Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
riKMj
27ste J aars:.
Woensdag 28 September 1904.
So. 8013,
Bureau Boterstraat 50. Telefoon Ito. 85.
PRIJS VAN DIT BLAD:
Voor Schiedam per 3 maandenf 1.35
Franco per post door geheel Nederland - 2.
Afzonderlijke Niynmers j - 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 16 regelsf 0.60
Elke gewone regel meer-. - 0.10
Voor herhaalde plaatsing worden billijke overeenkomsten
aangegaan.
Katholieken van Schiedam,
Steunt uw plaatselijk Katholiek Dag
blad, De Nieuwe ScMedamsche Courant
door het nemen van een a b o n n e-
">«nt en het plaatsen van ad
vert en tien.
0^- A anaf Zaterdag 1 October zal
de Nieuwe Scliied. Courant in groot for-
•Oaat verschijnen.
DE DIRECTIE.
0FFICIEELE BERICHTEN.
SCHOUW
°Ver den gemeenen weg, zoogenaamd
Brandpad, ioopende langs de
Watering achter de erven
aan de Hoofdstraat te
Schiedam.
Burgemeester en Wethouders van
Schiedam,
Feuilleton.
4) (Slot.)
Ik trok de revolver uit den gordel, liet
®®t beest dat na den sprong een paar meter
Achtergebleven was, mij weerzoover nade
un, dat zijn snuit bijna mijn hiel raakte,
toen ik zag dat de wolf opnieuw den
sProng zou gaan wagen, gaf ik vuur.
Be kogel had goed getroffen. Het dier
T'®1 zonder geluid te geven neer, en ik
8öelde verder.
Nu waagde ik het, even over den schou-
j'®r te zien en ik zag, dat de vaart van de
fr°«p een oogenblik gebroken werd door
®®t lijk van haar gevallen leider. Ik had
®®ne kostbare minuut gewonnen.
Maar veel meer dau een minuut was het
Schiedam, 27 September 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De Secretaris,
V. SICKENGA.
ALGEMEEN OYERZICHT.
27 September 1904.
De oorlog in Oost-Azië.
Port Arthur.
De geheeie beschaafde wereld houdt in
de grootste spanning het oog gericht op
het fel bestookte Port Arthur, waar blijk
baar de laatste strijd gestreden wordt.
De jongste telegrammen over den toe
stand in de belegerde veste schijnen de
vrees van hen die thans den val der met
zooveel onverschrokkenheid verdedigde stad
verwachten, te rechvaardigen. Te St. Pe
tersburg laat men niets los over de situatie
een veegteekenMaar men betwist
hardnekkig de bewering dat er geen munitie
of proviand meer zoude zijn. Officieele
tegenspraak van de tijding dat do Japanners
zich van verschillende belangrijke punten
hebben meester gemaakt.ontbreekt evenzeer.
Tot dusver schijnt generaal Stössel nog
steeds weerstand te hebben kunnen bieden,
althans wat de belangrijkste forten betreft,
aan de wanhopige aanvallen van den vijand,
doch het garnizoen is ongetwijfeld gaande
weg uitgeput en bovendien wordt tegen den
vuurstroom, welke steeds op de stad gericht
wordt, de taak der verdediging steeds
zwaarder. Alles wijst er op, dat het laatste
bedrijf van de sombere en bloedige tragé
die in gang is,
Een Reuter-telegram dd. 25 dezer uit
het tegenover Port Arthur liggende Tsjifoe
verzonden, meldt verder nog
De aanval op de forten van Port Arthur,
die den 19en begon, duurde meer dan 50
uur en eindigde met de vermeestering van
drie belangrijke stellingen, behalve zes
ook niet. Spoedig zetten de hongerige
roofdieren mij weder na.
Ik begreep, dat ik het niet langer meer
zou kunnen uithouden en de wanhoop maak
te zich van mij meester. Mijn boenen werk
ten nog slechts automatisch, angstig blikte
ik naar rechts en links, vreezende weer een
tweede naast mij te zullen zien verschijnen.
Maar er kwam geen schaduw, het snuiven
werd zwakker en het getrappel der pooten
hoorde ik zelfs in het geheel niet meer.
Ah juist! het ging bergafwaarts, eerst
nu werd ik mij dit bewust, en met dit be
wustzijn kwam ook mijn hoop terug.
Sneller en sneller rolde de machine, ge
dreven door de zwaartekracht, en mijn uit
geputte spieren konden rust nemen.
Ik naderde de rivier, wier geweldige
stroom tot nu toe de macht van de vorst
had getrotseerd, Reeds hoorde ik het gol-
vengeklots en ik zag de van de brugjukken
neerhangende ijskegels, schitteren in den
maneschijn.
