Dagblad voor Schiedam Omstreken.
SCHELMEN.
27ste Jaargang
Woensdag 16 November 1904
No. 8054.
Algemeen Overzicht.
De oorlog in Oost-Azië.
FEUILLETON.
Frankrijk
en de H. Stoel.
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost voor Schiedam per 3 maanden f\.A5. per maand 45 cent en per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland fi. per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Boter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteurenen Brievengaarders.
BureauBOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 16 regels /'0.77 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 12i/2 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel.
Voor herhaaldelijk ad verteeren worden
I ij k e o v e r e e n komste n aangeg a a n.
uiterst bil-
Telet'oonnuminer 85. 'i Postbus, 110. 39.
15 November.
VAN HET OORLOGSTERREIN.
In Mantsjoerije.
Telegrammen yan Koeropatkin. De
vorst heeft haar intrede gedaan.
In een telegram van den 12en November meldt
Koeropatkin aan den Tsaar, dat "een vrijwilli
ge rs-a fde«li ng in den morgen van den elfden vóór
Zonsopgang eene verkenning heeft gemaakt in
de richting van het dorp Huamnitsan, twee wer
sten ten oosten van Bianupulsi. Een patrouille
van acht Japansche dragonders vluchtte uit het
dorp in zuid-oostelijke richting. Twee rijen schan
sen, die door eene vijandelijke compagnie bezet
gehouden wei-den, werden verkend.
Nadat de aanval door het vuur van onze troe
pen was voorbereid en een gedeelte van de man
schappen waren uitgezonden om den vijand te
omsingelen, werden de schansen genomen. Daar
op kwam van de hoofdstelling der Japatmers
snel een bataljon aangerukt. De twee eerste com-'
pagniën van den vijand trokken zich terug voor
ons salvovuur, waarbij zij hunne dooden en ge
wonden meevoerden.
Toen beide andere vijandelijke compagniën een
omtrekkende beweging poogden uit te voeren,
trok zich de vrijwilligers-afdeeling op onze stel
ling terug. Aan onze zijde sneuvelde een man
en werden een soldaat zwaar, vier licht ge
wond.
In den loop van den 12en November had een
zwak artilleriegevecht plaats over het geheele
front.
Over de gevechten op den 12en November zijn
nog geen berichten ontvangen.
Een later telegram van Koeropatkin van den
13den November meldt, dat de nacht van den
13den rustig voorbijging. Berichten omtrent ge
vechten zijn niet ontvangen.
Het nieuws uit Moekden blijft onveranderlijk:
alles hetzelfde. De Russen hebben thans dicht
bij Moekden grof geschut aangebracht en geen
dag gaat er voorbij, dat de barsche taal van
het kanon zich niet doet hooren, maar van eeni-
gen beslissenden invloed is zij niet.
Te Moekden zelf meldt de correspondent
van het Havas-bureau is men noch ten aan
zien van Port Arthur noch over het lot van
Moekden zeer ongerust. Het allerergst en aller
meest verontrust men zich echter over de mo
gelijkheid van een winter-campagne. Men be
rekent, hoe 't feitelijk onmogelijk is, dat de
Transsiberische spoorweg meer dan 300.000 man
van het meest on-ontbeerlijke zou kunnen voor
zien, afgescheiden nog van hetgeen voor ver
warming noodig is, mitsgaders de aanvoer van
paaiden. Hout kan men zich uiterst moeilijk
verschaffen en 'tis nu wel duidelijk genoeg ge
bleken, dat de plaatselijke hulpbronnen ten eenen-
male onvoldoende zijn om zich te verschaffen
Engelsch Volksverhaal uit het begin der
vorige eeuw.
38)
„Houd je goed, mannen, voor de eer van
oud-Engelandvoor je eigen leven!" riep de
onvermoeide Boxer, die hevig bloede uit eene
gapende wond in zijn linker schouder.
De Engelschen vochten als leeuwen, en als
het ware razend geworden door de zekerheid,
dat zij het onderspit zouden moeten delven,
wierpen zij zich op den vijand. Tevergeefs! Zij
moesten eindelijk voor de overmacht bezwijken
terwijl hun kapitein, met het gelaat naar den
vijand, en het zwaard, dat hij bij zijn leven
nooit had overgegeven, nog krampachtig om
klemmende, gesneuveld was.
Van hun aanvoerder beroofd vluchtte de Brit-
sche bemanning in het want en tusschendeks,
teneinde aan de moorddadige slagen van hun
onverbiddelijken vijand te ontkomen.
Gedurende deze vreeselijke oogenblikken had
onze vriend Jack Plush, ter wiens wille wij
dit zeegevecht hebben bijgewoond, eene beschei
denheid aan den dag gelegd, die het tegen
overgestelde van moed is. Hij had zich ver
scholen in een der groote kookketels, waarin
wat voor de overwintering in de Mantsjoerijsche
streek toch onmisbaar moet worden geacht.
