In onze Vroedschap. de Lamarzelle, Gourju, de Montfort, de Cuverville en nog vele anderen strijden op dit oogenblik met heldenmoed, overtuiging en talent op de meest logische gronden voor het recht van allen tegen de vervol gingswoede en het onrecht, doch in tegen stelling van 1849 is het thans een minister met eene gebiedende meerderheid, welke de vrijheid voor allen gaat verkrachten, in plaats van als toen, te beschermen en te verdedigen. «Selon que vous serez puissant ou misé- [rable. Les jugements de cour vous renaront blanc [ou noir", zeide La Fontaine en dat is helaas nog zoo. Gelijk eene meerderheid het wil, zal dezelfde zaak wit of zwart heeten en de minderheid (le miserable) zal er altijd de gevolgen van te dragen hebben. Fidelius. Parijs, 16/30 Juni 1904. De tribune in onze Raadszaal, het beschei den «schapenhokje", waar ook de verslag gevers de pers te midden van het opdrin gende publiek hun werk verrichten, was gisteren weer druk bezet, wel een bewijs, dat er gewichtige zaken te verhandelen waren. Een zeer verscheiden publiek, waaronder ook enkele dames, een zelfs met het traditioneele Vlaardingsche oorijzer, was daar bijeen, waarschijnlijk gekomen, om van den afloop der voorsteilen in zake de gasfabriek getuige te zijn. Alvorens die voorstellen aan de orde kwamen, waren er nog een reeks benoemin gen af te doen na de «beeediging" van het nieuw gekozen Raadslid, die ditmaal bij zonder de aandacht trok. De heer Dirkzwager verscheen voor dit pleehtig moment in gewoon fantasie pakje wat al een onaan- genamen indruk maakte. Hij legde niet den eed af, maar bepaalde zich tot de belofte. Voor zoover wij weten, behoort hij niet tot de Doopsgezinde gemeente, onaangenaam was 't dan ook hem te zien negeeren, wat totnogtoe door geen der andere raads leden geweigerd is. De plechtige aanroeping van den Naam Gods zegt in dit gewichtig moment zeker veel meer dan het afleggen van een eenvoudige belofte, waar op het bekende »veei beloven" maar al te zeer toepasselijk is. Na de lange reeks van benoemingen en voorstellingen kwam eindelijk aan de orde het voorstel van B. en W. om machtiging te verleenen tot den bouw van een Kelenloods met mechanische inrichting tot het lossen, wegen en opslaan van kolen ten behoeve der Gasfabriek voor ten hoogste f 27000 en het doen van een uitkeering aan St. Anthonie-giide. De heer Van Westendorp, B. en W. dankend dat zij aan zyne uitnoodiging om met de betrokken werklieden in overleg te tredeD, gevolg hadden gegeven, motiveert zijn stem voor dit voorstel in dien zin, dat hij aanvankelijk tegen een inrichting voor mechanische lossing was, omdat die in andere plaatsen veelal siecin werkt, maar door de inlichtingen, die hem door den Directeur ODzer gasfabriek zijn verstrekt, is zijn bezwaar weggenomen. Ook aan punt 2 (uitkeering) kan hij na verkregen inlich tingen zijn stem geven. Het spijt hem, dat hij in de vorige vergadering niet beter ingelicht was, dan had zijnerzijds de zaak kunnen worden afgedaan. Nog beveelt hij aan, de raenschen, die door deze regeling werkeloos worden, eventueel te plaatsen in een of ander werkkring waarvoor zij geschikt zijn. De Voorzitter zegt, dat hetgeen laatst door den heer Van Westendorp is besproken, ook in het Dag. Best. reeds ter sprake is geweest. Daar heerschte de meening, dat de nog krachtige menscben, die aldus buiten werk geraken, allereerst aan de gasfabriek als er geschikte plaatsen open zyn, moeten geplaatst worden. De heer De Groot zegt, dat hij zijn stem aan dit voorstel zal geven, al spijt het hem ook, dat daardoor aan enkelen nadeel zal worden toegebracht. Maar de machine is in bet algemeen in het belang der arbeiders, niet 'van de enkelen, die er door worden getroffen, maar de velen, die er door zijn gebaathet doel moet zijn minder arbeid, dezelfde voortbrengingverkorte arbeidstijd, grooter loon. Dat verminderde koopkracht hier het gevolg zou zijn, kon spr. niet toegevenimmers wat hier aan loon bespaard wordt, komt weer ten goede in verminderden gasprijs of verlaging van gemeente-belasting, waardoor allen zijn