Dagblad voor Schiedam Omstreken. Sint Nieolaas. SCHELMEN. 27ste Jaargang. Dinsdag 6 December 1904. No. 8071 Ofticieele Berichten. Kennisgeving:. FEUILLETON. Algemeen Overzicht. l)e oorlog in Oost-Azië. VAN HET OORLOGSTE RREIN. ABONNEMENTSPRIJS: Dit blad verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, en kost voor Schiedam per 3 maanden ƒ1.35, per maand 45 cent en per week 10 cent. Franco per post door geheel Nederland /'2.per kwartaal. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauRoter- straat 50 en bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievengaarders. BureauBOTERSTRAAT 50. PRIJS DER ADVERTENTIëN: Van 16 regels f 0.77 met inbegrip van bewijsnummer. Elke regel daarboven 12i/2 cent. Driemaal plaatsen wordt tweemaal berekend. Ingezonden mededeelingen 25 cent per regel. Voor herhaaldelijk ad verteeren worden uiterst bil- lijke overeenkomsten aangegaan. Telefoonnummer 85. Postbus uo. 30. Burgemeester en Wethouders van Schiedam. doen te weten, dat door den Raad dier gemeen te in zijne vergadering van 29 November 1904, onder intrekking van zijn besluit van 20 Mei 1904 houdende regeling van het zelfde onderwerp, is vastgesteld de VERORDENING betreffende den Burgerlijken Stand te Schiedam. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 5den December 1904. Burgemeester en Wethouders voornoetnd, VERSTEEG. De Secretaris, SICKENGA. De naamdag van den gevierden heilige, de heilige van groot en klein, van Katholiek en Protestant, Van Israëliet en ongodist, is er weer. Het feest van Sint Nieolaas is een feest voor heel Nederland; het is geworteld in ons volks leven. Een Nederland, dat zijn Sinterklaasfeest prijs geeft, is eenvoudig niet denkbaar. Daar zijn in de zestiende eeuw, waarin zoo vele heiligenbeelden zijn gevallen, geweldenarijen gepleegd, die we nu maar met den mantel dei- liefde willen bedekken; maar één heiligenbeeld bleef op zijn voetstuk ongeschonden, hoewel niet onaangetast, het beeld dat een plaats had ver kregen in het hart van allen, rijk en arm, oud en jong, geleerd en onwetend. Daar zijn in de troebele tijden en ook later nog keuren en or donnantiën verschenen, van burgemeester en sche penen, soms van heel de vroedschap, omme wel te verbieden het vieren van het feest van dien Roomschen heilig. Het heeft niet mogen baten. Het was, alsof de Nederlanders, bekend als zij waren en nog zijn om nurmc liefde tot den arme, tot den lij denden medemensch, bij voorkeur zich voelden aangetrokken tot een heilige, al was en bleef hij dan ook Roomsch, die op zoo uitnemend practische wijze de naastenliefde beoefende. En nu viert van avond en morgen heel Ne derland weer zijn Sinterklaasfeest. Nu heeft de post het weer druk met surprises voor de groo- ten; nu heeft het jonge volkje het weer druk met kijken naar de groote klaasmannen, die op de „tafels" zijn uitgestald, naar het suikerwerk en de marsepeinen harten, met het kijken naar het vele moois, in galanterie- en andere win kels voorradig. Nu komt Sinterklaas weer met zijn rammelenden ketting en vraagt hij of de kleinen in het afgeloopen jaar goed hebben op gepast, en of zij wel goed bidden kunnenen nu worden de stouten aangemaand zich voortaan beter te gedragen. En nu opent de goede Sint zijn pepernotenzak en strooit pepemoten en wat hij meer bij zich mag hebben, op den grond Engelsch Volksverhaal uit het begin der vorige eeuw. 53) „Dat nu juist niet. Ik ben vader over hem geweest, omdat hij, naar het scheen, ouder loos was, maar nu heeft men zijne moeder gevonden. Dat verandert onze betrekkingen. Ik was zijn pleegvader maar." „En dit is zeker uw vrouw?" zeide de bezoekster, achter den bezemsteel omziende. - »Ja> dat was zijne moeder." .