Stads- en Gewestelijk Nieuws.
Het Vredespaleis.
Men schrijft uit 's-Gravenhage
Is men goed ingelicht, dan zouden de onder
handelingen met de Bouwgrond-Mij. «Duinoord"
omtrent de plaatsing van het Vredespaleis op een
terrein, behoorende tot het park Zorgvliet, nog
niet zijn geëindigd, doch thans hoofdzakelijk loopen
over het geldelijk bedrag en eenige andere door
die maatschappij gestelde voorwaarden, waarvoor
«Duinoord" bereid zou zijn afstand te doen van
aanspraken, welke die Mij. beweert te kunnen
doen gelden tegen den bouw van het paleis op
Zorgvliet vóór het jaar 1910.
Makasser.
De correspondent van de Nieuwe Ct. te Batavia
seint
Het Soerabaiasch Handelsblad ontving onrust
barende tijdingen uit Makasser. De Goareezen zou
den van zins zijn Makasser aan te vallen. De be
volking aan de Goasche grenzen trekt naar Ma
kasser. Het ligt voor de hand, dat de Wadjonee-
zen zich bij Goa zullen aansluiten De gouver
neur en de militaire commandant bevinden zich
op het oogenblik te Pare Pare, waar een benting
wordt gebouwd.
De nieuwe drankwet.
De min. van Binnenl. Zaken heeft goedgevon
den in aanvulling van zijne beschikking van 28
Febr., met ingang van 4 April en in afwachting
van 1 April en in afwachting van nadere regeling
voorloopigals ambtsgebied ook voor den inspec
teur F. S. Op ten Noort, en de adj.-inspecteurs
G. van der Leeuw en M. de Jager Meezenbroek
aan te wijzen het geheele R(jk aan den inspec
teur J. A. Franken toe te voegen de adj.-inspec-
teurs A. J. de Jong en G. van der Leeuw aan
den inspecteurs F. S. Op ten Noort toe te voegen
de adj.-inspecteur J. Balkestein en M. de Jager
Meezenbroekals standplaats aan te wijzen voor
den inspecteur F. S. Op ten Noort de gemeente
Edevoor den adj.-inspecteur G. van der Leeuw
de gemeente 's-Gravenhagevoor den adj.-inspec
teur M. de Jager Meezenbroek de gemeente Utrecht.
(St.-Ct.)
ia
De Asser kwestie.
De minister van Oorlog heeft voldaan aan het
verzoek, tot hem in zijn afwezigheid gericht door
den heer Van der Feltz, bij behandeling van de
oorlogsbegrooting in de Eerste Kamer, namelijk
om bij nota nadere inlichtingen te verschaffen
omtrent de overplaatsing van luitenant S. A. Reits-
ma te Assen.
Reeds werd door den minister van Marine,
die den destijds oagestelden minister van Oorlog
verving, in de Eerste Kamer namens dezen ver
klaard, out de overplaatsing van den betrokken
officier niet in verhand stond tot het gebeurde
in den debatingclub en buiten voorkennis van
den minister van Oorlog door den divisie-com
mandant.
Uit de nota nu, blijkt, dat deze divisie-com
mandant heeft gemeend, den regiments-comman
dant van luitenant Reitsma te moeten opmerk
zaam maken op het door laatstgenoemde ge
schreven stuk, ingezonden in het Handelsblad
en door hem onderteekend, een stuk, waarin
de heer Reitsma zich beklaagde over een an
der ingezonden stuk, waarin een geval van wil
lekeur in het leger beschreven werd, haarfijn
overeenkomende met wat hem, Reitsma, over
komen was, waardoor gevaar ontstond, dat men
hem voor den schrijver zou houden, hetgeen
groot© onaangenaamheden kon ten gevolge
hebben.
De regimentscommandant onderhield luitenant
Reitsma daarover, doch meende, na het onder
houd, dat deze wel onverstandig, maar overi
gens te goeder trouw had gehandeld, deelde dit
aan den divisie-commandant mede, doch deed
overigens geen voorstellen.
