Dagblad voor Schiedam en Omstreken. SCHELMEN. 27ste Jaargang. Dinsdag 22 November 1904 No. 8059. Algemeen Overzicht. FEUILLETON. l)e oorlog in Oost-Azië. VAN HET OORLOGSTERREIN. ABONNEMENTSPRIJS: Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en kost voor Schiedam per 3 maanden ƒ1.35, per maand 45 cent en per week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland ƒ2.per kwartaal. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauBoler- straat 50 en bij alle Boekbandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders. BureauBOTERSTRAAT 50. PRIJS DER AD VERTEN TIëN: Van 1G regels ƒ0.77 met inbegrip van bewijsnummer. Elke regel daarboven 121/a cent. Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel. Voor herhaaldelijk adverteeren worden uiterst bil lijke overeenkomsten aangegaan. Telefoonnummer 85. Postbus no. 39. 21 November. Port Arthur. De oorlogscorrespondent van de MatinJean Rodes, seint uit Tsjifoe dat hij een langdurig onderhoud gehad heeft met den heer Noncine, den oorlogscorrespondent van de Novosti en van de Novi Krai, die met den torpedojager Rastoropni uit Port-Arthur gekomen is. Deze bevestigde dat de laatste aanval voor de Japanners ongunstig is afgeloopen zij zijn sedert het begin van de bele gering nog niet belangrijk nader gekomen. Gelijk wij reeds meedeelden wordt dit ook door een bericht in de Daily Telegraph van Vrijdag jl. bevestigd. Het garnizoen heeft, naar de Russische journalist zijn Franschen collega verder meedeelde, in het geheel ongeveer 15000 man verloren. Van de overblijvende manschappen werden velen her haaldelijk gewond en namen hun plaats in de forten en versterkingen weer in, nadat zij in het hospitaal eenigen tijd verpleegd waren. Werkelijk, deze stad wordt met waren heldenmoed verdedigd. Op het oogenblik is de voorraad voedsel en am munitie nog voldoende. De journalist is van oordeel, dat de verdedigers het tot Maart van bet volgend jaar kunnen volhouden. De Japanners vallen met groote dapperheid aan doch men laat hen voor den aanval een goede hoeveelheid sake drinken. En als bewijs voor deze verklaring voert de Rus aan dat hij meermalen de Japansche artilleristen zag schieten op de aanvallende colonnes van bun eigen leger. Een telegram uit Sjanghai dd. 19 November meldt De aanval op Port Arthur is den 17den hervat. Men zegt, dat de Japanners ondergrondsche ruimten in de voornaamste stellingen hebben bezet. Stoessel meldt den Tsaar dd. 2 November Alle bestormingen van den 25sten October tot 2 November zijn afgeslagen. De vreeselijkste storm aanval had plaats op 30 October, maar door een bajonet-aanval werd de vijand overal teruggewor pen. Den 31sten hadden twee stormaanvallen plaats, maar de vijand werd beide keeren door onze bajonetten en pyroxilinbommen tot den terugtocht gedwongen. De vesting en de forten worden onophoudelijk beschoten. Het werk der officieren van gezondheid is boven allen lof verheven. De verliezen der Japanners zjjn zeer groot en becfragen, volgens Chineesche schattingen, van zeven- tot tienduizend man. Uit het Japansche kamp bij Port Arthur werd d.d. 19 November geseind, dat tijdens het bom bardement een der Russische marine-kanonnen bij het arsenaal uit elkaar gesprongen is. De krijgsverrichtingen der Japanners hebben volgens een vastgesteld plan tegen alle forten plaats. Men zegt, te Tokio dat de Japanners, dank zij een vernuftig bedacht stel loopgraven, Vrijdag het glacis van Soen-sjoe-sjari veroverd hebben. De Daily Mail verneemt uit Petersburg Gene Engelsch Volksverhaal uit het begin der vorige eeuw. 42) Eensklaps weerklonk er een luide pijnlijke kreet gevolgd door een val. Karei schrikte plotseling uit zijn slaap op, doch, nog slechts half wakker, snelde hij met angstige bezorgdheid naar de kamer van Guij. De deur der wachtkamer en het venster ston den open; terwijl er uit Guij's ledikant een dof gekreun hoorbaar was. Verstijfd van schrik ging Karei in het duis ter naar het bed, en voelde warm bloed op zijne handen. In den angst van zijn hart, riep hij Guij bij zijn naam, doch kreeg geen antwoord; en dan riep hij wanhopig om hulp, terwijl hij in het donker rondtastte, totdat zijne voeten in het karpet verward