Dagblad voor Schiedam en Omstreken.
27ste Jaargang.
Zondag 6 November 1904
No. 8046.
EERSTE BLAD.
Algemeen Overzicht.
De oorlog in Oost-Azië.
VAN HET OORLOGSTERREIN.
Engeland en Rusland.
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost voor Schiedam per 3 maanden f 1.115, per maand 45 cent én per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland f2.per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauBoter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
BureauBOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 1(i regels f 0.11 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 121/2 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden inededeelingen 25 cent per regel.
Voor herhaaldelijk ad verteeren worden uiterst bil
lijke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. JPostbus^no. 39.
5 November.
Port Arthur.
De aanval duurt voort. Ontzag
lijke verliezen. Versch rundvleesch.
Voorbarig.
De aanval op Port Arthur duurt met onver
minderde kracht voort. De verdedigers zijn nog
steeds onverzettelijk en vastbesloten. Het noor
delijke deel van het oostelijke fort van Kikwan-
sjan is genomen en wordt bezet gehouden onder
een verwoed vuur van de Russen. Een fort in de
binnenste verdedigingslinie is den 2den dezer ver
nield door het springen van een magazijn. Men
meldt dat de verliezen van de belegeraars ontr
zaglijk zijn.
Men gelooft dat de vloot van Port Arthur een
nieuwe poging heeft gedaan om te ontkomen.
Het is de Engelsche stoomboot Victoria gelukt
de blokkade van Port Arthur te verbreken met
een volle lading rundvleesch.
Het heet dat de Japanners al de voorname stel
lingen in bet noordoosten der vesting hebben
genomen.
Een Chineesch die gisteren Dalni heeft ver
laten, deelt mee, dat daar lange rijen van Japan,-
sche gekwetsten langs werden vervoerd en ook
telkens versche troepen die naar het front trok
ken gedurende de laatste bestormingen. Men
neemt algemeen aan, dat de Japanners er gedu
rende de laatste drie maanden
40.000 man dooden en gekwetsten
hadden. Voorts houdt het gerucht aan, dat
de Japanners Erloegsjan en zekere stellingen van
Kikwansjan zoudem hebben bezet.
Welingelichte Japanners beschouwen het be
richt voorbarig hoewel zij vertrouwen, dat het
einde der belegering nadert.
De Oostzee-vloot op weg naar de Oost-
Aziatische Wateren.
GIBRALTAR, 4 November. Vier Engelsche
slagschepen hebben last gekregen onmiddellijk
zee te kiezen.
Men meent, dat zjj westwaarts zullen gaan.
GIBRALTAR, 4 November. De slagschepen
Victorious en Magnificent hebben plotseling last
tot patrouilledienst in de straat. De bemanningen
van beide schepen zijn opgeroepen onmiddellijk
aan boord te komen. Beide schepen zeilen nog
hedenavond uit. 't Gerucht gaat, dat de Russen
vanavond Tandzjer zouden verlaten.
TANDZJER, 4 November. Bij navraag aan
boord van de Russische oorlogschepen is de
zekerheid verkregen, dat het eskader morgen
ochtend om zes uur vertrekken zal naar een
onbekende bestemming.
De beroering over het gebeurde in de Noordzee
is te Londen zoodanig geslonken, dat de sensati-
oneele berichten Dinsdag-avond verspreid over de
onschuldige mobilisatie der troepen van het fort
van Gibraltar, hun doel misten en hoegenaamd
geen paniek veroorzaakten
Het eenige resultaat daarvan was, dat een groot
deel der bevolking zich ernstig begint af te vragen,
of niet iets gedaan dient te worden tegen het
klaarblijkelijk drijven van de zoogenaamde «gut-
ter"-pers om munt te slaan uit kunstmatig ver
wekte panieken. Al het praten over verbodsbe
palingen gaat echter buiten de feitelijke zaak.
Zekere halvestuiversbladen staan sinds jaren bekend
als «sensation-mongers", en toch gaat het publiek
door met ze te steunen. Dat is de feitelijke grief.
Wanneer het publiek toonde, niet van schandaal
en sensatie te zijn gediend, dan zouden de bewuste
bladen niet lang wachten met er betere persma
nieren op na te houden. Mijnheer publiek dient
dus eens vóór den spiegel te gaan staan, alvorens
te klagen over het verstoren van zijn rust, door
bladen, die zyn smaak bestudeeren en zich daarnaar
richten.