- - „Kom dan eens naast mij zitten," zeide de dame op den toon van iemand, die gewoon is gehoorzaamd te worden, en vrouw Daniël voldeed gedwee aan haar verzoek, terwijl zij bij ziehzelve dacht, dat zij dat gezicht meer had gezien. "Als ik zoo vrij mag wezen, mevrouw, zou ik u wel willen vragen,.... wie gij zijt?" vioeg Daniël zoo beleefd mogelijk, i .1 f "ri. f'e (*at g'j nieuws al vernoineii ri m eene vriendin van Guij's eigen moeder. Waar is hij?" J 6 Hij is uitgegaan, doch zal wel spoedig terug zijn, was het onzekere antwoord. „Als gij ha afwachting van zijne terug- en bij het gejuich der kleinen smaken de ouders een genot, als geen concert hun vermag te schenken. En dan het ontwaken op den zesden De cember Zou de Sint „gereden" hebben, wat de klei nen zoo gaarne wenschten, dat hij rijden zou? Ja, in don droom hebben zij het al geziendaar stond het moois en lekkers, waarnaar zij zoo verlangden. Maar de werkelijkheid0, die goede Sint, hij heeft hunne .wenschen geraden, ja zelfs uit zijn onuitputtelijken voorraad nog meer ver strekt, dan zij gehoopt hadden te zullen krijgen. „Maar. wij hadden ook goed voor het paard ge zorgd, hé moe?" juichen de opgetogen kinderen. Elk der kleinen is blij. De pret kijkt een ieder de oogen uit. En de ouders Zij denken terug aan hun eigen jeugd, hoe ook voor hen indertijd dezelfde goede Sint, die waarlijk toen de eerste jeugd al voorbij was, zoo veel lekkers heeft gereden. En zij worden op het zien van hun kroost weer verjeugdigd en met eene ongekende, reine vreugde namen zij deel in het echte ouderwetsche, Hollandsche Sin terklaasfeest. Wat zich eenmaal een plaats veroverd heeft in het hart des volks, blijft daar wonen, trots aJles. Zooals wij boven zeidener zijn pogin gen aangewend om het volk zijn feest van Sint Nieolaas te ontnemenzij hebben schipbreuk ge leden. Ja, wel was in den tijd, toen hot één Herder en ééne kudde was, de viering van het feest van Myra's Bisschop een andere, een meer kerkelijke, eene die een godsdienstigen grond slag had. Wel stond toen een godsdienstige vie ring bovenaan, maar eene maatschappelijke, eene huiselijke niet in den weg: integendeel, de eer ste bevorderde de laatste. Na den geweldigen storm, die daar drie eeuwen geleden neerstreek over deze gewesten en menigen schoonen tak van den boom des Katholieken volkslevens af scheurde, vond Sinterklaas nog slechts genade om zijn ieder jaar opnieuw zich openbarende milddadigheid. Die genade zal hij nog wel blijven vinden, zooiand de Nederlander bij vriend en vijand te boek staat om zijn menschenmin, die naar wij vertrouwen, nog eer zal toe- dan afnemen, als reeds in de jeugdige kinderziel, zoo in het huis gezin als in de school, de zaden dier deugd met kwistige hand gestrooid worden. 5 December. Port Arthur. De strijd om den berg van 203 M. Nieuwe bijzonderheden. Japan ners bij heele compagnieën neerge- maaid. Verscheidene malen terug geworpen. Eindelijk gewonnen. Matrozen. Wapenstilstand. De correspondent van de Daily Express te komst mij eens het een en ander van uwe levenswijze op het kasteel van Hochstein ver- teldet?" vroeg de bezoekster vriendelijk, ter wijl zij de hand der oude vrouw in de hare hield. Aldus met al de welsprekendheid van har telijke toegenegenheid aangemoedigd, begon vrouw O'Discoll over een onderwerp te spre ken, waarover zij nooit uitgeput raakte; en zij sprak met des te meer warmte, omdat zij dacht, dat. hare woonlen zouden worden oververteld en zijn eigen moeder tot troost zouden ver strekken. Alle verwijderende terughouding was tusschen de drie personen verdwenen, en zij stonden onderling op een zeer vriendschappelijken voet, toen een vaste tred op het voorplein ge hoord werd. „Daar komt hij aan," riep Daniël. De dame stond op, en zag zeer bleek, of schoon zij kalm bleef. De sleutel knarste in het slot, en kort daar na trad Guij binnen, terwijl de wandeling in de open lucht een blos op zijne wangen gc- tooverd had. Toen hij de vreemdelinge bemerkte boog hij beleefd. Lady Canonburij zag hem strak in het ge laat. „Deze dame komt van uwe moeder," zeide vrouw Daniël. Guij deed zijne oogen