raakten, en hij struikelde en viel. Karei's geestvermogens, die door alles wat hij vroeger ondervonden en doorgestaan had, veel geleden hadden, hadden hun evenwicht nog niet herkregen; en hij was bij dit onver wachte onheil, als half verlamd en niet tot dadelijk bandelen in staat. Door den val kreeg raai Stössel heeft inderdaad aan den Tsaar gerap porteerd dal liij bekwaam is, Port Arthur te houden tot Maart, maar alleen wanneer hij vol doende levensmiddelen en schietvoorraad krijgt Dienovereenkomstig heeft de Russische regeering last gegeven aan hare buitenlandsche agenten om onverwijld de vesting van het noodige te voorzien onverschillig wat het kosten moge. In Mantsjoerije. Koeropatkin meldt den Tsaar dd. 19 November Heden zijn geen berichten over den krijg inge komen. Den 16den en 17den inspecteerde ik onze stellingen en eenige troepenafdeelingen, die voor een deel slechts 400 schreden van den vijand verwijderd waren. Het vriest 's nacht meer dan 10 graden. De korte pelsmantels zijn aangekomen ook levensmiddelen zijn in voldoende hoeveelheid aanwezig. Ondanks den inspannenden dienst zijn de troepen goedsmoeds. Het aantal ziektegevallen is gering. Reuter seint dd. 18 November uit Moekden Een hevig artillerievuur op den Russischen rech tervleugel begon met het aanbreken van den dag en duurde verscheidene uren. In den loop van den dag werd het vuur bij tusschenpoozen voort gezet. Gedurende den dag verwachtten de Russen een algemeenen aanval der Japanners. Decorrespondent van de Birzjewija Wjedomosti seint dd. 28 dezer uit Moekden De kanonnade over welke ik gisteren seinde, is in hevigheid toe genomen. De batterijen vuren salvo's af. Volgens een telegram van Zaterdag-middag uit het hoofdkwartier in Mantsjoerije, hebben de Ja panners de vijandelijke infanterie beschoten die ten oosten van Eei-tsjang-toen stond. Ook werd een afdeeling infanterie op de vlucht gejaagd bij de dorpen Overigens is de toestand onver anderd. Verspreide berichten. Te Suez loopt het gerucht dat de Japanners van zins zouden zijn, om het kanaal te versperren dooi er een Russischen kruiser te doen zinken. De overheid oefent in elk geval het strengste toezicht uit en laat voortdurend de kustwacht langs de oevers patrouilleeren. Te Port Said worden toebereidselen getroffen om de haven met kettingen te kunnen afsluiten, teneinde de Russische schepen, wanneer zij daar liggen, voor overrompelingen te vrijwaren. Men bericht, dat generaal Orlof, dien men tot den zondenbok voor de nederlaag bij Liao-jang gemaakt heeft, zich zeer goed heeft weten te rechtvaardigen. Men leidt dit af uit de omstandig heid dat twee divisie-commandanten, de generaals Affanassowitsj van de 22e divisie en Tsjekmaret van de 37e divisie en eveneens de commandant van de Siberische Kozakken-divisie Sjiinonof van hun commando ontheven zijn, terwijl generaal Orlof bij het veldleger gebleven en ter beschikking van Koeropatkine gesteld is. Zijn wonden zijn nog niet geheel genezen, doch hij zal weldra weer op zijn vroegeren post geplaatst worden. Orlof wordt in het algemeen als een knap man van wetenschappelijke vorming beschouwd. De paniek onder zijn divisie ten zuidoosten van de kolen- hij echter zijne bezinning weder, stond weer spoedig overeind, en bedacht toen dat het nood zakelijk was, zich eerst licht te verschaffen. Om het vreeselijke van den toestand nog te vermeerderen, kon hij, in zijne radeloosheid, noch lucifers noch kaars vinden. Guij lag nog steeds te kreunen. XVI. In de portierswoning. De zon was achter het bosch van Hochstein ondergegaan om de harten der menschen op bet andere halfrond te verblijden; de zon toch, die hier ondergaat, gaat elders weder op. De heldere dag had plaats gemaakt voor den lan gen winternacht, die de omgeving van het Kas teel met een halfduister bedekte, en de oude burcht het aanzien van een zwarten reus'gaf. Do wind blies, alsof alle blaasbalgen des he mels waren losgelaten, en huilde klagend door de bladerlooze boomen van het. woud. Jn de portierswoning brandde een helder licht een vroolijk houtvuur knapperde in den haard; de winter overschreed den drempel dier zon nige plaats nimmer. Daniël en zijne vrouw zaten