Dagblad mor Schiedam en Omstreken.
SCHELMEN.
27ste Jaargang.
Zaterdag 3 December 1904.
No. 8069.
Ofticieele Berichten.
Kennisgeving.
Kennisgeving.
FEUILLETON.
SSJajS* -» tot
Algemeen Overzicht.
De oorlog in Oost-Azië.
VAN HET OORLOGSTERREIN.
51) i M'f
XfX.
ABONNEMENTSPRIJS:
Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en
kost voor Schiedam per 3 maanden f 1.35. per maand 45 cent en per
week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland /'2.per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauRoter-
straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders.
Bureau BOTERSTRAAT 50.
PRIJS DER ADVERTENTIëN:
Van 16 regels f 0.77 met inbegrip van bewijsnummer.
Elke regel daarboven 121/2 cent.
Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend.
Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel.
Voor herhaaldelijk adverteer en worden uiterst bil-
lijke overeenkomsten aangegaan.
Telefoonnummer 85. Postbus no. 39.
Inrichtingen welke gevaar, schade of
hinder kunnen veroorzaken.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
Gezien het verzoek
lo. van Th. L. van der Kort, om vergunning
tot oprichting van een Smederij, tevens lier-
stelplaats van stoom- en andere werktuigen,
in het pand staande aan de Westvest no. 86,
kadaster sectie C. no. 382
2o. van het bestuur der SchietVereeniging
„liet Vaandel" om vergunning tot oprichting
van een schietinrichting in een der lokalen van
de Sociëteit «Harmonie" aan de Nieuive Haven
no. 233a, kadaster sectie M. no. 840.
Gelet op de bepalingen der Hinderwet
Doen te weten
dat voormelde verzoeken met de bijlagen op de
secretarie der gemeente zijn ter visie gelegd
dat op Donderdag den 15den December a.s. des
middags ten 12 ure, ten Raadhuize gelegenheid
zal worden gegeven om bezwaren tegen het
toestaan van die verzoeken in te brengen en die
mondeling of schriftelijk toe te lichten en
dat gedurende drie dagen, voor het tijdstip
hierboven genoemd, op de secretarie der gemeente,
van de schrifturen, die ter zake mochten zijn
ingekomen, kennis kan worden genomen.
En is hiervan afkondiging geschied, waar het
behoort, den lsten December 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De Secretaris,
S1CKENGA.
Kleinhandel in sterken drank.
Burgemeester en Wethouders van Schiedam,
brengen, ingevolge art. 12 der Drankwet, ter
openbare kennis, dat bij hen een verzoek is inge
komen van JOHANNES VAN RIET, om
vergunning tot verkoop van sterken drank in het
klein, voor het pand Boterstraat 52
en herinneren, dat, ingevolge 3 van gemeld
wetsartikel, binnen 2 weken, na de bekendmaking,
tegen het verleenen van de vergunning schrifte
lijk bij hun College bezwaren kunnen worden
ingebracht.
Schiedam, 1 December 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De Secretaris,
SICKENGA.
Een beroep op dun heer Vietor de Stners.
Het Hbl. schrijft onder van Dag tot Dag
De beleediging op roekelooze wijze door den
heer Victor de Stuers ons Indische leger aan
gedaan beging na te werken.
Wij hebben uit Frankrijk, Engeland en Zwit
serland brieven ontvangen, waarin ons gevraagd
wordt door Nederlanders, aldaar gevestigd, of
door inwoners, die Steeds warme sympathie voor
ons vaderland toonden, wat toch geschied is,
en of werkelijk op last der Regeering vrouwen
en kinderen vermoord werden in Indië, ten einde
Engelsch Volksverhaal uit het begin der
vorige eeuw.
„Wat zegt gij?" vroeg Guij met een on
gel oovigen glimlach, en bij zichzelven den
kende, dat Daniël overdreef. „Iedere gek kan
van adelijke geboorte zijn, maar hij alleen is
werkelijk een edelman, die het door zijne da
den toont gelijk de graaf von Hochstein.
Maar' wat brengen deze lieden eigenlijk voor
bewijzen bij?"
„Zij zullen u alles morgen zei ven wel
vertellen, en het slot van alles zal zijn, dat
moeder en ik u Voortaan „mijnheer de Graaf'
zullen moeten noemen, gelijk wij den Graaf von
Hochstein doen."
„Nooit I" riep het pleegkind op ongekun-
stolden toon; „ik ben nu ouder, vader Daniël,
da* naar ^a' politiebureau ging, en
aar wij er van avond genoeg over gesproken
Gevonden.