De correspondent van de Echo de Paris te Pe
tersburg, geeft in een lang telegram over de
Engelsch-Russische onderhande
lingen te verstaan, dat er nog verontrustende
elementen in den toestand zjjn.
De Russische admiraliteit zou moeite doen, om
het antwoord aan Engeland te vertragen, met het
doel Rodzjestwenski's smaldeel inmiddels gele
genheid te geven het ruime sop te kiezen.
De Tsaar en graaf Lamsdorf zijn, zoo meldt hij,
bereid, om de overeenkomst eerlang te teekenen,
de Admiraliteit, met den groot-admiraal grootvorst
Alexis aan het hoofd, daarentegen is besloten, om
tijd te winnen, tot de Oostzeevloot een goed eind
op weg is.
»Het is thans noodig aldus besluit de corres
pondent dat Frankrijk tegen zijn ouden bond
genoot en zijn nieuwen vriend eenige waarheden
zegt, dat het aan den een verklaart dat hij niet
het recht heeft, om met zijn antwoord te lang te
aarzelen en aan den ander duidelijk zegt dat hij
zijn rechten overschrijdt, door van Rusland te
verlangen dat dit zich zal verbinden, de schuldi
ge officieren te straffen."
De voor het onderzoek van het gebeurde in
de wateren van Hull in aanmerking komende, uit
Vigo vertrokken Russische officieren, zijn gister
te St. Petersburg gearriveerd.
Aan de Matin wordt gemeld, dat admiraal
Nodjestvensky zich zou bevinden aan boord van
een der Russische bodems, die te Tandzjer zijn
aangekomen.
Voorts wordt gemeld, in de Londensche avond
bladen, dat Japan vertoogen heeft gericht tot
Frankrijk en lot Denemarken naar aanleiding van
de hulp van verschillenden aard, aan de Russische
Oostzee vloot verstrekt.
De officieren van het Russisch eskader houden
vol, dat er torpedo-booten zijn geweest bij Dog-
gersbank. Er bij wordt gevoegd, dat 't wel dege
lijk Japanners waren, dat er drie a vier torpedo
booten gezien zijn, die er voor zorgden geenerlei
licht te vertoonen. Op grond van dit alles houden
de Russische officieren vol, dat hunne houding
volkomen con eet is geweest en dat er geenerlei
reden bestaat om leedwezen te kennen te geven
over den dood van de Engelsche visschers, die
slachtoffers waren van het misverstand. Zij zeggen,
de Russische officieren, blijkens een «interview",
dat de Reuter-correspondent te Tandzjer met hen
had dat de geheele zaak berustte op een korn-
plot tusschen Engelschen en Japanners
Uit Kiel wordt aan het Berl. Tageblatt gemeld,
dat naar aanleiding van het Hull-incident de rest
van de Oostzee-vloot, bestaande uit kruisers
en torpedo-booten, die tegen het begin van deze
maand in de Deensche en Duitsche wateren ver
wacht werd,tot nader order in de Russische havens
zal blijven.
De Frankf. Z.tg. meent te kunnen verzekeren,
dat volgens betrouwbare tijdingen, uit Petersburg
te Kopenhagen ontvangen, het plan om een nieuw
Russisch eskader uit te zenden, ter aanvulling
van de Oostzee-vloot, voorshands is opgegeven.
Te verwachten was, dat de maatregel der
Engelsche regeering om het Russische eskader op
zijn reis naar Oost-Azië te doen «escorteeren"
door Engelsche schepen, de aandacht zou trekken
en tot geschrijf aanleiding zou geven.
De New-York Herald verneemt uit Berlijn, dat
men daar dezen maatregel beschouwt als verne
derend voor de Russische vloot, maar een deel
van de pers neemt de zaak niet »au sérieux".
En daar doet dat deel van de Berlijnsche pers
zeer verstandig aan.
Wat is 't geval
De heer Balfour, de Engelsche premier, is wel
genoodzaakt om zijn landgenooten, die boos en
verontwaardigd zijn over het vertrek van de Rus
sische schepen, een «doekje voor het bloeden" te
geven. Het prestige van mr. John Buil moet gered.
Vandaar deze maatregelen. Dat is, op de keper
beschouwd alles. En wanneer men de zaak
kalm-objectief beschouwt, is zij waarlijk niet
onrustbarend
Verspreide berichten.