ge baat. Spr. zegt, dat het hem goed doet, het besluit om aan de werklieden van het St. Anthonie-giide een uitkeering te doen met algemeene stemmen is aangenomen, wat wel aanduidt, dat de denkbeelden van vooruitgang voortgang maken zelfs onder de meest conservatieve elementen. Waar er dus zooveel lichtpunten in dit ontwerp zijn, zal spr. er voor stemmen. Ten slotte stelt hij voorde formule van andere corpora ties gehoord, aldus te veranderen, dat zullen beslissen B. en W., het geheele korps ge hoord, wat hij voor een richtige afdoening van zaken beter acht. De heer Van der Poel kan zich grootendeels aansluiten bij hetgeen ten deze is gezegd. Waar ieder Raadslid gevoelt dat hier enkele werklieden pijnlijk worden getroffen, keurt hij het goed, dat door B. en W. een uitkeering ten hunnen behoeve werd voorgesteld, maar waar het voordeel voor de gasfabriek zoo groot is, zou hij die uitkeering nog wat ruimer wenschen; daar om stelt hij voor, haar niet over vijfjaren, zooals in het voorstel van B. en W. was bedoeld, maar over tien jaar te verdeelen Nadat gebleken was, dat dit voorstel alleen door den heer Van der Schalk ondersteund, geen punt van beraadslaging kon uitmaken, motiveerde de heer Witt- kampt zijn stem in dien zin, dat hij wel zou stemmen voor de kolenloods, maar niet voor de mechanische inrichting. Waar het voordeel niet zoo groot is, wil hij niet overgaan tot een maatregel, waardoor groot nadeel aan enkelen wordt toegebracht. Dit nadeel is zoo groot, dat het St. Antonie- gilde door onttrekking van werk ten gronde dreigde te gaan. De heer Van Westendorp zou niet gaarne zien, dat de heer Wittkampf in het door hem gesprokene, aanleiding vond tegen het voorstel te stemmen. Volgens de nadere inlichtingen, hem door den Directeur ver- verstrekt, is de hier te maken inrichting geheel anders dan elders. Hij heeft hier voldoende vertrouwen in den Directeur om met hem mede te gaan. De heer Van derDrift, zich aanslui tend bij door den heer Wittkampf gesprokene, zegt, dat hij wel is voor uitbreiding der kolenloods, maar niet voor mechanische inrichting.Hij meent,dat sociale overwegingen hier den doorslag moeten gevenmen moest de werklieden steunen, maar hun geen werk onttrekken. De heer Smit vindt m het door den heer Van Westendorp gesprokene aanlei ding tegen te stemmen. Waar die spreker zelf niet van de mechanische inrichting die voordeelen verwachtte, welke men er mede beoogt, is hij wel voor het maken van de kolenloods, niet voor de mechanische in richting. Den heer Van Westendorp spijt het, dat zijn woorden tot een conclusie geleid hebben, die hij met beoogde. Hij had vooral op 'toog de inrichtingen te Vlaardingen en te Haarlem, maar de Directeur had hem verzekerd, dat de inrichting hier anders zou zijn dan in bedoelde plaatsen. Waar hij dus vertrouwen stelt in den Directeur, had hij gedacht, de heer Smit dat vertrouwen zou deelen. De heer Smit zegt, dat hij nog niet dat volmaakte vertrouwen in den Directeur beeft, dat de heer Van Westendorp zou wenschen. Eerst als de Directeur ons al de inlichtingen zou verstrekken, die hij ontving, zou daarvan sprake kunnen zijn. De wethouder-voorzitter der Gascommis- sie, de heer Honnerlage Grete, zegt ook, dat de inrichting hier geheel anders zal zijn dan in bedoelde plaatsen. Waar nog in de vorige vergadering den Directeur hulde is gebracht, is eenig vertrouwen in zijn beleid niet misplaats. Overigens weer spreekt hy, wat met betrekking tot het Gilde is gezegd. Kon dit Gilde zich hand haven, toen de branderyen van een 300-tal tot 160 a 170 daalden, dan zal het ook nu niet ten gronde. Wel is er sprake van in krimpen, maar niet van te gronde gaan daartoe zou spr. niet medewerken. De heer Wittkampf kan niet toegeven, dat het gilde door dezen maatregel niet zou ten ondergaan. De toestand bij het Gilde is zoo slecht, dat 't zich slechts met moeite staande houdt; dit kan de druppel zijn die de emmer doet overloopen. De heer De Groot zegt, dat hoeveel hij ook voor deze werklieden gevoelt, hij toch niet een 80-tal mag be voordeelen om anderen te benadeelen. Het verheugt hem, dat de overgangstoestand zoo dragelijk is gemaakt. De heer Witkamp! stelt voor het voorstel zoo te spiltsen, dat eerst over de kolenloods daarna over de mechanische inrichting wordt gestemd. De Voorzitter zegt, dat B. en W. dergelijke splitsing niet wenschelijk achten De neer Klein meent dit eveneens. Hij zegt, dat een kolenloods met mechanische inrichting heel anders moet gebouwd wor den dan een gewone loods. Nadat het splitsingsvoorstel Witkampf verworpen was met 12 tegen 5 stemmen werd gesteld over punt 1 van het voorstel van B.