Ik zag achter mij. De wolven hadden de
vervolging met opgegeven, maar zij schenen
uitgeput; zij waren meer verstrooid en ik
kleine, maar hinderlijke forten tusschen
Sjoesjoegen en Erloengsjan. De strijd was
wanhopig, maar dank zij de zorgvuldige
voorbereiding waren de verliezen der Japan
ners, hoewel zwaar, aanzienlijker minder
dan de verliezen geleden bij de vroegeren
aanvallen. Zij worden geschat op 3000 man,
maar de Russen hier verzekeren, dat zij
inlichtingen hebben, volgens welke de Ja
panners driemaal zooveel verloren. Het fort
Koeropatkin, een der veroverde stellingen,
was speciaal gebouwd na Koeropatkin's
inspectie der verdedigingswerken om de
prise d'eau, waaruit Port Arthur van water
wordt voorzien, te beschermen. De Japanners
hebben die nu in hun macht.
Het voorafgaand bombardement duurde
onafgebroken voort van vóór het aanbreken
van den dag op 19 dezer tot den middag
van den 20sten. Vele bommen kwamen van
een kant, waar het tot dusver stil was
geweest en toonden, dat de Japanners vele
zware kanonnen op nieuwe stellingen hadden
geplaatst. Op het middaguur van den 20sten
begon de Japansche infanterie op te rukken
naar de kleine forten ten zuiden van
Sjoesjoegendezen boden slechts korten
tegenstand, daar ze maar een kleine bezet
ting hadden, maar de vermeestering van
fort Koeropatkin ging gepaard met hevig
vechten. Te vijf uur 's namiddags vermees
terden de Japanners een bijfort, dat hoewel
lager gelegen, Itsjan bedreigt. Hiermede
eindigde de hevige strijd voor dien dag,
ofschoon de Japanners gedwongen waren
verscbeidin uitvallen in den loop van den
nacht af te slaan. Het hevige bombardement
werd voortgezet, in 't bizonder tegen een
ander bijfort, dat ais hoogst gewichtig werd
beschouwd, omdat het Itsjan en Antoesjan
bestrijkt. Den volgenden dag vielen de
Japanners dit fort aan. Nadat de Japanners
de verdedigingswerken, tegen een zwaar
geweer- en maximvuur in, hadden beklom
men, ontstond er een wanhopig gevecht
van man tegen man binnen het fort zelf,
waarbij bijna de geheeie bezetting sneuvelde
of gewond werd. Het foit werd genomen.
had op den voorsten een voorsprong van
enkele honderden meters. Ik mat met mijn
oogen de hoogte aan de overzijde van de
brug. Als ik daar goed en wel over heen
kwam, dan was ik gered.
Bliksemsnel schoot ik over de brug, en
toen begon ik tegen de hoogte op te ped
delen met alie kracht die in mij was. Het
zweet liep mij in stralen langs het gezicht
en mijn beenen brandden als waren ze ge
doopt in gesmolten metaal,
Eindelijk eindelijk was ik boven en
mij half om draaiende werd ik den voorsten
wolf gewaar, die mij heel dicht op de hie
len zat. Weer trok ik mijn revolver en
schoot driemaal na elkaar. Het geluk had
me begunstigd, ook deze vervolger viel en
werd door zijn kameraden verscheurd.
Voor mij zag ik de eerste lichten van het
stadje Newburry. Een paar minuten later
was ik tusschen de huizen en zag ik men-
schelijke gestalten bewegen.
Mijn velo rolde verder, ik had het be
stuur er over verloren. Alles scheen in een
cirkel om mij heen te draaien. Ik wist, dat
ik viel, ik kon er ni6t afspringen, maar
Een van Dalni aangekomen stoomschip
bevestigt, dat het hevige vechten den
24sten werd hervat.
De bevelhebber van het 2e
MaDtsjoersche leger.
Generaal Gripenberg, benoemd tot bevel
hebber van het 2e Mautsjoersche leger
nog in staat van wording is reeds 66
jaar. Wij lezen dat hij zich onderscheiden
heeft in den Krimoorlog (maar hij kan toen
niet ouder dan een jaar of 18 geweest
zijn), bij de onderdrukking van den Pool-
scben opstand in 1863, tijdens den veld
tocht in Toerkestan, 1867 en '68. Hij heeft
het St. George-kruis en een eeresabel ont
vangen. Tijdens den Russisch-Turkscben
oorlog voerde hij het bevel over een garde-
regimenthij werd toen tot generaal majoor
bevorderd. Onlangs benoemde de Tsaar
hem tot adjudant-generaal. Er wordt nog
verzekerd dat zijn benoeming in militaire
kringen een uitstekenden indruk heeft ge
maakt, maar dat behoeft niet meer te zijn
dan een gemeenplaatsvan grooter belang
is, dat ze algemeen beschouwd wordt als
een teeken, dat de oorlog nog langen tijd
voortgezet zal worden.