wijder open, en ont moette den vollen blik der beide andere, die Tokio seint nadere bijzonderheden over de be storming van den Berg van 203 M. Voor twaalven 's middags weiden twee aan vallen door de infanterie uitgevoerd, maar beide keeren moesten de Japanners terug voor een ont zettend vuur uit de Russische schansen. Na den eersten aanval bleef er nog maar een handje vol overlevenden over. Een tweede en derde stormloop werden een uur later ondernomen, maar weer moesten de bestormers terug. Gene raal Nogi zond toen versche troepen om een vierde bestorming te ondernemen. Deze troepen kleuterden dapper tegen de helling op, maar wer den bij heele compagnieën neergemaaid, en om hall' vier moesten de Japanners opnieuw terug. Nieuwe versterkingen kwamen opzetten, en een uur later stormden een andere kolonne tegen het zuidoostelijke gedeelte van den Berg op. Het vuur van de Russen was intusschen zwakker geWorden. De Japanners berenden den top on der banzai-geroep, maar op honderd pas van de schansen, moesten zij halt houden onder het schrikkelijke vuur van de Russen, om na enkele minuten alweer af te deinzen. Eindelijk, om 7 uur, werden tegelijkertijd ten N. en ten Z.O. van den Berg twee bestormin gen ondernomen. De zuidoostelijke kolonne was het eerst, op den top. De Japanners sprongen in de schansen en vielen met de bajonet de Rus sen aan die dapper hun terrein verdedigden. Maar weldra kwam ook de noordelijke kolonne aan. Om acht uur 's avonds viel het fort op den berg in handen van de Japanners. Langs de hellingen van den Berg van 203 M. hebben de Japanners een aantal lijken van Rus sische matrozen gevonden. Men vermoedt daar om dat de bemanning van de Russische sche pen niet voltallig meer zal zijn, wanneer die een nieuwen uitval willen doen. De Japansche bevelhebber van de belegerings troepen van Port. Arthur meldt dd. 3December: Gisteren hebben parlementairen, die zich bij den linkervleugel aanmeldden, een gedeeltelijke wapen stilstand van tien uur 's ochtends tot vier uur 's middags gesloten, teneinde het mogelijk te ma ken dat de gewonden en dooden weggehaald werden. In Mantsjoerije. Luitenant-generaal Sacharof meldde Zaterdag aan den generalen stafIn den nacht op 1 dezer ondernamen onze vrijwilligers een strooptocht naar de Japansche versterkingen ten ZW. van het dorp Toengou. Onderweg ontmoetten zij een Japanscho veldwacht van 30 man, die afgemaakt werden. Daarna stielten de vrijwilligers op een geweerput en prikkeldraadversperringen. Een deel van de vrijwilligers kwam op een mijn die ontplofte, daarna drongen ongeveer 20 vrijwilligers binnen de Japansche schansen en maakten daar ongeveer 20 Japanners af. De Japanners die te hulp kwa men, vielen onze vrijwilligers aan en wierpen met handgranaten naar hen. De vrijwilligers trokken toen terug met medeneming van 5 dooden en alle (14) gewonden. Een Vrijdag-avond uit het Mantsjoersche hoofd- strak op hem gericht, waren. „Geeft het graf dan zijn dooden terug Dat moet zoo zijn.... mijne zinnen bedriegen mij niet.... in iedere trek en beweging het even beeld zijns vaders.... mijn zoon, mijn zoon," stotterde zij, terwijl zij hem met uitgcstrèkte armen tegemoet ging. Guij geleidde haar naar haar stoel, en stond, als in een droom, hare gelaatstrekken aan te staren, daar zijn geest tevergeefs poogde het verledene met liet tegenwoordige te ver binden. In antwoord op haar reikhalzenden blik zeide hij, diep bewogen terwijl hij haar eerbiedig de hand kuste „Wanneer u de verrassing van dit oogen- blik koud en verlogen mocht toeschijnen, me vrouw, geloof dan niet dat dit uit harteloos heid voortkomt, dewijl ik overstelpt wordt door duizend denkbeelden, die mijn brein door kruisen." Een pijnlijk en gedwongen stilzwijgen volgde. Lady Canonburij bracht, den brief van Plush te voorschijn en gaf hem met bevende hand aan Guij, en vervolgens haar gouden balske ten losmakende, drukte zij op