Den dag volgende op dien, waarop de ver-
het leger dus in staat te stellen petroleumbron-
nen en mijnen te kunnen rooven.
Na een telegram zooals het in de Engelsche
pers verbreid is, te hebben vermeld, vervolgt
het Hbl.
Voorwaar, de heer Victor de Stuers heeft een
slechte daad gedaan... hij heeft onze Indische
armee belasterd... hij heeft door zijn roekeloos
geschetter en opzichtige, onware taal zijn va
derland geheel onverdiend een slechten naam ge
geven in den vreemde.
Hij heeft, meer misdaan dan hij ooit weer ge
heel goed kan maken.
Wat hoort men in den vreemde van Ne
derland?
Bijna uitsluitend hetgeen telegraphische nieuws-
agenten aan de kranten, bij hen geabonneerd,
gelieven te seinen.
Wat. sensatie kan maken niet wat hot be
langrijkst. is wordt, geseind. Zoodia iets maar
wat op een schandaal gelijkt, wordt het dade
lijk gemeld....
Wat het groote beschaafde Europa en Amerika
van Nederland verneemt, is zulk soort van nieuws
als wij juist, aanhaalden.... en zoo krijgt ingang
het denkbeeld dat wij onze koloniën willen ver-
koopen, dat onze Indische armee uit barbaren
bestaat enz. enz.
Maar van de ernstige, eenstemmige tegenspraak
van de Regeering, Parlement en verantwoorde
lijke pers in Nederland verneemt Europa ver
der niets. Of aldien het. al iets van dien aard
hoort, dan is het een flauw, kleurloos bericht,
zonder opschrift, met kleine letters gezet en dat
Neerland's edelen naam niet in eere herstelt.
En het Hbl. besluit:
De heer Victor de Stuers is een man van eer,
in tal van opzichten mij zeer sympathiek.
Indien hij ten onrechte iemand beloedigd en
belasterd had, zou hij, hem flink in de oogen
ziende, ronduit en zonder uitvluchten excuus
gevraagd hebben, zijn ongelijk moedig erkend
hebben.
In tegenwoordigheid als het ware van geheel
Europa en Indië heeft hij niet een persoen, maar
ons Indisch leger beloedigd en in zijn eer
aangetast.
Daarom doe ik een beroep op hem, den gentle
man, den man van eer, en ik vraag hem ern
stig ter wille van zijn eer en die van het vader
land, openlijk zijn woorden in te trekken.
2 December.
Port Arthur.
De strijd om den Berg van 203 M.
De Japanners hebben overwonnen.
De verovering kan beslissen over
het lot van Port Arthur.De Rus
sen zullen wel trachten hun verlies
te herstellen.
Een nader telegram uit het keizerlijk Japansch
hoofdkwartier meldt:
raderlijke moordaanslag op Guij gepleegd was,
zat de Baron von Feldersheim, alias Lord Ca-
nonburij, in een weelderig salon van Wapshot
Bung's hotel, de nieuwspapieren in te zien, meer
met het doel den om tijd te dóoden dan wel
om eenig nieuws te vernemen. Hij had alles
met Pantin afgesproken, en den moordenaar vrij
gelaten in de keus van het uur, waarop hij
zijn slag zou slaan, en wachtte nu den uitslag
bedaard af. Lusteloos en bijna werktuigelijk
dwaalden zijne oogen over de kolommen, die
opgevuld waren met berichten van het oorlogs-
tooneol, de roemrijke overwinningen van het
groote leger, verheffing van den onoverwinne-
lijken keizer, en uittreksels van lijsten van ge
wonden en gesneuvelden.... ellenlang. Deze on
derwerpen boezemden hem zoo weinig belang
in, dat hij hier en daar slechts een enkele
regel las; daar hij van Engelsch ras was, had
hij hoegenaamd geen Fransch gevoel, en als
mensch was hij te zelfzuchtig om de ©ene of
andere partij te kiezen. Zijne aandacht werd
echter getrokken door eene afdeeling van het
politienieuws. Terwijl hij las verduisterde zijn
blik en helderde vervolgens weder op; en toén
hij het bericht om volle zekerheid te hebben,
nog eens overlas, droeg zijn gelaat de uitdruk
king van blijde voldoening. Het bedoelde nieuws
bericht luidde als volgt:
„Gister-avond was een huis in straat,
no. 3, het tooneel van een dier brutale en af
schuwelijke misdaden, die het menschdom van
„Belegeringstroepen zijn bij het aanbreken van
den dag op 30 November het bombardement op
den Berg van 203 M. begonnen en hebben ver
scheidene charges uitgevoerd voor vier uur 's
middags. Maar wegens het hardnekkig verzet
van den vijand slaagde de stormloop toen niet.
m Om vijf uur 's middags rukten onze troepen
tegen de zuidoostelijke stelling op den berg op
en deden een verwoeden aanval. Zij kwamen
tót op 30 M. van den top.