Een telegram uit Parijs gewaagt van het zinken
van het Japansche oorlogsschip Jasjima in Juni
j.l. De juistheid van het bericht is destijds
geloochend. Nu wordt ze bevestigd. Japan heeft
de andere mogendheden mededeeling gedaan van
het verlies van het schip, dat door een mijn op
de reede van Dalni is verongelukt.
Generaal Baron Kaulbars, die tot chef van het
eerste Mantsjoersche leger zal worden benoem d
is gisteren door den Tsaar ontvangen.
DUITSCHL AND
Volgens de Berl. Lokalanzeiger zal er binnen
kort ook tusschen Duitschland en de Vereenigde
Staten een arbitrageverdrag worden gesloten. De
daarop betrekking hebbende onderhandelingen zijn
door de Amerikaansche regeering begonnen.
FRANKRIJK.
In de Pransche Kamer heeft het gister ge
spannen.
Het. tirannieke cabinetCombes hing aan een
zijden draadje.
De houding van den minister van Oorlog, An
dre, en van Combes was zeer zwak en wei
felend.
Na acht uur onafgebroken debat kwam ein
delijk tegen tien uur de eerste stemming en wel
over de motie om eenvoudig over te gaan tot
de orde van den dag, die verworpen was door
de regeering.
De Kamer verwierp haar met slechts twee stem
men meerderheid
Daarna volgde met maar zeven stemmen meer
derheid de aanneming van de motie, die de re
geering geaccepteerd had.
Het telegrafisch verslag van de debatten, dat
Reuter heden-nacht seint, luidt als volgt:
In de kamer richt Guyot Villeneuve eene in
terpellatie tot den minister van Oorlog, het. in
hem lakende, dat hij den officier, die het spi-
onnage-systeem der vrijmetselaars op touw heeft
gezet, niet heeft gestraft.
Generaal André brengt, in herinnering al wat
beproefd is om het leger tot tegenstander te
maken van het civiel bestuur en ook de beleedi-
gingen, tegen den president der republic* geuit,
"ij moest verbieden dat in de militaire verga
derzalen bladen werden verspreid, die de regee
ring systematisch aanvielen. Hij ontving ano
nieme brieven, welke hem en de leden van zijn
gezin bedreigden.
De generaal brengt in herinnering de daden
van politieke en religieuse onverdraagzaamheid
en van bestrijding der regeering, gevolgd door
daden van insubordinatie of van rebellie; ver
schillende officieren werden onder toezicht ge
plaatst omdat zij gescheiden vrouwen hadden ge
huwd. In sommige regimenten moesten de of
ficieren hunne doopakte vertoonen.
De minister van Oorlog vervolgt zijne rede
te midden van een hevig tumult en van ver
schillende incidenten. Een zijner verklaringen
bestrijdend, roepen Jacques en Congy hem toe:
Gij hebt gelogen I André vervolgt., dat hij na
vier jaren van inspanning er nog niet in ge
slaagd is om de verdraagzaamheid in het offi
cieren-korps te herstellen. Ik ben mij bewust
zegt hij mijn plicht te hebben vervuld.
Geen aanval van reactionnaire zijde zal mij in
het vervullen van mijn taak doen wankelen. Men
mag den tijd niet zien terugkeeren, waarop de
republikeinsche officieren nooit iets konden be
reiken.
Minister André rechtvaardigt den dienst van
de lijst,, waardoor men in staat gesteld wordt,
de onrechtvaardigheden, waarvan zekere repu
blikeinsche officieren het slachtoffer waren, te
herstellen.
Kapitein Mollin was 'gemachtigd om inlichtin
gen te vragen en te ontvangen, maar hij was
niet gemachtigd inlichtingen te geven van dien
aard, als in de voorgelezen brieven voorkwamen.
Ik keur die brieven af vervolgt André
en laak deze handelingen. Kapitein Mollin diende
zijn ontslag in.
Generaal André eindigde zijn redevoering met
te zeggenIk strijd hier niet voor het behoud
van mijn portefeuille 11)
Ik heb in Juli den president van den minis
terraad gevraagd mij van mijn functie te ont
heffen; dat was vóór het begin van de tegen
woordige campagne, maar tegenover de aanval
len van mijn tegenstanders blijf ik op mijn post,
om de republiek te verdedigen.
Men wenscht. den minister André geluk. De
rechterzijde en het centrum maken lawaai.