De divisie-commandant evenwel, kon zich met
die afdoening niet vereenigen en voor dienst
zaken te Assen zijnde, onderzocht hij zijnerzijds
de zaak en bepaalde hij, dat de officier met
ingang van 1 Februari naar Doesburg zou wor
den overgeplaatst, welke datum later wegens fa
milie-omstandigheden en op verzoek van de echt-
genoote van den betrokkene, veranderd werd in
1 Mei.
De redenen, door den divisie-commandant voor
de overplaatsing genoemd, zijn deze, dat de lui
tenant door zijn schrijven in het Handelsblad
aan jeder, dus ook aan zijn minderen, deed
kennen, dat hij gestraft was, hetgeen schade deed
aan zijn prestige. vooral ook omdat zijn jongere
kameraden in hem, als president van de lui
tenants debatingclub, een meerdere moesten zien;
dat hij voorts door zijn ingezonden stuk aan
het andere, waartegen hij opkwam, juist zekere
sanctie gaf; dat het, eindelijk, geheel overbo
dig was, daar hij bij vertrouwelijk schrijven aan
zijn superieuren had kunnen verklaren, niet de
schrijver te zijn, of wel zich tot de redactie
van het Handelsblad had te richten met het
verzoek, den schrijver van het eerste ingezon
den stuk te doen weten, wat hij hem kenbaar wilde
maken.
De divisie-commandant meende dus, dat lui-
tenant Reitsma een voorbeeld had gegeven, dat
van ongunstigen invloed moest zijn op de krijgs
tucht en hij dus niet meer te Assen in garni-
zoen kon blijven.
Geheel in overeenstemming met zijn bevoegd
heid plaatste de divide-connnapdauL den luite
nant toen ovter en bracht bij den overigen offi
cieren, te Assen in garnizoen, het onkrijgstuch-
telijke van de handeling van luitenant Reitsma
onder het oog.
De minister van Oorlog vereenigde zich met
die overplaatsing en met de zienswijze van den
divisie-commandant, die hij acht te strooken met
de belangen van den dienst. Alleen veran
derde Z.Exc. om bovengenoemde redenen den
datum. I
Staat dus de overplaatsing niet in verband tot
de debating-club, in het tweede deel der nota
Wordt verklaard, waardoor de meening is ont
staan, dat dit wèl het geval zou zijn.
De divisie-commandant hierboven herhaalde
lijk vermeld, nam bij zijn aanwezigheid te Assen
de gelegenheid waar, den officieren, die leden
waren van de luitenants-debatingclub, zijn
meening omtrent die club te doen kennen, op
dat zij daarmee rekening zouden houden.
Die meening kwam hierop neer, dat het niet
goed was, dat er debating-club was uitsluitend
voor luitenants, waar dus geen hoogeren in
rang anders dan daartoe speciaal uitgenoodigd,
konden komen. Hij trad daarbij „in bijzonder
heden nopens het uitnoodigen van sprekers."
De nota vermeldt voorts, dat van de oprich
ting geen kennis was gegeven aan den regi
ments-commandant, hetgeen Volgens den minis
ter niet pleit Voor deferentie jegens den supe
rieur.
Echter werd, nadat het onderhoud van den
divisie-commandant met de vereenigde officie
ren op 22 December 1904 had plaats gehad, drie
dagen later door den secretaris aan den regi
ments-commandant meegedeeld, dat weldra een
vergadering zou worden belegd, waarin voor
stellen zouden worden besproken, die tot „op
heffing van den ongewenschten toestand" zou
den kunnen leiden, doch in een artikel den 3en
Januari in het Hbl. Verschenen en door de As
ser Courant otvtergenomen, getiteld: „Een on-Ne-
derlandsche régime" en waarin de overplaatsing
tegelijk met het gebeurde in de debating-club
werd besproken, vond de regiments-commandant
aanleiding, de club te ontbinden, tevens in over
weging gevende over te gaan tot oprichting van
een vereeniging te Assen op den voet van de
„Vereeniging tot beoefening der Krijgsweten
schap."