„en W., dat met het zelfde stemmen- tal werd aangenomen. Nadat aldus over punt 1 van het voorstel van B. en W. was beslist, kwam bij punt 2, de uitkeering aan het St. Anthonie-giide, in behandeling het voorstel De Groot in zake wijziging der betrokken redactie, zoodat omtrent de uitkeering de eindbeslissing zou zijn aan B. en W., de corporatiën gehoord. De Voorzitter zegt, dat dit punt een onderwerp van langdurige beraadslaging is geweest. Het meent echter, dat het op bet zelfde neerkomt, of de eindbeslissing zal zijn bij de betrokken corporatie behoudens goedkeuring van B. en W. dan wel bij B. en W., die corporatie gehoord. De heer D e G r o o t betwist dit. Volgens de redactie van B. en W. kan het een eindeloos heen en weer zenden van stukken worden, terwijl volgens z ij n voorstel B. en W. ten slotte zullen beslissen. De Voorzitter zegt, dat wanneer B. en W. ten slotte de knoop moeten doorhak ken de verantwoordelijkheid groot is. Intus- schen laten zij de beslissing aan den Raad. De heer mr. Jansen meent de aanne ming van het voorstel De Groot te moeten ontraden en zegt, dat in onderling overleg met de corporatiën de zaak beter kan geregeld worden. Het voorstel—De Groot werd daarna verworpen met 12 tegen 5 stemmen. Punt 2 werd met algemeene stemmen aangenomen. Toen aldus deze zaak, waarby helaas enkele werklieden schade zullen lijden, maar die toch door den Raad met veel referentie voor de betrokken werklieden is behandeld, was geregeld, gaf nog het voor stel van B. en W. hun een verhoogd crediet toe te staan voor den Verbouw van school C nog tot eenige discussie aanleiding. De heer R s vraagt of er gedacht is aan een overdekte speelplaats, daar het vooral voor de jongere kinderen gewenscht is, dat zij niet te lang in het schoollokaal vertoeven. De heer Van Westendorp onder steunt dien wensch. De heer P. Jansen wijn op het groot verschil tusschen het cijier, dat bij de begrooting is vastgestelu, 15500, en dat wat nu den verbouw totaal zal kosten, 110.000, waarvoor betrekkelijk weinig zal tot stand komen. De wethouder van Onderwijs, de heer Honnerlage Grete, zegt dat bij de kosten-begrooting op een overdekte speel plaats met is gerekend, wijl die aoor het Rijkstoezlcbt niet wordt gevorderd en er een speelplaats in de open lucht bestaat. Wat betreft de omstandigheid, dat het cijfer der kosten-begrooting plotseling met f 4500 is verhoogd, dit is voor hem zeiven een heel onpleizienge zaak. Hy verzekert, dat het cijfer van f5000 bij de begrooting genoemd maar niet klakkeloos was gesteld, al waren daar ook de kosten van ventilatie en herstellen vau den gang niet in begrepen. Maar die zaken kunnen geen f 4500 kosten er moet dus in de eerste of tweede opgave wel een abuis zijn. Spr. zegt verder, dat het plan door den vorigen directeur der gemeentewerken, den heer Zoetmulder, was opgemaakt. Rekent hij nu eenige bijkomende werken, die later noodzakelijk zijn gebleken, dan komt hij tot een cijfer van f 2700 en dus niet van f 4500. Maar hij moet zich wat betreft de opgave op den tegenwoordigen Directeur der Ge meentewerken verlaten. De heer P. Jansen vraagt of, waar het eerste plan was van den heer Zoet mulder, ook de raming der kosten door den vorigen Directeur is gemaakt. De heer Honderlage Grete ant- woorddt, dat het planZoetmulder is ge wijzigd. Volgens dat plan, dat minder werkzaamheden omvatte, waren de kosten aanvankelijk op f 7000 begrootze worden door den tegenwoordigen directeur, met in begrip der ventilatie op f 10.000 geschat. De