stilzwijgend bij elkander. De beide oudjes waren terneergesla gen, want zij hadden juist een brief uit Parijs ontvangen, dien Daniël nog geopend in de hand hield. mijnen van Yentaiis, ongetwijfeld meer te wijten aan de slechte samenstelling en de weinig krijgshaftige houding van de troepen dan aan de leiding van generaal Orlof. Het aanvullingssmaldeel der Russische Oost- zeevloot is Zondag-middag om half vier Grenaa, op de oostkust van Jutland, voorbijgevaren in noordelijke richting. Engeland en Rusland zijn het eens geworden over den tekst der overeenkomst, die binnenkort zal worden openbaar gemaakt. RUSLAND. Zaterdag heeft de juristenvereeniging in het gebouw der universiteit te Cliarkof beraadslaagd over een telegram, aan den minister van Binnen- landsche Zaken te richten over de zemstwo-kwe- stie. Het ging op die vergadering stormachtig toe het publiek vloot, en maakte geraas, zoodat de voorzitter de vergadering sloot. De politie gelastte daarop den aanwezigen, de zaal te verlaten, maar slechts een deel gaf hieraan gevolg Eenige werk lieden stormden de zaal binnen. Een gering aantal der aanwezigen trok vervolgens met een roode vlag door de straten, maar deze betoogers werden door de politie uiteengejaagd. De Petersburgsehe correspondent van de Echo de Paris legt uit, hoe het met de bijeen komst van de Zwemstwo's staat. De voorstellers wilden Zaterdag een eerste besloten vergadering houden, welke de regeering oogluikend toelaat. Pas in Januari zal de tweede, ambtelijke bijeen komst zijn. Over de vergadering van Zaterdag en volgende dagen, die in een der zalen van het Peters burgsehe stadhuis wordt gehouden, mag de pers geen verslag geven. ENGELAND. De Times verneemt, dat het Portugeesche ko ningspaar Engeland den lOden December a. s. verlaten zal, en dat de souvereinen nog eenige dagen te Parijs zullen vertoeven alvorens naar Portugal terug te keeren. Zij zullen Maandag van Windsor vertrekken naar het kasteel van den hertog van Devonshire en daar een week vertoe ven om vervolgens eveneens een week te vertoe ven bij den hertog van Portland en op het Engelsche kasteel van den hertog van Orleans. De Portugeesche minister van Buitenlandsche Zaken; de lieer Villaca, zal het koningspaar niet verder vergezellen en in den loop van deze week over Parijs naar Portugal terugkeeren. DUITSCHLAND. Nog is de treurige twist in Lippe niet ten einde of reeds komt een in vele opzichten bijna nog ergerlijker voorval in het hertogdom Koburg- Gotha aan 't licht. Uit angst voor annexatie door Pruisen heeft vijftig jaar geleden de volksvertegenwoordiging van Gotlui alle staatsdomeinen als particulier eigendom aan den toenmaals regeerenden hertog overgedragen. Jaar en dag werkte later de volks vertegenwoordiging er aan om de domheid van destijds te herstellen door een nieuwe financieele regeling der domeinenkwestie. Op 't oogenblik Die brief bevatte slechte tijdingen hun kom mer was nog grooter, dewijl het nieuws eene maand noodig had gehad om hen te bereiken, tengevolge der onregelmatigheid in het post verkeer, waar keizer Napoleon alleen de schuld van droeg. „Lees het. nog eens over, Daniël, zeide de oude vrouw, terwijl zij haar man met een paar betraande oogen aanzag. „Waar zou het goed voor zijn?" vroeg hij, „geloof mij vrouw, slecht nieuws wordt er niet beter op als men het tweemaal hoort, en wij kunnen het kwaad toch niet beter ma ken." Li „Neen, maar het mocht niet eens zoo kwaad zijn, als wij denken," opperde de goede vrouw. „Heb je nu ooit zoo'n mensch gezien?" zeide Daniël het hoofd schuddende; „hier staat immers, zoo duidelijk als zwart op wit maar wezen kanonze goede jongen heeft een on geluk gehad, en kan het bed niet verlaten Dat is een maand geleden geschrevengeen twijfel dus of hij is nu reeds lang dood en begraven." Hij wierp den brief met eene beweging van ongeduld ,op de tafel. „O! zeg dat niet, Daniël!" zeide zijne vrouw, terwijl zij hare handen op haar schoot legde, en zenuwachtig aan haar voorschoot plooide. M „Maar wat is het!" riep hij schielijk. „Ik voert de erfprins van Hohenlohe-Langenburg bet regentschap voor den nog minderjarigen hertog Karei Eduard. Tusschen den regent, den staats minister en