Hierover werd geconfereerd door bestuursle
den van de club, eenige kapiteins en hoofdof
ficieren, maar „Vermoedelijk door misverstand"
rezen moeilijkheden, waardoor het plan schip
breuk leed en de leden de club op 2 Februari
ontbonden Verklaarden.
De minister van Oorlog, aan het slot der nota
zijn oordeel geVende, zegt op den voorgrond te
stellen, dat er redenen kunnen zijn, die een re
giments-commandant nopen zich in te laten met
clubs, door officieren opgericht, maar niet kan
instemmen met de wijze waarop dit
thans is geschied.
De minister heeft dienovereenkomstig zijn ziens
wijze aan de betrokken chefs meegedeeld en de
noodige bevelen gegeven.
Waarom de heer Melchers uit de Hamer gaat.
De redactie van de Alkmaarsche Courant heeft
een onderhoud gehad met den heer Melchers,
lid der Tweede Kamer, over de reden, waarom
deze zich aan de politiek gaat onttrekken om
een der beide directeuren te worden van een
te Alkmaar op te richten naamlooze vennootschap
voor den handel in hulpmeststoffen, voederarti
kelen en landbouwwerktuigen.
Uit dit onderhoud blijkt, dat de heer Melchers
onaangenaamheden heeft ondervonden van de zij
de zijner partijgenooten te Leeuwarden, die alleen
op de belangen van de partij letten en geen oog
hadden voor die van het gezin van den heer
Melchers, en dat hij zich ook zeer heeft aange
trokken een heftig artikel van mr. Troelstra in
verband met de plannen tot oprichting van een
verzekeringsbank op democratischen grondslag,
waaraan de heer Melchers zijne medewerking ver
leend had.
Den doorslag heeft echter gegeven een kwes
tie, die de plaatselijke federatie der S. D. A. P-
te 's-Gravenhage had met een partijgenoot, die
patroon is en bij: wien een staking was uitge
broken. Bij het debat over deze zaak werd roije-
ment van den patroon en diens zoon geëischt en
onder applaus door enkelen de stelling verdedigd,
dat een sociaal-democratisch patroon aan zijn
beginsel verplicht is alle eischen, hem door zijn
werklieden gesteld, toe te geven, al was zijn on
dergang daarvan het gevolg. Tegen deze redenee
ring en tegen het roijement verzette zich de heer
Melchers, te midden van veel rumoer en inter
rupties. De zaak is nog hangende.
Maar de heer Melchers heeft er alvast deze
conclusie uit getrokken, dat er maar weinig noo-
dig is om iemands politieke positie en daar
mede tevens den grondslag voor zijn maatschap
pelijk bestaan te ondermijnen. En hij heeft ,uit
deze ervaring en uit de daaraan voorafgaande
de gevolgtrekking gemaakt, dat het, afgeschei
den van de waarde van het beginsel en het
algemeen streven ©ener partij, ongewenscht is
op eenige wijze afhankelijk te zijn van een fac
tor, die zoo onbetrouwbaar en veranderlijk is
als de gunst van mensohen en partijgenooten.
De politieke zienswijze van den heer Melchers
heeft echter geen verandering ondergaan; maar
hij verwachtte, dat de nieuwe zaak zooveel be
slag' op zijn tijd zou leggen, dat er voor de
politiek geen gelegenheid zou overblijven.
Bond van R K. Kiesvereeniginaen.