De Hoen-rivier is bevrorenwordt aan de
New-York Herald uit Petersburg gemeld. En
met de Liao voor de Japanners van zoo on
schatbaar nut zal weldra hetzelfde 't geval
zijn. De Mantsjoerijsche winter, die 't soms tot
40 gr. vorst, brengt, is begonnen...... De troe
pen, bij het aanleggen van verschansingen ge
bruikt, beginnen reeds op zeer gevoelige wijze
de ellende en de ontbering van dezen schrikke-
lijken Aziatischen winter te ondervinden. Dat
de Rus ongevoelig voor strenge kou zou wezen,
is zegt de New-York Herald een legen
de en anders niet. Hij verschuilt zich in het
barre jaargetij in warm-gestookte vertrekken en
hult zich in extra-dikke kleedij. En de arme
moejiks liggen op de gloeiende platen hunner
kachels. De beklagenswaardige van Ivan Iva-
novitch bij het front, siddert wel degelijk van de
kou en hunkert, naar de koesterende overjassen,
die de regeering hem zal zenden
De correspondent van de New-York Herald te
Moekden gelooft, dat de beslissende slag nu op
komst is. Generaal Koeropatkin heeft nu ver
boden, dat. nog meer huizen zullen worden af
gebroken om tot brandstof te dienen en de boe
ren kunnen nu hun oogst te Moekden zooveel
mogelijk bergen.
Vooral bij Bangapoedsa hebben de Japanners
zeer krachtige verdedigingswerken opgeworpen.
Voortdurend komt. er munitie uit Japan te Nioe-
tschwang aan en alles wordt met den grootsten
spoed naar het oorlogsterrein opgezonden. Ojama
moet. in 't geheel nog 50.000 man versterkings
troepen hebben ontvangen.
Uit Wladiwostok.
Reuter seint uit Tokio
»Men meldt dat de Russische pantserdekkruiser
Gromowoj op een rots geloopen en zwaar bescha
digd te Wladiwostock terug is gekeerd. Men ver
neemt dat het ongeluk gebeurd is tijdens het
proefstoomen van de Gromowoj na de herstel
lingen die het schip ondergaan heeft. De .Gromo
woj keerde in zinkenden staat naar hare anker
plaats terug, omringd door een flotielje van kleine
vaartuigen, die haar hielpen om drijvende te blij
ven. Het schip is nu weer in het dok.
Indien het bericht juist is, is het zeker dat de
Wladiwostocksche vloot opnieuw tot werkeloos
heid gedoemd is."
De groote pantserdekkruiser Gromowojdie
blijkens dit bericht opnieuw ernstige averij zou
gekregen hebben, had deel uitgemaakt van het
Russische eskader dat, met verlies van den krui
ser Rjoerik, Wladiwostock bereikte na den zee
slag in de straat van Korea. Het was de snelste
kruiser van de Wladiwostocksche vloot, want de
gepantserde kruiser Rossia is van ouder makelij.
Kort voor de aankomst van admiraal Skrydlof
te Wladiwostock, is een dergelijk ongeval als
thans de Gromowoj heeft gehad, aan den pant
serdekkruiser Bogatyr overkomen. In hoeverre dit
schip weer zeewaardig is, is niet bekend.
hij al dien tijd met klapperende tanden had
gelegen.
Eensklaps kwam er op onverwachte wijze
een eind aan den strijd. Plotseling hoorde men
eene vreeselijke ontploffing, het schip barstte
uit elkaar, een zware witte damp bedekte de
golven, menschen en zaken werden in de lucht
geslingerd, en vielen in verwarde mengeling
weder in den kokenden oceaan.
Het kruidmagazijn had vuur gevat.
Jack Plush voelde in zijn ketel hoe het'gan-
sche schip trilde, en hoorde een hevigen knal,
die zijn doodsangst nog vermeerderde; toen
werd hij, hij weet niet hoe, door een wolk
van rook in de ruimte geslingerd, waarna hij
weder in de schuimende golven viel. Hij voel
de een hevigen slag op zijn hoofd.... een me
nigte verwarde gedachten daarbinneneen
uitzettend leedgevoel bij de herinnering aan het
geen hij met den jongen Graaf, gedaan had
en verder wist hij niets meer.
Toen mijnheer Jack Plush weder tot bezinning
kwam, had hij een gevoel alsof er iemand aan
zijn haar trok; en deze gewaarwording werd
door de werkelijkheid versterkt toen hij zijne
oogen opende en bevond, dat men bezig was
hem in een boot te trekken, die vol vreemde
mannen in vreemde uniformen was, die veel
leven maakten. Hij kon zich flauw herinneren
hoe hij op den bodem der sloep werd neer
gelegd, en onder veel rumoer aan boord van
de Victoire gebracht werd, waar hij met de
andere schipbreukelingen, die men van hek wrak
De Oostzee-vloot op weg naar de Oost-
Aziatische Wateren.