den Gothaschen Landdag was nu onlangs eindelijk overeenstemming in de domei nenkwestie bereikt, volgens welke de helft van het domeinbezit hertogelijk particulier eigendom zou blijven, maar de andere helft als staatsdo mein aan het land terug zou worden gegeven. Bovendien werd de jaarlijksche civiele lijst van den hertog op 300,000 Mark bepaald. Alles scheen tot algemeene tevredenheid geregeld te zijn, toen de jonge hertog, die te Potsdam als luitenant bij de garde dient, plotseling verklaarde voorloopig niet toe te kunnen stemmen. De regent, de erf prins van Hohenlohe, deelde daarop den staats minister Hentig mede, dat onder zulke omstandig heden de oplossing der domeinenkweslie moest blijven wachten tot na de troonsbestijging van den jongen hertog, die in Juli volgend jaar zal plaats hebben. Tegeljjk verluidde, dat Koburg- sche hofintriges zonder medeweten van den regent den jongen hertog als hun speelbal gebruikten, die zijn volkomen onverwachte weigering hiermee motiveerde, dat voor bovenbedoeld verdeelings- plan van het zeer groote domeinbezit tusschen den hertog en den staat eerst alle overige vorste lijke agnaten hun toestemming moeten geven. Daar de jonge hertog Karei Eduard als geboren Engelsche prins met zijn troonsopvolging in Duitscliland toch al zeer weinig populair is en daar verder bedoelde agnaten over geheel Europa verstrooid zijn, o. a. in België, Bulgarije en Por tugal zitten, zoo kan men zich ongeveer denken welke kritiek het tegenwoordige mislukken der do- meinenregeling uitlokt. Allereerst heeft staatsmini ster Hentig dadelijk zijn ambt neergelegd en de libe rale pers laat het licht vallen op den tegenzin, dien de Duitsche bevolking moet koesteren tegen de aangewaaide Engelsche vorstenfamilie, een te genzin, dien ilentig's verstandige politiek tot dus ver tot zwijgen had weten te brengen, maar die nu van nieuw af aan zal toenemen, vooral in een landje als Gotlui waar een derde of de helft der volksvertegenwoordiging toch al uit sociaal democraten bestaat. De eriprins-regent nam bet verzoek om ontslag van Hentig aan in een langen brief, die de politieke houding van den heengaan- den minister volkomen billijkt, temeer waar de jonge Hertog Karei Eduard, dien men aan het keizerlijk hof gaarne mag lijden, zich gemakke lijk bij den rijkskanselier voldoenden raad had kinnen halen, die zeker niet hebben geluid om ter wille van buitenlandsche agnaten een financi eel conflict met de eigen bevolking te riskeeren. Over Hentig worden merkwaardige geruchten verspreid. Naar men wil, zou de Keizer reeds lang op dezen zeer verstandigen, met zaken vertrouw den jurist en gematigd liberalen politicus het oog hebben laten vallen als opvolger van Lucanus, het bekende hoofd van het keizerlijk civiele ka binet. Intusschen wordt dit gerucht verspreid op een wijze, dat men zou kunnen gelooven, dat het gebeurt onder een sluw rekening houden met zekere eigenaardigheden van den Keizer om zulk dacht alleen aan het ergste, dat gebeuren kon. Maar houd goeden moed, vrouwDe schrij ver zegt, dat Guij met den grootslen zorg wordt verpleegd door een vertroüwd vriend, die met hem samenwoont. Daar twijfel ik ook niet aan, want ieder, die den jongen kent, moet van hem houden." De briefschrijver was de ongelukkige Karei, die zich nog niet, zelfs niet als den boezem vriend van hun pleegzoon, aan zijne ouders had durven bekend maken. Het was een vreeselijk ding voor het goede echtpaar, dat Guij zoo teeder beminde; het ver droot hun erg, dat zij door zulk een groo- ten afstand van hem gescheiden waren, en zij beraamden allerlei onmogelijke plannen, waar door beiden of een hunner op reis zou kun nen gaan, en hem van „die akelige vreemde stad," waar hij onder vreemden ziek lag, t'huis te brengen. Het geraas der wielen van een rijtuig, dat langzaam de helling opreed, wekte hen uit hunne treurige overdenkingen. Sinds het grafelijk ge zin naar Parijs was, kwamen er van lijd tot tijd personen om hen te' bezoeken en Daniël veronderstelde, dat dit een nieuwe bezoeker was, die hetzelfde teleurstellend antwoord als de an deren zou krijgen. {Wordt vervolgd

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1904 | | pagina 1