Maandag 3 April zal te Utrecht een algemeene
vergadering van den Bond van R. K. kiesvereni
gingen gehouden worden, ter behandeling van een
kort program van actie, waarvan het ontwerp
aldus luidt
De Bond van R. K. kiesvereenigingen in Neder
land
overwegende dat met het oog op de komende
verkiezingen voor de Tweede Kamer der Staten-
Generaal noodig is, uiting te geven aan zijn wen-
schen,
spreekt zijn volle vertrouwen uit in het beleid,
der tegenwoordige regeering en verwacht, dat zij
in staat zal worden gesteld, het program, bij haar
optreden aangekondigd, nog verder uit te werken,
zoodat in de eerste plaats regelingen zullen worden
tot stand gebracht ten opzichte van
lo. lager onderwijs, vakonderwijs en onderwij
zerspensioenen
2o. bescherming van den arbeid
3o. ziekteverzekering
4o. De uitbreiding der ongevallen-verzekering
tot het visschers- en landbouwbedrijf;
5o. de herziening der tarieven, uit welker op
brengst voor een groot deel de kosten zullen moe
ten worden gevonden, die noodzakelijkerwijze uit
de aanneming van voormelde regelingen en van
die op de ouderdoms- en invaliditeitspensioenen
voortvloeien
6o. administratieve rechtspraak,
verklaart dat deze regelingen van practiscli be
lang zóó dringend op afdoening wachten, dat uit
drukkelijk moet worden afgewezen iedere poging
om in de eerstvolgende periode een grondwetsher
ziening aan de orde te stellen, waarvan het hoofd
doel zou zijn de grondslagen van het kiesrecht
uit de grondwet te lichten om den gewonen wet
gever de vrije hand te laten
spreekt als zijne besliste overtuiging uit, dat door
dergelijke grondwetsherziening alle vruchtbare wet
gevende arbeid vóór afzienbaren tijd zou worden
verhinderd.
Spoorwegpersoneel.
Naar Het Volk verneemt, zullen de nieuwe
dienstvoorwaarden van het spoorwegpersoneel, die
met 1 April a.s. zouden worden ingevoerd, weer
worden uitgesteld.
Ned. Bond ran Handels- en Kantoorbedienden.
Zaterdag-avond werd alhier de jaarlijksche al
gemeene vergadering gehouden van den Neder-
landschen Bond van Handels- en Kantoorbedien
den «Mercurius". De verslagen van den secre
taris en den penningmeester, het laatste sluitende
met een belangrijk tekort, beide reeds in het
orgaan van den Bond vermeld, werden na eenige
discussie goedgekeurd. Tot bestuursleden werden
herkozen de heeren W. P. de Vries, J. Pino Jzn.
en W. W. Leemans en als zoodanig gekozen ter
voorziening in tusschentijdsche vacaturen de heeren
De Geverding Jr. en H. C. H. Roever, beiden te
Rotterdam.
Met 30 van 49 stemmen werd de heer W. P.
de Vries weer als voorzitter aangewezen.
Uitvoerige gedachtenwisseling lokte uit de in
gediende begrooting met daaraan vastgeknoopte
verhooging van de minimum contributie van f4
op f6.50. Van de laatste stelde het hoofdbestuur
en bloc aanvankelijk zijn aanblijven afhankelijk.
Ten slotte vereenigde het zich evenwel met een
amendement, waarbij de contributie zonder bij
dragen van het ondersteuningsfonds op f5.50
werd bepaald, waarvan 63 zou worden gestort
in de Bondskas. Ook dit amendement werd slechts
met een geringe minderheid aangenomen, waarop
het voornemen door een der leden werd te kennen
gegeven om daaromtrent een referendum uit te
schrijven. In den loop der vergadering bleek nog
dat de redacteur van het orgaan zijn ontslag heeft
ingediend.
S. D. A. P.
Het Volk deelt mede, dat naar aanleiding van
het publiceeren van de motie omtrent de candi-
datuurOudegeest bij het partijbestuur der S. D.
A. P. door den voorzitter een spoedvoorstel is
aanhangig gemaakt om de afdeeling Utrecht II
der S. D. A. P. te schorsen en op het Paasch-
congres tot royement voor te dragen.
Liefdadigheid.