De heer Berteaux ontwikkelt zijn interpella
tie betreffende de dossiers aan de bureaux van
oorlog, samengesteld tegen politici en journa
listen.
De heer Jaurès spreekt in den zin van den
minister.
De heer Ribot bestrijdt den minister-president
Combes en herinnert aan het Boulangisme, waar
tegen het land zich moet verdedigen, om de bin-
nenlandsche rust te verzekeren.
De minister zegt, dat hij niet tot heden heeft
gewacht om de toestanden aan het ministerie
van Oorlog te laken.
Ten aanzien van de anonieme inlichtingen zegt
de minister, dat men wel, wat de lijstjes van
verdiensten betreft, bevooroordeeld moet wezen,
om de vorming van dit dossier, dat betrekking
heeft op het openbare leven en de politieke hou
ding en niet op het particuliere leven der offi
cieren, abnormaal te noemen.
Vazalle stelt voor om over te gaan tot de
orde van den dag. Minister Combes antwoordt
met nadruk en verklaart slechts de motie van
Jaurès te aanvaarden.
De motie om over te gaan tot de orde van
den dag wordt verworpen met 279 tegen 277
stemmen.
De prioriteit werd gevraagd voor de motie van
Jaurès c.s., behelzende, dat de Kamer overtuigd
is, dat het de plicht van den Staat is zich te
verdedigen tegen kasten-geest en de reactie, en
met alle middelen van geregelde controle. De
trouwe dienaren van het land rekenen op de
regeering om de bevordering der officieren te
regelen.
De prioriteit wordt met 286 tegen 276 stem
men goedgekeurd.
Op het oogenblik dat het eerste gedeelte der
motie in stemming zal worden gebracht, nadert
Syveton den minister van Oorlog en geeft
hem een oorveeg.
Hij vlucht op de trappen, die naar boven voe
ren, achter de rechterzijde. De geheele linker
zijde roept „lafaard" en dringt naar voren. Maar
de rechterzijde verspert den weg. Men raakt hand
gemeen.
Brisson verlaat zijn zetel.
De zitting wordt hervat en de tijdelijke uit
sluiting van Syveton uitgesproken, maar deze
weigert de zaal te verlaten.
De zitting wordt opnieuw geschorst om de
soldaten in de gelegenheid te stellen Syveton te
verwijderen.
De motie van Jaurès en consorten wordt ten
slotte aangenomen met 343 tegen 236 stemmen.
De zitting wordt om 11 uur, te midden
van groot rumoer, geschorst tot Maan
dag a.s.
0 O STENRIJK-HON G ARI JE
Onlusten te Innsbruck.
Te Weenen heerscht groote verontwaardiging
over bloedige studentenonlusten, die te Inns-
zyn voorgevallen. Men had zoo iets niet ver
wacht, daar de opening van de Italiaansche ju
ridische faculteit reeds in alle kalmte had plaats
gehad.
De Italiaansche studenten waren van het sta
tion, waar zij kameraden uit Weenen, Graz en
Munchen hadden verwelkomd, tezamen 150 man
sterk, naar de voorstad Wilten getogen, waar zij
hun nieuwe faculteit openden zonder dat er iets
bijzonders gebeurde, 's Avonds echter mis
schien doordat intusschen aan weerszijden het
nocdige gedronken was kwam het tot botsingen,
'toen de Italianen met hun insignes in Inns
bruck gingen wandelen. Ofschoon de politie hen
in bescherming nam, haalden zij hun revolvers
uit en vuurden zoogenaamde losse patronen af;
toch werden drie Duitsche studenten, twee spoor
wegambtenaren, een gymnast, een agent en een
handwerksman door scherpe schoten geraakt.
Berger, een ambtenaar werd in het hart ge
troffen. Later werden de Italiaansche revolver-
helden door duizenden Duitschers in het hotel
„Het Witte Kruis" den geheelen nacht door be
legerd.
Om 2 uur 's ochtends rukten de troepen met
gevelde bajonet tegen de Duitschers op. Hier
bij werd de kunstschilder Pezzey door een ba
jonetsteek in het hart, gedood. Vele andere Duit
schers werden gewond. Ook het gebouw van
de Italiaansche faculteit liep schade op. De troe
pen kwamen tusschenbeide, niettegenstaande de
burgemeester zich er met alle geweld tegen ver
zette. In de stad is men algemeen woedend op
de Italianen en de militairen. Men beschuldigt