de veer van een medaljon, dat er aan hing, en vertoonde twee op ivoor geschilderde miniatuurportrettendie van haar overleden echtgenoot en van haar verloren kind. Terwijl Guij de bekentenis van Plush las, gaf Lady Canonburij het medaljon aan Daniël, kwartier naar Tokio verzonden telegram meldtDe Russische infanterie heeft Donderdag avond om tien uur de stelling van Mantsjoe-antsoe en Seian aangevallen, maar werd dadelijk teruggeslagen. Den volgenden ochtend zijn Russische infanterie en cavalerie, die naar Hoeng-ti-pië-taitse trok ken, eveneens teruggedreven. Koeropatkin meldde den Tsaar dd. Zaterdag In den nacht op 2 dezer ondernamen twee com- pagniën vrijwilligers van ons centrum uit een verkenning, waarbij zij de voorposten terugdreven en vijandelijke schansen bezetten. Verder opruk kende, werden de compagnieën door een hevig geweervuur ontvangen. Zij moesten, daar de vijand aanmerkelijke versterkingen ontving, aftrekken. Aan onzen kant is een officier gesneuveld en zijn vijf man gewond. Den 2den zijn geen berichten over gevechten ingekomen. Koeropatkin meldt Zaterdag aan den Tsaar: In den nacht op 3 December overvielen twee Japansche compagnie» het dorp Oetiasi aan de Hoen-ho. De vijand werd met behulp van geweervuur teruggeworpen. Aan onzen kant zijn twee man gesneuveld en vier gewond. Vóór onze stelling zijn vele gesneuvelde en gewonde Japan ners achtergebleven. De Japanners laten ons dezen echter niet weghalen, maar vuren op ieder, die ze nadert. Generaal GrippenbergJ Zaterdag g te Charbin garriveerd. De Oostzee-vloot op weg naar de Oost- Aziatische Wateren. Reuter seint d.d. 3 December uit Tandzjer, dat de Dnjepr, een kruiser van de Russische vloot, met 2 torpedo-jagers aldaar is gearriveerd. RUSLAND. Het heet, dat prof. Strove, door den Tsaar om raad gevraagd over de wenschen van de zem- stvo's, de invoering van een grondwet, warm heeft aangeprezen. DUITSCHLAND. De Rijksdag heeft Zaterdag de algemoene be raadslagingen over de begrooting begonnen. Von Stengel, de staatssecretaris van Financiën, zeide dat ook 1903 sluit met een tekort, al is dit kleiner dan dat van het vorige dienstjaar. Van de vermoedelijke uitkomst van 1904 valt te zeg gen dat de suikeraccijns voorshands 14 millioen mk. meer heeft opgebracht. Voornamelijk om de rijkskas in staat te stellen, hare betalingen vlot te bewerkstelligen, zal men schatkistbiljet ten uitgeven in een todusver nog niet bereikten omvang. Men mag echter aannemen dat het loo- pende jaar zonder tekort zal sluiten. Voor de nieuwe begrooting zijn niet voldoende middelen te vinden zonder leening. Toch hebben wij moe ten besluiten om 121 millioen mk. voor de wa pening van het leger te vragen. Er moet in het geheel 293 millioen mk. geleend worden. De kolonie Zuidwest-Afrika, vervolgt de minister, heelt luid its ver 135 millioen mk. van ons ge- die een luiden kreet van verwondering uitte, terwijl hij het tusschen Guij's oogen en het papier hield. Guij gehoorzaamde werktuigelijk en werd doo- delijk bleek toen hij zijn eigen gezichtje zag, gelijk hij het dikwijls, voor zoover zijne herin nering hem naar die dagen terug kon bren gen, in de put had weerkaatst gezien, als hij voor juffrouw Bunstein water moest scheppen.... doch op het. portret was zijn gelaat ronder en vroolijker; en aan de andere zijde dezelfde wel bekende trekken, doch veel ouder en ernstiger, gelijk hij ze nu dagelijks in den spiegel zag als hij zich scheerde. Vrouw Daniël moest ook eens kijken. Guij sloot het medaljon; en toen hij het aan lady Canonburij teruggaf, bukte hij en drukte een vurigen kus op haar voorhoofd, terwijl hij fluisterde „Lieve, lieve moeder 1" En hare armen om zijn hals slaande drukte zij hem aan haar hart. Er was een brug over den afgrond gelegd, het verledene vereenigde zich met het tegen woordige; de droom werd werkelijkheid. Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1904 | | pagina 1