Mejuffrouw S. F. Th. Nieuwenhuis, te Olden-
zaal 7 dezer overleden, heeft haar nalatenschap,
bestaande in roerende en onroerende goederen en
geschat op een waarde van circa f 30,000 be
halve enkele kleine legaten bij testamentaire
beschikking, onder aftrek van successierechten,
vermaakt aan het R. K. kerkbestuur aldaar, welk
bedrag grootendeels bestemd is voor onderhoud
van 't R. K. ziekenhuis aldaar.
Ongelukken.
Men meldt uit Utrecht:
Een zoon van een bewoner van den Springweg
alhier was gister-middag bezig op den zolder met
flobert-patronen te schieten. Een kogel verdwaalde
en kwam terecht in de spiegelruit van zijn over
buurman, gelukkig zonder iemand te treffen. Van
het gebeurde is door de politie proces-verbaal
opgemaakt.
Ned. R. K. Volksbond.
Afd. Schiedam.
Gisteren had in het gebouw «Musis Sacrum"
de maandelij ksche vergadering plaats van den
R. K. Volksbond. Nadat de voorzitter, de heer
Mouwens de vergadering met gebed had geopend,
werden door den secretaris, den heer Marrevee,
de notulen der vorige vergadering voorgelezen en
onveranderd goedgekeurd. Alsnu deelde de V o o r-
z i 11 e r mede, dat sedert de laatste vergadering
zich 2 asp.-leden en 9 gewone leden voor het
lidmaatschap van den Bond hadden aangemeld.
Hierna wijdde de voorzitter eenige woorden aan
de nagedachtenis van de Bondsleden Lelieveld en
Van Galen, die de Bondsafdeeling op zoo onge
lukkige wijze had verloren en beval hen in de
gebeden der leden aan. Nog deelde de voorz
mede, dat, wegens periodieke aftreding van de
heeren Mouwens, Van Hees, Marrevee, Groenen-
daal en Hilkhuyzen, eene verkiezing moest plaats
hebben voor den Centralen Raad. Genoemde hee
ren zijn allen herkiesbaar. Gelegenheid voor het
stellen van candidaten bestaat tot Maandag l'
April. Verder deelde hij de oprichting mede van
het comité van de Kath. Soc. Actie, alhier.
De Voorzitter gaf hierna het woord aan
den zeereerw. heer pastoor de Jong, S. J., uit den
Haag, die als spreker optrad met het onderwerp
«Sociale Toestanden". In verband hiermede, las de
spreker eenige karakteristieke stukjes voor van
den Franschen schrijver, Jean de Tourelles, die
op zeldzame wijze over de sociale toestanden heeft
geschreven. Het opschrift van het eerste stukje,
dat ZEerw. voorlas, heette «Driekoningenavond".
Hierin werd ons een bekend gebruik geschetst,
dat vooral in België en Frankrijk in den Familie
kring op Driekoningenavond plaats heeft. Op den
tafel n.m., om weikan de geheele familie geschaard
is, staat in het midden een groote koek, waarin
één boon verborgen is. Hij of zij nu, die het stuk
krijgt, waarin de boon verborgen is, wordt uitge
roepen tot koning en wordt door den vader van
het huisgezin naar de eereplaats geleid. Het stuk,
dat overblijft heet het Godsdeel en wordt geschon
ken aan den eersten arme, die het erf betreed.
In dit stukje nu was die arme een landlooper,
die vreeselijke haat in zijn binnenste koesterde
tegen allen, die eer, rijkdom en verstand bezaten.
Buiten heelt hij het geluk gadegeslagen, dat dezen
avond in de hoeve «De Arend" heerschte, hij heeft
den gullen lach van daarbinnen vernomen, en in
z'n hart voelde hij haat, die zich zou uiten in een
gruwelijk plan. De zes mijten, welke bij de hoeve
stonden, zouden door hun vuurgloed, de vreugde
daarbinnen temperen. Reeds zocht en tastte de
rampzalige, die in den omtrek bekend stond, als
een gevaarlijk persoon, in zijn zak naar lucifers
en berekende den tijd, noodig om zijn plan te
volvoeren, toen de boer naar buiten trad, hem op
merkte, en hem naar binnenleidde om zijn deel,
het Godsdeel, te ontvangen. In dit Godsdeel zat de
boon. Onthutst werd hij nu naar de eereplaats
geleid, en eerst dreigend, komen hem nu beelden
uit z'n kinderjaren voor den geest en hij vergeet
lucifers, mijten en al. Buiten gekomen, is hij
geheel anders en zegt in zich zelfDe Maat
schappij is nog niet zoo kwaad; men moet haar
beter kennen.