Volgens de Daily Express, ontbreekt er te
Dakar, waar Rodzjestwenski's divisie thans ligt,
een Russische pantserschip. De admiraal vertrok
met 5 pantserschepen en 5 kruisers van Tandzjer
in westelijke richting, maar is te Dakar aange
komen met maar 4 pantserschepen en 5 kruisers.
Verspreide berichten.
De Standard verneemt uit Petersburg, dat de
Russische pers voortgaat Engeland heftig aan
te vallen. Brodick moet het ontgelden, omdat
hij gezegd heeft, dat de Russische regeering be
loofd heeft de schuldigen in zake het schieten
op de Engelsche visschers te straffen, hetgeen
de 'Russische bladen onwaar noemen. Verder zeg
gen deze bladen, dat de Oostzeevloot onderweg
waarschijnlijk aangevallen zal worden, waarbij zij
natuurlijk Engelands geniepige medewerking on
derstellen.
De Standard verneemt voorts uit Petersburg,
dat de Russische bladen het Russische volk over
Port Arthur blijft gerust stellen. Alle aanvallen
der Japanners heeten mislukt. Weer vertelt men,
dat Koeroki dood is en vervangen, in naam
door generaal Jiaosanwai, maar inderdaad door
Nodzoe.
De Daily Telegraph verneemt uit Peters-
burg: De Tsaar zal bevel geven tot mobilisatie
van de regimenten keizerlijke garde, zoodra de
troepen, die onlangs gemobiliseerd zijn, wegge
zonden zijn. Daaruit blijkt, zoo 'theet, dat de
Tsaar vast besloten is om den oorlog voort te zet
ten de mobilisatie van de garde geschiedt, om
dat Koeropatkin gemeld heeft, dat hij geoefende
troepen noodig heeft.
De Daily Telegraph verneemt uit Irkoetsk:
Voortdurend komen er versterkingen uit Trans-
baikalië aan, zoodat de Siberische regimenten,
ondanks de enorme verliezen, op volle sterkte
blijven.
De Daily Telegraph verneemt uit Jinfkou:
Er wordt druk zaken gedaan. Twintig stoom-
booten en honderden jonken laden en lossen.
De Japanners leggen wegen aan en bouwen groote
pakhuizen.
- De Daily Telegraph verneemt uit Tsjifoe:
De Japanners hebben de stoomboot van den ver
slaggever van het blad vele uren aangehouden.
Zij zeiden, dat zij de blokkade van Port Ar
thur tot dertig mijlen in zee uitstrekken. Rus
sische agenten verzekeren, dat Japan heimelijk
twintig mandarijnen heeft aangeschreven om hen
op te wekken alle vreemdelingen uit China weg
te jagen. Waarschijnlijk is echter die aanschrij
ving een verzinsel van Russen.
Allocutie van Z. H. Pius X.
De H. Vader hield gister-ochtend een geheim
consistorie en hield daarbij een allocutie, waar
bij Z. H. allereerst God smeekte een eind te
van den Invincible gered had, als krijgsgevangene
werd opgesloten.
Het Fransche schip, dat ook veel geleden
had, zette koers naar de haven van Toulon; en
zoo had Jack Plush kans zijne bestemming, een
Fransche haven, eerder te bereiken dan hij ge
dacht had. Hieruit ziet men al weder, dat het
mogelijk is, dat een vijand ons onwetend een
dienst bewijst en ons nader tot ons doel brengt.
Dit bewijst de ondervinding van mijnheer Plush.
Te Toulon aangekomen werden de Britsche
gevangenen aan wal gebracht.
Het fort waar de ongelukkige overgeblevenen
van den Invincible werden heengezonden, om
voor hun goede daad, van voor de eer huns
lands gestreden te hebben, te boeten, en waar
heen ook Jack Plush geconsigneerd werd, om
dat hij in hun gezelschap gevonden was, lag
eenige mijlen landwaarts in de nabijheid der
stad Duronceville. Het was van baksten op
een rotsgrond gebouwd, en beschermde dit stadje
als een reus, die kanonnen tot oogen had.
Tot zijne niet geringe teleurstelling werd Jack
van zijne makkers in het ongeluk gescheiden,
en in een afzonderlijke cel geplaatst, welker
bouwmeester zich voorzeker had genoodzaakt
gezien zoo zuinig mogelijk met de ruimte te
zijn.