Om zeven uur vielen zij, na versterkingen
te hebben gekregen, den tóp aan en bezetten
dien.
Onze troepen die tegenover het noordoostelijke
gedeelte van het fort stonden stormden ook en
om acht uur viel het geheele fort op den top in
onze handen. Russische lijken bedekten de ooste
lijke helling van den berg, maar wij hebben nog
geen tijd gehad, om naar hun aantal een onder
zoek in te stellen."
De verovering van den „heuvel van 203 me
ter" bij Port Arthur kan over het lot van de
vesting beslissen. Dit bergje ligt op, 6 of 7 K.M.
ten noordwesten van de stad, wel-is-waar iets
verder dan de bekende hoogten van Itze-sjan en
Antse-sjan, maar aangezien deze lager zijn, kun
nen zij niet veel beschutting opleveren tegen het
vuur van de Japanners, indien deze zwaar ge
schut op den heuvel kunnen brengen, en zich
daar weten te handhaven.
Berichten uit verschillende bron schijnen dus
dezen keer het succes der Japanners hoogst waar
schijnlijk te maken. Te Tsjifoe en te Tokio zijn
„van zeer betrouwbare zijde" berichten ontvan
gen die dit succes buiten twijfel stellen, maar
het is nog altijd de vraag of de Russen niet
gelijk al zoo dikwijls geschied is, ten slotte er
nog in slagen, den vijand weer uit die gewich
tige stelling te verdrijven. Zij zullen daartoe on
getwijfeld wanhopige pogingen doen, wetende wat
er van den uitslag afhangt. Maar van de Ja
panners hunnerzijds kan men geen mindere hard
nekkigheid verwachten. En de dappere bezetting
van Port. Arthur moet iederen dag meer uitge
put, minder strijdwaardig worden, terwijl de Ja
panners ia staat zijn, telkens versche troepen
naar voren te brengen. Men zegt dat zij dit
pas weer gedaan hebben; dat Ojama belang
rijke versterkingen naar de belegeraars heeft ge
zonden.
Anderhalf uur moet de stormloop op den hoo-
gen heuvel geduurd hebben. De Japanners zou
den daarbij 4000 man verloren hebben. Dat is
heel goed mogelijk; aan zule opgaven is ech
ter, gelijk van zelf spreekt, weinig waarde te
hechten.
Het is te verwachten dat met den val van
het fort Erioeng op den Berg van 203 M., dat
beschouwd wordt de sleutel van de verdedigings
werken van Port. Arthur te zijn, omdat de Ja
pansche artillerie vandaar de nabijgelegen for
ten en de geheide haven met. de Russische oor
logsschepen onder vuur kan nemen, het ver
spreiden van geruchten omtrent de aanstaande
ontzetting vervullen, en die, helaas! in onze
stad maar al te dikwijls voorkomen. Het huis
is, naar blijkt uit de op de plaats des onheils
door onzen reporter persoonlijk ingewonnen in
lichtingen, sinds eenigen tijd bewoond door een
jong geneesheer, van Duitsche afkomst, Dr. Guij
O'Discoll genaamd, die nog onlangs assistent
was bij den beroemden Dr. O'Mara, Chirurgijn
majoor der eerste klasse in de eerste afdeeling.
]>r. O'Discoll is gevaarlijk gewond geworden
door een moordenaar die hem, terwijl hij sliep,
met verscheidene dolksteken verwondde. Hét
wapen, waarmede de misdaad gepleegd is, is
bij het ledekant gevonden, en bevindt zich in
handen der politie. Het blijkt, dat de moorde
naar, na het volbrengen zijner gruweldaad, uit
het Venster op de straat is gesprongen, zijnde
een hoogte van tien voet. Tijdens zijn sprong
moet, de trekker van een pistool, dat hij bij
zich droeg, in beweging geraakt zijn, want het
wapen ging af en de kogel verbrijzelde 's mans
hersenpan. Hij werd dood onder het venster
gevonden. De toestand van den gewonde is
hopeloos."
„De een is dood, en de ander ligt hope
loos," mompelde lorei Canonburij. „Wat een on
verwachte uitkomst!"