Een toelichting achtte spreker overbodig, daar
het verhaaltje duidelijk de strekking van het doel,
waarvoor het geschreven was, aangaf.
Het tweede stukje, getiteld «Journalisten streek",
was een voorbeeld, hoe de katholieken door libe
ralen en andere secten, valschelijk worden aange
vallen.
In het derde schetsje «Couranten kunnen geen
kwaad" wordt verhaald van een mevrouw, die na
het feuilleton te hebben gelezen met heilige ver
ontwaardiging de courant tot een bal knijpt en
in 't vuur werpt met een verzuchting van zelfvol
doening «Ziezoo" nu weet ik zeker, dat niemand
het hier in huis zal lezen, Mevrouw wist echter
niet dat het kindermeisje en dochtertje reeds het
feuilleton vóór haar hebben gelezen.
In het laatste stukje, «Ik geloof in God den
Vader", waarin we kennis maken met 2 leerlingen van
twee verschillende scholen, wordt het groote
nut van de kath. school en de verderfelijke in
vloed van de zoogenaamde neutrale aange
toond. Hier eindigde de Eerw. spreker zijne boei
ende lezing, die met veel belangstelling was ge
volgd.
De geestelijke adviseur, de weleerw. heer A. G.
kap. v. d. Berg, en de voorzitter brachten uit
naam van de vergadering een woord van dank
aan pastoor de Jong en hoopten hem hier spoe
dig terug te zien, waarna hem het eere-lidmaat-
schap van den Bond werd aangeboden onder dank
werd dit door hem aanvaard terwijl hij tevens
zeide, dat hij aan de vereerende uitnoodiging om
om nogmaals een lezing te komen houden, gevolg
wenschte te geven.
Hierna deelde de voorzitter nog het een en ander
mede o.a. dat de soc. cursus weldra een aanvang
zal nemen en de aankondiging in De Banier zal
worden geplaatst. Het steuncomité alhier is ontbon
den, en de daarop betrekking hebbende stukken in
zijn 't Bondsgebouw gedeponeerd. In de volgende
maandvergadering, tegelijk met de verkiezing
voor den centralen raad, zal eene reglementsver
kiezing plaats hebben. In verband m«t deze
herziening waren van drie leden aanwijzingen ont
vangen. Verder bracht de Voorzitter ter kennis
van de vergadering, dat op den 2denPaaschdagin
den Stadsschouwburg, te Amsterdam een buiten
gewone vergadering zal gehouden worden van wege
den Centralen Raad en welke zoo luisterrijk moge
lijk zal worden gevierd. Z. D. II. de bisschop van
Haarlem zal hierbij tegenwoordig zijn. Tot alle
onderafdeelingen is een verzoek gericht, dat alle
besturen zooveel mogelijk hierbij tegenwoordig
zullen zijn, alsmede de vaandels der afdeelingen.
Daar dit met kosten gepaard gaat, stelt de
voorzitter voor, dat de reiskosten ten laste van de
kas zullen komen, wat algemeen wordt goedge
keurd. Leden, die deze vergadering wenschen bij
te wonen, worden verzocht vóór Maandag-avond
hun naam aan het plaatselijk bestuur op te geven.
Hierna werd de vergadering met gebed gesloten.
Arbeidsbeurs.
(Opgaaf 25 Maart 1905.)
Gevraagde Arbeidskrachten.
Kuipers. Smidsknechts. (bekwame vuur
werkers). Meubelmakers (halfwas.) Joügen
bekend met kleedennaaien. Behanger (halfwas.)