„Ffier zit ik nu als een vogel in een
kooi," dacht hij, met een zucht, terwijl hij
een wanhopigen blik wierp op den dikken muur,
en op het nauwe luchlgat, dat hoog boven zijn
hoofd de plaats van venster bekleedde, en waar-
willen maken aan den oorlog in Oost-Azië. Daarna
sprak hij over den toestand in Frankrijk, welke
vijandschap van zeer velen tegen het geloof te
weeg brengt. Men verjaagt er den Christus uit
de scholen en uit de rechtszalen. Moeielijkheden
worden in den weg gelegd aan de benoeming
van bisschoppen en nog ernstiger plannen wor
den beraamd. De Paus wees de beschuldiging
van zich, dat hij het Concordaat niet zou heb
ben geëerbiedigd.
Hij gaf een historisch overzicht van het Con
cordaat; de kerk alleen heeft de macht om bis
schoppen aan te stellen, den staat het recht over
latend hen te benoemen.
Het Concordaat vormt een werkelijke Overeen
komst en de kerk hield daaraan voor de be
noeming van bisschoppen steeds de hand en eer
biedigde alle politieke instellingen. De staat heeft
niet. geëerbiedigd de vrije uitoefening van den
katholieken godsdienst, gewaarborgd als die is
door art. 1 van het Concordaat, want bij ver
bood de gemeenschap tusschen de bisschoppen
en den H. Stoel. Men bracht godsdienstige ge
zinnen ten ondergang. En die maatregelen zul
len hun toppunt bereiken door de bedreiging tegen
de maatschappij van H. Sulpice.
De staat ontzegt den Paus het recht om can-
didaten af te wijzen, die werden voorgedragen
voor de waardigheid van bisschop; onthoudt den
hisschoppen en priesters de bezoldiging, op welke
zij, ook krachtens het Concordaat, aanspraak heb
ben. De heilige rechten van de kerk en de waar
digheid van den H. Stoel maakten openbaar pro
test noodig; wij gaan daartoe over zonder bit
terheid en met vaderlijke genegenheid voor de
Fransche natie. Wij kunnen niet hopen, dat de
aanvallen tegen de kerk weldra zullen eindigen.
Binnenkort hebben wij de laatste teleurstellingen
te wachten.
De H. Stoel heeft genoeg aangetoond dat het
christelijk geloof zeer wel kon samengaan met
den republikeinschen regeeringsvorm. Wie be
weert, dat men het tegenovergestelde wil betoo-
gen, lastert. De Paus besloot zijn allocutie met
de verklaring, dat hij op alle verdere gebeurte
nissen voorbereid is, zonder vrees, maar noodigde
uit om te bidden voor den spoedigen terugkeer
der dagen van vrede en rust.
DUITSCHLAND.
De kanaal-commissie uit het Pruisische Huis
van afgevaardigden heeft gister in eerste lezing
goedgekeurd den aanleg van het Dortmund-Rijn-
kanaal; verder de normalisatie van de Lippe
van haren mond tot Hamm; het maken van aan-
vullingswerken aan het Dortmund-Eems-kanaal
den aanleg van een kanaal van Bevergern, aan
het Dortmund-Eems-kanaal, over Minden aan de
Weser naar Hannover; en de normalisatie van
de Weser van Hameien tot Bremen, onder be
ding dat de staat Bremen zich verbindt in de
Weser bij Rumelingen een keerdain met een
scheepvaartkanaal te bouwen en een derde in de
kosten van de oprichting van dalafsluitingen in
door ter nauwernood een enkele zonnestraal
het inwendige der cel kwam verlichten.
„Heb medelijden met mij!" verzuchtte
Jack, toen de cipier hem in zijne ellende al
leen had gelaten. Hij gevoelde zich als ge
vangene van den Franschen Keizer minder op
zijn gemak, als toen hij in de Londensche ge
vangenis de gast van zijn eigen wettigen vorst
geweest was.
„Het is met mij gedaan!" zeide hij, en
hij strekte zich uit op zijn stroozak, en zorgde
er wel voor, dat hij met zijn gezicht naar den
muur ging liggen.
Het scheen het begin van het einde te zijn.
Er waren echter nog slechts weinige dagen
vorloepen, toen zijn ontbijt van water en brood
hem niet, als gewoonlijk, door een grimmigen
ouden snorbaard, maar door een jong, zwart-
ocgig meisje werd gebracht, welks kastanjebruin
haar in dichte lokken om haar hals golfden,
on die militairement, op de wijze der marke-
tensters, gekleed was. en dus een aangenaam
contrast met de gewone grimmige verschijning
vormde.
Als om het nog prettiger te maken, glimlachte
het jonge meisje tegen hem, terwijl zij met.
eene eigenaardige levendigheid zeide:
„Goeden morgen! Ik ben in plaats van
mijn vader gekomen, en gij moogt mij wel dank
baar zijn dat ik u een kamer voor u alleen
gegeven heb, terwijl uwe landslieden opgesloten
zijn als varkens."
Wordt vervolgd1)