heer R s komt nog eens terug op de overdekte speelplaats. Hij zegt, dat dit een gebiedende eisch is en de kosten niet zoo groot zullen blijken, W- ,»n en De Voorzitter zegt, dat 'P'reke0- deze zaak in het college zullen tgt. Nadat het verhoogd crediet wa gestaan en daarmede ook dez® het die een eigenaardig kijkje ge® erkeOi tegenwoordig beheer van Gemeent g gti was afgedaan, gaf het voorstel »a® g{gap W., hun een crediet van f 1000 toe voor het maken van een g, S< Rijwielbergplaatsaande nog stof tot eenige discussie. gent ui* De heer Van der Velden® uv_c een oogpunt van bezuiniging ^ggn1» bedrag met te moeten toestaan. "lJn00(lig® dat men voor het maken van eeIï a^O k»0 bergplaats met een bedrag van f volstaan. j, De Voorzitter zegt, dat S viodf0' W. de geraamde som vrij bo<d®f! maar op de herhaalde vraag zij Directeur van Gemeentewerken *r B tg ten antwoord, het niet voor minde* ^epeö maken wasmen moest er op voor een groot aantal fietsen een lijke bergplaats te hebben. m®|SS'a De heer R i s vraagt of de Go van Gemeentewerken is gehoord. ijgi® De Voorzitter zegt, dat die Go D,gt met het oog op den vereischten SP is gehoord. at„og1' De heer Van Westendorp joepd® dat een bedrag van f 150 wel niet vo f). zal zyn voor een bergplaats naaS sigl l<! B. S., maar hij stelt voor het v0° renvoyeeren aan B. en W., hen ver ^gt te overwegen of aan den achter- di« een dergelijke inrichting is te ma geen 11000 behoelt te kosten. npd®1" De Voorzitter meent, dat di zoek geen resultaat zal hebben; QO0tP' alleen sprake zijn van uitstel om de van Gemeentewerken te hooren. 6gtS De heer Van Westendorp jSSje de zaak met vertrouwen aan die co® jijo te kunnen overlaten en bepleit ver" denkbeeld. oaads' De Voorzitter zegt,dat een zien dan op technisch gebied beg«e I yooi De heer Van der Driftpi®10 renvoyeering. Nu vraagt men ®e plaats voor fietsen, een volgend 1 ^jde men wel per automobiel komen. «lJ jo®" kosten van dergelijke bergpla^fk®akfl0' dragen door hen, die ervan gebruik Ook de heer R s bepleit uitstel- jjtigt De heer Van Westendorp aap' zijn voorstel zoo, dat beoogd wor nouding tot de volgende vergadering- Toen aldus te dezer zake tot °'tstajttjcg besloten en na een langdurig beslot®" fap het voorstel van B. en W. tot vaste goederen was aangenomen aan het eind der vergadering nogop deling de in den aanvang der zitti"f> gekondigde Interpellatie n- o0rof' De heer Van Westendorp) gtrev®n stellend dal in de laatste jaren ®®"e„gd'g® is op te merken, om vooral de 1 vfle| leerlingen op de scholen met te ^jn, belasten, vraagt of B. en W. et j»g®f. er toe mede te werken, dat op aapv»f!jj klassen der meisjesschool bij gpool1^ van den nieuwen cursus verkorte s, „^zi®" wordt ingevoerd. Waar het sc^°° ^go^e,. de wenschelykheid dier invoering gel» het schoolhoofd ook daartoe bereiq alleen nog de vraag of B. en *Vy«f' zijn tot het invoeren van bedoel korten schooltijd mede te werken. (eg' De heer Honnerlage G r e .-0 io dat de vraag of B. en W. bereid t die invoering mede te werken ®o nyi*a| beantwoorden is, waar nog geen c^j0oltlJ() tot invoering van den verkorten s al|Z® is ingekomen. Spr. wijst op de scbo je» en betwyfelt of het wenschelijk lS ter""fl uren van 28 tot 15 in te krimpe"».^ jij een enkel schoolhoofd daar vóór anderen er beslist tegen. fap v® n De heer R i s zegt, dat de eis1c" ste korten schooltijd juist voor de J° f" zwakste kinderen zich sterk °PJI'lteti'^r wijst er op hoe deze zaak 10 h® ho9f<i j. geregeld is en zegt, dat ook het sCö®a:j school, mej. Lazonder, den verkort® tijd wenscht, maar niet zoover De heer Van Westend" rg0t dat mej. Lazonder wel degelijk jongste leerlingen den verkorten j,j h wenscht. Hij bepleit de wenscheiy gS vu laatste uurtje 's morgens en 's iefs u te geven en betreurt 't, dat de o f to in het leerplan worden gekend, ^lDd®f te veel geestelijke inspanning de" v® schaadt. Hij meent dat een Pr0® rssep korten schooltyd althans voor het e 0pifl jaar, die niets kost, wel kon ie worden. Wl1 «aan> ,„rp

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1904 | | pagina 2