat delijn Schevenin-
gen een groote bocht moet maken, acht
spr. geen bezwaar.
Verder bij het werken stilstaande, zeide
hij, dat wel het voornaamste is de viaduct
van 2100 M., waarbij er vooral aan gedacht
wordt, deze een goed uiterlijk aanzien te
geven. Zooais het plan bestaat, zal deze
van gewapend beton gemaakt worden.
Voorts omschreef hij de electrische
centrale met de accumulatoren en transfor
matoren, in welke laatste de stroom van
10.000 vults, door de twee dynamo's gele
verd, wordt omgezet in een stroom van
800 volts. Vervolgens schetste hij de
tractie, waarbij hij er op wees, dat het
oorspronkelijke plan, n.l. toepassing van het
Troliy systeem, grootendeels was opgegeven,
om daarentegen het drie-rails-systeem toe te
passen.
De rijtuigen zullen bestaan uit twee
compartimenten, met plaats voor 72 personen.
Z. 1. zou het wenschelijk zjjn, lange
treinen te laten ioopen met electrische
locomotieven.
De remise wordt 30 bij 80 M. en doet
tevens dienst als werkplaats in den ruimsten
zin, zooals spr. deze uiteenzette.
Spr. stelde in het vooruitzicht, dat de
werkzaamheden het volgend jaar met kracht
zullen worden aangevat.
Ten slotte stelde hij nogmaals duidelijk
op den voorgrond, dat men hier niet met
een locaalspoor, maar met een grooten
spoorweg te doen heeft. De vertraging
in de uitvoering ontstond hoofdzakelijk door
verschillende omstandigheden, welke zich
bij de ontwikkeling van het plan voordeden.
De bezadigdheid, welke bij de uitvoering
in acht wordt genomen, kan de zaak niet
anders dan ten goede komen.
Tot hoofd der R.-K. parochiale jongens
scholen te Delft is benoemd de heer W.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Vrijdag 13 November.
Na goedkeuring van een wetsontwerp tot
goedkeuring van uitgaven wegens versterk-
kingen door het Departement van Oorlog,
voor 1903 is aangevangen de behandeling van
het wetsontwerp tot aanvulling en wijziging
van de
Militiewet van 1901.
De heer TroeistrtC had gaarne de
oorspronkelijk voorgedragen bepalingen
betrekkelijk de schadevergoeding aan kost
winners met vastgeknoopt gevaar van den
reactionnairen wedstrijd tot versterking van
het blijvend gedeelte.
Voorts keurt hij 't af, dat dit wetsontwerp
met zooveel spoed moet worden afgedaan,
tengevolge der late indiening, waardoor
vooral ook voor de Eerste Kamer, degelijke
behandeling onmogelijk wordt.
Wat de zaak zelve betrefthet reaction-
nair voorstel tot versterking van het blijvend
gedeelte, ondanks de ontkentenis van de
Regeering, blijkt dit werkelijk het hoofddoel
te zijn. En 't gevolg zal wezen, dat niet
alleen het blijvend gedeelte zal worden
versterkt, maar ook van het contingent,
zender evenredige verlichting van lasten.
Een teruggang alzoo op den weg van
hen die vroeger streefden naar een demo
cratische leger inrichting, naar een volksle
ger. Hij hoopte, dat de anti militaristische
opositie die vroeger een belangrijke over
winning heefd behaald, pal zou blijven staan
ondanks den goeden maatregel der schade
loosstelling.
De heer Duymaer van Twist
wenschte in de wet vastgelegd te zien de
verlichting van de herhalingsoefeningen.
De heer F o c k beval 't belang der
Indische jongelieden, die hier dienen, in de
aandacht der Regeering aan.
De heeren Verhey en v. VI ij men
wenschten wegneming van het ongerief der
tusschentijdsche keuring tot aanvulling van
het aantal afgekeurden.
De Minister van Oorlog protes
teerde tegen de opvatting dat de maatregel
van de schadeloosstelling ons samengekop
peld heeft aan een »reaciionairen" maatregel
der verhooging van het blijvend contingent,
om beide tegelijk er door te krijgen.
Trouwens, de Kamer heeft 't in de hand
om dat te voorkomen. Maar er is geen
reactie, geen verzwaring, slechts verschui
ving van lasten.
De denkbeelden, door de andere sprekers
ontwikkeld, werden door den Minister
gunstig bejegend. Zooveel mogelijk zal
daaraan worden tegemoet gekomen.
De heer L o h m a n protesteerde tegen,
des heeren Troelstra's verdachtmaking van
den minister van oorlog.
De heer Troels tra ontzegde den heer
Lohman het recht als censor op te treden en
handhaafde zijn ongeloof in de regeerings
verklaringen.
De Minister verklaarde op de vraag
van den heer Troelstra pertinent, dat geen
voorstellen tot verzwaring der militaire las
ten voor garnizoensversterking te wachten
waren.
Het algemeen debat werd gesloten.
De Minister verdedigde voorts tegen
over de heeren Marchant en Ter Laan de
bevoegdheid om in buitengewone omstan
digheden de opkomst eener lichting voor
werkelijken dienst uit te stellen zonder den
termijn van uitstel in mindering van den
diensttijd te brengen.
De nieuw saamgestelde afdeelingen kezen
tot voorzitters de heeren Heemskerk,
Michiels, Van Gijn, Nolens en Van Vlijmen.
Dinsdag sectie onderzoek der verschillende
ontwerpen. Na de Militiewet wordt de
Indische begrooting behandeld en daarna
sectie-onderzoek van herontwerp, regelende
den kleinhandel in sterken drank.