Zóóveel geluk op eens was bijna te veel
voor hem; hij kon niet langer in de kamer
blijven, maar gevoelde, dat hij het geheele uit
spansel noodig had om zijn van blijdschap ver
vuld gemoed lucht te geven. Zipi gehate mede
verovering van de vesting in de hand zal wer
ken. Onder dit oogpunt moet men dan misschien
ook berichten uit Londen beschouwen, welke be
helzen dat de val van de forten Soeng-sjoe en
Kikwan elk oogenblik verwacht wordt. Volgens
het zeggen van Russische krijgsgevangenen is
alles gereed voor den aftocht van de Russen
naar het fort Liao-ti-sjan en de forten van het
Tijgerstaartschiereiland. Na de vermeestering v.an
de forten Soeng-sjoe en Kikwan, zouden de troe
pen daarheen gaan, terwijl de rest van de be
volking, in vertrouwen op de grootmoedigheid
van de .Japanners, blijven zal. In de laatste 48
uren moet Port Arthur een groote vlammenzee
gelijken.
Het beleg van Port Arthur heeft echter reeds
zooveel verrassingen gebracht en het garnizoen
heeft blijken gegeven van zulk een bewonderens
waardige volharding, dal men berichten als bo
venstaande alleen onder het. uiterste voorbehoud
moet aanvaarden. Vast staat alleen dal de Rus
sen, na de verovering van de Erloeng-sjan, in
een veel moeilijker parket zijn gekomen.
De Petersburgsche gemeenteraad heeft een
crediet geopend van 100.000 roebels voor de ver
dedigers van Port Arthur en hunne betrekkingen,
en besloten in het geheele land een oproeping te
verspreiden om dit fonds te versterken.
De inschrijving van de Echo de Paris, om ge
neraal Stössel een eeresabel te kunnen aanbieden,
bedraagt reeds 23.370 frs.
In Mantsjoerije.
Onder de Japanners. Met spek
schieten.
In zijn jongste telegram, uit Karbin verzon
den, verklaart de heer Nemirovitsch-Dantchenko,
op grond van zeer betrouwbare en streng-gecontro-
loerde gegevens, dat het Japansche leger bij de
Shah-rivier lang niet in zulk een voortreffelij-
ken toestand verkeert als beweert! wordt. Hij
deelt o.a. mede, dat ca. 50 °/o van de Japan
sche reserve reeds onder de wapens is geroepen.
De leeftijd der reservisten mag gesteld worden
op 35 a 36 jaar. De compagnieën, die in ge
wone omstandigheden 230 bajonetten tellen, be
vatten thans hoogstens 150. Tal van Japansche
krijgsgevangenen zouden verklaard hebben, dat
hun leger nu is samengesteld uit: 32 o/0 re
servisten, 36 o/o van het territoriale leger en
slechts 31 o/0 van het gewone, actieve leger.
De rest der manschappen zou ziek zijn. Den
geheelen zomer heeft de beri-beri in Koeroki's
en de dyssenterie in Nodzoe's leger verwoes
tingen aangericht. Eerst bij het intreden van de
felle koude weken deze ziekten. Over de stem
ming, die onder de troepen heerscht, worden ook
andere mededeelingen vernomen dan men in den
regel hoort. De regeering had een snellen en
glorieusen veldtocht in uitzicht gesteld. Nu blijkt
het, dat de oorlog van zeer langen duur zal
zijn. De krijgsgevangenen deelt Dantchenko
mede verklaren, dat het vertrouwen in de
commandanten vermindert, omdat zij niet van
de behaalde voordeelen partij weten te trekken.
dinger lag op sterven, en die lastige Jerome
Pantin was dood, en maakte dus de uitbeta
ling van een i go duizenden franken önnoodig.
De man die zijne huwelijksplannen in den weg
stond, en de eenige man, die hem verraden
kon... beiden dood!
Langen tijd en met vluchtigen tred wan
delde hij opgetogen van vreugde, door de stra
ten en pleinen van Frankrijk's hoofdstad; want
was iedere hinderpaal nu niet van zijn pad
verwijderd
Het scheen zoo; en de begoocheling met
beide handen vasthoudende, bracht lord Canon
burij het overige van den dag door in zelf
voldoening.
Hij snakte naar vrije lucht, begaf zich dade
lijk op weg, waar hij in een breede laan graaf
von Hochstein en eenige kennissen ontmoette
die met hem mede wandelden.
Eene beweging in het hen omringende struik
gewas trok aller aandacht, en bijna op het
zelfde oogenblik werd eene stem gehoord, die
op een toon van gezag riep
Halt! beveel ik u, in naam der Wet"
En een commissaris van politie verscheen, ver
gezeld van een troep gendarmen, talrijk genoeg
om gehoorzaamheid aan het gegeven bevel af
te dwingen.
Worth vervolgd.)
i