Twee vragen van belang doen zich voor
met betrekking tot deze benoeming. Moet
ze worden opgevat als een bewijs van
wantrouwen in Koeropatkin's beleid f Be-
teekent ze, dat Alexejef feitelijk de opper
ste leiding der krijgsverrichtingen weer in
handen neemt Men weet, dat het zeer
geloofwaardige bericht dat Alexejef zijn
ambt als opperbevelhebber aan Koeropatkin
had overgedragen, dezer dagen officieus
tegengesproken is, en het ligt ook voor de
hand dat de twee Mantsjoersche legers, eik
met zijn eigen commandant, onder de
opperste leiding van een derde zullen staan.
Intusschen is, met dat al, van de zoo
hoog noodige meerdere eenheid in de leiding
der Russische troepen hoe langer hoe mind er
te bespeuren.
Omtrent de samenstelling van het tweede
Mantsjoersche leger verneemt men nog
Koeropatkin beschikt op dit oogenblik
sterke armen vingen mij op, en ik hoorde
tusschen de geluiden om me heen de diepe
basstem van dokter Brown.
Zijt gij het I riep bij. Maar hoe krijgt
ge het in het hoofd, bij nacht en bij deze
kou naar de stad te rijden
Dokterwij hebben... u noodig,
bracht ik er met moeite uit. Ik ben... ge
komen... om u... te halen.
Een half uur later zaten dokter Brow
en ik in een lichte slede, bespannen met
twee flinke paarden. Eenige mannen te
paard, voorzien van fakkels en goed ge
wapend, vergezelden ons. Maar van de wol
ven was niets meer te zien, zij schuwden
het fakkellicht en het getrappel der paar
den.
Toen we in de woning van mijn zwager
kwamen, bleek het, dat de kleine Annie
inderdaad de diphtheritis had. En het was
hoog tijd dat de dokter kwam. De bekwame
man ging over tot een operatie en Annie
herstelde. Mijn verschrikkelijke veldtocht
was nu toch niet vergeels geweest.
NIEUWE SCHIEDAMSGHE COURANT
Gezien art. 17 der verordening regelende het ge-
en de bescherming van openbaren gemeente-
Kfond en gemeente-eigendommen te Schiedam van
April 893, (Gem. blad No. 9) luidende
De eigenaar, vruchtgebruiker of beheerder van een
gebouw of erf gelegen aan de Hoofdstraat buiten de
'eitensluis, is verplicht den gemeenen weg, Ioopende
*»ng» de watering daarachter gelegen, voor mover
perceel atrekt, in behoorlijk brnikbaren staat te
"ederhouden en te zorgen, dat tot eene hoogte van
'»ee meter boven den beganen grond eene breedta
minstens twee meter op dien weg geheel vrij en
"fbelemmerd zij.
Hij i» terena verplicht in de heggen, staande langa
den kant dier watering, de noodige openingen te
d'eken en te honden, ten einde, bij het drijven der
Schonden, de noodige peilingen zouden kunnen worden
gedaan.
Hij ia alsmede verplicht de greppels in dien weg,
*'ardoor het water van zijn erf in die watering wordt
0ntla8t,
over eene uitgestrektheid van twee meter
•tev.g
eu naar behooren te overdekken en de af
dingen, °P de afscheiding van ieder deel van den
w®8 aangebracht of aan te brengen, te voorzien van
*®n doorgang van minstens twee meter breed en dezen
®nderhonden.
Die
doorgangen zullen door de bewoners of ge-
j^uikers van bovenbedoelde gebouwen of erven, bij
*®t drijven der schouwen, bij hooge vloeden en wel
'oodra het water op de keistraat begint te staan,
•'«mede bij brand aldaar, opengemaakt en, zoo lang
j|® hooge waterstand aanhoudt of de brand dnurt, ter
"'oordeeling van burgemeester en wethouders, open
gehouden moeten worden. Wordt het gebouw of erf
n'®t bewoond of gebruikt dan is de eigenaar, vrucht
gebruiker of beheerder daarvan, voor de nakoming der
Y®rplichtmgen in het 4de lid van dit art. opgelegd,
^«prakelijk.
Brengen ter kennis van belanghebbendea, dat op
Woensdag 12 October a.s. des voormiddags van 10
tot 12 uur een schouw zal gehouden worden over
bovengenoemden gemeenen weg (zoogenaamd Brand-
pad).