Bij de behandeling der artikelen van de
Militiewet zeide de heer Van V I ij m e n,
dat, wil men met de bevoegdheid van twee
tegelijk dienstplichtige broeders om door
overeenkomst te beslissen wie vrij zal zijn,
kwade praktijken voorkomen, ook gebruik
zal moeten gemaakt worden van de wijzi
ging door spr. in zijn nota aanbevolen.
De Minister van Oorlog zeide bij
gebleken noodzakelijkheid overweging toe.
Meerdere artikelen zouden daartoe gewij
zigd moeten worden.
De heer Verhey gaf in dit verband
nog een nadere wijziging ter bevordering
der billijkheid in overweging.
Nadat de M n i s t e r zijne bezwaren had
te kennen gegeven, werd het artikel aan
genomen.
De heer Marchant erkende, dat wan
neer onder bijzondere omstandigheden de
inlijving niet kan plaats hebben, de eerste
oefeningstijd voor ae betrokkenen moet
worden veriengu, maar wenschte maatrege
len tegen willekeurige verlenging.
De neer Ter Laan zou over de onbil
lijkheid der bepaling voor de lichting 1903
nader spreken bij het amendement der
Commissie van Rapporteurs.
De heer Duymaer van Twist
vroeg om de bepaling niet toepasselijk te
maken op het blijvend gedeelte, dat er
onrechtvaardig mee belast zou worden.
De heer S e r e t verdedigde de bepaling
niet alleen in het algemeen belang maar
ook in het belang van den soldaat bij een
goed geoefend leger.
De Minister van Oorlog ant
woordde, dat het artikel den miliciens reeds
voldoende zekerheid geeft omtrent den
termijn van opkomst. De bedoelde maatregel
zal slechts bij uiterste noodzaak worden
toegepast bijv. voor de lichting 1903, die
anders veel te weinig zou geoefend zijn
geweest. Uitsluiting der toepassingjvoor het
blijvend gedeelte is overbodigde wet
voorziet daarin reeds; facultatief stelling
acht spr. niet wenschelijk.
De heer Marchant, repliceerend,
verwonderde er zich over, dat de heer
Heemskerk, voorzitter der Comm. v. Rapp.,
zich tegen spr. denkbeeld verklaarde, want
de Commissie heeft zelf een amendement
ingediend om de bepaling voor de lichting
1903 buiten toepassing te brengen.
De heer Heemskerk antwoordde, dat
hij juist om de miliciens met voor verras
singen te plaatsen, heeft medegewerkt aan
het amendement. Hoe kon de heer Marchant
meenen, dat dit aanpaste bij zijn denk
beelden het staat er juist tegenover.
Na meerdere replieken werd art. 86
aangenomen met 46 tegen 28 stemmen.
De Regeering stelt voor, in plaats van
tweemaal 5000 miliciens gedurende 4
maanden eenmaal 5000 miliciens 8 maanden
bij het blijvend gedeelte te brengen en
dat gedeelte van 7500 tot op 8000 man te
brengen.
De heer Marchant zag in deze wijzi
ging een verzwaring van de militiewet.
Men vergete met, dat 500 menschen 500
maal 8 maanden aan net maatschappelijk
verkeer zullen worden onttrokken.
De vergadering werd daarna geschorst
tot Woeiisdag-miadag 11 ure.
Bij Kon. Besl. is Jan Frederik van Benthem
van den Bergh, te 's-Gravenhage, met al
zijne wettige zoo mannelijke als vrouwelijke
afstammelingen in den Nederlandscne adel
verheven, met de praedicaten van jonkheer
en jonkvrouw.
Z. K. H. Prins Hendrik bood eergisteren
het St. Hubertusgiide ten paiejze te
's Gravenhage een diner aan als eere
voorzitter van dat jacntgezelschap. Z. K. H,
zat aan tafel tusschen don vorst van Bentheim
en graaf Yan Rhoden, ziju logeergasten op
het Loo. Door een der genoodigden werd
de gezondheid gedronken van de Koningin,
waarvan telegrafisch mededeeling werd
gedaan aan H. M.
Z. K. H. Prins Hendrik der Nederlanden
is gisteren met zijn twee gasten en zijn
adjudant uit den Haag naar het Loo ver
trokken.
Met den trein te 8.14 keerde het
vorstelijk gezelschap aldaar van de jacht
terug. Met het gereedstaand rijtuig reden
zij door de Stationstraat naar het paleis.
Vrij talrijk publiek was tegenwoordig.
Nu jhr. mr. de Savornin Lohman heeft
verzocht niet aanmerking te komen voor de
hem aangeboden benoeming tot vice-
president van den Raad van State, wordt
er, c&ar het Gentrum verneemt, in regee-
ringsknngen ernstig aan gedacht, om voor
die hooge betrekking voor te dragen jhr.
mr. Ruys de Beerenbrouck, oud-minister van
justitie en Commissaris der Koningin in
Limburg.
Mevrouw VAN VELZEN—Wouterlood,
vraagt met primo Februari een
Brieven, met volledige inlichtingen, onder
letter B 71 aan het Algemeen Advertent'®
Bureau ROUMA Co., Amsterdam.
De Deurwaarder G. S. MONTFOORÏ
is voornemens, op Vrfjdag 20 November
as., voormiddag 10 uur, aan den Noord
molen publiek a contant te vet*
koopen
m
VOOR
Dagelijks versch fijn gekruid
PAIN DE LUXE en fijn WITBROOD
BAKKERIJ, Lange Kerkstraat 22.
Zuiver Zoet Roggebrood en
Anijsbestellen.
voorheen FRANS VISSER.
